Aan de orde zijn de stemmingen over moties, te weten:

- de motie-De Wolff c.s. inzake tijdige indiening van wetsvoorstellen (29200, B);

- de motie-De Rijk c.s. inzake de efficiencymaatregel (28870,28960, J).

(Zie vergaderingen van respectievelijk 21 en 7 oktober 2003.)

De voorzitter:

Mevrouw De Wolff en mevrouw De Rijk vragen heropening van de beraadslaging over deze moties. Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen.

Daartoe wordt besloten.

De beraadslaging wordt hervat.

Mevrouw De Wolff (GroenLinks):

Mevrouw de voorzitter. Ik wil de motie die mijn naam draagt en die gaat over het tijdig indienen van wetsvoorstellen bij de Kamer, intrekken. Ik meen namelijk dat de minister-president in zijn reactie op de motie in voldoende mate tegemoet is gekomen aan de wens die in de motie verwoord. Daarmee is weer eens aangetoond dat de Kamer wél zo nu en dan een motie kan indienen en dat er geen wet van Meden en Perzen is waarin is bepaald dat de Kamer daarmee terughoudend moet omgaan.

De voorzitter:

Aangezien de motie-De Wolff c.s. (29200, B) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

Mevrouw De Rijk (GroenLinks):

Mevrouw de voorzitter. Ik zeg alleen maar dat wij de motie op stuk nr. J (28870) aanhouden tot de behandeling van de begroting Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Overigens lijkt het mij best aardig als de senioren eens overleggen over het fenomeen "motie". Wij hebben in het huishoudelijk reglement namelijk niets kunnen terugvinden over het terughoudend zijn met moties. Het indienen van moties is een recht van de Kamer.

De voorzitter:

Ik zou willen voorstellen dat uw fractievoorzitter dit in het seniorenconvent naar voren brengt.

Op verzoek van mevrouw De Rijk stel ik voor, haar motie (28870, 28960, J) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De beraadslaging wordt gesloten.

Naar boven