Tegenwoordig zijn 69 leden, te weten:
Baarda, Batenburg, De Beer, Van den Berg, Bierman, De Boer, Boorsma, Braks,
Van den Broek-Laman Trip, Cohen, Dees, Van Dijk, Van Eekelen, Eversdijk, Gelderblom-Lankhout,
Van Gennip, Ginjaar, Glastra van Loon, Glasz, Van Graafeiland, Grewel, Grol-Overling,
De Haze Winkelman, Heijmans, Heijne Makkreel, Hendriks, Hessing, Van Heukelum,
Hirsch Ballin, Hofstede, Holdijk, Jaarsma, De Jager, Jurgens, Ketting, Korthals
Altes, J. van Leeuwen, L.M. van Leeuwen, Linthorst, Lodewijks, Loudon, Luijten,
Luimstra-Albeda, Michiels van Kessenich-Hoogendam, Pitstra, Le Poole, Postma,
Rensema, Rongen, Schoondergang-Horikx, Schuurman, Schuyer, Staal, Steenkamp,
Stevens, Talsma, Tuinstra, Varekamp, Ter Veld, Veling, Verbeek, Vrisekoop,
Werner, Wiegel, De Wit, Wöltgens, Van de Zandschulp, Zijlstra en Zwerver,
en de heer Dijkstal, vice-minister-president, minister van Binnenlandse
Zaken, en mevrouw Van de Vondervoort, staatssecretaris van Binnenlandse Zaken.
De voorzitter:
Ingekomen is het bericht van overlijden van het oud-lid der Kamer de heer
G.J.P. Cammelbeeck. Namens de Kamer heb ik het volgende bericht van rouwbeklag
aan zijn echtgenote gezonden. Ik verzoek u, dit bericht staande aan te horen:
Met leedwezen heeft de Eerste Kamer der Staten-Generaal kennisgenomen
van het overlijden van uw echtgenoot, mr. G.J.P. Cammelbeeck, lid van deze
Kamer van 1952 tot 1971.
"Ik noem het altijd maar een kwestie van hetzelfde trillingsgetal", daarnaar
was uw echtgenoot in zijn eigen woorden op zoek. Daartoe wilde hij met de
ander in contact komen, bij voorkeur in een persoonlijk gesprek. Het was voor
hem in zijn werk als advocaat en politicus een goede vorm van hoor en wederhoor,
met veel wederhoor. Hij was op zoek naar begrip voor – vaak controversieel
geachte – mensen. Hij was op zoek naar evenwicht in de samenleving.
Vandaar ook zijn grote staat van dienst als controleur van de macht: 24 jaren
in de gemeenteraad van Eindhoven, tweemaal als lid van provinciale staten
van Noord-Brabant (van 1948 tot 1952 en van 1960 tot 1964) en 18 jaren als
lid van de Eerste Kamer. Maar het was wel een zoeken naar het evenwicht zoals
hij dat definieerde. En dan schuwde hij het licht van de schijnwerpers niet.
Het maakte hem ook tot de geknipte voorzitter van het eerste en succesvolle
tv-forum "Wel beschouwd".
Flamboyant, welsprekend en kleurrijk. Het waren eigenschappen die hem
ongetwijfeld ook tot een groot Dominicaan hadden gemaakt, het eerste doel
van zijn jonge jaren, toen hij daartoe ook het Dominicuscollege te Neerbosch
bezocht. Maar deze eigenschappen en zijn sociaal gericht karakter maakten
hem nog meer en beter de bewogen advocaat, politicus en universitair bestuurder.
Nadat hij in 1944 te Eindhoven op het advocatenkantoor van mr. G. Jurgens
zijn werkkring had gevonden, werd hij doorbraak-socialist. In de oorlog had
hij deel uitgemaakt van de Vrij Nederland-groep.
Toen hij zich aan het eind van zijn lange carrière terugtrok als
voorzitter van het college van bestuur van de Universiteit van Amsterdam,
trok hij de volgende slotsom: "Het niveau is me tegengevallen. Ik ben met
idealen de universiteit binnengestapt, maar zoals alle nieuwlichters lijd
ik ook onder de teleurstelling over die barre wereld." Een dergelijke conclusie
heeft hij wellicht vaker getrokken, als hijzelf, hoewel toch ook lid van het
establishment, dat establishment tegelijk relativeerde. "Wat stelt die hele
gevestigde orde nou voor", zo vroeg hij zichzelf en anderen af. Hij gaf daarmee
aan dat hij teleurgesteld kon raken, maar dat hield niet in dat hij bereid
was zijn idealen of principes op te geven.
Hij had zitting in de Eerste Kamer voor de Partij van de Arbeid. Daar
beperkte hij zijn werkzaamheden niet tot juridische aangelegenheden. Ook Onderwijs,
Volkshuisvesting, Cultuur en Koninkrijkszaken hadden zijn aandacht.
Een markant man is heengegaan. De herinneringen aan een persoonlijkheid
met zoveel kwaliteiten moge tot troost zijn van u en de kinderen, die dit
verlies moeten dragen.
Ik verzoek u een ogenblik stilte in acht te nemen.