Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het Presidium heeft met eenparigheid van stemmen besloten, te stellen in handen van:

a. de vaste commissie voor Justitie:

  • - het wetsvoorstel Regels inzake de verstrekking van subsidies door de Minister van Justitie alsmede wijziging van enige wetten in verband met de subsidietitel in de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht (Wet Justitie-subsidies) (24040);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van het op 26 april 1994 te Bonn tot stand gekomen Protocol betreffende de gevolgen van de inwerkingtreding van de Overeenkomst van Dublin voor een aantal bepalingen van de Overeenkomst ter uitvoering van het Akkoord van Schengen (24046);

b. de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken:

  • - het wetsvoorstel Herziening van de bepalingen over het toezicht op gemeentelijke en provinciale belastingverordeningen (24051);

  • - het wetsvoorstel Samenvoeging van de gemeenten Cothen, Langbroek en Wijk bij Duurstede (24053);

c. de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de studiefinanciering in verband met onder meer de harmonisatie van de maximale rentedragende lening in het hoger beroepsonderwijs en in het wetenschappelijk onderwijs (24039);

d. de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Luchtvaartwet (24047);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van de op 26 april 1994 te Charleville-Mézières tot stand gekomen Verdragen inzake de bescherming van de Maas respectievelijk de Schelde (Trb. 1994, 149 en 150) (24041);

  • - het wetsvoorstel Aanpassing van de Spoorwegwet en de Wet personenvervoer aan Richtlijn nr. 91/440 EEG en Verordening (EEG) nr. 1893/91 (24042);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Luchtvaartwet (mogelijkheid tot vaststelling van een gereserveerde geluidszone) (24049);

e. de algemene commissie voor de Rijksuitgaven:

  • - het Decemberverslag 1994 van de Algemene Rekenkamer (24045).

In verband met de beschikbaarheid van de initiatiefnemer, onze collega de heer Van Boxtel, stel ik voor, het debat over de medische keuringen van de agenda van deze week af te voeren. In verband daarmee zal het wetsvoorstel inzake de wijziging van de Mediawet direct na de stemmingen beginnen, dat wil zeggen rond drie uur. Het programma voor de rest van de week zal zo spoedig mogelijk door middel van een gewijzigd schema worden meegedeeld.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Hoof.

De heer Van Hoof (VVD):

Voorzitter! Hedenochtend verschenen berichten in de dagbladen dat het Tijdelijk instituut voor coördinatie en afstemming (TICA) een brief gestuurd zou hebben aan de keuringsartsen waarin zou zijn vermeld, dat in bijzondere gevallen kan worden afgeweken van het schattingsbesluit, respectievelijk artsen meer vrijheid zouden krijgen bij het uitvoeren van de keuringen. Naar aanleiding van dat bericht zou ik een brief van de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid willen vragen waarin de volgende vragen worden beantwoord.

1. Wat is de precieze inhoud van de brief van het TICA?

2. Hoe verhoudt die brief van het TICA zich tot de brief van de staatssecretaris zelve aan de voorzitter van dat TICA met betrekking tot de wijze van behandeling van probleemgevallen bij keuringen en de vraag in hoeverre daarbij sprake is van structurele dan wel incidentele problemen?

3. In hoeverre is het TICA bevoegd tot het schrijven van deze brief?

4. In hoeverre leidt een dergelijk besluit tot het misschien weer voorzichtig invoeren van de verdiscontering? Wordt door deze brief vooruitgelopen op de lopende onderzoeken die zijn gestart vanuit de voormalige Sociale verzekeringsraad?

5. Wat is in het algemeen de mening van de staatssecretaris over de inhoud van de brief van het TICA?

Mevrouw Adelmund (PvdA):

Ik sluit mij graag aan bij het verzoek van de heer Van Hoof, misschien met een wat andere motivering, maar daar ga ik nu niet op in. Ik word ook graag zo snel mogelijk geïnformeerd.

Mevrouw Bijleveld-Schouten (CDA):

Voorzitter! Ook de CDA-fractie sluit zich gaarne aan bij het verzoek van de heer Van Hoof. Wij hebben nog wel twee aanvullende vragen. Naar ons idee heeft staatssecretaris Linschoten ook toegezegd op een lijst exact aan te geven waar de problemen zitten. Die lijst zien wij graag toegevoegd. Ook ontvangen wij graag gegevens per regio. Wellicht kunnen deze beide vragen worden toegevoegd aan het verzoek van de heer Van Hoof.

De heer Rosenmöller (GroenLinks):

Voorzitter! De berichten in de media die ook ik heb gelezen, gaven in ieder geval ons het sprankje hoop dat op korte termijn iets aan de meest schrijnende gevallen zou kunnen worden gedaan. Juist omdat wij dat willen, willen wij zo snel mogelijk de brief hebben. Dat is onze motivatie om ons bij het verzoek van collega Van Hoof aan te sluiten.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Dijke.

De heer Van Dijke (RPF):

Mijnheer de voorzitter! Pas nu is mij gebleken dat de medeondertekenaars van mijn motie op stuk nr. 11 (23688) nader overleg over deze motie willen. Daarom verzoek ik u de stemmingen in verband met wetsvoorstel 23688 en de motie uit te stellen.

De voorzitter:

Naar mij blijkt kan de Kamer instemmen met het verzoek van de heer Van Dijke. Ik stel daarom voor, de punten 14 en 15 van de agenda af te voeren en volgende week dinsdag over dit wetsvoorstel te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven