Aan de orde is stemming over een motie, ingediend bij de behandeling van de begroting VROM 1996, te weten:

- de motie-Jeekel/Duivesteijn over gedifferentieerde woonmilieus (24400 XI, nr. 29).

(Zie vergadering van 22 november 1995.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Mevrouw Verbugt (VVD):

Voorzitter! Bij het beleidsveld van de volkshuisvesting en de ruimtelijke ordening hecht de VVD-fractie grote waarde aan beleid om verpaupering van de grote steden tegen te gaan en te komen tot gedifferentieerd bouwen in bestaande en nieuwe wijken. Wij hebben dit kenbaar gemaakt bij de behandeling van de begroting voor dit jaar. Wij hebben er ook bij staatssecretaris Tommel op aangedrongen het beleid nader uit te werken. Deze uitwerking heeft de Kamer tot op heden niet bereikt. In welke mate de financiële middelen conform de strekking van deze motie noodzakelijk zullen zijn, kan de VVD-fractie nog niet overzien. Staatssecretaris Tommel heeft de Kamer al eerder bij brief laten weten dat de Kamer hierover bij de bespreking van de Voorjaarsnota of pas bij de behandeling van de begroting voor 1997 geïnformeerd zal worden.

Wij stellen vast dat beide indieners hierop vooruitlopen als zij nu de Kamer om een uitspraak vragen. De VVD-fractie heeft er geen behoefte aan, de regering met voorbarige uitspraken voor de voeten te lopen. Daarom zal zij deze motie van onze collega's Jeekel en Duivesteijn niet steunen.

In stemming komt de motie-Jeekel/Duivesteijn (24400-XI, nr. 29).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD en de CD tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

Naar boven