Vragen van het lid Dittrich aan de staatssecretaris van Justitie, over het aanmeldcentrum Schiphol en het grenshospitium.

De heer Dittrich (D66):

Mijnheer de voorzitter! Namens de fractie van D66 wil ik de staatssecretaris van Justitie vragen stellen over het ontbreken van een aanmeldcentrum op Schiphol. In zo'n aanmeldcentrum kan binnen 24 uur een selectie worden gemaakt tussen kansloze en niet-kansloze asielzoekers. Asielzoekers die een kansloze zaak hebben, hebben immers geen recht om in de gewone asielprocedure te worden opgenomen.

Op 1 december 1994 heeft de staatssecretaris gezegd dat de grote aantallen asielzoekers op Schiphol een snelle selectie rechtvaardigen van mensen die echt geen kansen hebben. Negenenhalve maand later ontving de Kamer een brief waarin stond dat in de loop van dit najaar ook voor asielzoekers die zich melden op de luchthaven Schiphol, de aanmeldcentrumprocedures gaan gelden. Vorige week ontving de Kamer een brief waarin stond dat binnen een halfjaar een aanmeldcentrumprocedure zou worden ingevoerd. Dan is het ongeveer april 1996.

Ik heb de volgende vragen aan de staatssecretaris. Kloppen de recente berichten van de immigratiedienst op Schiphol en in Hoofddorp dat er in de laatste maanden van 1995 sprake is van een aanmerkelijke stijging van het aantal asielzoekers dat zich op Schiphol meldt? Kan de staatssecretaris bevestigen dat de twee aanmeldcentra in Zevenaar en Rijsbergen eind 1994 zo'n 1000 aanmeldingen per week hadden en Schiphol gemiddeld zo'n 100 per week, terwijl beide aanmeldcentra nu ongeveer 400 aanmeldingen per week hebben en Schiphol in piekweken is opgeklommen van 150 naar soms meer dan 200 aanmeldingen? Hoe beoordeelt de staatssecretaris deze verschuiving?

Is de inschatting van de immigratiedienst op Schiphol juist dat nogal wat asielzoekers die zich op Schiphol melden, een zwakke zaak hebben en in een aanmeldcentrum meteen zouden worden afgewezen, en dat een deel van hen nooit in het opvangcentrum, de Ripperda-kazerne in Haarlem, aankomt en met onbekende bestemming Nederland in trekt? Wat zijn daarvoor volgens de staatssecretaris de redenen? Is het juist dat een aanmeldcentrum in het gebouw Tripoort op Schiphol binnen zes weken gereed zou kunnen zijn en dat werving en opleiding van het personeel twee maanden duurt, zodat het aanmeldcentrum Schiphol, te rekenen vanaf vandaag, in elk geval per 1 januari a.s. van start zou kunnen gaan?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Het is juist dat eind vorig jaar is gesproken over de duidelijke werking van de aanmeldcentra die half oktober waren begonnen. Dat is ook de reden waarom wij de ontwikkelingen van deze twee centra nauwkeurig hebben gevolgd en waarom de Kamer, ik meen twee maanden geleden, een evaluatie heeft gekregen van de eerste periode waarin de centra in Zevenaar en Rijsbergen bestaan.

De heer Rijpstra heeft in juni vragen gesteld over het grenshospitium voor asielzoekers op Schiphol. In antwoord daarop heb ik gezegd dat ik op korte termijn plannen bekend zou maken. Dat is dan ook gebeurd: per brief van vorige week heeft de Kamer gehoord dat wij ook voor Schiphol een aanmeldcentrum voorstaan. Dat dit wijs zou zijn, zal ik illustreren aan de hand van de cijfers voor de eerste negen maanden van 1995. Voor Rijsbergen, Zevenaar en Schiphol gaat het om in totaal 20.932 asielzoekers. Dat was vorig jaar 39.400 en nog wat. Dat is een aanzienlijke daling. Van die 20.000 hebben zich bijna 9000 in Rijsbergen gemeld, 7831 in Zevenaar en 4113 op Schiphol. Dat was tot en met september. Zouden wij deze aantallen extrapoleren naar heel 1995 dan verwachten wij op Schiphol een aanmelding van 5484 personen. Dat is vergeleken bij de aanmelding op Schiphol van het vorige jaar een daling van 500. Toen was dat aantal 5900 en nog wat. Dat is een relatieve daling. Absoluut gaan ook de aantallen op Schiphol omlaag. Als wij de scherpe daling zien van de aantallen in Rijsbergen en Zevenaar dan heeft de heer Dittrich gelijk dat er reden is voor een zekere mate van bezorgdheid omdat op Schiphol gemakkelijker kan worden binnengekomen. Dat is precies de legitimatie voor het aanmeldcentrum dat wij graag op Schiphol willen beginnen. Ik heb de Kamer daarover een brief gestuurd.

Misschien mag ik nog één cijfer geven om te illustreren dat de aantallen op Schiphol wat minder dalen dan in Rijsbergen en Zevenaar. De instroom in 1994 was op Schiphol 11% van het totaal aantal asielzoekers. In 1995 is dat 16%. Relatief gezien betekent dat een zekere stijging.

Voorzitter! Met de Kamer hoop ik dat wij snel met het aanmeldcentrum Schiphol kunnen beginnen. Dat heeft een relatie met het grenshospitium. In antwoord op de vraag van de heer Dittrich wanneer een dergelijk centrum kan starten, kan ik hem melden dat de besprekingen daarover al zijn begonnen en dat het programma van eisen klaar ligt. Als deze Kamer geen bezwaar toont, hetgeen blijkt uit de gestelde vragen, zullen wij in januari – ik neem het zekere voor het onzekere – met het aanmeldcentrum Schiphol kunnen beginnen. Er staat ongeveer acht weken voor. Zekerheidshalve zeg ik in januari. Dat betekent niet dat het grenshospitium dan ook al klaar is. In de brief wordt uiteengezet dat daarvoor wat meer tijd nodig is.

Voorzitter! Ik hoop hiermede de stand van zaken te hebben verduidelijkt.

De heer Dittrich (D66):

Voorzitter! Ik dank de staatssecretaris voor haar beantwoording. Ik heb nog niet een antwoord gekregen op al mijn vragen. Dat betreft met name de vraag over de inschatting van de IND Schiphol dat veel mensen die zich nu op Schiphol melden een zwakke zaak hebben en niet aankomen in het opvangcentrum, de Ripperda-kazerne in Haarlem. Ik zou daarover graag iets meer horen.

Verder heb ik de staatssecretaris gevraagd of het juist is dat sinds het paasoffensief in Amsterdam en de actie Victor in Rotterdam in het grenshospitium alleen vreemdelingen met criminele antecedenten in bewaring worden gehouden. Is het de bedoeling dat er een gescheiden regime komt? Is het verantwoord zo'n scheiding aan te brengen? Is het mogelijk? Is daarover met het personeel gesproken? Is die scheiding goed aan te brengen?

Wij hebben het eind 1994 al gehad over het aanmeldcentrum. De vraag is nog steeds waarom het zo lang heeft moeten duren. Zou het niet een goed idee zijn – de heer Rijpstra heeft dat al eens eerder naar voren gebracht – om asielzoekers die op Schiphol aankomen met de bus te brengen naar het aanmeldcentrum Zevenaar om daar in de aanmeldprocedure mee te draaien totdat het aanmeldcentrum Schiphol geopend is? Ik kan de staatssecretaris alvast vertellen dat het aanmeldcentrum Zevenaar daarmee op zichzelf akkoord is. Technisch zou dit mogelijk zijn. Wil de staatssecretaris daarop ingaan?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! De heer Dittrich heeft waarschijnlijk tijdens een werkbezoek de informatie verkregen dat de mensen op Schiphol een veel zwakkere zaak zouden hebben. Ik acht het niet uitgesloten dat een aantal zaken zwakker zijn. Van het aantal 4113 dat zich de eerste maanden op Schiphol heeft gemeld, is 90% doorgegaan naar het opvangcentrum in de Ripperda-kazerne. Ik zou moeten laten uitzoeken wat in het merendeel van de gevallen de uitslag van de procedure is. Die kennis heb ik op dit moment niet voorhanden.

De heer Dittrich heeft gezegd dat de realisatie van het aanmeldcentrum Schiphol langer heeft geduurd dan ideaal is. Is er wel iets ideaal in de dossiers, zo vraag ik mij weleens af.

