Tweede Kamer der Staten-Generaal

36 560 V Jaarverslag en Slotwet Ministerie van Buitenlandse Zaken 2023

Nr. 1 JAARVERSLAG VAN HET MINISTERIE VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Ontvangen 15 mei 2024

Vergaderjaar 2023–2024

GEREALISEERDE UITGAVEN EN ONTVANGSTEN

Figuur 1 Gerealiseerde uitgaven verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen (x €1 mln.).

Figuur 2 Gerealiseerde ontvangsten verdeeld over beleidsartikelen en niet-beleidsartikelen (x €1 mln.).

A. ALGEMEEN

1. Aanbieding van het jaarverslag en verzoek tot dechargeverlening

AAN de voorzitters van de Eerste en de Tweede Kamer van de Staten-Generaal.

Hierbij bied ik het departementale jaarverslag van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) over het jaar 2023 aan.

Onder verwijzing naar de artikelen 2.37 en 2.40 van de Comptabiliteitswet 2016 verzoek ik de beide Kamers van de Staten-Generaal de Minister van Buitenlandse Zaken decharge te verlenen over het in het jaar 2023 gevoerde financiële beheer.

Voor de oordeelsvorming van de Staten-Generaal over dit verzoek tot dechargeverlening stelt de Algemene Rekenkamer als externe controleur op grond van artikel 7.14 van de Comptabiliteitswet 2016 een rapport op. Dit rapport wordt op grond van artikel 7.15 van de Comptabiliteitswet 2016 door de Algemene Rekenkamer aan de Staten-Generaal aangeboden. Het rapport bevat de bevindingen en het oordeel van de Algemene Rekenkamer over:

  • a. het gevoerde begrotingsbeheer, financieel beheer, materiële bedrijfsvoering en de daartoe bijgehouden administraties van het Rijk;

  • b. de centrale administratie van de schatkist van het Rijk van het Ministerie van Financiën;

  • c. de financiële verantwoordingsinformatie in de jaarverslagen;

  • d. de totstandkoming van de niet-financiële verantwoordingsinformatie in de jaarverslagen;

  • e. de financiële verantwoordingsinformatie in het Financieel jaarverslag van het Rijk.

Bij het besluit tot dechargeverlening worden verder de volgende, wettelijk voorgeschreven, stukken betrokken:

  • a. het Financieel jaarverslag van het Rijk over 2023

  • b. het voorstel van de slotwet dat met het onderhavige jaarverslag samenhangt;

  • c. het rapport van de Algemene Rekenkamer over het onderzoek van de centrale administratie van de schatkist van het Rijk en van het Financieel jaarverslag van het Rijk;

  • d. de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer over de in het Financieel jaarverslag van het Rijk, over 2023 opgenomen rekening van uitgaven en ontvangsten over 2023, alsmede over de saldibalans over 2023 (de verklaring van goedkeuring, bedoeld in artikel 7.14, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2016.

Het besluit tot dechargeverlening kan niet worden genomen, voordat de betrokken slotwet is aangenomen en voordat de verklaring van goedkeuring van de Algemene Rekenkamer is ontvangen.

Minister van Buitenlandse Zaken,H.G.J. Bruins Slot

Dechargeverlening door de Tweede Kamer

Onder verwijzing naar artikel 2.40 van de Comptabiliteitswet 2016 verklaart de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal dat de Tweede Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van de Tweede Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 2.40, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2016 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, ter behandeling doorgezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer.

Dechargeverlening door de Eerste Kamer

Onder verwijzing naar artikel 2.40 van de Comptabiliteitswet 2016 verklaart de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal dat de Eerste Kamer aan het hiervoor gedane verzoek tot dechargeverlening tegemoet is gekomen door een daartoe strekkend besluit, genomen in de vergadering van

De Voorzitter van de Eerste Kamer,

Handtekening:

Datum:

Op grond van artikel 2.40 van de Comptabiliteitswet 2016 wordt dit originele exemplaar van het onderhavige jaarverslag, na ondertekening van de hierboven opgenomen verklaring, doorgezonden aan de Minister van Financiën.

2. Leeswijzer

InleidingIn deze leeswijzer wordt de indeling en opbouw van het jaarverslag voor het Ministerie van Buitenlandse Zaken toegelicht. In die gevallen, waarin afwijkingen van de Rijksbegrotingsvoorschriften voorkomen, wordt dit beschreven.

Het jaarverslag 2023 vormt in principe een spiegel van de memorie van toelichting zoals deze op Prinsjesdag 2022 aan de Kamer is aangeboden.

De jaarverslagen van Buitenlandse Zaken (BZ) en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS) dienen in nauwe samenhang te worden bezien. De inzet op het Nederlandse buitenlandbeleid komt tot uitdrukking in de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS). Door deze bundeling wordt de onderlinge samenhang geïllustreerd en samenwerking en afstemming binnen de betrokken ministeries bevorderd.

Buitenlandse betrekkingen zijn een zaak van het Koninkrijk der Nederlanden: Nederland in Europa, Aruba, Curaçao en Sint Maarten, alsmede de Nederlandse openbare lichamen in het Caribisch gebied (Bonaire, Sint Eustatius en Saba). Waar dit jaarverslag spreekt over «Nederland» of «Nederlands» wordt daarmee bedoeld: «(van) het Koninkrijk der Nederlanden», tenzij het gaat om zaken die specifiek het land Nederland betreffen, zoals het EU-lidmaatschap en ontwikkelingssamenwerking.

FocusonderwerpDe Tweede Kamer heeft als focusonderwerp van de Algemene Rekenkamer voor het Jaarverslag 2023 aangewezen «Resultaatbereik in relatie tot onderuitputting, als gevolg van bijvoorbeeld arbeidskrapte». Hierop wordt ingegaan onder bijlage 5 en in het Financieel jaarverslag van het Rijk.

BeleidsverslagHet beleidsverslag begint met de beleidsprioriteiten van Buitenlandse Zaken waarbij thematisch wordt ingegaan op de belangrijkste resultaten die bereikt zijn in 2023. Daarnaast is een tabel opgenomen met daarin de realisatie van de periodieke rapportages/beleidsdoorlichtingen, de openbaarheidsparagraaf, een overzicht risicoregelingen en een budgettair overzicht Oekraïne.

Vervolgens wordt op hoofdlijnen ingegaan op de algemene doelstelling, de rol en verantwoordelijkheid van de minister en de beleidsconclusies. In de beleidsconclusies is per artikel aangegeven welke beleidswijzigingen hebben plaatsgevonden in de uitvoering van het beleid en welke beleidswijzigingen hebben plaatsgevonden als gevolg van in 2023 afgerond evaluatieonderzoek. Daarbij wordt met name ingegaan op beleidsdoorlichtingen. Kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren zijn – daar waar zinvol en haalbaar – naast en in de teksten bij de beleidsartikelen opgenomen, om de voortgang op de doelstellingen van het beleidsprogramma te laten zien.

Budgettaire gevolgen van beleid en toelichting In de tabel budgettaire gevolgen van beleid zijn de opmerkelijke verschillen tussen de begroting en de realisatie 2023 opgenomen. Voor de uitgaven worden ondergrenzen gehanteerd zoals vermeld in de Rijksbegrotingsvoorschriften 2024. EUR 2 miljoen voor beleidsmatige mutaties en EUR 4 miljoen voor technische mutaties bij een begrotingsartikel met een omvang tussen EUR 50 miljoen en EUR 200 miljoen, en resp. EUR 5 miljoen en EUR 10 miljoen bij een begrotingsartikel met een omvang tussen EUR 200 miljoen en EUR 1.000 miljoen. Bij de verplichtingen en ontvangsten is een afwijking groter dan 10% op artikelniveau toegelicht. Waar nodig is verwezen naar de eerste, tweede of incidentele suppletoire begroting.

In de budgettaire tabellen in het jaarverslag is geen onderscheid gemaakt tussen decommitteringen op oude en nieuwe verplichtingen. Alle decommitteringen worden ten gunste van de begroting gebracht.

Departementale verantwoordingsstaat en saldibalansVerschillen in de totalen tussen de verantwoordingsstaat en de saldibalans zijn het gevolg van afrondingen.

Overige onderdelen van het beleidsverslag Na de beleidsprioriteiten en beleidsartikelen volgen de niet-beleidsartikelen. Het artikel 5 is het onderdeel «Geheim». Dit artikel is bestemd voor de verplichtingen, uitgaven en ontvangsten waarvoor geldt dat openbaarmaking via toedeling aan een expliciet beleidsartikel niet in het belang van de Staat is. Artikel 6 «Nog onverdeeld» bevat de reservering voor loon- en prijsstijgingen en niet voorziene tegenvallers binnen de HGIS. Ten slotte worden op artikel 7 de apparaatsuitgaven verantwoord. In de bedrijfsvoeringsparagraaf worden de belangrijkste tekortkomingen en risico's in het begrotingsjaar benoemd. Verder wordt aandacht besteed aan de rijksbrede bedrijfsvoeringsonderwerpen en worden de belangrijke ontwikkelingen en verbeteringen in de bedrijfsvoering besproken. Het jaarverslag wordt afgesloten met de jaarrekening van Buitenlandse Zaken en zeven bijlagen: 1) Toezichtsrelaties RWT's en ZBO's 2) Moties en toezeggingen, 3) Afgerond evaluatie- en overig onderzoek, 4) externe inhuur, 5) Focusonderwerp 2023, onderuitputting per begerotingsartikel 6) Sancties en misbruik en oneigenlijk gebruik 7) de lijst van afkortingen.

Bedrijfsvoeringsparagraaf In de bedrijfsvoeringsparagraaf wordt verslag gedaan van de opmerkelijke zaken in de bedrijfsvoering. De bedrijfsvoeringparagraaf in het departementaal jaarverslag wijkt af van de bepaling van de Rijksbegrotingsvoorschriften dat in het jaarverslag integraal verantwoording wordt afgelegd over de bedrijfsvoering. Bij de splitsing van de begroting in 2013 in het begrotingshoofdstuk V Buitenlandse Zaken en het begrotingshoofdstuk XVII Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking zijn in navolging van een verzoek van de Algemene Rekenkamer de verantwoordelijkheden van de ministers ten aanzien van de bedrijfsvoering expliciet vastgelegd. De minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor de integrale bedrijfsvoering, met uitzondering van de procesmatige beheersing van de activiteitencyclus. De belangrijkste reden voor deze splitsing is dat het merendeel van de projecten en programma's in het kader van ontwikkelingssamenwerking worden uitgevoerd. Daarnaast is de huidige opzet van het activiteitenbeheer gestoeld op de afspraken die de toenmalige minister voor Ontwikkelingssamenwerking met de Tweede Kamer in 1998 heeft gemaakt over de reikwijdte van de ministeriële verantwoordelijkheid voor de rechtmatigheid van besteding van middelen (Kamerstukken 1997–1998 25 860, nr. 2). Het is daarom dat het voorschottenbeleid en -beheer in het onderdeel financieel en materieelbeheer in de bedrijfsvoeringsparagraaf van hoofdstuk XVII zijn opgenomen.

GroeiparagraafEr zijn geen noemenswaardige aanpassingen.

HGIS-jaarverslagDe Nederlandse uitgaven voor buitenlands beleid, die op verschillende departementale begrotingen staan, zijn gebundeld in de Homogene Groep Internationale Samenwerking. In aanvulling op de departementale jaarverslagen geeft het HGIS-jaarverslag een integraal overzicht van de besteding van middelen voor buitenlands beleid. Samen met de jaarverslagen van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, wordt het HGIS-jaarverslag 2023 aangeboden aan het parlement.

Grondslagen voor de vastlegging en de waardering De verslaggevingsregels en waarderingsgrondslagen die van toepassing zijn op de in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten zijn ontleend aan de Comptabiliteitswet 2016 en de daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften. Voor de departementale begrotingsadministratie wordt het verplichtingen-kasstelsel toegepast. Verder werkt het ministerie van Buitenlandse Zaken met een vooraf vastgestelde wisselkoers ten opzichte van buitenlandse valuta (de corporate rate). Deze koers wordt samen met de presentatie van de begroting vastgesteld. Ontvangsten worden waar van toepassing verantwoord op de ontvangsten artikelonderdelen van beleidsartikel 2, 3, 4, 5 en 7 met uitzondering van ontvangsten zijn de restituties van Official Development Assistance (ODA)-programma’s die op beleidsartikel 5 van de begroting van BHOS worden verantwoord.

Controleverklaring en auditrapport In het kader van de wettelijke controletaak voert de Auditdienst Rijk (ADR) jaarlijks onderzoek uit naar:

a. de financiële verantwoordingsinformatie in de jaarverslagen, bedoeld in de artikelen 1.1 en 2.31 van de Comptabiliteitswet 2016;

b. de niet-financiële verantwoordingsinformatie in de jaarverslagen, bedoeld in de artikelen 1.1 en 2.31 van de Comptabiliteitswet 2016.

Daarnaast voert de Auditdienst Rijk onderzoek uit naar het begrotingsbeheer, het financieel beheer, de materiële bedrijfsvoering en de daartoe bijgehouden administraties van het Rijk.

Over de belangrijkste bevindingen van deze onderzoeken en van eventuele onderzoeken naar overige aspecten van de bedrijfsvoering brengt de ADR verslag uit in het jaarlijkse auditrapport waarin zowel hoofdstuk V als XVII zijn opgenomen.

B. BELEIDSVERSLAG

3. Beleidsprioriteiten

De noodzaak van verbinding en weerbaarheid in een gepolariseerde wereld

2023 was in veel opzichten een geopolitiek onzeker jaar en liet eens te meer zien dat internationale ontwikkelingen een directe impact op Nederland hebben en vragen om meer diplomatie en verbinding.

Na het uitbreken van een oorlog op het Europese continent door de Russische inval in Oekraïne in 2022, werd de wereld in 2023 geconfronteerd met een nieuw conflict. Na de verschrikkelijke aanval en de gijzeling van Israëliërs door Hamas op 7 oktober, is in Gaza een desastreuze humanitaire situatie ontstaan. Daardoor bestaat het risico van regionale escalatie en zijn de mondiale verhoudingen verder op scherp gezet. Ook verder weg van Europa nam de instabiliteit toe door militaire coups en conflicten in de Sahel en de Hoorn van Afrika.

Deze ontwikkelingen spelen zich af tegen een achtergrond van grote demografische en economische verschuivingen naar het oosten en zuiden. Grootmachten Rusland en China en opkomende machten zoals India, Brazilië en Zuid-Afrika, maar ook de nieuwe BRICS-leden1 en landen van de G77, eisen hun plek op het wereldtoneel op. De wereld wordt daardoor toenemend gekenmerkt door strategische competitie en complexe veiligheidsuitdagingen.2 Als gevolg van toenemende multipolariteit en de toenemende assertiviteit van opkomende landen, nemen het relatieve gewicht en de invloed van Europa en Nederland af. Landen hebben meer keuzemogelijkheden in een multipolaire wereld. De kosten van onze keuzes worden hoger. Het behalen van dezelfde resultaten als voorheen vraagt om een grotere inspanning, of is helemaal niet meer mogelijk. Het internationale systeem staat onder druk, terwijl Nederland voor zijn veiligheid en welvaart grotendeels afhankelijk is van een open en op regels gebaseerde wereldorde. Uitdagingen zoals klimaatverandering, disruptieve technologieën, vrede en veiligheid, of armoedebestrijding kunnen het beste worden opgelost in een goed functionerend multilateraal systeem waarin internationale afspraken nageleefd worden.

We kunnen ons hier niet voor afsluiten: de ontwikkelingen in de wereld om ons heen hebben directe impact op ons en op onze manier van leven. Zo waren de gevolgen voor Nederlanders in het buitenland en de consulaire dienstverlening in 2023 groot, bijvoorbeeld toen Nederlanders geëvacueerd moesten worden uit het door oorlog geteisterde Soedan. Ook merkten we in Nederland direct de consequenties van het conflict in het Midden-Oosten – zo heeft de oorlog een aanzienlijke impact op de sociale stabiliteit vanwege de toegenomen dreiging bij Israëlische en Joodse gemeenschappen en bij islamitische gemeenschappen.

Om onze weerbaarheid te versterken en ons handelingsvermogen te vergroten heeft Nederland meer dan ooit de samenwerking en verbinding met andere landen nodig. Dat betekent dat Nederland met oude en nieuwe partners gezamenlijk moet optrekken om deze uitdagingen het hoofd te bieden, via de EU, NAVO, VN en andere verbanden. Zo heeft Nederland in 2023 als gast wederom actief deelgenomen aan de G20 onder voorzitterschap van India.

Met nadrukkelijk oog voor de belangen van partnerlanden probeerde Nederland bestaande en nieuwe relaties te ontwikkelen op basis van gelijkwaardigheid. De Afrikastrategie ademt deze nieuwe benadering, maar ook de intensivering van partnerschappen in Zuidoost-Azië, met Japan, Zuid-Korea en ASEAN. We doen actief outreach naar partners op alle niveaus, met als doel elkaar beter te begrijpen en de samenwerking te intensiveren op gebieden van wederzijds belang.

De EU is en blijft het primaire handelingspodium van het Nederlandse buitenlandbeleid. Alleen door krachten te bundelen kunnen we onze weerbaarheid vergroten, belangen effectief behartigen, opkomen voor onze kernwaarden, en inspelen op ontwikkelingen in een verhardende internationale omgeving. Door de geopolitieke instabiliteit werd de EU in 2023 gedwongen om zich verder te positioneren als machtspolitieke speler op het wereldtoneel en daarbij te investeren in haar defensie en eigen concurentiekracht en risicovolle ongewenste afhankelijkheden af te bouwen. Mede door de Nederlandse inzet is migratie hoog op de Europese agenda komen te staan en zijn er stappen genomen om ook op dat terrein het gewicht en de instrumenten van de EU gerichter en effectiever in te zetten.

Europese samenwerking

De EU is essentieel voor de Nederlandse vrijheid, veiligheid en welvaart. In 2023 heeft Nederland een leidende rol gespeeld om de EU slagvaardiger, economisch sterker, groener en veiliger te maken. Tegelijkertijd werkte het kabinet aan transparantie over, en draagvlak voor, onze EU-inzet in de samenleving.3

RechtsstatelijkheidDankzij de inzet van het financiële EU-rechtstaat instrumentarium tegen Hongarije (MFK-rechtsstaatverordening, rechtsstaatmijlpalen in het Herstelfonds en de Common Provisions Regulation (CPR)) en Polen (rechtsstaatmijlpalen in het Herstelfonds en de CPR), is er in 2023 aanzienlijke financiële druk op deze twee lidstaten uitgeoefend om rechtsstaathervormingen af te dwingen. Nederland heeft bij de Commissie aangedrongen zorgvuldig te toetsen of aan alle voorwaarden van de verschillende rechtsstaatinstrumenten wordt voldaan alvorens de bevroren EU-middelen vrij te geven.4 Ten behoeve van de verdere aanscherping van het EU-rechtsstaatsinstrumentarium is het mede door de inzet van Nederland gelukt om in de herziening van het Financieel Reglement een expliciete verwijzing op te nemen naar de verplichting van lidstaten om bij de implementatie van het Uniebudget de naleving van het EU Handvest van de Grondrechten te garanderen.5 Ook heeft Nederland zich ingezet voor de deelname van een grote groep EU-lidstaten aan de zijde van de Commissie in de EU-Hofzaak over de Hongaarse anti-LHBTIQ wetgeving.6

Klimaat, energie en digitaliseringEen belangrijke leidraad voor het kabinet om de EU slagvaardiger, economisch sterker, groener en veiliger te maken is de kabinetsvisie7op de Open Strategische Autonomie van de Unie, die in juli 2023 is vervat in een onder Nederlands leiderschap gepubliceerd Europees non-paper. In lijn met deze visie zijn in 2023 wezenlijke stappen gezet om de weerbaarheid van de EU te verstevigen, zoals de maatregelen om het Europese concurrentievermogen te versterken in het kader van het Green Deal Industrial Plan8 en de succesvolle afronding van de onderhandelingen over de EU Critical Raw Materials Act. Ook op het gebied van klimaat en energie is in 2023 voortgang geboekt. Het behalen van het Europese klimaatdoel van ten minste 55% reductie in 2030 kwam dichterbij door succesvolle afronding van het merendeel van de nog resterende voorstellen van het Fit for F55 pakket.9 Mede als gevolg van Europese afspraken en samenwerking ten aanzien van energie bleven de energieprijzen in 2023 redelijk constant. Nederland heeft in wetgevingsonderhandelingen over klimaat nadrukkelijk aandacht besteed aan uitvoerbaarheid in de nationale context. Ten aanzien van digitalisering heeft Nederland een actieve rol gespeeld in de onderhandelingen over onder andere de Data Act, de AI Act, de Europese digitale identiteit en de Cyber Resilience Act. Voorts heeft het kabinet in het najaar van 2023 een Agenda Digitale Open Strategische Autonomie10gepubliceerd, die verder richting geeft aan de Nederlandse inspanningen op Europees niveau.

