Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Bepalingen inzake gemeentelijke zorg voor houders van een voorwaardelijke vergunning tot verblijf (Wet gemeentelijke zorg voor houders van een voorwaardelijke vergunning tot verblijf) (23966).

(Zie vergadering van 26 januari 1995.)

De voorzitter:

Ik deel aan de Kamer mede, dat de heer Gabor zijn amendement op stuk nr. 13 heeft ingetrokken.

Aangezien het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 20, I) op wetsvoorstel 23930 is aangenomen, moet gestemd worden over het amendement-M.M van der Burg c.s. (stuk nr. 19, I).

In stemming komt het amendement-M.M van der Burg c.s. (stuk nr. 19, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, D66, de RPF, de VVD, het CDA, het AOV en de Unie 55+, alsmede het lid Hendriks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement de andere op stuk nr. 19 amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Artikel 1, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, I), wordt zonder stemming aangenomen.

Het eerste lid van artikel 2 wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Aangezien het amendement-Gabor c.s. (stuk nr. 18, I) op wetsvoorstel 23930 is verworpen, behoeft niet gestemd te worden over het amendement-Gabor c.s. (stuk nr. 18, I).

Het tweede lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, II), wordt zonder stemming aangenomen.

Het derde lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, III), wordt zonder stemming aangenomen.

Het vierde lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, IV), wordt zonder stemming aangenomen.

Het vijfde lid wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 2 wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Aangezien het amendement-Versnel-Schmitz c.s. (stuk nr. 21) op wetsvoorstel 23930 is aangenomen, moet gestemd worden over het amendement-Dittrich c.s. (stuk nr. 20).

In stemming komt het amendement-Dittrich c.s. (stuk nr. 20).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de SGP, de RPF, het GPV, de PvdA, GroenLinks, de SP, de VVD, het CDA, het AOV en de Unie 55+ voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Het eerste lid van artikel 3, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Dittrich c.s. (stuk nr. 20), wordt zonder stemming aangenomen.

Het tweede lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, V), wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 3 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 5 t/m 7 worden zonder stemming aangenomen.

Artikel 8, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, VI), wordt zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Aangezien het amendement-Gabor (stuk nr. 12) op wetsvoorstel 23930 is verworpen, behoeft niet gestemd te worden over het amendement-Gabor (stuk nr. 10).

Artikel 9 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 10 en 11 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Gabor (stuk nr. 16, I).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, de SGP, het GPV, GroenLinks en de SP voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Ik stel vast, dat door de verwerping van dit amendement het andere op stuk nr. 16 voorkomende amendement als verworpen kan worden beschouwd.

Artikel 12 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 13 t/m 24 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het gewijzigde amendement-Gabor (stuk nr. 21).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA, het AOV, de Unie 55+, de RPF, GroenLinks en de SP voor dit gewijzigde amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 25 wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 26 t/m 34 worden zonder stemming aangenomen.

De voorzitter:

Aangezien het amendement-Sipkes (stuk nr. 16) op wetsvoorstel 23930 is verworpen, behoeft niet gestemd te worden over het amendement-Sipkes op stuk nr. 14.

Artikel 35, eerste lid, wordt zonder stemming aangenomen.

Het tweede lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, VII), wordt zonder stemming aangenomen.

Het derde lid, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-M.M. van der Burg c.s. (stuk nr. 19, VIII), wordt zonder stemming aangenomen.

Het vierde en vijfde lid worden zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel 35 wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel 36 en de beweegreden worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, de SP, D66, de RPF, de SGP, het GPV, de VVD, het CDA, het AOV en de Unie 55+, alsmede het lid Hendriks voor het wetsvoorstel hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Naar boven