De heer Dittrich maakt zich voorts zorgen over het gescheiden regime in het grenshospitium. Dat is ook precies de zorg geweest van zowel de minister van Justitie als van mijzelf. Ik verwijs naar de correspondentie waarin wij hebben gezegd, dat wij het grenshospitium ook ter beschikking wilden stellen aan dat paasoffensief. Het begon immers met de illegalen die in Amsterdam werden opgepakt, omdat zij in de criminaliteit waren vervallen. Wij hebben daarna naar een oplossing gezocht, ook al omdat het aantal asielzoekers die wij op grond van de gewone procedure in het grenshospitium zouden moeten huisvesten, terug zou lopen. In goed en uitvoerig overleg met de dienst van het gevangeniswezen, de immigratiedienst en de leiding van het grenshospitium menen wij nu dat het verantwoord is om dat gescheiden regime voor te stellen. Vandaar onze brief! Daar wordt uiteraard ook met het personeel over gesproken.

Het punt van het vervoer is ten slotte een van de mogelijkheden die wij al hebben bekeken. Wij hebben bekeken of je het via busvervoer of iets dergelijks bij een van de bestaande aanmeldcentra zou moeten doen. Dat leek ons niet verantwoord. Er ligt niet alleen een kostenplaatje, maar het is ook een geweldig "getransporteer" van mensen. Het is volgens ons een veel nettere en correctere aanpak als wij de mensen kunnen horen op de plek waar zij aankomen. Daar komt trouwens nog bij, en dat is naar mijn mening het hoofdelement, dat luchtvaartmaatschappijen verantwoordelijk zijn voor het vervoeren van mensen die hier wellicht ten onrechte komen. Luchtvaartmaatschappijen moeten daarop worden aangesproken. Men moet dan dus ook onmiddellijk terug kunnen.

De heer Rijpstra (VVD):

Voorzitter! Ik wil op dat laatste nog even ingaan. De staatssecretaris zegt dat het vervoer een probleem zou kunnen opleveren. Ik wijs even op de vragen die wij gesteld hebben in de zomer van dit jaar. Daarin gaven wij juist aan dat dit vervoer een goede oplossing zou kunnen zijn totdat het aanmeldcentrum op Schiphol gereed is. Immers, met een pendel kunnen die mensen naar de centra toe gaan. Binnen 24 uur is er uitsluitsel en kunnen zij weer met dezelfde pendel naar Schiphol worden teruggebracht en op het vliegtuig terug worden gezet. Wil de staatssecretaris toch niet overwegen om die pendel in te zetten in de tussenliggende periode totdat het aanmeldcentrum vorm heeft gekregen?

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Ik ben er tot op heden geen voorstander van geweest. De redenen daarvoor heb ik zojuist al aangegeven. Op dit moment gaan de mensen na die eerste besprekingen van Schiphol naar het opvangcentrum, de Ripperda-kazerne. Ik ben wel bereid om de voor- en nadelen eens even op een rijtje te zetten en de Kamer daarvan op de hoogte te stellen. Wij praten dan over twee, drie maanden. Ik zeg het dus niet toe, maar ik ben wel bereid het even serieus te bekijken. Maar in zijn algemeenheid, als structurele oplossing, hebben wij dat absoluut niet gekozen. Ik wil het echter wel bekijken.

De heer De Hoop Scheffer (CDA):

Voorzitter! Ik wil even ingaan op de argumenten van de staatssecretaris tegen de pendel. Wij praten hier overigens niet over nieuwe dingen. De vragen van collega Dittrich verbaasden mij in die zin dat wij net een brief van de staatssecretaris hebben ontvangen over dit onderwerp. Wij hebben deze discussie hier ook al veel vaker gevoerd. Zo zijn er eind augustus vragen van collega Rijpstra beantwoord over precies hetzelfde onderwerp.

Volgens de cijfers van de staatssecretaris gaat het om ongeveer 100 asielzoekers per week. Ik wil benadrukken dat er bij Defensie of bij de particuliere vervoerders voldoende capaciteit beschikbaar moet zijn om 100 mensen per week van Schiphol naar een AC te vervoeren, opdat voor die mensen ook kan gelden wat voor alle andere mensen geldt die zich in Nederland melden. Het allerbelangrijkste is misschien wel dat wij ervoor zorgen dat mensensmokkelaars en mensenhandelaars Schiphol niet gaan zien als een zeer aantrekkelijk gat om mensen Nederland binnen te sluizen. Dat kan nooit de bedoeling zijn. Namens de CDA-fractie houd ik dus ook een krachtig pleidooi om op de kortst mogelijke termijn de voors en tegens op een rij te zetten. Wat mijn fractie betreft, zijn er veel meer voors dan tegens.