SanctiesHet EU sanctie-instrumentarium is een belangrijke pijler van het Europese buitenlandbeleid. Met de versterkte sanctie-capaciteit op het ministerie van Buitenlandse Zaken heeft Nederland effectief kunnen bijdragen aan de ontwikkeling van het instrument en van nieuwe restrictieve maatregelen. Daarbij gaat het bijvoorbeeld om onderdelen van de sanctiepakketten naar aanleiding van de Russische agressie in Oekraïne, mensenrechtenschendingen in, en drone-leveranties door Iran en mensenrechtenschendingen wereldwijd inclusief tegen daders verantwoordelijken voor seksueel en gender-gerelateerd geweld en grootschalige schendingen van vrouwenrechten. Nederland nam het voortouw in de aanpak van omzeiling van sancties met een non-paper waarmee een agenda is neergelegd en deels ook al uitgevoerd, waaronder versterkte coördinatie en analysecapaciteit in Brussel, diplomatieke outreach, bewustwording bij het bedrijfsleven en maatregelen tegen tussenhandelaren in derde landen. Tevens is de coördinatie van naleving binnen de Rijksoverheid versterkt middels een coördinerende rol als aanjager en facilitator van de Rijksbrede uitvoering van de gedeelde taak ten aanzien van het sanctiestelsel. De aanbevelingen van het rapport Blok zijn inmiddels gerealiseerd, naar hun aard doorlopend, of onderdeel van de modernisering van het sanctiestelsel.  Deze modernisering is momenteel een van de voornaamste werkzaamheden en krijgt gestalte door de aanpassing van de Sanctiewet 1977 en aanpalende wet– en regelgeving. In 2023 zijn hierop belangrijke stappen gezet, zoals een openbare preconsultatie op de hoofdlijnen voor de nieuwe Sanctiewet en gesprekken met experts. Het kabinet is voornemens de consultatie van het volledige wetsvoorstel in het voorjaar van 2024 te starten.

Migratie Mede door de inzet van Nederland zijn bestaande migratieafspraken in februari 2023 opnieuw vastgelegd in conclusies van de Europese Raad,11 en informeert Commissievoorzitter Von der Leyen de regeringsleiders sindsdien regelmatig over de implementatie van deze conclusies.12Daarnaast heeft Nederland zich ingezet voor de totstandkoming van een Asiel en Migratie Pact, waarover in december 2023 een politiek triloogakkoord werd bereikt.13 Het Asiel en Migratie Pact draagt door verder ontwikkelde screening en registratie en verplichte grensprocedures gecombineerd met verplichte solidariteit van lidstaten onderling bij aan meer grip op migratie. Verder heeft Nederland zich in de EU hard gemaakt voor brede en solidaire partnerschappen met partnerlanden om irreguliere migratie te beperken, terugkeer te bevorderen, reguliere migratie te versterken en migranten en vluchtelingen te beschermen. Op basis van gelijkwaardigheid en wederzijdse belangen. Naar aanleiding van vrijgemaakt budget op de BZ begroting 202314 is een nieuwe informatiecampagne voor (potentiële) migranten vormgegeven die in 2024 van start zal gaan. Tot slot hebben EU-lidstaten in 2023 wederom een veilige haven geboden aan Oekraïense ontheemden.

Westelijke BalkanGezien de voortdurende negatieve effecten van de situatie in Oekraïne op de Westelijke Balkan en het directe Nederlandse en EU-belang bij de regio heeft Nederland de relaties het afgelopen jaar verder versterkt, in de eerste plaats via de Europese band. De nadruk ligt daarbij op drie sporen: rechtstaatshervormingen, stabiliteit en veiligheid en economische samenwerking. Hier werd onder meer invulling aan gegeven middels de Nederlandse inzet met betrekking tot het EU toetredingstraject van Westelijke Balkan landen en het door de Commissie voorgestelde Groeiplan droegen bij aan versterkte betrekkingen met de regio. Daarnaast is de politieke dialoog geïntensiveerd. Zo nam de minister-president deel aan het Berlijn Proces in Tirana dat voor de eerste maal in de regio zelf plaatsvond. Ook bezocht hij samen met zijn Luxemburgse collega Servië en Kosovo ter ondersteuning van de EU-gefaciliteerde Belgrado-Pristina dialoog. Daarnaast bracht de minister van Buitenlandse Zaken een bezoek aan Skopje voor de Ministeriele Raad van de OVSE en de minister van Defensie bezocht Bosnië en Herzegovina. Nederland heeft over de hele linie strategische communicatie ten aanzien van de Westelijk Balkan via EU-kanalen geprioriteerd.

EU-uitbreidingNederland bleef vasthouden aan het strikt, fair en betrokken uitbreidingsbeleid.15 De vervulling van de Kopenhagencriteria, met nadruk op de Fundamentals, bleef daarbij centraal staan. Nederland bleef ook een betrokken partner voor kandidaat-lidstaten, onder andere bij rechtsstaathervormingen, corruptiebestrijding en het functioneren van democratische instellingen. Ook werd aandacht besteed aan de mate van aansluiting bij het EU gemeenschappelijk buitenlands en veiligheidsbeleid (GBVB) en migratiesamenwerking. In deze turbulente tijden is de EU zich bewust van het positieve signaal dat uitgaat van Europees perspectief. In lijn met de aanbeveling van de Commissie stemde Nederland in met het openen van toetredingsonderhandelingen met Oekraïne en Moldavië, gezien de voortgang die beide landen in afzienbare tijd boekten. De Europese Raad besloot tevens kandidaat-lid-status te verlenen aan Georgië, met dien verstande dat het land nog een aantal belangrijke stappen zet. Met deze beslissingen stelde de EU een visie van vrede en vooruitgang tegenover het Russische alternatief van oorlog en vernietiging. Tegelijkertijd is er een serieuze start gemaakt met een reflectie over welke hervormingen binnen de EU noodzakelijk zijn om voorbereid te zijn op een toekomstige uitbreiding.

MATRAAlle voor 2023 geplande NFRP-MATRA projecten zijn uitgevoerd. Nederland heeft zichtbaar bijdragen aan het versterken van rechtsstaat en democratie in de kandidaat lidstaten en de landen van het Oostelijk Partnerschap. Nederland speelt onder meer een leidende rol in verschillende EU delegated cooperation projecten. Deze richten zich in de Westelijke Balkan op de strijd tegen mensensmokkel en mensenhandel en in Moldavië op de justitiehervormingen. Ter ere van het dertigjarig bestaan van het MATRA-programma werd, in samenwerking met Instituut Clingendael, een conferentie georganiseerd, waarbij werd vooruitgeblikt op de toekomst van het MATRA-programma.

Bilaterale relaties In 2023 zijn de bilaterale relaties met EU-lidstaten verder verdiept en verstevigd, met bijzondere aandacht voor de buurlanden. Onder Nederlands voorzitterschap van de Benelux zijn concrete resultaten geboekt, zoals het in werking treden van het politieverdrag. De eerste regeringsconsultaties met Frankrijk in maart illustreren dat de samenwerking met Frankrijk als belangrijke strategische partner is verdiept. Ook is er geïnvesteerd in de samenwerking met Spanje, Italië en het VK. Door de samenwerking met Tsjechië en Polen te versterken werd binnen de EU ingezet op bredere coalities op onderwerpen met gedeelde belangen. Ook vonden uitgaande staatsbezoeken plaats aan Slowakije en België en was er een inkomend staatsbezoek uit Frankrijk.

Oekraïne/Rusland De houding van de EU richting de Russische invasie van Oekraïne was dit jaar ongewijzigd. Hiermee heeft de EU opnieuw solidariteit en geopolitieke slagkracht getoond. Oekraïne moet gesteund worden in haar onafhankelijkheid, soevereiniteit en territoriale integriteit, binnen de internationaal erkende grenzen en het Oekraïense recht op zelfverdediging tegen de Russische agressie. De EU stond ook in 2023 Oekraïne met politieke, humanitaire, financiële, diplomatieke en militaire steun bij. Via UNCTAD ondersteunde Nederland de VN in haar coördinerende rol om de impact van de oorlog op de armste landen te mitigeren zowel in relatie tot voedsel en energie als financieel, inclusief haar inspanningen voor de graandeal in de Zwarte Zee.

Ook bilateraal heeft Nederland Oekraïne gesteund, zowel militair, financieel, humanitair alsmede in het kader van wederopbouw.16 Op het gebied van accountability steunt Nederland Oekraïne door een leidende rol te spelen op punt 7, ‘restoration of justice’, van het vredesplan van President Zelensky: het register voor oorlogsschade in Oekraïne is opgericht en in Den Haag gevestigd en ook het International Centre for the Prosecution of the Crime of Agression against Ukraine bij Eurojust is in Den Haag ondergebracht. Nederland heeft aangegeven een toekomstig tribunaal te kunnen huisvesten. Daarnaast laat Nederland ook door deel te nemen aan de werkgroepen en bijeenkomsten in Jeddah en Malta zien achter Zelensky’s vredesplan te staan. De nauwe band tussen Oekraïne en Nederland blijkt uit de meerdere bezoeken van de minister-president en de ministers van Buitenlandse Zaken, Defensie, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, alsook de bezoeken van de Oekrainse President Zelensky aan Nederland.

TurkijeHet kabinet erkent de belangrijke geopolitieke rol van Turkije op het wereldtoneel en als NAVO bondgenoot en zet in op duurzame samenwerking op terreinen van wederzijds belang zoals veiligheid, terrorismebestrijding, migratie en klimaat. Mensenrechten en de rechtstaat blijven integraal onderdeel van de gesprekken met Turkije. Speciale aandacht ging uit naar de aardbevingen die plaatsvonden in Turkije en Syrië in februari 2023. Nederland kon Turkije snel helpen bij de reddingsoperaties en met humanitaire hulp. Zo werden o.a. een luchtmacht-vliegtuig en medische capaciteit ingezet om gewonden binnen Turkije te verplaatsen. Ook stelde Buitenlandse zaken een regeling in voor het met voorrang behandelen van visumaanvragen van mensen in het getroffen gebied. Op verzoek van de Europese Raad van juni publiceerden de Commissie en EDEO in november een rapport met aanbevelingen om de samenwerking tussen de EU en Turkije verder te ontwikkelen. De EU verleende Turkije ook noodhulp na de aardbevingen in Zuidoost Turkije: in maart werd 3 miljard euro aan noodhulp toegezegd.

Zuidelijk NabuurschapIn 2023 heeft de EU een versterkt strategisch partnerschap met Tunesië gesloten en toegewerkt naar een partnerschap met Egypte. Tevens heeft de EU ingespeeld op onvoorziene ontwikkelingen waaronder de aardbeving in Marokko, overstromingen in Libië en het conflict tussen Israël en Hamas.

Veiligheid: vrede, veiligheid en defensie

Investeren in een veilige wereldHet voortduren van de oorlog in Oekraïne in 2023 liet zien dat veiligheid en vrijheid niet vanzelfsprekend zijn. De steun die Nederland aan Oekraïne geeft is niet alleen een investering in de vrijheid van de Oekraïners, maar ook in de vrijheid en veiligheid van Europa en van Nederland. Het kabinetsvoornemen om Oekraïne in 2023 te blijven steunen op militair vlak is gestand gedaan. Nederland doneerde dit jaar EUR 75 miljoen aan het Ukraine Comprehensive Assistance Package. Tevens ondersteunde Nederland Oekraïne middels de Europese Vredesfaciliteit. Verder werd Nederland mede-oprichter van het Tallinn Mechanisme, een donorcoordinatiemechanisme voor niet-militaire cybersteun aan Oekraïne. Door het ondertekenen van de G7+-verklaring gecommitteerd aan het opstellen van een bilateraal veiligheidsarrangement met Oekraïne, geeft Nederland een sterk politiek signaal af: Nederland blijft voor de lange termijn achter Oekraïne staan.

Ook in 2023 vormde de NAVO de hoeksteen van onze collectieve verdediging en zijn stappen gezet om de veiligheid in het Euro-Atlantisch gebied verder te versterken. Zo zijn tijdens de NAVO-top in Vilnius afspraken gemaakt over de bestendiging van de afschrikking en verdediging van het bondgenootschap, de structurele ophoging van de defensie-uitgaven naar minimaal 2% van het bbp en de verdieping van de NAVO-Oekraïne relatie, o.a. door de oprichting van een NAVO-Oekraïne Raad. Mede dankzij de Nederlandse inzet herbevestigden bondgenoten in het communiqué van de top zich te zullen blijven inzetten voor Nederlandse prioriteiten op het gebied van EU-NAVO samenwerking, Women, Peace and Security en versterkte samenwerking met NAVO-partnerlanden in o.a. de Indo-Pacific. Daarnaast heeft de Nederlandse toewijding aan EU-NAVO samenwerking geresulteerd in de gezamenlijke EU-NAVO verklaring op 10 januari 2023, de gezamenlijke EU-NAVO taskforce voor de weerbaarheid van kritieke infrastructuur en een non-paper met Duitsland, Italië en Denemarken met concrete voorstellen voor meer EU-NAVO samenwerking bij het aanjagen van de defensieproductiecapaciteit. Tenslotte werd de Nederlandse campagne voor de organisatie van een NAVO-top bekroond met de toekenning van het gastheerschap van de NAVO-top in 2025.17

In 2023 nam de EU verder stappen om verantwoordelijkheid te nemen voor haar eigen veiligheid, onder meer door de implementatie van het EU Strategisch Kompas. Binnen het EU Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid heeft Nederland ingezet op initiatieven om dit beleid verder te versterken, zoals te zien in het instrument voor de versterking van de Europese defensie-industrie door middel van gemeenschappelijke aanbestedingen (EDIRPA) en de verordening ter ondersteuning van de productie van munitie (ASAP). Daarnaast heeft het kabinetmaatregelen aangekondigd op het gebied van wapenexportcontrole ter bevordering van Europese defensiesamenwerking en verdere convergentie van het Europese wapenexportbeleid. 

Non-proliferatie, wapenbeheersing en ontwapeningNederland heeft in 2023 door het organiseren van de REAIM-conferentie een bijdrage geleverd aan de internationale discussie over verantwoorde toepassing van kunstmatige intelligentie in het militaire domein, waar in de komende jaren op voortgebouwd zal worden. Nederland leverde daarnaast de voorzitter van de toetsingsconferentie van het Chemische Wapenverdrag en is facilitator in het kader van de mogelijke herziening van het Biologische Wapenverdrag (BTWC). Ook was Nederland voorzitter van het Non-Proliferation and Disarmament Initiative en sloot zich aan bij een internationale kopgroep in het kader van ruimteveiligheid.

Missies en operatiesNederland droeg militair en civiel significant bij aan missies en operaties, in lijn met de kabinetsbrief over deze inzet tot medio 2025 (d.d. 17 juni 2022, Kamerstuk 29 521, nr. 446). Deze inzet vertaalde zich onder andere in Nederlandse personele bijdragen aan missies aan de Oostflank van de NAVO en in de Westelijke Balkan, het Midden-Oosten, de Sahel, Noord-Afrika, de Hoorn van Afrika, de Golfregio en de Indo-Pacific. Het kabinet trok daarbij lessen uit de ervaringen en evaluaties in o.m. Afghanistan en Mali, hanteerde realistische doelen en verbeterde monitoring. Met de deelname aan de EU-geleide missie EUFOR Althea levert Nederland een bijdrage aan de politieke en sociale stabiliteit en vreedzame co-existentie in Bosnië en Herzegovina.18 Ook besloot het kabinet om met Force Protection en commandovoering bij te dragen aan de NAVO Missie Irak (NMI) vanaf 2024.

Cyberdiplomatie en economische veiligheid als prioriteitIn 2023 is de Internationale Cyber Strategie 2023 ‒ 2028 gepubliceerd en is de implementatie van start gegaan. Zo heeft Nederland een sleutelrol gespeeld bij de totstandkoming van nieuwe sancties in EU-verband tegen Russische entiteiten die belangrijke diensten en goederen leveren aan Russische inlichtingendiensten. Om beter voorbereid te zijn op cyberaanvallen nam Nederland deel aan oefeningen in nationaal-, EU- en NAVO-verband. Nederland heeft in 2023 het voorzitterschap overgenomen van de VS van de Freedom Online Coalition; een coalitie van 39 landen die zich inzet voor mensenrechten online. Met Canada lanceerde Nederland de Global Declaration on Information Integrity.

Nederland heeft de samenwerking op het gebied van economische veiligheid in 2023 met diverse landen versterkt. Zo werd er een MoU met Zuid-Korea getekend op het gebied van strategische afhankelijkheden, exportcontrole en verschillende onderdelen van economische veiligheid. Met de intensiveringsmiddelen voor versterking van het postennet zijn in 2023 diplomaten gestart op nieuw gecreëerde functies met specifieke focus op economische veiligheid op ambassades in Europa, Noord-Amerika en de Indo-Pacifische regio.

Terrorismebestrijding en Nationale VeiligheidNa 7 oktober was Nederland een van de voortrekkers op het gebied van Europese terrorismesancties ten aanzien van Hamas. Nederland heeft daarnaast samen met EU-partners herhaaldelijk gepleit voor het op de EU terrorismelijst plaatsen van het Islamitische Revolutionaire Gardekorps (IRGC). Vooralsnog bestaan hiervoor echter niet de benodigde juridische basis en consensus binnen de EU. Voorts zag 2023 een significante toename van het aantal verzoeken tot opheffen van de sanctieregeling terrorisme van personen die hun straf uitgezeten hadden na terugkeer uit het zogenaamde ISIS Kalifaat.

In multilateraal verband heeft Nederland zich ingezet om geboekte vooruitgang op gebied van mensenrechten en het betrekken van maatschappelijk middenveld in terrorismebestrijding te bestendigen, o.a. in de herziening van de Global Counterterrorism Strategy. Op gebied van terroristische content online zet Nederland zich middels de interdepartementale Contourenbrief Versterkte Aanpak Online in om met de dialoog met de internetsector aan te gaan. Om Nederland in staat te stellen om tot een overheidsbrede, proportionele respons te komen tegen (samengestelde) hybride dreigingen die uitgaan van statelijke actoren, is in november 2023 het Rijksbreed Responskader (RBRK) vastgesteld. Daarnaast werkte Nederland actief aan de aansluiting van het RBRK met het internationale speelveld. Ook maakt Nederland zich hard voor betere coördinatie en samenwerking binnen de EU en met gelijkgezinde landen bij het tegengaan van Ongewenste Buitenlandse Inmenging en desinformatie.

Betrekkingen met landen en regio’s

Versterkt engagementIn de snel veranderende geopolitieke verhoudingen heeft Nederland de samenwerking met andere landen harder nodig dan ooit. Daarom is begin 2023 een begin gemaakt met versterkt engagement. Hierbij worden stapsgewijs bewuste keuzes gemaakt voor enkele gerichte activiteiten – zowel bilateraal en multilateraal – en worden vormen van samenwerking gezocht op basis van de belangen en behoeftes van de partnerlanden. Deze inzet moet ook aansluiten op Nederlandse belangen, kennis en kunde en vergt een geïntegreerde manier van werken en betrokkenheid van een grote groep collega’s; op de ambassades, BZ en andere ministeries. Deze benadering is in 2023 verder uitgewerkt in de Nederlandse Afrikastrategie. De strategie is een antwoord op de veranderende geopolitieke verhoudingen in de wereld voor zover deze het Afrikaanse continent betreffen. Kern van de strategie is dat relaties met Afrikaanse landen op basis van gelijkwaardigheid opgebouwd worden. Een versterkt engagement is nadrukkelijk deel van de uitvoering van de Afrikastrategie. Ook heeft Nederland ingezet op meer economisch en diplomatiek engagement met landen in de Indo-Pacific regio, onder andere door Development Partner van ASEAN te worden.

Investeren in bilaterale relaties en multilateralisme is onontbeerlijk om internationaal op te komen voor de Nederlandse waarden en belangen. De geopolitieke context waarbinnen Nederland tracht deze doelstellingen te realiseren, is in 2023 harder en complexer geworden. De Verenigde Staten zijn en blijven een onmisbare partner voor het behoud van de Nederlandse en Europese vrede, veiligheid en welvaart. Ook Canada is voor Nederland en de EU een betrouwbare en gelijkgezinde partner. De samenwerking is intensief, met name met betrekking tot accountability op terreinen als de oorlog in Oekraïne, MH17 en de aansprakelijkheidsstelling van Syrië.

In een wereld die in toenemende mate gedomineerd wordt door geopolitieke concurrentie is het geopolitieke en economische belang van de Indo-Pacific regio verder toegenomen. Onder meer met de bezoeken van de minister-president aan Maleisië en Vietnam en de minister van Buitenlandse Zaken aan Indonesië en de Filipijnen zet het kabinet in op het versterken van de samenwerking en het verbreden van regionale coalities in de Indo-Pacific regio, waarmee uitvoering wordt gegeven aan de beleidsnotitie «Indo-Pacific: een leidraad voor versterking van de Nederlandse en EU-samenwerking met partners in Azië» 19.

De relatie met China kende een voortzetting van de verschuiving in de balans tussen openheid en beschermen, zoals beschreven in de China notitie van 201920. De nadruk komt steeds meer te liggen op het beschermen van onze waarden, belangen en veiligheid, hetgeen in 2023 nader uiteen is gezet in de Kamerbrief «Ontwikkelingen Chinabeleid: een verschuiving van de balans»21. Bilaterale consultaties, zoals het bezoek van de minister van Buitenlandse Zaken aan China en het inkomende bezoek van de Chinese vice-president, werden gebruikt om de mogelijkheden tot samenwerking op klimaat en in de bilaterale economische betrekkingen te verkennen, maar ook om zorgen over mensenrechten, inmenging, veiligheid en de Russische invasie van Oekraïne onder de aandacht te brengen. Ook droeg Nederland bij aan het op de internationale agenda houden van het rapport van de VN Hoge Commissaris voor Mensenrechten over de situatie in Xinjiang.

De situatie in Afghanistan is verder verslechterd, en vrouwen en meisjes ondervinden in toenemende mate drastische beperkingen van hun vrijheden. Nederland bleef zich inspannen voor het ondersteunen van de Afghaanse bevolking, en het verantwoordelijk houden van het Taliban regime. Eind van het jaar kwam het onderzoek van de door de VNVR aangestelde Speciaal Coordinator Sinirlioglu uit, met als doel een weg vooruit te schetsen voor de internationale omgang met het huidige Taliban regime. Ook publiceerde de Commissie Ruys haar onderzoek naar de evacuatie-operatie uit Afghanistan in oktober 2023, waarvan de conclusies door het kabinet werden omarmd. De overbrengingen van Afghanen die daarvoor in aanmerking komen werden voortgezet (102 personen in 2023).

De bilaterale betrekkingen met Rusland zijn beperkt tot het minimaal noodzakelijke. Nederland zegde Rusland pariteit aan en het aantal Russische diplomaten moest verminderen. Door het gebrek aan personele capaciteit was het kabinet genoodzaakt het Consulaat-Generaal in St. Petersburg voorlopig te sluiten. Daarnaast heeft het kabinet besloten het Russische handelskantoor in Amsterdam te sluiten naar aanleiding van Russische schendingen van het internationaal humanitair recht.22

De zaken tegen de Russische Federatie bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en de Internationale Burgerluchtvaartorganisatie (ICAO) zijn belangrijke stappen van het kabinet in het streven naar waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap voor het neerhalen van vlucht MH17. Op 25 januari 2023 heeft het EHRM zich ontvankelijk verklaard in de statenklacht van Nederland tegen de Russische Federatie. De zaak is vervolgens samengevoegd met de zaak van Oekraïne tegen de Russische Federatie. Nederland heeft op 2 oktober 2023 een Memorial on the Merits ingediend. De ICAO-Raad heeft op 17 maart 2023 besloten dat deze bevoegd is om over de door Nederland en Australië gestarte zaak tegen de Russische Federatie voor diens rol in het neerhalen van vlucht MH17 te oordelen. Op 9 november 2023 heeft de ICAO-Raad besloten tot een preliminair onderzoek tijdens het inhoudelijke deel van de procedure.

De onrust op het Europese continent bleef niet beperkt tot Oekraïne. Zo ontstond in 2023 een complexe en zorgelijke humanitaire situatie tijdens de blokkade van de Lachin-corridor, de militaire escalatie en de uittocht van meer dan 101.000 Armeense inwoners uit Nagorno-Karabach.23 In december zijn stappen gezet richting een vredesakkoord tussen Armenië en Azerbeidzjan.24 Nederland en de EU hebben de partijen opgeroepen om elkaars territoriale integriteit te erkennen, om te blijven werken aan normalisatie van de betrekkingen en in het vredesproces te investeren.

Vanuit de gelijkgezindheid op het gebied van de bescherming van de multilaterale rechtsorde, mensenrechten en democratie – waaronder Feministisch Buitenlands Beleid – , klimaat, duurzaamheid en digitalisering, is er vanuit Nederland en de EU geïnvesteerd in de verdieping van de relaties met de regio Latijns-Amerika en het Caribisch gebied, met speciale aandacht voor de SIDS (Small Islands and Developing States). Zo nam de minister-president in juli 2023 deel aan de EU-CELAC (Community of Latin American and Caribbean States) Top in Brussel, is er intensief gewerkt aan de versterking van de relatie met Brazilië en bracht de Chileense minister van Buitenlandse Zaken in december 2023 een bezoek aan Nederland. Ook heeft Nederland ingezet op het addresseren van grensoverschrijdende criminaliteit en ondermijning in de regio.

De situatie in Venezuela, buurland van het Koninkrijk, bleef in 2023 uiterst zorgwekkend met zowel interne als externe consequenties. Het Koninkrijk droeg bij aan het ledigen van de humanitaire crisis en speelde binnen de EU wederom een voortrekkersrol in de steun voor een Venezolaanse oplossing voor de politieke crisis.

De relatie met Suriname is in 2023 verder bestendigd, met veel aandacht voor de opvolging van de excuses van de minister-president in 2022 voor het slavernijverleden. Op 1 juli 2023 bood Zijne Majesteit de Koning excuses aan voor het Nederlandse slavernijverleden en vroeg hij persoonlijk om vergiffenis. De minister van Buitenlandse Zaken woonde de Keti Koti-viering in Surinama bij en bood namens de Nederlandse regering op Surinaamse bodem excuses aan voor het slavernijverleden aan nazaten van tot slaaf gemaakten. De speciaal gezant slavernijverleden ving in maart 2023 haar werkzaamheden aan om samen met Suriname verder invulling te geven aan de opvolging van de excuses.

In de Sahel was er in 2023 sprake van een verdere verslechtering van de politieke, veiligheids- en humanitaire situatie. In juli vond een staatsgreep plaats in Niger en schortte Nederland, net als de EU en andere EU-lidstaten, de directe samenwerking met de centrale overheid op op de gebieden veiligheid, migratie en OS. De post in Niamey werd tijdelijk afgeschaald en een aantal Nederlanders moest worden geëvacueerd. Het kabinet stuurde een brief aan de Tweede Kamer over de Nederlandse inzet in de Sahel25, de Nederlandse en EU-belangen op de terreinen geopolitiek, veiligheid, migratie en duurzame ontwikkeling en de dilemma’s bij de inzet in de regio.

De politieke- en veiligheidssituatie in de Hoorn van Afrika werd in 2023 gedomineerd door de oorlog die sinds half april woedt in Soedan. Er is sprake van ernstige mensenrechtenschendingen en steeds meer regionale betrokkenheid. Eind april heeft Nederland in samenwerking met Europese en internationale partners acht evacuatievluchten uitgevoerd om Nederlanders, ambassadepersoneel en onderdanen van andere landen in veiligheid te brengen. Nederland steunt met de EU de Afrikaanse Unie en de regionale organisatie IGAD in hun bemiddeling om een staakt-het-vuren en humanitaire toegang te bereiken en te komen tot onderhandelingen over een politiek proces. Ook heeft de EU net als de VS en het VK sancties ingesteld.

GazaTot 7 oktober was de Nederlandse inzet in Israël en de Palestijnse Gebieden gericht op het creëren van een klimaat waarin vredesonderhandelingen hervat kunnen worden. De aanval van Hamas op Israël van 7 oktober, en het daaruit voortvloeiende conflict heeft wereldwijd impact. Nederland steunt het recht van Israël op zelfverdediging, binnen de grenzen van het internationaal recht. Nederland roept Israël op om te handelen met aantoonbare inachtneming van de eisen van noodzakelijkheid en proportionaliteit, om zo burgerslachtoffers zoveel mogelijk te voorkomen en zo snel mogelijk en ongehinderd voldoende humanitaire steun mogelijk te maken. Nederland heeft ingezet op het open houden van de communicatie met Israël en de Palestijnse Autoriteit, waarbij humanitaire toegang en hulp centraal stonden, alsmede het bepleiten van een tijdelijk humanitair staakt-het-vuren dat leidt tot het duurzaam neerleggen van wapens. Voorts vormde de repatriëring van de Nederlanders uit Israël en de consulaire doelgroep uit Gaza deel van de inzet, alsmede het voorkomen van regionale escalatie en de vrijlating van gegijzelden. Daartoe intensiveerden de ministers van Buitenlandse Zaken en Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking hun contacten met en bezoeken aan de regio. Daarnaast heeft Nederland een additionele 50 miljoen euro beschikbaar gesteld aan humanitaire hulp voor Gaza.

De brede inzet voor het Midden-Oosten Vredesproces blijft ongewijzigd: het kabinet blijft zich inzetten voor het verwezenlijken van de twee-statenoplossing die zal bestaan uit een levensvatbare Palestijnse staat, naast een veilig Israël. Zowel voor als na 7 oktober veroordeelde Nederland de illegale nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, evenals kolonistengeweld. Nederland heeft in EU-kader opgeroepen tot sancties tegen Hamas en kolonisten die zich schuldig maken aan geweld.

Afgelopen jaar zijn de banden met Marokko versterkt middels diverse wederzijdse bezoeken. Er is voortgang geboekt in de samenwerking op thema's als migratie, justitie en hernieuwbare energie.

De politieke, economische en veiligheidssituatie in Syrië zit in een negatieve spiraal. Nederland bleef het door de VN-geleide proces steunen om te komen tot een duurzame politieke oplossing voor het conflict. Ook heeft Nederland extra fondsen beschikbaar gesteld na de aardbeving van februari. In juni is Nederland samen met Canada een rechtszaak gestart bij het Internationaal Gerechtshof tegen Syrië vanwege marteling en andere wrede, onmenselijke en vernederende behandeling en bestraffing van de eigen bevolking.26

De geïntegreerde benadering van de relatie met Irak is in 2023 voortgezet ten behoeve van de bijdrage aan duurzame en legitieme stabiliteit in Irak en de autonome Koerdische regio. In de dialoog met de autoriteiten heeft Nederland de bilaterale migratiesamenwerking en de zorgwekkende mensenrechtensituatie aan de orde gesteld.

Mede door Nederlandse inspanningen is in 2023 200 miljoen liter olie overgepompt van de Safer tanker naar een nieuw schip voor de kust van Jemen en is een ecologische, economische en humanitaire ramp voorkomen. Nederland heeft met de facilitatie van het Yemen International Forum in juni in Den Haag 250 diverse Jemenitische belanghebbenden bij elkaar gebracht voor een rechtvaardig en inclusief vredesproces in Jemen. Ook onderzocht Nederland mogelijkheden om de aanvallen van Houthi-rebellen op civiele scheepvaart en marineschepen in de Rode Zee te pareren.

De Iraanse steun aan milities in de regio, zoals Hamas, Hezbollah, de Houthi’s en sjiitische groeperingen in Syrië en Irak, zijn reden tot zorg en het kabinet blijft oproepen tot de-escalatie en stopzetting van die steun. Mede naar aanleiding van de grootschalige protesten na de dood van Mahsa Amini in 2022 heeft het kabinet maximale inzet gepleegd op mensenrechten in Iran: op alle niveaus zijn schendingen aangekaart. Het kabinet steunt de diplomatieke inzet van de EU en de VS gericht op het voorkomen van de ontwikkeling van een Iraans kernwapen. Ook veroordeelt het kabinet de Iraanse militaire steun aan Rusland en blijft het Iran oproepen om leveringen van drones en artillerie aan Rusland onmiddellijk te staken, en niet over te gaan tot levering van zwaarder militair materieel. Mede op initiatief van Nederland zijn het afgelopen jaar een groot aantal sanctiepakketten aangenomen, in respons op zowel de ernstige mensenrechtenschendingen in Iran, de aanhoudende schendingen door Iran van het Iraanse nucleaire akkoord (JCPOA) en de Iraanse militaire steun aan Rusland.

Door de anti-islambeweging Pegida vonden koranverscheuringen plaats, onder andere voor het Tweede Kamergebouw. Hierdoor kwam Nederland nadrukkelijker in beeld bij jihadistische organisaties en nam de dreiging jegens Nederlanders en Nederlandse vertegenwoordigingen in het buitenland toe. Het Consulaat-Generaal in Istanbul sloot tijdelijk. Ook de bilaterale betrekkingen met diverse landen in het Midden-Oosten kwamen onder druk te staan. De Organization of Islamic Cooperation (OIC) sprak zich meermaals uit tegen Koranvernielingen in Europese landen, waaronder Nederland.27 Met de aanstelling van een Speciaal Gezant bij de OIC wordt een brede dialoog gestart met de OIC.

Nederland heeft tegelijkertijd ingezet op versterkt engagement met de landen van de Golf, met name met het Koninkrijk Saudi Arabië, VAE en Qatar middels diverse bezoeken op hoog niveau. De belangrijkste thema’s zijn energie (waterstof) en regionale veiligheid, met specifieke aandacht voor de situatie in Israël en Gaza.

Mondiaal Multilateralisme

Het jaar 2023 was het eerste uitvoeringsjaar van het beleidskader mondiaal multilateralisme. Dit kader structureert de multilaterale inzet in drie hoofddoelen: beschermen van de fundamentele beginselen van het multilaterale stelsel, versterken van de positie van het Koninkrijk, en hervormen van het stelsel om de effectiviteit en inclusiviteit te vergoten. In de Beleidsnota Mensenrechten – Democratie – Internationale Rechtsorde28 is hier in 2023 een verdere uitwerking aangegeven, in samenhang met de bilaterale inzet op deze thema’s.

Ter bescherming van de fundamentele principes voerde Nederland, samen met een aantal andere landen, de pen voor het Verdrag Ljubljana-Den Haag inzake internationale samenwerking bij de opsporing en vervolging van internationale misdrijven29. Daarnaast zijn de samenwerkingsverbanden met relevante spelers buiten Europa versterkt – zo is tijdens de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties samenwerking gezocht met landen en partners uit het ‘Mondiale Zuiden’, bijvoorbeeld ten aanzien van Feministisch Buitenlands Beleid, Klimaat en SIDS.

De Rijksbrede strategische inzet kandidaten voor de periode 2023-2025 is vastgesteld en er zijn in 2023 campagnes gevoerd voor Nederlandse kandidaturen, o.a. voor een Nederlandse zetel in de Mensenrechtenraad en in de International Maritime Organization. Daarnaast is nauwere coördinatie op het kandidaturendossier binnen de EU gestart via de EU-Raadswerkgroep voor VN-aangelegenheden (CONUN) en bilateraal met gelijkgezinde partners.

Het kabinet consulteert met het maatschappelijk middenveld over mensenrechten thema’s. Een voorbeeld hiervan is het Breed Mensenrechten Overleg (BMO), waarin de minister van Buitenlandse Zaken met het maatschappelijk middenveld over de legitimiteit en effectiviteit van het mensenrechtenbeleid in de veranderende geopolitieke context heeft gesproken. Ook zijn er onder Nederlands co-voorzitterschap in de Media Freedom Coalition afspraken gemaakt met NGO’s die de coalitie adviseren op mediavrijheid. In diverse landen versterkte Nederland de ambassadenetwerken die met lokale NGO’s de staat van mediavrijheid monitoren en gezamenlijke acties ondernemen.  In 2023 ging het Safety for Voices programma van start, waarmee maatschappelijke organisaties worden ondersteund in het verhogen van veiligheid van mensenrechtenverdedigers en journalisten wereldwijd.

Nederlanders wereldwijd, consulaire zaken en visumbeleid

Ook in 2023 stond consulaire crisisdienstverlening en de toegenomen vraag naar visa en reisdocumenten centraal. In april vond de evacuatie van circa 100 Nederlanders uit Soedan plaats, de maanden erna werd o.a. vanuit buurlanden extra ondersteuning gegeven door het ministerie. Na de staatsgreep in Niger op 26 juli zorgde het ministerie ervoor dat 20 Nederlanders het land veilig konden verlaten. Nederland spant zich sinds oktober jl. in om Nederlanders en personen met recht op verblijf te repatriëren uit Israël en de Palestijnse gebieden: eerst uit Israël en nog steeds vanuit Gaza. Daarnaast is in de nasleep van de aardbevingen in Turkije, Syrië en Marokko consulaire bijstand verleend aan getroffenen. Naar aanleiding van de aardbevingen in Turkije en Syrië van begin februari heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken een tijdelijke regeling ingesteld voor het – binnen de geldende kaders van de EU-visumwetgeving – met voorrang behandelen van visumaanvragen. De crisisunit wordt als gevolg van crisisevaluaties en geleerde lessen uitgebreid zodat de crisisparaatheid van posten en het departement verder wordt versterkt door o.a. het verbeteren van het crisisregistratiesysteem en het werven, trainen en inzetten van het Snel Consulair Ondersteuningsteam (SCOT).

In 2023 bleef de focus ook op het voorkomen van de noodzaak om consulaire bijstand te verlenen door middel van doorlopende informatievoorziening aan Nederlandse reizigers via de BZ Informatieservice en de Reisadviezen (circa 700 reisadviesupdates). Via deze kanalen worden reizigers gewezen op actuele risico’s in het buitenland. In EU-verband werd de afstemming en monitoring van reisadviezen verder geïntensiveerd. Voorts is in 2023 een nieuw casemanagementsysteem (Hermes) gestart waarin posten en het departement alle consulaire hulpvragen van Nederlanders in noodsituaties in het buitenland registreren. Het nieuwe systeem zal meer inzicht geven in evt. veranderende hulpvragen, trends, ed. In 2023 waren er meer dan 6000 consulaire hulpvragen. Het contactcenter ‘Nederland Wereldwijd’ (NWW) werd ruim 825.000 keer gecontacteerd en de website van NWW werd ruim 23 miljoen keer bezocht. Voor diverse producten en diensten van de Nederlandse overheid werd samen met partners (uitvoeringsorganisaties zoals Logius, SVB, DUO, en per 2023 ook de Douane) de informatievoorziening via NWW verbeterd en uitgebreid. Ook vonden ruim 24.000 videobelgesprekken voor een DigiD-activeringscode plaats, met burgers uit 162 verschillende landen.   

Volgens planning is medio 2023 de evaluatie van de gesubsidieerde begeleiding van Nederlandse gedetineerden in het buitenland gestart. Ambassades in geselecteerde landen, (ex-)gedetineerden, benchmarklanden en betrokken organisaties worden in 2024 bevraagd als onderdeel van deze evaluatie. De evaluatie moet onder meer leiden tot een nieuw meerjarig subsidiebeleidskader dat in werking treedt per 1 januari 2026.

Met het oog op de ‘paspoortpiek’ (een snelle toename van aanvragen vanwege de invoering van de geldigheidstermijn van tien jaar in 2014), heeft het ministerie maatregelen genomen om in het toenemende aantal paspoortaanvragen te voorzien. Zo zijn het afgelopen jaar op verschillende plekken wereldwijd (o.a. in Spanje, Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Afrika, Canada en de Verenigde Staten) 13 paspoortbalies bij externe dienstverleners (EDV) geopend, opdat Nederlanders in het buitenland dichter bij huis een aanvraag voor een paspoort of een identiteitskaart kunnen indienen.

Bij de verkiezingen in 2023 werd intensief samengewerkt met het ministerie van BZK en de gemeente Den Haag, zowel voor de Provinciale Staten als voor de Tweede Kamer-verkiezingen en de voorbereidingen van de verkiezingen voor het Europees Parlement in 2024.

In 2023 is de besliscapaciteit voor visa verder verbeterd, en het aanvragen van een visum weer grotendeels mogelijk binnen de Europees gestelde termijnen. Eind 2023 kenden slechts een zevental landen een wachttijd boven de 15 dagen waarvan 4 boven de 21 dagen. In deze landen kennen ook andere Schengenlanden langere wachttijden, waardoor er een onderlinge afhankelijkheid bestaat in het oplossen van de wachttijden. De aanbevelingen uit de door de Europese Commissie in 2022 gehouden Schengenevaluatie, waarbij het Nederlandse visumproces is doorgelicht, zijn ter hand genomen. Uw Kamer is over de Raadsaanbevelingen en wijze van opvolging per brief van 13 februari geïnformeerd. De Europese Commissie constateerde eind juni 2023 dat Nederland bij de opvolging van de aanbevelingen goede voortgang heeft gemaakt.

Het ministerie werkte in 2023 aan de strategische inzet van EU-visuminstrumenten ten behoeve van het buitenlandbeleid. Zo is in 2023 visumliberalisatie voor Kosovo overeengekomen (per 1 januari 2024), en is middels artikel 25bis van de Visumcode ingezet op versterking van de terugkeersamenwerking met derde landen. Via het opschortingsmechanisme voor visumliberalisatie (het ‘noodremmechanisme’) is erop toegezien dat de Westelijke Balkanlanden en Oostelijke Partnerschapslanden zich houden aan de voorwaarden voor visumliberalisatie, en is de monitoring op regio-overstijgende thema’s zoals visumvrije landen met zogenaamde «gouden paspoortregelingen» geïntensiveerd. Nederland heeft ingezet op de herziening van het opschortingsmechanisme tegen misbruik van visumvrij reizen, hiertoe is op 18 oktober een voorstel tot wijziging van de betreffende verordening door de Europese Commissie gepubliceerd. De Nederlandse inzet ten aanzien van de onderhandelingen, die in 2024 zullen worden afgerond, is met de Kamer gedeeld.

