Voorzitter: Fred de Graaf
Tegenwoordig zijn 67 leden, te weten:
Backer, Barth, Beckers, Beuving, Van Bijsterveld, De Boer, Brinkman, Bröcker, Broekers-Knol,
Van Dijk, Dupuis, Duthler, Elzinga, Engels, Essers, Ester, Faber-van de Klashorst,
Flierman, Franken, Frijters-Klijnen, Ganzevoort, Fred de Graaf, Machiel de Graaf,
Marcel de Graaff, De Grave, Hermans, Hoekstra, Holdijk, Ter Horst, Huijbregts-Schiedon,
Van Kappen, Klever, Kneppers-Heijnert, Knip, Koffeman, Koole, Kox, Kuiper, De Lange,
Van der Linden, Linthorst, Lokin-Sassen, Martens, Nagel, Noten, Putters, Reuten, Van
Rey, Ruers, Schaap, Scholten, Schouwenaar, Schrijver, Sent, Smaling, Sörensen, Van
Strien, Strik, Swagerman, Sylvester, Terpstra, Thissen, Vliegenthart, Vlietstra, Vos,
De Vries en De Vries-Leggedoor,
en mevrouw Van Bijsterveldt-Vliegenthart, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
en mevrouw Koşer Kaya en de heer Blok.
De
voorzitter:
Dames en heren, leden van de Eerste Kamer, aangezien onze vergaderdag vandaag samenvalt
met de verjaardag van Hare Majesteit de Koningin, wil ik graag beginnen met het uitspreken
van een gelukwens aan Hare Majesteit met haar 74ste verjaardag en haar namens ons
allen nog vele goede jaren in goede gezondheid toewensen.
(geroffel op de bankjes)
De
voorzitter:
Ik deel aan de Kamer mede dat zijn ingekomen berichten van verhindering van de leden:
Quik-Schuijt en Slagter-Roukema, wegens persoonlijke omstandigheden;
Postema, Van Boxtel en Thom de Graaf, wegens verblijf buitenslands;
Reynaers, wegens ziekte.
Deze berichten worden voor kennisgeving aangenomen.
De
voorzitter:
De ingekomen stukken staan op een lijst die in de zaal ter inzage ligt. Op die lijst
heb ik voorstellen gedaan over de wijze van behandeling. Als aan het einde van de
vergadering daartegen geen bezwaren zijn ingekomen, neem ik aan dat de Kamer zich
met de voorstellen heeft verenigd.
(Deze lijst is, met de lijst van besluiten, opgenomen aan het einde van deze editie.)
De
voorzitter:
Ingekomen is een beschikking van de Voorzitters van de Eerste en van de Tweede Kamer
der Staten-Generaal houdende aanwijzing van de heer Çelik tot lid van de Raadgevende
Interparlementaire Beneluxraad, ter vervanging van mevrouw M.I. Hamer.
Ik deel aan de Kamer mee dat de brief die de staatssecretaris van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport tijdens het debat op 24 januari 2012 over het wetsvoorstel Wet AWBZ-zorg
buitenland (32154) heeft toegezegd, de Kamer op 30 januari 2012 heeft bereikt. Ik ga ervan uit dat
de onder voorbehoud geagendeerde stemming over het wetsvoorstel daarmee zo dadelijk
doorgang kan vinden. Ik zie dat daar geen bezwaar tegen is.