Staatssecretaris Schmitz:

Ik ben blij dat de CDA-fractie het al weet. Ik heb al gezegd dat ik de voor- en nadelen serieus zal bekijken. Ik vind het argument van de mensensmokkel overigens een buitengewoon serieus argument. Dat is een reden te meer om het te bekijken.

De heer Van Boxtel (D66):

Voorzitter! Naar aanleiding van de opmerking van de heer De Hoop Scheffer lijkt het mij gepast om aan de staatssecretaris te vragen waarom haar brief over dit onderwerp pas gekomen is nadat vorige week mondelinge vragen over dit onderwerp zijn gesteld. Voorts wil ik nogmaals de volgende opmerking maken. Als de opening van het centrum op Schiphol nog een tijd op zich laat wachten, is de invoering van die pendel toch wel het overwegen waard.

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Toen ik de vorige week van de heer Dittrich hoorde dat hij mondelinge vragen zou stellen, heb ik hem gezegd dat de brief reeds klaar lag en geparafeerd was. Hij wist dus dat de brief er lag.

De heer Van Oven (PvdA):

Voorzitter! De Rekenkamer heeft "de politiek" kortgeleden nog gegispt vanwege een te versnipperde besluitvorming inzake de vreemdelingenproblematiek. Mijn fractie geeft er verre de voorkeur aan om dit onderwerp uitgebreid te behandelen tijdens het nota-overleg dat in november zal worden gehouden. Ik vraag de staatssecretaris dan ook of zij bereid is om voorafgaand aan dat overleg ten aanzien van het tijdpad van de totstandkoming van een aanmeldcentrum Schiphol een volledig overzicht van de verschillende mogelijkheden te geven.

Staatssecretaris Schmitz:

Wij zouden een aantal weken verliezen, als de Kamer dat wil. Ik zit er een beetje mee, want ik heb steeds uit alle reacties over het aanmeldcentrum begrepen dat de koers die wij op dat punt voeren goed was. Ik wil overigens evenals de heer Van Oven de besluitvorming over juist dit hele dossier graag in lijn zetten; laat ik dat duidelijk stellen. Daarom ben ik blij dat de Kamer heeft besloten al die rapporten gezamenlijk te behandelen. Alleen, ik had graag haast willen maken met dit onderdeel en dus verder willen gaan. Wij kunnen de onderhandelingen natuurlijk doorzetten. Ik kan de voor- en nadelen op een rijtje zetten, en dan ligt het resultaat er binnen een paar weken op tafel. Ik heb niet begrepen dat hij van mij zou willen horen dat ik zelfs de onderhandelingen en de voorbereidingen zal uitstellen. Als mijn veronderstelling juist is, kunnen wij er waarschijnlijk samen mee leven.

De heer Korthals (VVD):

Voorzitter! De VVD-fractie vraagt de staatssecretaris haast te maken.

Staatssecretaris Schmitz:

Voorzitter! Haasten moet men zich in wijsheid en voorzichtigheid.

De heer Ybema (D66):

Voorzitter! De staatssecretaris suggereert dat het aan de Kamer ligt dat het zo lang duurt. Zij heeft in december 1994 toegezegd dat er een asielzoekerscentrum op Schiphol komt. Kan zij nog eens helder uitleggen waarom het zo lang duurt? Waarom is het er nog niet?

Staatssecretaris Schmitz:

Ik suggereer niet dat het aan de Kamer zou liggen. Eind vorig jaar heb ik gezegd dat het wellicht goed zou zijn, op Schiphol een aanmeldcentrum te ontwikkelen. Wij waren net anderhalve maand tevoren met twee nieuwe aanmeldcentra begonnen en wij allen wilde de resultaten daarvan weten. De Kamer heeft kort voor de zomer het evaluatieverslag ontvangen. Het blijkt een succes en dus gaan wij verder op dat pad. Ook in overleg en in relatie tot het grenshospitium hebben wij bezien hoe wij de zaken zo goed mogelijk kunnen aanpakken. De Kamer heeft daarover vorig jaar een tweetal brieven gekregen, en nu is het zover dat wij kunnen starten.

Naar boven