Cultuur

De extra middelen uit het steunpakket aan Oekraïne hebben bijgedragen aan stabilisatie, en behoud van cultureel erfgoed, behoud van talent van Oekraïense kunstenaars en de creatieve industrie, en het versterken van partnerschappen en kennisoverdracht. Concreet heeft dit geleid tot o.m. de evacuatie en veilige opslag van museumcollecties van 140 musea in de Charkov en Odessa regio’s, en het opzetten van het Ukrainian Heritage Emergency Response initiatief als regionaal knooppunt.

In 2023 heeft het ministerie gezamenlijk met het ministerie van OCW een actieve rol gespeeld bij aanvragen inzake teruggave cultuurgoederen uit koloniale collecties en bij de juridische overdrachten aan Indonesië en Sri Lanka. Hieruit blijkt dat culturele samenwerking een belangrijk instrument is voor het versterken van bilaterale relaties en voor het implementeren van global-outreach-strategieën. Zowel Indonesië als Sri Lanka willen de samenwerking voortzetten op het gebied van academisch (herkomst)onderzoek en zijn geïnteresseerd in kennisuitwisseling voor wat betreft onder andere museale praktijk en management.

Voorts heeft Nederland in september 2023 positief geantwoord op het verzoek van UNESCO om in 2024 een conferentie te organiseren in Den Haag om het 70-jarig bestaan van het Haags Verdrag te markeren. Het ministerie is samen met OCW en DEF gestart met de organisatie. Voor de internationale conferentie worden experts en ministers uitgenodigd uit landen die het verdrag reeds hebben geratificeerd. Ook worden nadrukkelijk deelnemers uitgenodigd uit landen die nog niet hebben ondertekend. Een van de doelstellingen van deze conferentie is om het aantal lidstaten dat het Haags verdrag en het Tweede Protocol onderschrijft, uit te breiden.

Postennet

Het internationale karakter van Nederland vereist een breed vertegenwoordigde en wereldwijde paraatheid van diplomaten die onze belangen vertegenwoordigen. Het ministerie van Buitenlandse Zaken bemenst, samen met andere uitzendende overheidsinstanties, het netwerk van diplomatieke vertegenwoordigingen. Bij de start van het kabinet Rutte 4 is ingezet op uitbreiding van het postennet op de belangrijke thema’s uit het coalitieakkoord. Zo werkt het ministerie aan veiligheid en stabiliteit, migratie, bevordering van werkgelegenheid in Nederland, het verlenen van consulaire diensten aan Nederlanders in het buitenland en het dichterbij brengen van een duurzame en rechtvaardige wereld.

Door de complexer wordende internationale verhoudingen werken zij met steeds meer partners aan onderwerpen die direct raken aan Nederlandse beleidsterreinen. En door de internationale crises in het Midden-Oosten, de Sahel en Oost-Europa werd er meer dan gemiddeld een beroep gedaan op de capaciteit van de ambassades in de getroffen landen. In Soedan is na een evacuatie van alle Nederlanders, de ambassade tijdelijk gesloten. Daarnaast is, vanwege structurele terugloop van werkzaamheden het consulaat-generaal in Chongqing gesloten. De vrijgevallen capaciteit wordt elders ter versterking van het netwerk binnen China ingezet.

Nederland als gastland

Om Nederland een aantrekkelijk gastland te laten zijn voor diplomatieke missies en internationale organisaties werkte het ministerie nauw samen met andere ministeries, gemeenten, uitvoeringsinstanties en veiligheidsorganisaties. Dit is essentieel voor het onderhouden van bilaterale betrekkingen en het bestendigen van de internationale reputatie van Nederland.

1 Realisatie periodieke rapportages/beleidsdoorlichtingen

Tabel 1 Realisatie beleidsdoorlichtingen

Thema

Artikel(en)

2017

2018

2019

2020

2021

2022

2023

 

Naam SEA-thema of artikel

Nummer(s) begrotingsartikel(en) waar thema betrekking op heeft

       

Behandeling Tweede Kamer*

          

Art

         

Beleidsdoorlichting van een thema: Wapenbeheersing, non-proliferatie

2.3

  

X

    

33694-38;

Beleidsdoorlichting van een thema: Europees nabuurschapsbeleid

2.5, 3.2

  

X

    

22112-2837

Beleidsdoorlichting artikel 4: Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden

4.1, 4.2, 4.3, 1.3

  

X

    

31271-33

          

* Vervolgnummer betreft het Kamerstuk (bijv. 31 721-23).

         

Beleidsdoorlichtingen en Periodieke Rapportages voor Buitenlandse Zaken worden uitgevoerd door de Directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie (IOB). Tot 2019 zijn beleidsdoorlichtingen uitgevoerd per beleidsthema. In de periode 2019-2022 zijn beleidsdoorlichtingen uitgevoerd per begrotingsartikel. Vanaf 2023 worden periodieke rapportages uitgevoerd per beleidsthema conform de Strategische Evaluatie Agenda.

2 Openbaarheidsparagraaf

In de kabinetsreactie op het rapport ‘Ongekend onrecht’ heeft het kabinet onder andere maatregelen aangekondigd gericht op actieve openbaarmaking van informatie en op verbetering van de informatiehuishouding bij de ministeries (‘Open op orde’). Ook het ministerie van Buitenlandse Zaken werkt aan een continue verbetering van de informatiehuishouding. Dit door een grotere transparantie van overheidsinformatie richting burger en parlement. Alle activiteiten worden uitgevoerd als onderdeel van het ‘Programmaplan Informatiehuishouding BZ’.

Het programmaplan wordt, conform generieke afspraken, uitgevoerd binnen vier actielijnen die zich richten op 1) versterking van professionele ondersteuning binnen de informatiehuishouding (actielijn Informatieprofessionals), 2) het meer onder controle brengen van de informatiestromen (actielijn volume en aard van informatie), 3) verbetering van de informatiesystemen (actielijn informatiesystemen) en 4) verbetering van sturing en naleving (actielijn sturing en naleving).

In het kader van actielijn 1 is het cluster Informatiemanagement geherstructureerd en uitgebreid met nieuwe functies ter ondersteuning van BZ-medewerkers op het gebied van Informatiehuishouding. Volgens het Financiële voortgangsrapportage spoor IHH 2023 was het toegerekende budget voor alle 4 de actielijnen in totaal EUR 2.906.000 waarbij EUR 2.630.000 structureel was en EUR 276.000 additioneel. In 2023 zijn 7 van de 15 nieuwe Functionarissen Informatiehuishouding gestart. Deze cijfers zijn terug te vinden in het Reorganisatieplan 2022 van IDI/IM waarin opgenomen staat dat IM uitgebreid zou worden met 15 functionarissen. De werving loopt door in 2024, maar wordt bemoeilijkt door de krapte op de arbeidsmarkt voor dit vakgebied. Als onderdeel van Actielijn 2 is in 2023 de BZ-selectielijst afgerond en vastgesteld. Andere deelactiviteiten van Actielijn 2 zijn e-mailarchivering, chatarchivering en actieve openbaarmaking. Deze deelactiviteiten zijn terug te vinden in het Programmaplan Verbetering Informatiehuishouding 2023-2024. Voor de trajecten e-mailarchivering en chatarchivering lopen rijksbrede trajecten waarbij BZ is aangesloten. De hier op te leveren resultaten zullen binnen de BZ-organisatie worden geïmplementeerd. De activiteit ‘Actieve openbaarmaking’ zorgt dat de verplichte informatiecategorieën actief openbaar wordt gemaakt en ontsloten via de rijksbrede verwijsindex in tegenstelling tot passieve openbaarmaking wat refereert naar het door de overheid op verzoek van burgers en bedrijven openbaar maken van informatie.

Als onderdeel van actielijn 3 is de nieuwe SharePoint-omgeving als basisvoorziening voor de informatiehuishouding van BZ gerealiseerd. Deze omgeving wordt in 2024 in gebruik genomen. Als onderdeel van actielijn 4 is de Beheersregeling informatiemanagement BZ vastgesteld en gepubliceerd.

3 Overzicht risicoregelingen

Tabel 2 Overzicht verstrekte garanties (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

Uitstaande Garanties t-1

Verleend t

Vervallen t

Uitstaande garanties t

Garantieplafond

Totaal plafond

Totaalstand risicovoorziening

Artikel 3 (Effectieve Europese Samenwerking)

Raad van Europa

176.743

0

0

176.743

0

176.743

0

Totaal

 

176.743

0

0

176.743

0

176.743

0

Raad van EuropaDe garanties voor de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (CEB) zijn vastgesteld in EUR. De Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa is in 1956 opgericht met het doel om de Raad van Europa eigen financiële middelen te geven om zelfstandig activiteiten te kunnen uitvoeren. De bank verstrekt leningen voor uitvoering van projecten aan overheden en andere instanties op de volgende drie gebieden: integratie van vluchtelingen en migranten, duurzame en inclusieve (economische) groei, en klimaat. Het vermogen van de bank is opgebouwd uit bijdragen van de drieënveertig lidstaten en de aandeelhouders. Het Nederlands stemaandeel binnen de CEB bedraagt 3,564%. Op 31 december 2023 bedroeg het Nederlandse totale aandeel in de CEB EUR 198.813.000 waarvan EUR 22.070.000 inbetaald en EUR 176.743.000 oproepbaar kapitaal. Deze bedragen zijn identiek aan die van 31 december 2022 omdat de Nederlandse bijdrage aan de kapitaalverhoging hierin nog niet is meegenomen.

KapitaalverhogingDe Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (CEB) heeft in 2023 een kapitaalverhoging in gang gezet, welke op 31 december 2023 nog niet aan de vereiste drempelwaarde voldeed. Nederland heeft in 2023 toegezegd om deel te nemen aan deze kapitaalverhoging en heeft ook een deel betaald (EUR 21,8 miljoen) en is opgenomen onder de overige vorderingen. Het nog niet volgestorte deel van de verhoging bedraagt EUR 110,7 miljoen en wordt opgenomen als een niet uit de balans blijkende verplichting. De kapitaalverhoging treedt 29 februari 2024 in werking waarna de vordering komt te vervallen en de verplichting voor het garantiekapitaal zal worden opgenomen.

4 Budgettair overzicht Oekraïne

Tabel 3 Budgettair overzicht Oekraïne (bedragen x € 1.000)

Artikel

Artikelnaam

Maatregel

Verplichtingen 2023

Uitgaven 2023

Relevante Kamerstukken

1.1

Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak

Steun voor de strijd tegen straffeloosheid van internationale misdrijven

12.500

12.500

Kamerstuk 36 336 nr. 3

1.2

Bescherming en bevordering van mensenrechten

Steun via mensenrechtenfonds

1.978

1.978

Kamerstuk 36 045 nr. 165

2.1

Goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenootschappelijke veiligheid

Bijdrage aan NAVO Ukraine Capacity Trust Fund, OVSE Special Monitoring Mission, en humanitaire ontmijningsactiviteiten

75.200

75.200

Kamerstuk 36 336 nr. 3

2.2

Bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme

Cyberweerbaarheid

1.599

1.599

N.v.t.

2.3

Wapenbeheersing

OPCW Trustfund Oekraïne

500

500

N.v.t.

2.4

Bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband

Steun humanitaire ontmijning en ondersteuning institutionele opbouw van Oekraïense decentrale overheden via het PFRU

30.245

30.245

Kamerstuk 36 336 nr. 3 Kamerstuk 36 045 nr. 165

2.5

Bevordering van transitie in prioritaire gebieden

Activiteiten vanuit het MATRA programma

3.102

3.102

Tweede suppletoire begroting BZ 2023

3.3

Een hechtere Europese waardengemeenschap

Steun aan de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa

21.783

21.783

Eerste suppletoire begroting BZ 2023

3.5

Europese Vredesfaciliteit

Europese Vredesfaciliteit

28.545

28.545

N.v.t.

4.3

Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

Steun voor Cultural Emergency Response

689

689

Kamerstuk 36 336 nr. 3

 

TOTAAL

 

176.141

176.141

 

Conform de Oekraïne-regeling stelt het kabinet aanvullend budget beschikbaar vanuit de generale middelen voor internationale steunverzoeken voor Oekraïne. Van de totale uitgaven aan Oekraïne in 2023 vanaf de BZ-begroting is EUR 23 miljoen uit eigen middelen gefinancierd.

Artikel 1.1Vanaf artikel 1.1 is een bijdrage geleverd voor de strijd tegen straffeloosheid van schendingen van internationaal recht, waaronder internationaal humanitair recht en mensenrechten. Onder meer wordt hierbij in samenwerking met het ministerie van Justitie en Veiligheid bijgedragen aan de opsporing, vervolging en berechting van deze misdrijven en ondersteuning van de Oekraïense justitiële sector en van het Internationaal Strafhof. Deze bijdrage is tevens bedoeld voor de oprichting van een schaderegister in Den Haag en de inrichting van het secretariaat van de Dialogue Group on Accountability. Ten slotte financiert Nederland het kantoor van Speciaal Vertegenwoordiger Patten met EUR 1 miljoen om in samenwerking met de Oekraïense justitieketen seksueel geweld tegen vrouwen te onderzoeken en daders te vervolgen.

Artikel 1.2Vanaf artikel 1.2 is steun verleend voor het aan ambassade Kyiv gedelegeerde mensenrechtenfonds dat wordt ingezet voor lokale NGO-projecten op het vlak van accountability.

Artikel 2.1Vanaf artikel 2.1 is een bijdrage geleverd aan Ukraine Comprehensive Assistance Package (UCAP) van de NAVO. Via dit programma wordt snel en flexibel non-letale steun geleverd aan de Oekraïense strijdkrachten.

Artikel 2.2Vanaf artikel 2.2 is er steun geleverd aan de cyberweerbaarheid van Oekraïne. Cybersteun aan Oekraïne vanuit BZ richtte zich tot nu toe voornamelijk op het financieren van cybersecuritybedrijven die cyberincidenten helpen mitigeren en Oekraïense overheidsinstellingen helpen beveiligen, bijvoorbeeld d.m.v. Incident Response-steun, het verlenen van softwarelicenties en het trainen van IT-personeel.

Artikel 2.3Vanaf artikel 2.3 is een bijdrage geleverd aan de OPCW (Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens) voor het Trustfund ‘Assistance and Protection programmes for activities related to Ukraine’.

Artikel 2.4Vanaf artikel 2.4 is steun geleverd voor de ontmijning van onder meer landbouwgronden die moeten worden klaargemaakt. Daarnaast is steun verleend t.b.v. de ondersteuning institutionele opbouw van Oekraïense decentrale overheden via het Multi-Donor Partnership Fund for a Resilient Ukraine (PFRU). Verder is een bijdrage geleverd voor civiele veiligheidsorganisaties en voor het Ukrainian Women’s Fund – inspraak vrouwenrechtenorganisaties.

Artikel 2.5Vanaf artikel 2.5 zijn er via het Matra-programma diverse activiteiten ten behoeve van het versterken van de rechtsstatelijkheid van Oekraïne gesteund.

Artikel 3.3Vanaf artikel 3.3 is er steun verleend aan de Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa t.b.v. ondersteuning op het gebied van migratie en sociale cohesie. Nederland heeft in 2023 formeel aangegeven zich in te schrijven op de aandelen voor de CEB-kapitaalverhoging, hiervoor is de eerste termijn van de kapitaalstorting eind 2023 overgemaakt. Dit is bedoeld voor meer sociale ontwikkelingsprojecten in Oekraïne. De kapitaalverhoging wordt in 2024 pas geeffectueerd na het behalen van de drempelwaarde van 67% inschrijving door lidstaten op de kapitaalverhoging.

Artikel 3.5Vanuit de Europese Vredesfaciliteit wordt Oekraïne met meerdere steunmaatregelen ondersteund. Het gaat om lethale en niet-lethale steun alsook om de ondersteuning van EUMAM Oekraïne. De afdracht van Buitenlandse Zaken voor deze steunmaatregelen betrof in 2023 EUR 28.545.054. Als gevolg van twee ophogingen van het financieringsplafond van de EPF in 2023 en de daaruit voortvloeiende stijging van de Nederlandse bijdrage aan de EPF is het verplichtingenbudget in 2023 opgehoogd met EUR 376,5 miljoen (zie Incidentele suppletoire begroting BZ 2023 en Tweede incidentele suppletoire begroting BZ 2023). De EPF wordt naast militaire steun aan Oekraïne ingezet voor lopende EU-missies en -operaties en steun aan andere partners in de wereld.

Artikel 4.3Vanaf artikel 4.3 is er steun geleverd aan het Cultural Emergency Response (CER) t.b.v. bescherming erfgoed.

4. Beleidsartikelen

4.1 Artikel 1: Versterkte internationale rechtsorde

A. Algemene doelstelling

Het bevorderen van een goed functionerende internationale rechtsorde inclusief gastlandbeleid, met een blijvende inzet op mensenrechten, als integraal onderdeel van het buitenlandbeleid.

Een sterke rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten maken de wereld stabieler, veiliger, vrijer en welvarender. Dit vereist goed functionerende internationale instellingen en organisaties met een breed draagvlak en voortdurende inzet tegen straffeloosheid. De positie van Nederland als gastland voor Internationale Organisaties (IO’s) en diplomatieke missies, in het bijzonder organisaties met een mandaat op het gebied van vrede en recht, biedt een goed uitgangspunt voor de bevordering van de ontwikkeling van internationale rechtsorde. Deze rechtsorde is onlosmakelijk verbonden met universele mensenrechten. De bevordering van mensenrechten is een kernelement van het Nederlandse buitenlandbeleid.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De regering zet zich concreet in voor de volgende prioritaire thema’s: vrijheid van meningsuiting (off- en online), de vrijheid van religie en levensovertuiging, gelijke rechten voor vrouwen en meisjes, mensenrechtenverdedigers, gelijke rechten voor lesbiennes, homoseksuelen, biseksuelen, transgenders en intersekse personen en de internationale rechtsorde/strijd tegen straffeloosheid. Daarnaast heeft Nederland de verantwoordelijkheid de in Nederland gevestigde instellingen te ondersteunen opdat deze onafhankelijk, veilig en efficiënt kunnen functioneren.

De Minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

  • Van een effectief stelsel van internationale organisaties, inclusief financiële bijdrage, om een stabiele internationale omgeving te scheppen en de internationale rechtsorde te versterken.

  • Van naleving van internationale wet en regelgeving, en het waar nodig aanvullen van deze wet en regelgeving.

  • Van het tegengaan van straffeloosheid voor de meest grove mensenrechtenschendingen en het voorkomen van deze schendingen.

  • Van het tegengaan van de krimpende democratische ruimte.

  • Van een betere mensenrechtensituatie mede door het financieren en uitvoeren van projecten via bilaterale en multilaterale kanalen ter bevordering van prioritaire mensenrechtenthema’s.

  • Van de internationaal toonaangevende positie van Nederland als gastland voor IO’s door het bijdragen aan een aantrekkelijk vestigingsklimaat voor IO’s, alsmede voor het gastlandbeleid ten aanzien van de in Nederland gevestigde diplomatieke missies.

Regisseren

  • Interdepartementale coördinatie ten behoeve van een coherente en consistente Nederlandse inzet in internationale organisaties ter bevordering van de internationale rechtsorde en mensenrechten.

  • Waarborgen van nauwe rijksbrede samenwerking bij de uitvoering van gastlandbeleid, inclusief de uitvoering van zetelverdragen; waarborgen van eenduidige en heldere communicatie vanuit de Rijksoverheid met IO’s en diplomatieke missies.

Financieren

  • Bijdragen ten behoeve van goed functionerende internationale instellingen.

  • Bijdragen ter bescherming en bevordering van mensenrechten.

  • Bijdragen ten behoeve van goed functioneren van de in Nederland gevestigde IO’s en diplomatieke missies en aan de internationale zichtbaarheid van Nederland als gastland van IO’s.

C. Beleidsconclusies

Mensenrechtenbeleid en het VN-mensenrechtensysteemHet beleid op de inzet van het Koninkrijk in het multilaterale systeem en binnen het VN-mensenrechtensysteem in het bijzonder werden vastgelegd in twee nieuwe nota’s. De nota Mensenrechten, Democratie en Internationale Rechtsorde werd in 2023 gepresenteerd en vastgesteld. Deze nota vormt vanaf nu de samenhangende agenda op deze onderwerpen langs vijf beleidsdoelstellingen. Deze nota komt naast de overkoepelende nota over Mondiaal multilateralisme die eind 2022 werd gepresenteerd en in maart 2023 werd vastgesteld. Daarnaast werd Nederland na een succesvolle campagne verkozen als lid van de Mensenrechtenraad voor de periode 2024-2026.

GastlandbeleidHet ontwikkelde en uitgevoerde beleid en de bijbehorende resultaten in 2023 waren conform de verwachtingen zoals opgenomen in de BZ-begroting. De vestiging in Den Haag van twee entiteiten gericht op accountability voor Oekraïne (ICPA en Schaderegister) versterkt de positie van Nederland als gastland voor organisaties met een mandaat op het gebied van vrede en recht en draagt bij aan de bevordering van internationale rechtsorde.

D. Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 1 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

143 657

105 565

113 861

261 584

122 419

118 618

3 801

         
 

Uitgaven:

       
         
 

Programma-uitgaven totaal

129 197

124 879

126 399

139 797

154 776

145 345

9 431

         

1.1

Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak

52 516

49 795

51 060

54 524

77 390

63 305

14 085

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Internationaal recht

1 696

3 044

3 894

1 086

2 169

750

1 419

         
 

Opdrachten

       
 

Verenigde Naties

  

1 034

 

0

0

0

 

Internationaal recht

   

3 118

1 062

0

1 062

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Verenigde Naties

33 142

34 650

34 065

33 650

38 268

33 525

4 743

 

OESO

7 221

7 245

7 423

7 543

13 958

7 535

6 423

 

Internationaal Strafhof

3 588

4 856

4 644

6 166

4 600

3 910

690

 

Internationaal recht

6 811

  

2 961

17 333

17 585

‒ 252

 

Lidmaatschap VNVR

58

      
         

1.2

Bescherming en bevordering van mensenrechten

66 151

68 526

62 853

68 850

68 143

67 902

241

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Mensenrechtenfonds

 

23 753

19 788

23 941

21 242

20 390

852

 

Landenprogramma's mensenrechten

28 535

      
         
 

Opdrachten

       
 

Landenprogramma's mensenrechten

295

      
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Mensenrechtenfonds

 

32 123

29 560

32 794

36 091

37 362

‒ 1 271

 

Mensenrechten multilateraal

 

12 650

13 505

12 115

10 810

10 150

660

 

Landenprogramma's mensenrechten

26 640

      
 

Centrale mensenrechtenprogramma's

10 650

      
 

Press Freedom Day 2020

31

      
         

1.3

Gastlandbeleid internationale organisaties

10 530

6 558

12 486

16 423

9 243

14 138

‒ 4 895

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Carnegiestichting

 

1 100

7 313

7 570

6 053

4 400

1 653

         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Vredespaleis

720

2 048

1 356

6 513

110

6 750

‒ 6 640

 

Nederland Gastland

1 680

      
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Internationaal Strafhof

1 123

993

988

901

861

858

3

 

Speciaal Tribunaal Libanon

1 958

2 015

2 330

815

1 489

1 500

‒ 11

 

Nederland Gastland

450

402

499

624

730

630

100

 

Carnegiestichting

4 599

      
E. Toelichting op de instrumenten

Verplichtingen

In de Eerste Suppletoire Begroting 2023 is toegelicht dat het verplichtingenbudget in 2023 is gestegen door diverse activiteiten en bijdragen gerelateerd aan het tegengaan van straffeloosheid in Oekraïne, een verhoging van de Nederlandse bijdrage aan de VN, de organisatie van de Summit for Democracy en de aanpassing van meerjarige verplichtingen binnen het Mensenrechtenfonds en Internationaal Recht.

Na de Tweede Suppletoire Begroting 2023 daalde het verplichtingenbudget met name door de vertraging in het Vredespaleis renovatieproject en het aangaan van minder meerjarige verplichtingen binnen het Mensenrechtenfonds vanwege bezuinigingen op het fonds welke zijn doorgevoerd na de Eerste Suppletoire Begroting 2023 en die samenhangen met de ODA-toerekening van de uitgaven voor eerstejaars asielopvang.

Uitgaven

Artikelonderdeel 1.1De uitgavenrealisatie op artikelonderdeel 1.1 Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak valt hoger uit ten opzichte van de vastgestelde begroting 2023. Deze stijging betreft een som van mutaties. In maart 2023 is de Summit for Democracy georganiseerd en verder heeft het Kabinet EUR 14 miljoen vrijgemaakt voor diverse activiteiten zoals toegelicht in de tweede incidentele suppletoire begroting 2023. Bovendien is de Nederlandse bijdrage aan de VN gestegen met EUR 4,7 miljoen en de bijdrage aan het Internationaal Strafhof vooruitbetaald zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting 2023. Verder is EUR 2,7 miljoen betaald aan het Internationaal Strafhof m.b.t. het conflict tussen Israël en Hamas. Hiernaast is EUR 6 miljoen van de OESO-contributie voor 2024 vooruitbetaald op verzoek van de organisatie zoals toegelicht in de Decemberbrief 2023.

Artikelonderdeel 1.3De uitgavenrealisatie op artikelonderdeel 1.3 Gastlandbeleid internationale organisaties valt EUR 4,9 miljoen lager uit ten opzichte van de vastgestelde begroting 2023. Dit komt voornamelijk doordat een deel van de geplande betalingen voor het Vredespaleis in 2024 gedaan wordt in plaats van in 2023 (zie tweede suppletoire begroting 2023).

4.2 Artikel 2: Veiligheid en stabiliteit

A. Algemene doelstelling

Het bevorderen van de Nederlandse en internationale veiligheid en stabiliteit door doelgerichte bilaterale en multilaterale samenwerking en het bevorderen van democratische transitie in prioritaire gebieden, vooral in de ring rond Europa. Veiligheid is geen vanzelfsprekendheid. De internationale omgeving verandert snel en ingrijpend. Wat er in de wereld om ons heen gebeurt, heeft direct gevolgen voor onze eigen veiligheid en voor onze welvaart. Veel van de grensoverschrijdende dreigingen waaraan Nederland bloot staat, zijn van een dusdanige omvang en complexiteit dat een geïntegreerde aanpak en samenwerking in internationaal verband geboden is. Voorbeelden zijn de proliferatie van massavernietigingswapens, terrorisme en gewelddadig extremisme, ongewenste buitenlandse inmenging door statelijke actoren, grensoverschrijdende criminaliteit en cyberdreigingen.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De basis voor de inzet van het kabinet op internationaal veiligheidsbeleid ligt besloten in de Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie (GBVS) die in het voorjaar van 2018 aan de Tweede en Eerste Kamer is aangeboden en in 2020 is geactualiseerd. Op dit moment wordt gewerkt aan een nieuwe veiligheidsstrategie. De GBVS aanpak beschrijft drie pijlers: onveiligheid voorkomen waar mogelijk, verdedigen tegen urgente dreigingen waar noodzakelijk en het versterken van ons veiligheidsfundament. Om de daarbij benoemde 13 doelen te behalen is de samenhangende inzet nodig van defensie, diplomatie, economie, ontwikkelingssamenwerking, politie, inlichtingendiensten, en justitie. Dit onderwerp strekt zich dus uit naar andere begrotingen, zoals Defensie, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, Justitie en Veiligheid, Binnenlandse Zaken en Koninkrijks relaties en Economische Zaken en Klimaat. Onze veiligheidsbelangen vergen een wereldwijde inzet voor de veiligheid van Nederlanders, Nederland en het Koninkrijk.

De Minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

Bevorderen en bewaken van de coherentie en consistentie van de Nederlandse inzet in bilateraal en multilateraal verband gericht op grotere veiligheid en duurzame stabiliteit, onder andere door:

  • Nederlandse bijdragen in het kader van de EU, de VN, de NAVO en de OVSE.

  • Deelname aan ad hoc coalities zoals het Non-Proliferation and Disarmament Initiative (NPDI) en de Friends of the CTBT (Alomvattend Kernstopverdrag).

  • Een vooraanstaande rol spelen op het gebied van de versterking van het internationaalrechtelijk en normatief kader betreffende cyberspace, door middel van activiteiten gericht op zowel capaciteitsopbouw als op internationale consultatie.

  • De Nederlandse actieve rol binnen het Global Counter Terrorist Forum en de Global Coalition to Counter/Defeat ISIS.

  • Preventie aan de bron, door in risicolanden samenwerking te zoeken om de dreiging van radicalisering, gewelddadig extremisme en terrorisme te verminderen.

  • Grote inzet op fysieke veiligheid van burgers via het Nederlandse humanitair ontmijnen en clustermunitie programma.

  • De veiligheidsbehoeftes van de bevolking centraal te stellen onder andere door conflictpreventie-benadering (Early Warning & Early Action), en het benadrukken van accountability en good governance via Security Sector Reform (SSR) programma’s.

  • Deelname aan crisisbeheersingsoperaties in multilateraal verband en inzet voor verbetering van de effectiviteit van deze operaties.

  • Actieve betrokkenheid bij de rijksbrede aanpak van grensoverschrijdende en ondermijnende criminaliteit.

  • Het versterken van bestaande coalities (incl. EU, NAVO) en bouwen aan nieuwe internationale coalities om de economische veiligheid van Nederland te versterken.

Regisseren

  • Artikel 100-procedures ter voorbereiding van besluitvorming betreffende wereldwijde inzet van de krijgsmacht in crisisbeheersingsoperaties conform het Toetsingskader 2014, in nauwe afstemming met de Minister van Defensie, de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister van Justitie en Veiligheid.

  • De toepassing van terrorismesancties/Sanctieregeling 2007 als onderdeel van het sanctiebeleid, uitgevoerd in overeenstemming met de ministers van Financiën en Justitie en Veiligheid.

  • In het kader van een zorgvuldig en transparant wapenexportbeleid draagt de Minister van Buitenlandse Zaken verantwoordelijkheid voor de buitenlandpolitieke toetsing van Nederlandse vergunningaanvragen voor wapenexporten. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking is eindverantwoordelijk voor het afgeven van de wapenexportvergunningen.

Financieren

  • Bijdragen aan goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenootschappelijke veiligheid, waaronder aan de NAVO.

  • Bijdragen ter bestrijding en terugdringing van internationaal terrorisme en andere vormen van internationale criminaliteit, waaronder aan het International Centre for Counter-Terrorism, het Global Counter Terrorism Forum en de Regionale Veiligheidscoördinatoren binnen het BZ postennet.

  • Bijdragen ter bevordering van ontwapening en wapenbeheersing en bestrijding van proliferatie van massavernietigingswapens, waaronder aan het Internationaal Atoomenergie Agentschap (IAEA) en de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens (OPCW).

  • Bijdragen ter bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband vanuit het Budget Internationale Veiligheid, in samenspraak met de Minister van Defensie, de Minister van Justitie en Veiligheid en de Minister voor BHOS, waaronder bijdragen aan crisisbeheersingsoperaties van de VN, de EU, de NAVO en de OVSE en flankerende activiteiten gefinancierd uit het Stabiliteitsfonds.

  • Bijdragen ter bevordering van transitie in prioritaire gebieden, met name in de ring rond Europa via het in 2016 ingestelde Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP). Het NFRP bestaat uit het programma voor Maatschappelijke Transformatie (MATRA), gericht op (Zuid)Oost-Europa, en het Shiraka-programma, gericht op de Arabische regio. Ook vanuit het Stabiliteitsfonds worden programma’s in een aantal landen in deze regio’s gefinancierd.

  • Bijdragen aan conflictpreventie via uitvoering Early Warning & Early Action beleid, mede gefinancierd vanuit het Stabiliteitsfonds.

  • Bijdragen aan normstelling en internationaal recht, bevordering van mensenrechten en capaciteitsopbouw in cyberspace.

  • Bijdrage aan de fysieke veiligheid van mensen via meerjarig humanitair ontmijnen en clustermunitieprogramma.

  • Bijdragen aan Security Sector Reform (SSR) programma’s ter bevordering van effectiviteit, legitimiteit, oversight en accountability van veiligheidsactoren vanuit het Stabiliteitsfonds.

  • Bijdragen aan (NGO/Arms Trade Treaty (ATT)) programma’s, die regulering en transparantie van de internationale wapenhandel bevorderen.

C. Beleidsconclusies

Oorlog in OekraïneDe Russische agressie tegen Oekraïne duurde in 2023 in volle hevigheid voort. Nederland intensiveerde zijn hulp aan Oekraïne, waaronder militaire, economische en humanitaire hulp (tezamen circa 3,5 mrd.) en zette in op een zo groot mogelijke isolatie van Rusland in multilateraal en bilateraal verband. Ook richtte Nederland zich met succes op meer EU-sancties tegen Rusland. Nederland zette zich ook in om de Vredesformule van President Zelensky te ondersteunen en nam actief deel aan de overleggen hierover. In het verlengde hiervan spande men zich met succes in voor de vestiging van het International Centre for the Prosecution of Agression in Ukraine en een register voor oorlogsschade.  Er werd een begin gemaakt met onderhandelingen over bilaterale veiligheidsarrangementen, n.a.v. van de G7-verklaring in Vilnius van juni 2023. Met de extra middelen voor Matra (zie hieronder) zijn er vier decentrale projecten opgezet, o.a. in het kader van wederopbouw, mental health van oorlogsveteranen en IDP’s (Internaly Displaced Person). Ook is er aanspraak gedaan op het stabiliteitsfonds voor een project met UNDP, wat ziet op het bestrijden van kinderontvoering en het faciliteren van hereniging van kinderen met hun families en voogden.

Armenië-AzerbeidzjanIn 2023 ontstond een complexe humanitaire situatie in Nagorno-Karabach door de blokkade van de Lachin-corridor, de militaire escalatie in september en de daaropvolgende uittocht van meer dan 101.000 etnische Armenen uit Azerbeidzjan, die onderdak zochten in Armenië. De EU en Nederland veroordeelden het optreden van Azerbeidzjan en troffen diverse steunmaatregelen ten behoeve van Armenië. De betrokken partijen werden meermaals opgeroepen om elkaars territoriale integriteit te erkennen en te investeren in het vredes- en normalisatieproces. In december werden voorzichtige bilaterale stappen gezet in het vredesproces. Echter blijft dit proces zeer fragiel.

TerrorismebestrijdingNa de terreuraanval op Israël van 7 oktober 2023 heeft Nederland in EU-verband ingezet op het bestrijden van Hamasfinanciering. Nederland was cosponsor van EU terrorismesancties van verschillende Hamas kopstukken en mede-initiatiefnemer van het nieuw opgerichte Hamas-sanctieregime.

MATRAI.v.m. de coronacrisis was er in 2022 onderbesteding van het MATRA-budget, een deel van het budget is via eindejaarsmarge meegenomen naar 2023. In 2023 waren er tevens incidentele ophogingen van het MATRA-budget. Dit betreft EUR 2 miljoen voor vier projecten in Oekraïne. Daarnaast is via European Delegated Cooperation EUR 1 miljoen ingezet voor een project m.b.t. het doorlichten van rechters in Moldavië, een pilaar voor de Moldavische hervormingsagenda en EU toetredingscriteria. Ook vond een ophoging plaats van het budget van EUR 1 miljoen i.v.m. het amendement van het lid Piri c.s. (november 2022). Dit budget is ingezet voor projecten in Servië, Montenegro, Armenië, Belarus en een project ter bestrijding van mensenhandel- en smokkel in de Westelijke Balkan.

ShirakaDe uitvoering van het Shiraka programma en de bijbehorende resultaten in 2023 waren conform de doelstellingen, zoals opgenomen in de BZ-begroting. Het Shiraka budget wordt in de praktijk gesplitst tussen een centraal budget, dat in Den Haag wordt besteed; en een Shiraka gedelegeerd budget dat op aanvraag wordt verstrekt aan posten in de DAM-regio. Het centrale Shiraka budget is in 2023 voor 100% benut. Het Shiraka gedelegeerde budget is voor 92% benut.

SahelIn 2023 namen onveiligheid en politieke instabiliteit in de Sahel verder toe; een breder West-Afrikaans conflict werd na de staatsgreep in Niger net afgewend. Hierdoor is een brede band van instabiliteit ontstaan van West naar Oost Afrika.

Nederland, de EU en andere internationale partners moeten zich vanwege belangen op terreinen geopolitiek, migratie, veiligheid en ontwikkelingssamenwerking hier toe verhouden en stuiten op dilemma’s bij het engageren en samenwerken met deze regimes. Het Kabinet heeft de Kamer in een Kamerbrief geïnformeerd, over het belang om in gesprek te blijven met regimes en ons als EU en Nederland in te blijven zetten voor de burgers van de regio via steun aan het maatschappelijk veld.

Uitgangspunten voor inzet in de Sahel zijn vraaggestuurdheid, lange-termijn betrokkenheid, gelijkwaardigheid en lokaal eigenaarschap. Het kabinet is daarnaast realistisch over de te behalen resultaten en erkent dat Nederland enkel een bescheiden bijdrage kan leveren aan stabiliteit, veiligheid en ontwikkeling in de Sahelregio en bij voorkeur in EU kader hierop moet inzetten.

MakandraAan het Makandra programma, dat technische overheidssamenwerking financiert en faciliteert, is in 2023 volop uitvoering gegeven. Vanwege de grote hoeveelheid aan ingediende projectvoorstellen is de commiteringsruimte voor 2023 met EUR 533.000 opgehoogd vanuit het budget van 2024.

Missies en operatiesNederland heeft cf. voornemen deelgenomen aan (crisisbeheersings-)operaties en capaciteitsopbouw-missies in multilateraal verband en zich ingezet voor verbetering van de effectiviteit van deze missies en operaties. Op basis van de kabinetsreacties op de IOB-evaluaties Resolute Support, MINUSMA en EMASOH zijn geleerde lessen uitgevoerd en deze worden periodiek gemonitord. Doelstellingen van missies en operaties worden realistischer en op veel punten bescheidener geformuleerd. Monitoring en rapportage zijn verbeterd en evaluatie is onafhankelijk belegd. Deze verbeteringen zijn ook expliciet vastgelegd in Art.100 brieven over veiligheidsinzet Irak en EUFOR Althea.

D. Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 2 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

240 018

229 165

220 289

259 524

317 139

373 705

‒ 56 566

         
 

Uitgaven:

       
         
 

Programma-uitgaven totaal

247 238

233 297

226 178

266 588

337 879

367 746

‒ 29 867

         

2.1

Goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenootschappelijke veiligheid

12 767

16 458

13 504

15 688

92 826

90 455

2 371

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Atlantische Commissie

475

555

563

576

564

565

‒ 1

 

Programma ondersteuning buitenlands beleid

1 176

      
         
 

Opdrachten

       
 

Programma ondersteuning buitenlands beleid

110

      
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

NAVO

7 512

8 031

8 714

10 102

12 746

9 650

3 096

 

WEU

612

653

651

750

793

690

103

 

Programma ondersteuning buitenlands beleid

697

5 620

2 136

2 333

2 170

2 700

‒ 530

 

Veiligheidsfonds

2 185

1 599

1 440

1 927

1 553

1 850

‒ 297

 

NAVO Oekraïne UCAP Trust Fund

    

75 000

75 000

0

         

2.2

Bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme

13 209

15 430

12 135

16 876

15 916

15 400

516

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Anti-terrorisme instituut

1 499

484

877

744

669

650

19

 

Contra-terrorisme

3 615

7 073

4 991

4 204

4 883

7 720

‒ 2 837

 

Cyber security

1 459

2 143

1 497

2 027

3 371

3 580

‒ 209

 

Global Forum on Cyber Expertise

    

1 756

0

1 756

         
 

Opdrachten

       
 

Global Forum on Cyber Expertise

498

1 803

1 018

1 695

0

1 250

‒ 1 250

 

Contra-terrorisme

0

519

73

    
 

Cyber security

440

      
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Contra-terrorisme

3 799

2 872

2 650

5 023

1 963

880

1 083

 

Cyber security

1 899

536

1 029

3 183

3 274

1 320

1 954

         

2.3

Wapenbeheersing

11 787

7 670

9 199

13 386

14 917

11 022

3 895

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

OPCW en andere ontwapeningsorganisaties

396

      
         
 

Opdrachten

       
 

OPCW en andere ontwapeningsorganisaties

   

389

339

465

‒ 126

 

Conferentie REAIM en follow up

   

3 725

2 183

0

2 183

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

IAEA

6 508

6 220

6 281

6 549

7 134

7 317

‒ 183

 

OPCW en andere ontwapeningsorganisaties

3 318

1 450

1 334

1 219

1 729

1 320

409

 

CTBTO

1 565

0

1 584

1 504

3 532

1 920

1 612

         

2.4

Bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband

182 594

167 539

164 903

194 553

181 233

220 047

‒ 38 814

         
         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Nederland Helsinki Comité

28

28

28

28

28

28

0

 

Stabiliteitsfonds

 

11 318

32 818

25 767

28 756

25 000

3 756

 

Training buitenlandse diplomaten

2 250

2 500

1 400

1 943

3 707

2 500

1 207

 

Landenprogramma's veiligheid voor mensen (stabiliteitsfonds)

15 847

      
         
 

Opdrachten

       
 

Makandra

  

585

434

1 462

1 370

92

 

landenprogramma's veiligheid voor mensen (stabiliteitsfonds)

2 620

      
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Makandra

  

131

153

307

170

137

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

OVSE

5 436

5 607

5 466

7 218

5 310

9 880

‒ 4 570

 

Stabiliteitsfonds

 

67 737

51 815

80 805

65 143

61 770

3 373

 

VN-contributie voor crisisbeheersingsoperaties

95 238

80 349

72 660

78 205

76 520

94 099

‒ 17 579

 

Overige

       
 

Regionale stabiliteit

1 936

      
 

landenprogramma's veiligheid voor mensen (stabiliteitsfonds)

58 460

      
         
 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

       
 

Inzet hoog-risico posten

    

0

25 230

‒ 25 230

 

landenprogramma's veiligheid voor mensen (stabiliteitsfonds)

779

      
         
         

2.5

Bevordering van transitie in prioritaire gebieden

26 881

26 200

26 437

26 085

32 987

30 822

2 165

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «MATRA»

4 953

11 356

11 225

12 260

16 728

12 822

3 906

 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «Shiraka»

3 992

7 536

4 796

3 084

2 918

4 507

‒ 1 589

         
 

Opdrachten

       
 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «Shiraka»

 

1 008

3 134

4 582

4 785

4 463

322

         
 

Bijdragen aan agentschappen

       
 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «Shiraka»

  

449

551

694

630

64

 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «MATRA»

    

407

 

407

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «Shiraka»

10 739

6 300

6 833

5 608

7 455

8 400

‒ 945

 

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen (NFRP); «MATRA»

7 197

      
         
         
 

Ontvangsten

227

0

0

18 361

5 572

1 000

4 572

         

2.10

Doorberekening Defensie diversen

227

0

0

 

0

0

0

2.40

Restituties programma's

0

0

0

18 361

5 572

1 000

4 572

E. Toelichting op de instrumenten

Verplichtingen

De verplichtingenrealisatie op Artikel 2 Veiligheid en Stabiliteit valt ten opzichte van de vastgestelde begroting EUR 56,6 miljoen lager uit.

Op het Matra-budget is voor de opdracht aan de RVO de meerjarig aangegane verplichting gecorrigeerd, omdat de aangegane verplichtingen jaarlijks gelijk zijn aan de uitgaven. Dit leidt tot een lagere verplichtingenrealisatie. Daarnaast heeft voor het programma Training buitenlandse diplomaten een no-cost verlenging plaatsgevonden, waardoor de huidige overeenkomst t/m het eerste kwartaal van 2024 loopt. Nieuwe meerjarige verplichtingen voor dit programma worden dan ook pas in 2024 aangegaan.

Voor een aantal activiteiten binnen het Stabiliteitsfonds waarvoor de verplichtingen in 2023 aangegaan zouden worden, worden deze pas in 2024 aangegaan. Tot slot vielen de contributies aan VN-vredesmissies lager uit dan voorzien, zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting.

Uitgaven

Artikelonderdeel 2.1De realisatie voor goede internationale samenwerking ter bevordering van eigen en bondgenootschappelijke veiligheid is hoger dan begroot. Dit is met name het gevolg van een bijdrage aan het Ukraine Comprehensive Assistance Package Trust Fund (UCAP TF) van de NAVO, zoals toegelicht in de tweede incidentele suppletoire begroting. Daarnaast viel de civiele bijdrage aan de NAVO hoger uit dan begroot als gevolg van een contributieverhoging, zoals toegelicht in de eerste suppletoire begroting.

Artikelonderdeel 2.4De realisatie voor de bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband is lager dan begroot. Een deel hiervan is toegelicht in de eerste suppletoire begroting, en betreft een overheveling naar het Ministerie van Defensie voor de beveiliging van personeel van een aantal hoog-risico posten. Daarnaast viel de Nederlandse contributie aan VN-crisisbeheersingsoperaties lager uit dan geraamd, zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting.

De realisatie voor het Stabiliteitsfonds is hoger dan begroot, met name als gevolg van een bijdrage aan de State Emergency Service van Oekraïne, zoals toegelicht in de tweede incidentele suppletoire begroting.

4.3 Artikel 3: Effectieve Europese samenwerking

A. Algemene doelstelling

De algemene doelstelling is een effectieve Europese samenwerking om de Europese Unie en haar lidstaten zo vreedzaam, welvarend en sterk mogelijk de toekomst in te loodsen. Europa is essentieel voor onze welvaart, vrijheid en veiligheid. Een actieve opstelling van Nederland in het Europese besluitvormingsproces en in de bilaterale relaties met Europese partners is dan ook in het directe belang van Nederlandse burgers en bedrijven. Door consequent en constructief optreden kan Nederland zijn invloed binnen de Europese Unie vergroten. Zo kan Nederland mede vorm geven aan ontwikkelingen in Europa die direct van invloed zijn op onze economische, sociale en politieke toekomst.

B. Rol en verantwoordelijkheid

Binnen de Europese Unie wordt ingezet op drie dwarsdoorsnijdende thema’s voor het versterken van de Unie tot een sterke Unie van sterke lidstaten: rechtsstatelijkheid en goed bestuur, opwaartse sociale en economische convergentie en de Unie als geopolitieke speler. Daarbij zullen de gevolgen van de oorlog in Oekraïne, de groene en digitale transities, het versterken van de open strategische autonomie, de Europese migratieproblematiek en de uitvoering van het EU meerjarig financieel kader de aandacht vragen. Tot slot zet Nederland zich in voor een slagvaardiger gemeenschappelijk buitenland- en veiligheidsbeleid (GBVB) en een versterking van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid (GVDB).

De Staat van de Unie bevat de geïntegreerde visie van de regering op de Europese samenwerking en de rol van Nederland daarbij.

De Minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor:

Regisseren

  • Het bevorderen en bewaken van de coherentie en de consistentie van het Nederlandse Europabeleid, inclusief de voorbereiding van de Europese Raad en horizontale dossiers.

  • Het interdepartementaal afstemmen van de Nederlandse inzet in de verschillende, afzonderlijke Raadsformaties.

  • Het vormgeven van het Europese externe beleid ten opzichte van derde landen, inclusief uitbreiding van de EU, uittreding uit de EU, regio’s en ontwikkelingslanden.

  • De gedachtenvorming over de institutionele structuur van de EU, inclusief de opvolging van de Conferentie over de toekomst van Europa.

  • Informatievoorzienig over EU-besluitvorming aan het parlement en de totstandkoming van de Europawet.

  • Het onderhouden en intensiveren van de bilaterale relaties met andere Europese landen en het bevorderen van een Europese waardengemeenschap.

Financieren

  • Nederlandse afdrachten aan de Europese begroting en aan het Europees Ontwikkelingsfonds (EOF).

  • Bijdragen aan een hechtere Europese waardengemeenschap middels een bijdrage aan de Raad van Europa.

  • Bijdragen ter versterking van de Nederlandse positie in de Unie van 27, waaronder aan de Benelux.

  • Bijdragen aan de Europese Vredesfaciliteit (European Peace Facility, EPF) voor de financiering van EU-bijdragen aan vredesoperaties en militaire capaciteitsopbouw in derde landen.

C. Beleidsconclusies

MigratieNa jaren onderhandelingen heeft Nederland bijgedragen aan het bereiken van een belangrijke mijlpaal op het terrein van migratie: In december 2023 is er een politiek triloogakkoord bereikt over het Asiel en Migratie Pact.30 Dit draagt bij aan een beter functionerend Europees asielsysteem, hetgeen essentieel is om meer grip te krijgen op migratie aan de EU-buitengrenzen, en op secundaire migratie tussen de lidstaten. Daarnaast is het dankzij de Nederlandse inzet gelukt om de bestaande migratieafspraken in februari 2023 opnieuw vast te leggen in conclusies van de Europese Raad.31 Hierdoor informeert Commissievoorzitter Von der Leyen de regeringsleiders sindsdien regelmatig over de implementatie van deze conclusies.32

Europese VredesfaciliteitDe Europese Vredesfaciliteit (EPF) is in 2023 voor een tweede maal opgehoogd als gevolg van de omvangrijke steun uit de EPF aan Oekraïne. Inclusief de eerdere ophoging uit 2022 is er daarmee EUR 5,5 miljard aan de EPF toegevoegd.33 Om de verhogingen van de Nederlandse bijdrage aan de EPF mogelijk te maken heeft de Kamer de Eerste en Tweede incidentele suppletoire begroting Buitenlandse Zaken 2023 (36.302 en 36.336) aangenomen. De Europese Vredesfaciliteit is in 2023 een cruciaal instrument gebleken voor de EU lidstaten om hun militaire steun aan Oekraïne voort te kunnen zetten. Daarnaast wordt met deze middelen trainingsmissie EUMAM gefinancierd, waarmee in 2023 meer dan 30.000 Oekraïense militairen zijn getraind.

D. Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 3 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

9 259 317

9 609 669

10 702 585

11 354 504

10 856 812

11 829 046

‒ 972 234

         
 

Uitgaven:

       
         
 

Programma-uitgaven totaal

9 307 566

9 905 692

10 885 024

11 489 868

10 566 313

11 557 597

‒ 991 284

         

3.1

Afdrachten aan de Europese Unie

9 068 215

9 665 987

10 677 438

11 311 410

10 392 224

11 409 093

‒ 1 016 869

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

BNI-afdrachten

5 071 871

5 168 886

5 531 713

4 897 610

4 222 903

5 117 680

‒ 894 777

 

BTW-afdrachten

562 055

553 463

1 049 051

1 245 233

1 409 352

1 276 364

132 988

 

Invoerrechten

3 434 289

3 943 638

3 891 582

4 991 221

4 526 754

4 834 846

‒ 308 092

 

Plastic-grondslag

  

205 092

177 346

233 215

180 203

53 012

         

3.2

Europees Ontwikkelingsfonds

224 729

224 729

179 482

131 506

98 094

100 313

‒ 2 219

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Europees Ontwikkelingsfonds

224 729

224 729

179 482

131 506

98 094

100 313

‒ 2 219

         

3.3

Een hechtere Europese waardengemeenschap

10 203

10 502

10 899

12 062

34 377

11 000

23 377

         
 

Garanties

       
 

Garantie Raad van Europa (CEB)

    

0

 

0

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Raad van Europa

10 203

10 502

10 899

12 062

12 594

11 000

1 594

 

Kapitaalaanvullingen bij regionale ontwikkelingsbank

    

21 783

0

21 783

         

3.4

Versterkte Nederlandse positie in de Unie

4 419

4 474

4 511

4 973

5 117

4 788

329

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

EIPA

0

348

279

417

348

348

0

         
 

Opdrachten

       
 

Programmatische ondersteuning: CECP

39

 

8

    
 

Europa College beurzenprogamma

  

0

190

190

190

0

 

Programmatische ondersteuning: Taskforce Verenigd Koninkrijk

  

120

119

7

0

7

 

EU-sanctiebeleid

0

   

78

0

78

         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Benelux bijdrage

4 032

4 126

4 104

4 247

4 494

4 250

244

 

EIPA

348

      
         

3.5

Europese Vredesfaciliteit

0

0

12 694

29 917

36 501

32 403

4 098

         
 

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

       
 

Europese Vredesfaciliteit

  

12 694

29 917

36 501

32 403

4 098

         
 

Ontvangsten

679 510

787 047

909 424

1 235 495

1 197 200

2 708 961

‒ 1 511 761

         

3.10

Diverse ontvangsten EU

679 510

786 889

909 228

1 235 143

1 196 842

1 208 711

‒ 11 869

 

Invoerrechten

660 507

769 745

909 228

1 226 498

1 109 806

1 208 711

‒ 98 905

 

Overige ontvangsten EU

19 003

17 144

0

8 645

87 036

0

87 036

         

3.11

Europees herstelfonds

    

0

1 500 000

‒ 1 500 000

         

3.30

Restitutie Raad van Europa

0

158

196

352

358

250

108

Tabel 7 Uitsplitsing verplichtingen
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

9 259 317

9 609 669

10 702 585

11 354 504

10 856 812

11 829 046

‒ 972 234

 

waarvan garantieverplichtingen

176 743

      
 

waarvan overige verplichtingen

9 082 574

   

10 856 812

11 829 046

‒ 972 234

E. Toelichting op de instrumenten

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget voor artikel 3 Effectieve Europese Samenwerking neemt per saldo af. De verplichtingenmutaties op artikelonderdeel 3.1 Afdrachten aan de Europese Unie muteren mee met de uitgaven, zoals hieronder toegelicht. Daarnaast stijgt het verplichtingenbudget in 2023 door de verhoging van de Nederlandse bijdrage aan de Council of Europe Development Bank (CEB) en aan de Europese Vredesfaciliteit (EPF), zoals gemeld in de eerste suppletoire begroting.

Uitgaven en ontvangsten

Artikelonderdeel 3.1 en 3.10

Tabel 8 Artikelonderdeel 3.1 en 3.10

Begrotingsmoment

Toelichting

Nettoafdracht (1+2+3+4-5)

1. BNI-afdracht (Art.3.1)

2. BTW-afdracht (Art 3.1)

3. Invoerrechten (Art.3.1)

4. Plastic-afdracht (Art.3.1)

5. Perceptie-kostenvergoeding (Art. 3.10)

6. Overige ontvangsten (Art. 3.10)

MN 2023

Beginstand: Miljoenennota 2023

10.200.382

5.117.680

1.276.364

4.834.846

180.203

1.208.711

1e sup

Bijstelling 1: Correctie nacalculatie 2021

86.600

86.600

     
 

Bijstelling 2: DAB 5 2022

‒ 180.414

‒ 180.414

     
 

Bijstelling 3: AL1 2023

‒ 102.416

‒ 125.409

22.993

    
 

Bijstelling 4: Nabetalingen TEM

8.055

  

10.426

 

2.371

 
 

Bijstelling 5: Actualisatiepost invoerrechten

158.365

  

211.154

 

52.789

 
 

Bijstelling 6: DAB2 2023

 

‒ 149.110

     
 

Stand Voorjaarsnota 2023

10.021.462

4.749.347

1.299.357

5.056.426

180.203

1.263.871

MN 2024

Bijstelling 7: DAB3-update ACOR-cijfers

‒ 115.168

‒ 278.176

109.996

 

53.012

  

MN 2024

Bijstelling 8: Technische aanpassing

49.167

49.167

     

MN 2024

Bijstelling 9: Compensatiebetaling LGO-zaak

17.392

  

19.286

 

1.894

 

MN 2024

Bijstelling 10: Lage waarde textiel

‒ 83.781

     

83.781

MN 2024

Bijstelling 11: update overige ontvangsten + VK bijdrage

 

25.952

     

MN 2024

Bijstelling 12: actualisatie cMEV

   

‒ 261.000

 

‒ 65.250

 
 

Stand Miljoenennota 2024

9.719.274

4.546.290

1.409.353

4.814.712

233.215

1.200.515

83.781

2e sup

Bijstelling 13: TEM-nabetaling

   

38.958

 

7.947

 

2e sup

Bijstelling 14: Actualisatie invoerrechten

‒ 243.000

  

‒ 324.000

 

‒ 81.000

 

2e sup

Bijstelling 15: DAB4 2023

‒ 477.582

‒ 477.582

     
 

Stand Najaarsnota 2023

9.029.703

4.068.708

1.409.353

4.529.670

233.215

1.127.462

83.781

Slotwet

Delta raming en realisatie

165.679

154.195

‒ 1

‒ 2.916

‒ 17.656

3.255

 

Realisatie

9.195.382

4.222.903

1.409.352

4.526.754

233.215

1.109.806

87.036

Bovenstaande tabel geeft een overzicht van alle mutaties die in 2023 hebben plaatsgevonden in het kader van de EU-afdrachten. De EU-afdrachten (art 3.1) en de ontvangsten (art 3.10) – vanaf de ontwerpbegroting voor 2024 ook artikel 3.6 (invoerrechten) - samen bepalen de netto afdrachten aan de EU. Afwijkingen op totaalbedragen ten opzichte van de tabel budgettaire gevolgen van beleid kunnen ontstaan door toepassing van voorschriften op afrondingen.

Hieronder worden de mutaties kort toegelicht. Voor een uitgebreidere toelichting verwijzen we naar de betreffende begrotingsstukken.

UitgavenBij de eerste suppletoire begroting heeft een aantal correcties op de raming van 2023 plaatsgevonden. Hieronder worden de belangrijkste genoemd. De eerste is een correctie in de afrekening van de vijfde aanvullende EU-begroting, DAB 5 (Draft Amending Budget, EUR -180 miljoen bni-afdracht). Deze betalingen zijn over de jaargrens heen geschoven en het budgettaire kaseffect is daardoor niet in 2022, maar in 2023 neergeslagen. Tevens is het surplus van de Europese begroting 2022 (EUR -149 miljoen bni-afdracht) verwerkt en de lumpsumkorting die Nederland ontvangt op de bni-afdracht geactualiseerd (EUR -125 miljoen bni-afdracht). Daarnaast heeft een verschuiving van de nacalculatie over 2021 van 2022 naar 2023 plaatsgevonden, door een wijziging in de Making Available Regulation (EUR 86,6 miljoen bni-afdracht). Ook zijn de btw-afdrachten over 2023 bijgesteld met EUR 23 miljoen vanwege een technische wijziging in de raming. Als laatste zijn de invoerrechten geactualiseerd om te corrigeren voor het onbedoelde saldo-effect dat gedurende het jaar optreedt (EUR 211 miljoen) en heeft er een nabetaling van EUR 10,4 miljoen bruto (EUR 8 miljoen netto) plaatsgevonden op de invoerrechten.

Bij de Prinsjesdag suppletoire begroting is tevens een aantal correcties op de raming doorgevoerd. De eerste betreft de jaarlijkse technische aanpassing van de Europese Commissie (EUR 49,2 miljoen bni-afdracht) De tweede betreft de effecten van de Lenteraming van de Europese Commissie op de bni-afdracht, btw-afdracht, invoerrechten en plasticafdracht, de overige inkomsten van de EU-begroting en de bijdrage van het VK aan de EU-begroting (cumulatief EUR -278 miljoen). Tot slot zijn de invoerrechten geactualiseerd om te corrigeren voor het onbedoelde saldo-effect dat gedurende het jaar optreedt.

Bij de tweede suppletoire begroting is de raming naar beneden aangepast om het betalingenniveau zoals door de Commissie in de DAB 4 (Draft Amending Budget) geraamd over te nemen (EUR -477,6 miljoen bni-afdracht). Het is hierbij van belang om te melden dat het verschil tussen de daadwerkelijke betalingen en de MFK-maxima in enig jaar via het Enkelvoudige marge-instrument (Single Margin Instrument; SMI) mag worden opgeteld bij de betalingenplafonds van toekomstige MFK-jaren. Dit gebeurt ieder jaar in de technische aanpassing die in juli verschijnt. In juli 2024 zal dus naar verwachting de raming van de Nederlandse bni-afdracht voor de jaren 2024-2027 met een vergelijkbaar bedrag naar boven worden bijgesteld. Per saldo stijgt of daalt de raming van de Nederlandse EU-afdrachten over het gehele MFK genomen dus niet. Daarnaast heeft een Traditionele Eigen Middelen (TEM)-nabetaling van EUR 39 miljoen bruto plaatsgevonden naar aanleiding van een herbeoordeling van dossiers.

Tenslotte is bij de Slotwet de realisatie over 2023 verwerkt. De bni-afdracht is in totaal EUR 154,2 miljoen hoger uitgevallen dan waarmee rekening werd gehouden in de raming bij de tweede suppletoire begroting. Toen is de raming neerwaarts bijgesteld onder andere naar aanleiding van de vierde aanvullende begroting van de Europese Unie (DAB 4) waarin de EU-betalingen lager waren dan eerder verwacht (in totaal EUR -478 miljoen, waarvan ‒ 192,7 miljoen als gevolg van DAB4). Later werd duidelijk dat DAB4 door de Europese Commissie pas verwerkt is in januari 2024 en dat de lagere afdrachten voortkomend uit DAB 4 (EUR – 192,7 miljoen) daarmee in 2024 neerslaan. De EUR 38,5 mln. (het verschil tussen het DAB4-effect en de overschrijding op de bni-afdracht) wordt veroorzaakt doordat Nederland de EU-afdrachten raamt op het jaarlijkse uitgavenplafond uit het MFK 2021-2027, inclusief de speciale instrumenten die boven dit plafond worden gefinancierd. Van dit totale uitgavenplafond is er minder uitgegeven op EU-niveau dan geraamd. Naar verwachting worden deze middelen bij de technische aanpassing in juni 2024, conform afspraken in het MFK, toegevoegd aan de plafonds voor latere jaren. Over de gehele MFK-periode leidt dit echter niet tot een hogere afdracht van Nederland aan de EU. Daarnaast is de realisatie van de invoerrechten lager dan de raming bij de tweede suppletoire begroting (EUR -2,9 miljoen).

OntvangstenBij de eerste suppletoire begroting zijn de invoerrechten geactualiseerd om te corrigeren voor het onbedoelde saldo-effect dat gedurende het jaar optreedt. Dit leidt tot hogere perceptiekostenvergoeding (EUR 52,8 miljoen). Verder heeft er een incidentele nabetaling op de invoerrechten plaatsgevonden die leidt tot hogere perceptiekostenvergoeding (EUR 2,4 miljoen).

Bij de Prinsjesdag suppletoire begroting zijn tevens mutaties doorgevoerd. Wederom zijn de invoerrechten gecorrigeerd voor het onbedoelde saldo-effect dat gedurende het jaar optreedt. Dit heeft gevolgen voor de perceptiekostenvergoeding (EUR -65,3 miljoen ontvangst) en heeft Nederland een deel van het onder voorbehoud afgedragen bedrag voor het dossier over de invoer van Lage Waarde Textiel en Schoenen teruggekregen (EUR 83,8 miljoen overige ontvangsten).

Bij de tweede suppletoire begroting heeft een Traditionele Eigen Middelen (TEM)-nabetaling van EUR 39 miljoen bruto plaatsgevonden naar aanleiding van een herbeoordeling van dossiers. Dit leidt tot hogere perceptiekostenvergoeding (EUR 7,9 miljoen). Tevens zijn de invoerrechten geactualiseerd om te corrigeren voor het onbedoelde saldo-effect dat gedurende het jaar optreedt (EUR -81 miljoen ontvangst). Tot slot zijn de ontvangsten neerwaarts bijgesteld met EUR -73 miljoen door de actualisatie van de perceptiekostenvergoeding en een TEM-nabetaling. 

De gerealiseerde ontvangsten bij de Slotwet (perceptiekostenvergoeding en overige ontvangsten) komen EUR 14,4 miljoen lager uit dan geraamd.

Uitgaven

Artikelonderdeel 3.2In 2023 valt de Nederlandse bijdrage aan het Europees Ontwikkelingsfonds lager uit vanwege een geactualiseerde raming van de Europese Commissie. Deze lagere bijdrage staat vermeld in de tweede suppletoire begroting.

Artikelonderdeel 3.3Zoals gemeld in de eerste suppletoire begroting valt de Nederlandse bijdrage aan de Council of Europe Development Bank (CEB) hoger uit als gevolg van een kapitaalverhoging van de CEB. De hieruit resulterende stijging van het uitgavenbudget in 2023 is gefinancierd vanuit het steunpakket voor Oekraïne. In de tweede suppletoire begroting is een opwaartse bijstelling gemeld van de Nederlandse contributie aan de Raad van Europa om het wegvallen van de jaarlijkse bijdrage van Rusland te compenseren.

Artikelonderdeel 3.5De uitgavenrealisatie op artikelonderdeel 3.5 Europese Vredesfaciliteit valt ten opzichte van de vastgestelde begroting 2023 EUR 4,1 miljoen hoger uit. Deze verhoging is toe te schrijven aan een verschuiving van betalingen tussen meerdere jaren en is al vermeld in de eerste suppletoire begroting.

Ontvangsten

Artikelonderdeel 3.11In de eerste suppletoire begroting en in de Prinsjesdag suppletoire begroting is gemeld dat naar aanleiding van een Raadsuitvoeringsbesluit voor het Herstel- en Veerkrachtplan de invulling van de geplande betaalverzoeken is gewijzigd. Dit leidde tot een kasschuif in de verwachte ontvangsten waardoor voor 2023 het ontvangstenbudget voor het Europees Herstelfonds met EUR 1,5 miljard naar beneden is bijgesteld.

4.4 Artikel 4: Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden

A. Algemene doelstelling

Het verlenen van goede consulaire diensten aan Nederlanders in nood in het buitenland, evenals het verstrekken van reisdocumenten aan Nederlanders in het buitenland. Daarnaast levert het kabinet een bijdrage aan een gereguleerd personenverkeer door de Nederlandse inbreng in het Europese visumbeleid en is verantwoordelijk voor de visumverlening kort verblijf.

Het versterken van de Nederlandse cultuursector doorinternationale uitwisseling en presentatie; verbindingen leggen met economische diplomatie en andere prioriteiten van geïntegreerd buitenlandbeleid, zoals het mensenrechtenbeleid en veiligheidsbeleid.

De strategische inzet van publieksdiplomatie door het postennetwerk en BZ heeft als doel begrip en draagvlak te vergroten voor het geïntegreerde buitenlandbeleid (HGIS) en het eenduidig versterken van de beeldvorming over Nederland bij buitenlandse doelgroepen via de publieke band. De aanpak verstevigt het netwerk van beleidsbeïnvloeders die de besluitvorming op voor Nederland relevante beleidsterreinen kunnen beïnvloeden.

B. Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor:

Consulaire dienstverlening

Uitvoeren

  • Visumbeleid kort verblijf van het Koninkrijk der Nederlanden.

  • Afgifte van machtigingen voorlopig verblijf (MVV’s) op de posten.

  • Afname van inburgeringsexamens buitenland.

  • Orange Carpet-beleid, ter bevordering van het Nederlandse bedrijfsleven.

  • Bijstand aan Nederlanders in nood in het buitenland.

  • Begeleiding van Nederlanders die in het buitenland gedetineerd zijn.

  • Uitbrengen van reisadviezen.

  • Crisisresponse.

  • Afgifte van Nederlandse reisdocumenten in het buitenland en van diplomatieke en dienstpaspoorten.

  • Afgifte van consulaire verklaringen en legalisaties.

Visumbeleid kort verblijf van het Koninkrijk der Nederlanden

Doorlooptijden visumaanvragen: percentage visumaanvragen kort verblijf dat binnen 15 dagen wordt afgehandeld.

 

2021

2022

2023

Streefwaarde

85%

85%

85%

Realisatie

89%

76%

52,3%*

*De doorlooptijd bedroeg in 2023 gemiddeld 15,89 dagen ten opzichte van de wettelijk voorgeschreven 15 dagen. 

Bron: Ministerie van Buitenlandse Zaken

De norm voor de doorlooptijd van visumaanvragen (Schengen) bedraagt 15 dagen conform de EU Visumcode (in werking getreden per 2.2.2020). Deze periode kan in bijzondere gevallen worden verlengd tot 45 dagen.

Tijdens de ‘visumdip’ als gevolg van de coronapandemie was de besliscapaciteit bij het Ministerie van Buitenlandse Zaken tijdelijk afgeschaald. Het ministerie bevond zich in 2022 in een herstartfase van het visumproces en werkte er aan de besliscapaciteit op te voeren naar het pre-corona niveau. Na corona was er naast de jaarlijkse reguliere groep verwachte aanvragen ook sprake van een grote groep ‘inhaalaanvragen’: Aanvragers die door corona niet had kunnen reizen en dit alsnog wilden doen. Hierdoor werd de vraag naar visa groter dan de besliscapaciteit.

NB: De doorlooptijd is het aantal dagen dat zit tussen het indienen van een ontvankelijke visumaanvraag tot aan het moment van bekendmaken of uitreiken van de beslissing op de aanvraag.

Regisseren

  • Europees visum- en migratiebeleid en Caraïbisch visumbeleid.

  • Bilaterale dimensie van visum- en migratiebeleid.

Nederlandse cultuur De uitvoering van het Internationaal Cultuurbeleid (ICB) is een gedeelde verantwoordelijkheid van de Minister van Buitenlandse Zaken (bij wie ook de coördinatie ligt), de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking. Het beleidskader voor het ICB wordt steeds voor een periode van vier jaar vastgesteld (beleidskader internationaal cultuurbeleid 2021–2024). De inzet op het gebied van Publieksdiplomatie valt onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Buitenlandse Zaken.

Stimuleren

  • Promotie van Nederlandse kunst en cultuur in het buitenland en identificatie van internationale kansen en ontwikkelingen voor de Nederlandse culturele sector en creatieve industrie.

  • Behoud, beheer en ontsluiting van gedeeld cultureel erfgoed.

Regisseren

  • Beleidsvorming en uitvoering van het Internationaal Cultuurbeleid.

  • Afstemming met culturele fondsen en ondersteunende instellingen over internationale activiteiten.

  • Ondersteuning van het buitenlandpolitieke- en economische beleid door cultuur in te zetten, bijvoorbeeld als instrument in de dialoog over mensenrechten.

Financieren

  • Ondersteuning van culturele fondsen, instellingen en activiteiten binnen het beleidskader Internationaal Cultuurbeleid (2021–2024).

  • Nederlands-Vlaamse samenwerking (via ondersteuning van Huis DeBuren in Brussel).

  • Bezoekersprogramma’s.

  • Subsidieregeling voor programma’s gericht op jeugd en sociale innovatie in de ring van landen grenzend aan de EU.

Publieksdiplomatie De inzet op het gebied van publieksdiplomatie valt onder de verantwoordelijkheid van de Minister van Buitenlandse Zaken.

Stimuleren

  • Het inzetten van publieksdiplomatie door het postennetwerk en BZ om de beeldvorming over Nederland in het buitenland eenduidig te versterken en het netwerk van beïnvloeders te verstevigen.

  • Inkomende en uitgaande buitenlandse bezoekersprogramma’s

Regisseren

  • Ondersteuning van het buitenlandpolitieke- en economische beleid door strategische inzet publieksdiplomatie, bijvoorbeeld tijdige inzet van een instrument ter bevordering van de dialoog over persvrijheid of gendergelijkheid.

  • Ondersteuning communicatie tijdens belanghebbende conferenties en inzet tijdens crises.

  • Ondersteuning programma’s gericht op agendering en bevordering van de Sustainable Development Goals (SDGs).

Financieren

  • Gedelegeerde activiteiten publieksdiplomatie door Nederlandse ambassades.

C. Beleidsconclusies

Consulaire zakenDe consulaire crisisinzet, die in 2023 bijna aaneengesloten plaats vond, is beter geborgd in de organisatie. Geleerde lessen van eerdere crises zoals Afghanistan, maar ook dit jaar Soedan, Israël en Palestijnse gebieden zijn en worden toegepast door de versterkte consulaire crisisunit. In 2023 heeft het ministerie tevens de besliscapaciteit voor visa verder vergroot, en is inmiddels in het grootste deel van de landen de wachttijd voor het aanvragen van een visum mogelijk binnen de Europees gestelde termijnen.34

Op 6 februari 2023 werden Turkije en Syrië getroffen door verwoestende aardbevingen. Voor de mensen die getroffen werden door de ramp werd er een speciale voorrangsregeling voor visumaanvragen ingesteld. Zo werden hun aanvragen met voorrang ingenomen en werd er met voorrang op deze aanvragen beslist en was er begrip als niet alle documenten beschikbaar waren.  In totaal zijn er ca. 870 visa onder deze regeling, die per 1 mei 2023 werd beëindigd, verstrekt.

Internationaal cultuurbeleidInternationale culturele samenwerking heeft in 2023 bijgedragen aan betere zichtbaarheid van en beeldvorming over Nederland als een innovatief land met een vernieuwend aanbod van kunst en cultuur. Ook droegen projecten bij aan het versterken van wederzijds begrip tussen Nederland en andere landen. De ambassade in Oekraïne is intensief ondersteund als nieuw focusland. Extra middelen uit het steunpakket aan Oekraïne hebben bijgedragen aan stabilisatie, behoud van cultureel erfgoed en talent van Oekraïense kunstenaars.

In 2023 heeft BZ samen met het ministerie van OCW een actieve rol gespeeld bij aanvragen inzake teruggave cultuurgoederen uit koloniale collecties, en bij de juridische overdrachten aan Indonesië en Sri Lanka. Daarnaast zijn instrumenten voor museale en academische samenwerking ontwikkeld en zijn de samenwerkingsverbanden geïntensiveerd met landen van herkomst. Hiermee werd opnieuw aangetoond dat culturele samenwerking een belangrijke instrument is voor het versterken van bilaterale relaties en voor het implementeren van global-outreach-strategieën.

Samen met de ministeries van OCW en DEF is in 2023 een start gemaakt met de organisatie van de internationale UNESCO conferentie om in 2024 het 70-jarig bestaan van het Haagse verdrag voor de bescherming van cultureel erfgoed ten tijde van gewapend conflict te markeren.

Publieksdiplomatie Via publieksdiplomatie richt het ministerie zich op doelgroepen die van belang zijn bij het ontwikkelen, bereiken en uitdragen van beleidsdoelstellingen op het terrein van buitenlandbeleid.

In 2023 werd in samenwerking met partners in het buitenland Nederland gepositioneerd als betrouwbare partner voor het oplossen van wereldwijde uitdagingen. Ondermeer het ‘Global partnerships for the SDG’ werd hiervoor door het postennetwerk en publiek en private partners uit binnen- en buitenland gebruikt. Een voorbeeld hiervan is de water=life fotowedstrijd rondom de VN Waterconferentie 2023 waaraan via de Nederlandse vertegenwoordigingen meer dan honderd fotografen deelnamen. Ook werd er via uitgaande Staatsbezoeken aandacht besteed aan maatschappelijk verantwoord en duurzaam internationaal ondernemen en de innovatieve expertise van Nederlandse bedrijven op het gebied van water, klimaat en duurzame voedselproductie.

Het ministerie en het postennetwerk hebben in lijn met de wens van de Kamer de Nederlandse belangen gewaarborgd en het Nederlands waardenstelsel uitgedragen, juist ook in landen waarmee we van mening verschillen. Met de inzet van de media en het maatschappelijk middenveld bij grote evenementen op mensenrechten, democratie en rule of law, zoals de conferentie Feministisch Buitenlands Beleid, the Summit of Democracies, Hague Justice week en de uitreiking van de Mensenrechtentulp, draagt het buitenlandbeleid bij aan het verstevigen van de rechten van vrouwen en meisjes, vrijheid van meningsuiting en persvrijheid.

De internationale positioneringsstrategie van Nederland, die onder regie van BZ wordt uitgevoerd leent zich bij uitstek om de beeldvorming over Nederland te versterken en de verschillende prioritaire thema’s aan elkaar te verbinden (bedrijfsleven, innovaties en klimaat). Hiervoor werden eenduidige boodschappen en instrumenten ontwikkeld die zijn ingezet op internationaal erkende dagen en belanghebbende conferenties en evenementen, waaronder de VN-waterconferentie en de COP28-klimaatconferentie.

Ook de online kanalen van posten en BZ zijn ingezet voor engagement met buitenlandse doelgroepen en beeldvorming over Nederland. Het gaat hier om de website Netherlands and You, het NL platform, en kanalen van posten op Facebook, Twitter, LinkedIn en Instagram. Hier is ook op de aangewezen dagen opgekomen voor mensenrechten, inclusief gendergelijkheid, persvrijheid en vrijheid van meningsuiting. Daarnaast is de website Netherlands and You (NaY) in 2023 vernieuwd om informatie over Nederland nog beter te ontsluiten en het werk van de posten beter te kunnen ondersteunen.

Feministisch Buitenlands Beleid (FBB)In 2023 is er verdere invulling gegeven aan het Feministisch Buitenlands Beleid. Voor de bevordering en bescherming van de rechten van vrouwen en meisjes, lhbtiq+-personen en gemarginaliseerde groepen is nauwe samenwerking met overheden en het maatschappelijk middenveld essentieel. Nederland initieerde in september 2023 de eerste politieke verklaring  over FBB tijdens de High-level week van de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties (AVVN) in New York. Achttien landen committeerden zich aan zes feministische principes. Voorts organiseerde Nederland op 1-2 november de tweede internationale Shaping Feminist Foreign Policy conferentie in Den Haag. Meer dan 700 mensen uit alle delen van de wereld namen deel, van overheidsvertegenwoordigers tot activisten en van academici tot filantropen. De resultaten van de conferentie zijn op 21 december met de Kamer gedeeld (Shaping Feminist Foreign Policy conferentie | Tweede Kamer der Staten-Generaal). Een groot aantal ambassades heeft meer dan voorheen nadruk gelegd op het belang van vrouwenrechten en gendergelijkheid.

D. Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 4 (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

70 038

78 029

72 089

74 139

68 928

57 095

11 833

         
 

Uitgaven:

       
         
 

Programma-uitgaven totaal

63 223

80 244

66 116

60 479

72 838

60 228

12 610

         

4.1

Consulaire dienstverlening Nederlanders in het buitenland

14 100

22 987

17 974

11 745

16 113

9 473

6 640

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Gedetineerdenbegeleiding

976

1 858

2 324

813

1 204

1 560

‒ 356

         
 

Inkomensoverdrachten

       
 

Gedetineerdenbegeleiding

 

220

261

300

344

540

‒ 196

         
 

Opdrachten

       
 

Consulaire bijstand

582

7 016

3 498

422

2 428

409

2 019

 

Reisdocumenten en verkiezingen

2 559

1 453

1 933

2 013

2 650

2 550

100

 

Consulaire opleidingen

135

80

10

101

8

400

‒ 392

 

Consulaire informatiesystemen

9 429

6 181

2 486

2 936

7 307

3 548

3 759

 

Loket buitenland

419

6 035

7 400

5 160

2 172

466

1 706

         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Loket buitenland

 

144

62

    
         
         

4.2

Samen met (keten) partners het personenverkeer reguleren

18 370

19 822

19 762

19 950

22 310

18 170

4 140

         
 

Opdrachten

       
 

Ambtsberichtenonderzoek

116

82

99

91

41

150

‒ 109

 

Visumverlening

3 955

3 022

1 746

1 276

1 773

2 858

‒ 1 085

 

Legalisatie en verificatie

14

38

42

4

47

80

‒ 33

 

Consulaire informatiesystemen

12 212

15 925

16 858

17 763

19 348

14 054

5 294

 

Informatie Ondersteunend Beslissen

1 240

59

88

    
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Asiel en migratie

0

696

929

816

1 101

1 028

73

         
 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

       
 

Asiel en migratie

833

      
         

4.3

Grotere buitenlandse bekendheid met de Nederlandse cultuur

9 077

6 133

6 496

6 638

8 306

12 475

‒ 4 169

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Internationaal cultuurbeleid

2 663

4 559

4 234

3 196

4 376

10 154

‒ 5 778

         
 

Opdrachten

       
 

Internationaal cultuurbeleid

87

      
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Internationaal cultuurbeleid

1 857

      
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Internationaal cultuurbeleid

4 470

1 574

2 262

3 442

3 930

2 321

1 609

         

4.4

Uitdragen Nederlandse waarden en belangen

21 676

31 302

21 884

22 146

26 109

20 110

5 999

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Instituut Clingendael

2 734

786

800

814

791

800

‒ 9

 

Programma ondersteuning buitenlands beleid

6 020

5 911

4 777

5 184

5 265

3 058

2 207

 

Internationale manifestaties en diverse bijdragen

 

69

95

0

41

49

‒ 8

 

Publieksdiplomatie

 

2 059

1 969

2 437

2 040

2 229

‒ 189

 

Onderzoeksprogramma

 

79

247

121

352

50

302

 

Academische Leerstoel Anton de Kom

   

3

205

143

62

         
 

Opdrachten

       
 

Adviesraad Internationale Vraagstukken

477

423

392

489

497

525

‒ 28

 

Instituut Clingendael

 

2 310

2 965

2 635

3 519

2 573

946

 

Bezoeken VIPS en uitgaven CD en Internationale organisaties

387

259

202

523

770

1 000

‒ 230

 

Algemene voorlichting

 

2 469

917

1 071

1 335

2 790

‒ 1 455

 

Koninklijk Huis - inkom. en uitg. bezoeken, off. ontvangsten

1 736

957

811

3 054

2 657

2 000

657

 

Chinastrategie

 

233

34

80

29

27

2

 

Onderzoeksprogramma

247

221

158

1 988

1 765

1 820

‒ 55

 

Conferentie uitdragen Nederlandse waarden en belangen

    

1 715

0

1 715

 

Programma ondersteuning buitenlands beleid

 

3 326

3 417

28

   
 

Internationale manifestaties en diverse bijdragen

68

      
 

Landenrogramma's algemene voorlichting en kleine programma's

532

      
         
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Algemene voorlichting

 

2 217

827

1 142

2 143

0

2 143

 

Publieksdiplomatie

 

900

     
 

Verkeersnotificaties

  

259

287

342

400

‒ 58

 

Landenrogramma's algemene voorlichting en kleine programma's

1 409

      
         
 

Bijdrage aan ZBO's/ RWT's

       
 

Verkeersnotificaties

215

255

0

    
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Europese bewustwording

95

546

334

20

0

250

‒ 250

 

Publieksdiplomatie

 

1 606

1 839

2 270

2 643

2 396

247

 

Programma Ondersteuning Buitenlands Beleid

 

6 676

1 841

    
 

Landenrogramma's algemene voorlichting en kleine programma's

7 756

      
         
 

Ontvangsten

53 445

21 241

28 082

56 025

77 969

43 774

34 195

         

4.10

Consulaire dienstverlening Nederlanders in het buitenland

12 559

7 381

13 975

10 689

11 836

9 200

2 636

         

4.20

Consulaire dienstverlening aan vreemdelingen

40 498

13 448

13 768

44 962

65 779

34 300

31 479

         

4.40

Doorberekening Defensie diversen

74

74

74

74

0

74

‒ 74

         

4.41

Ontvangsten verkeersnotificaties

314

338

265

300

354

200

154

E. Toelichting op de instrumenten

Verplichtingen

De verplichtingen voor artikel 4 Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden zijn gestegen. Dit is in lijn met de gestegen uitgaven die hieronder worden toegelicht.

Uitgaven

Artikelonderdeel 4.1

Zoals benoemd in de eerste suppletoire begroting valt het budget voor consulaire informatiesystemen hoger uit dan begroot. Dit komt deels doordat er in 2022 uitgaven vertraagd zijn waardoor zijn doorgeschoven naar 2023. Daarnaast zijn de digitaliseringskosten, zoals in de decemberbrief beschreven, hoger uitgevallen.

In het jaar 2023 hebben (voorbereidingen voor) evacuaties plaatsgevonden. Bij het opstellen van de begroting is het niet bekend of er evacuaties nodig zijn, vandaar dat hier geen budget voor begroot wordt. Afgelopen jaar heeft de crisis in Soedan voor (evacuatie) uitgaven gezorgd. Voor de crisis in Niger is er extra consulaire bijstand geleverd waardoor meer capaciteit nodig was.

Artikelonderdeel 4.2

Door een digitaliseringsslag vallen de kosten voor visumverlening lager uit. Deze uitgaven vallen elders, namelijk bij IT-systemen. Hierdoor stijgen de kosten, zoals benoemd in de eerste suppletoire begroting, voor consulaire informatiesystemen.  Daarnaast zorgt vertraging in digitaliseringsprojecten voor hogere uitgaven. Deze worden gedesaldeerd met ontvangstenartikel 4.20. In deze stijging is ook rekening gehouden met de inflatie voor de informatiesystemen door een loonprijsbijstelling.

Artikelonderdeel 4.3

In de tweede incidentele suppletoire begroting staan de extra middelen voor het internationaal cultuurbeleid uit het steunpakket aan Oekraïne vermeld. Dit pakket heeft tot doel cultuur in Oekraïne, zoals voortzetting van noodhulp voor stabilisatie en behoud beschadigd erfgoed, en tegengaan van illegale handel in ontvreemde cultuurgoederen. Daarnaast wordt er gewerkt aan kennisopbouw voor samenwerking in programma’s o.a. voor collectiebehoud, herstel van erfgoed en ruimtelijke architectuur en behoud van talent en professioneel niveau van (uitvoerende) kunstenaars door voortzetting van training, repetities en uitvoering. Ook heeft er een overheveling plaats gevonden naar het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor steun aan activiteiten die tot doel hebben de Oekraïense cultuur te behouden.

Artikelonderdeel 4.4

Zoals vermeld is in zowel de eerste suppletoire begroting als in de tweede suppletoire begroting, stijgt het budget voor POBB (Programma Ondersteuning Buitenland Beleid). Er is gebleken dat de nieuwe geopolitieke realiteit de afgelopen jaren om extra inzet van dit instrument vraagt. Om het POBB beter op de beleidsdoelen en wensen van de regiodirecties aan te laten sluiten, is daarnaast in het kader van de strategische inzet op onder meer versterkt engagement, vastgesteld dat ophoging van het POBB wenselijk is. Via deze intensivering blijft het POBB een flexibel instrument ter ondersteuning van de agenda's van de bewindspersonen met politiek relevante projecten, versterking van het Nederlandse profiel en bevorderen van bilaterale betrekkingen en multilaterale samenwerking.

In de eerste suppletoire begroting is er budget aangevraagd voor een conferentie voor het Feministisch Buitenlands Beleid. In het najaar van 2023 hebben er 2 conferenties plaatsgevonden. Deze conferentie is gemeenschappelijk met BHOS en heeft een ODA percentage van 50%. In de tweede suppletoire begroting en in de realisatie bleek  dat er minder budget nodig was dan eerder was voorzien.

Ontvangsten

Artikelonderdeel 4.10

De paspoortontvangsten zijn hoger dan voorzien. Dit komt doordat de reisbewegingen sneller op het pre-corona niveau zijn gekomen dan voorzien is.

Artikelonderdeel 4.20

In de tweede suppletoire begroting zijn de ontvangsten voor visa naar boven bijgesteld doordat er hiervan meer zijn verstrekt. Dit komt doordat de reisbewegingen sneller op het pre-corona niveau kwamen dan voorspeld.

5. Niet-beleidsartikelen

5 5.1 Artikel 5: Geheim

Tabel 10 Opbouw verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van de vastgestelde begroting 2021, realisatie en het verschil (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

Verplichtingen

 

0

0

0

0

0

0

0

         

Uitgaven

 

0

0

0

0

0

0

0

         

Ontvangsten

 

3 003

0

0

0

0

0

0

         

5.10 Geheim

 

3 003

0

0

0

0

0

0

5.2 Artikel 6: Nog onverdeeld (HGIS)

A: De Homogene Groep Internationale Samenwerking

De HGIS is een budgettaire overzichtsconstructie binnen de Rijksbegroting, die is ingesteld in 1997 als onderdeel van de herijking van het buitenlandbeleid. In de HGIS worden de buitenlandactiviteiten van de departementen gebundeld. Daarmee is in één oogopslag zichtbaar welke uitgaven Nederland doet in het kader van internationale samenwerking. Jaarlijks wordt de inzet op de HGIS gepubliceerd door middel van een HGIS-nota en jaarverslag. Deze verschijnen tegelijkertijd met de overige begrotings stukken (bij Prinsjesdag en Verantwoordingsdag).

De middelen die onderdeel zijn van de HGIS, staan op de diverse departementale begrotingen. De betreffende ministers zijn zelf verantwoordelijk voor de eigen HGIS-onderdelen binnen de begroting. De HGIS werkt als een parapluconstructie om de uitgaven te kunnen bundelen. Voor loon- en prijsstijgingen (inclusief wisselkoers-ontwikkelingen) en niet-voorziene tegenvallers is binnen de HGIS vanuit de Bruto Nationaal Inkomen (BNI)- bijstelling een reservering opgenomen op dit artikel (artikel 6, nog onverdeeld (HGIS)) op de begroting van BZ. Compensatie voor loon- en prijsbijstelling van apparaatsuitgaven (BZ-personeel en attachés van andere departementen) vindt met voorrang plaats uit deze reservering. Daarbij wordt voor de HGIS rekening gehouden met het buitenlandcomponent van deze uitgaven.

Tabel 11 Nog onverdeeld: opbouw verplichtingen, uitgaven en ontvangsten van de vastgestelde begroting 2023, realisatie en het verschil (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

Verplichtingen

 

0

0

0

0

0

60 465

‒ 60 465

         

Uitgaven:

        
         

Uitgaven totaal

 

0

0

0

0

0

60 465

‒ 60 465

         

6.1 Nog onverdeeld (HGIS)

 

0

0

0

0

0

60 465

‒ 60 465

Toelichting

Uitgaven en verplichtingen

Het budget voor het artikel 6: Nog onverdeeld heeft betrekking op de HGIS en hierop heeft geen realisatie plaatsgevonden. Zoals ook in de eerstesuppletoire begroting is opgenomen betreft de mutatie van EUR -60,5 miljoen het saldo van bijstellingen op grond van aanpassing van BNI- en bbp-ramingen door het CPB, verwerking van de HGIS-eindejaarsmarge 2022, het verwerken van de loon- en prijsbijstellingen binnen de HGIS en overboekingen naar diverse begrotingen, zoals binnen de HGIS is overeengekomen. Binnen de HGIS is budget vrijgemaakt voor een aantal uitvoeringsknelpunten (gestegen contributies van onder meer de NAVO, het ICC, het WTO en ICAO) en de Nederlandse bijdrage aan de wereldtentoonstelling in Osaska. Ten slotte wordt, zoals opgenomen in de tweede suppletoire begroting, een deel van het budget opgevraagd in 2024 via de eindejaarsmarge. Hierdoor is de realisatiestand uiteindelijk 0.

5.3 Artikel 7: Apparaat

Personele en materiële uitgaven Dit artikel betreft de apparaatsuitgaven van zowel het postennetwerk in het buitenland als het departement in Den Haag, exclusief de personele uitgaven voor de politieke leiding en attachés van andere ministeries. Het omvat de verplichtingen voor en uitgaven aan het ambtelijke personeel, de overige personele uitgaven en het materieel.

Personeel De personele uitgaven vallen uiteen in de volgende categorieën: (1) Uitgaven voor het ambtelijke personeel werkzaam op het ministerie in Den Haag. Dit betreft de algemene ambtelijke leiding van het departement - met uitzondering van de secretaris-generaal, plaatsvervangend secretaris-generaal en directeuren-generaal - de beleidsdirecties en de ondersteunende diensten. (2) Uitgaven voor het uitgezonden personeel op de ambassades zoals salariskosten, vergoedingen en de kosten voor dienstreizen. (3) Uitgaven voor het lokaal aangenomen personeel op de ambassades.

Materieel De materiële uitgaven hebben betrekking op de uitgaven voor de exploitatie van en investeringen in het departement in Den Haag en de vertegenwoordigingen in het buitenland. Hieronder vallen onder andere de verplichtingen en uitgaven voor (1) huisvesting zoals huur van kanselarijen, residenties, personeelswoningen en het kantoor in Den Haag, klein onderhoud en bouwkundige projecten, (2) beveiligingsmaatregelen, (3) ICT uitgaven zoals automatisering en communicatiemiddelen en (4) bedrijfsvoeringsuitgaven. Specifiek wordt van de materiële uitgaven aangegeven welk deel hiervan betrekking heeft op ICT uitgaven en hoeveel van de uitgaven via een Rijksbrede shared serviceorganisatie (SSO) worden verricht.

Tabel 12 Apparaatsuitgaven Kerndepartement Budgettaire gevolgen (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Realisatie 2023

Vastgestelde begroting 2023

Verschil 2023

 

Verplichtingen

805 205

806 524

822 922

951 345

1 067 724

921 949

145 775

         
 

Uitgaven

805 205

806 524

822 922

943 636

1 013 749

921 949

91 800

         

7.1.1

Personele uitgaven

507 727

535 552

543 541

610 262

679 695

617 182

62 513

 

Eigen personeel

435 712

447 903

450 293

484 660

532 189

605 182

‒ 72 993

 

Inhuur extern

31 991

27 207

32 390

43 920

47 576

12 000

35 576

 

Overige personeel

40 024

60 442

60 858

81 682

99 930

0

99 930

         

7.1.2

Materiele uitgaven

275 961

270 972

271 769

332 695

334 054

304 767

29 287

 

ICT

52 031

54 751

50 749

65 782

64 832

67 711

‒ 2 879

 

Bijdragen aan SSO's

64 972

53 144

49 699

53 591

74 942

49 347

25 595

 

Overige materieel

158 958

163 077

171 321

213 322

194 280

187 709

6 571

         

7.2

Koersverschillen

21 517

0

7 612

679

0

0

0

         
         
 

Ontvangsten

68 993

54 434

56 147

28 682

59 214

31 671

27 543

         

7.10

Diverse ontvangsten

68 993

41 696

56 147

28 682

46 536

31 671

14 865

         

7.11

Koersverschillen

0

12 738

0

0

12 678

0

12 678

VerplichtingenVoor de verantwoording van de verplichtingen voor de apparaatsuitgaven werd door het ministerie van Buitenlandse Zaken in voorgaande jaren art. 2.14, lid 3 van de Comptabiliteitswet 2016 (de zg. 'V=K methode') toegepast, echter niet in alle gevallen juist. In de praktijk betekende deze methode dat de totale aangegane verplichtingen binnen dit artikel, voor één specifiek jaar overeenkwamen met de totale kasuitgaven voor dat jaar. Deze verplichtingenstand was niet gelijk aan de verplichtingenstand in de administratie. Doordat verplichtingen op artikel 7 (apparaat) in voorgaande jaren gedeeltelijk ten onrechte extracomptabel in de jaarrekening gelijk gesteld zijn aan de kasuitgaven worden bij het verantwoorden van de verplichtingen voor artikel 7, vanaf dit jaarverslag, de verplichtingen gelijk gesteld aan de verplichtingenstand in de administratie.

In de Decemberbrief is aangegeven dat de verplichtingen in 2023 iets hoger uitvallen dan verwacht. De stijging zit onder meer in hogere verplichtingen voor de ICT activiteiten. Verder zijn er verplichtingen aangegaan voor crisissituaties die nog niet eerder bekend waren. Daarnaast zijn er nog meerjarige contracten afgesloten voor de reiskostenvergoedingen.

UitgavenPersonele uitgaven:

  • Zoals toegelicht in de eerste suppletoire begroting, stijgen de personele uitgaven voor zowel het personeel in Nederland als op de posten. Deze meerjarige stijging is hoofdzakelijk gefinancierd met de coalitieakkoord middelen en komt door de intensiveringen en de loon-, prijs- en koersontwikkeling. Verder worden de uitgaven m.b.t. de loon- en prijsontwikkeling gefinancierd vanuit de voorziening binnen de HGIS. Een deel van de personele groei is ook gefinancierd met een begrotingsoverboeking vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor functies bij de Hoofddirectie Consulaire- en Visumzaken (HDCV).

  • De uitgaven voor externe inhuur zijn gestegen vanwege o.a. inhuur op formatie, oftewel reguliere functies die om uiteenlopende redenen tijdelijk extern moeten worden ingevuld. Dit is toegelicht in de Decemberbrief. Bij de opmaak van de Decemberbrief is er onvoldoende rekening gehouden met de externe inhuur voor ICT- en consulaire zaken.

  • De uitgaven voor het overige personeel werden in het verleden niet geraamd in de Ontwerpbegroting, maar achteraf vastgesteld op basis van de daadwerkelijk gerealiseerde uitgaven. Dit verklaart de mutatie en kent meerdere redenen. Het overige personeel betreft geen homogene uitgaven, maar bevat uitgaven met betrekking tot o.a. de reiskosten buitenland, verhuizingen, onderwijskosten voor de kinderen van het uitgezonden personeel, reiskosten evacuaties en detacheringen. De diversiteit en het vaak incidentele karakter van deze uitgaven bemoeilijken accurate ramingen. In het vervolg worden deze uitgaven wel begroot.

  • Bij ambtelijk personeel is onderuitputting op jaarbasis grotendeels gerelateerd aan de intensiveringen. De budgettoewijzing uit hoofde van intensiveringen is feitelijk een voorfinanciering voor de extra functies, waarbij de realisatie als gevolg van de feitelijke bezettingsgroei slechts ten dele plaatsvindt. Dit heeft twee oorzaken. In de eerste plaats leidt (externe) werving tot onderuitputting gedurende het jaar vanwege de doorlooptijd tussen werving en aanstelling. Dit effect kan meerjarig worden indien krapte op de arbeidsmarkt snelle functievervulling bemoeilijkt. In de tweede plaats leidt interne werving tot doorstroom, niet tot instroom.

Materiële uitgaven:

  • De uitgaven aan ICT zijn iets lager uitgevallen dan in de begroting was geraamd. Dit ondanks de toevoeging van loon- en prijsbijstelling. Dat is in de eerste suppletoire begroting toegelicht.

  • De uitgaven aan SSO's (Shared Service Organisaties) zijn ten opzichte van de vastgestelde begroting meer toegenomen dan verwacht, vanwege hogere bijdragen aan onder meer SSC-ICT. Dit heeft onder meer te maken met zowel tarief- als volumestijgingen. Verder is ook loon- en prijsbijstelling toegekend, zoals toegelicht in de eerste suppletoire begroting. Daarnaast zij er vervangingsuitgaven vanwege Life Cycle Management (LCM). Dit is ook beschreven in de Decemberbrief.

  • Op het gebied van overig materieel is er een onderrealisatie te zien. Het grootste gedeelte hiervan is reeds in de tweede suppletoire begroting toegelicht. Dit komt grotendeels door vertragingen op het gebied van huisvestingsprojecten. Deze middelen worden doorgeschoven naar komende jaren. In onderstaande tabel is dit duidelijk gemaakt. Dit budget is nodig om opvolging te geven aan de huisvestingsstrategie van het ministerie om de huisvestingsportefeuille doelmatig, duurzaam, veilig en toekomstbestendig te maken.

  • Naast de mutaties voor huisvesting worden in de Decemberbrief voor ‘Overig materieel’ een aantal andere mutaties genoemd. Voor de crisis in Soedan zijn er (evacuatie) kosten gemaakt. Verder stijgen de kosten voor de bedrijfsvoering onder meer door gestegen reiskosten. De kosten voor het systeem voor de registraties van de dienstreizen vallen hoger uit dan begroot. Tot slot vallen de beveiligings- en facilitaire kosten lager uit.

  • Doordat niet alle functies vanuit de intensiveringsmiddelen zijn ingevuld zijn (ook) de aanverwante kosten lager uitgevallen. Verder zijn aantal verwachte facturen en betalingen niet meer gedaan in 2023.

Ontvangsten

In de tweede suppletoire begroting is al een stijging aangegeven van de ontvangsten in 2023. Deze ontvangsten hebben betrekking op verkopen van vastgoed in het buitenland in 2022. Deze ontvangsten zijn gebruikt om investeringen te realiseren binnen de kaders van de huisvestingsstrategie.

De begroting van Buitenlandse Zaken werkt met een vooraf vastgestelde wisselkoers ten opzichte van buitenlandse valuta (de zgn. corporate rate). Deze koers wordt gelijktijdig met de presentatie van de begroting vastgesteld. Omdat bij betalingen in buitenlandse valuta gedurende het jaar echter een verschil ontstaat als gevolg van de werkelijk geldende koers, ontstaat er een saldo. In de Decemberbrief is dit al aangegeven. Uiteindelijk is het een meevaller van EUR 12,7 miljoen geworden.

I: Huisvesting

Doel van het huisvestingsbeleid van BZ is om ambassadekantoren waar mogelijk duurzaam, doelmatig, veilig en toekomstbestendig in te richten ter ondersteuning van de modernisering van de diplomatie. Panden worden afgestoten, aangeschaft of verbouwd conform de huisvestingsvisie en rekening houdend met de duurzaamheidsdoelstellingen die voortvloeien uit het Parijs Akkoord.

Teneinde de gewenste slagen te kunnen maken is in 2013 een middelenafspraak overeengekomen tussen BZ en Financiën (het zogenaamde 'Huisvestingsfonds'). Deze afspraak is in vergelijkbare vorm in 2019 verlengd tot en met 2025. Daarbij is afgesproken dat ontvangsten uit de verkoop van onroerend goed in het buitenland in latere jaren kunnen worden ingezet voor investeringen die samenhangen met de voorgenomen aanpassingen in de huisvesting in het buitenland en de verduurzaming van de huisvestingsportefeuille.

Zoals toegezegd tijdens het Wetgevingsoverleg op 12 juni 2017 over het jaarverslag van het Ministerie van Buitenlandse Zaken 2016 is hieronder een overzicht opgenomen van de onroerend goed mutaties die gemoeid zijn met de middelenafspraak van de afgelopen vijf jaar. De uiteindelijke opbrengsten van verkoop zijn onder meer afhankelijk van de vastgoedmarkt in de betreffende landen. Op 31 december 2023 was het saldo voor investeringen EUR 28,9 miljoen. Vastgoed investeringen en/of aankopen zijn verricht in 2023 voor EUR 20,8 miljoen en voor EUR 10,0 miljoen aan vastgoed is verkocht in 2023.

Tabel 13

Tabel 14 Overzicht mutaties middelenafspraak

Bedragen x EUR 1 miljoen

2019

2020

2021

2022

2023

Stand aanvang begrotingsjaar

3,6

26

4,2

33,7

39,7

Opbrengsten

37,8

5,4

34,7

62,81

10,0

Investeringen en/of aankopen

15,4

27,2

5,2

56,8

20,8

Stand einde van het begrotingsjaar

26

4,2

33,7

39,7

28,9

X Noot
1

Dit betreft voor EUR 60 miljoen een kasschuif.

  • 2018: Inkomsten uit verkoop van panden in Bogota, Port of Spain en Rabat. Investeringen in o.a. Bamako, Kabul, Juba en Tunis

  • 2019: Gerealiseerde verkopen en uitgaven in diverse panden conform masterplan: verkopen in o.a. Londen, Khartoum en uitgaven ten behoeve van huisvesting in Jakarta, Juba, Bagdad en Kaboel.

  • 2020: De verwachte verkopen in o.a Lima, San Jose en Kiev zijn gerealiseerd. Andere verkopen zijn vertraagd door COVID-19. Investeringen in o.a. Washington, Rabat en Ankara.

  • 2021: Gerealiseerde verkopen en uitgaven in diverse panden conform de meerjarenplanning: verkoop in Seoul. Investeringen o.a. in Sydney, Caracas, Atlanta, Bangalore en wereldwijd veiligheidsproject

  • 2022: Inkomsten uit verkoop van o.a. pand in Lagos. Daarnaast is er budget toegevoegd middels een kasschuif vooruitlopend op toekomstige ontvangsten. Investeringen hebben plaatsgevonden conform de meerjarenplanning in Brussel, Londen, Milaan en Beiroet.

  • 2023: Geen verkopen, wel opbrengsten van eerdere jaren. Investeringen in o.a. aankoop residentie Kopenhagen, verbouwing residentie Beiroet, nieuwe kanselarij Jerevan, verbouwing Washington en renovatie residentie Parijs.

II: Kengetallen personeel

Tabel 14

Tabel 15 Kengetallen Personeel

 

realisatie

realisatie

Personeel

2023

2022

Loonkosten departement

  

Gemiddelde bezetting (fte)

2.771

2.580

Gemiddelde prijs (EUR)

102.521

97.044

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1.000)

284.086

250.374

   

Loonkosten posten

  

Gemiddelde bezetting (fte)

788

768

Gemiddelde prijs (EUR)

120.953

116.794

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1.000)

95.311

89.698

   

Totaal loonkosten ambtelijk personeel (A)

  

Gemiddelde bezetting (fte)

3.559

3.348

Gemiddelde prijs (EUR)

106.602

101.575

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1.000)

379.397

340.072

   

Vergoedingen uitgezonden personeel (B)

  

Gemiddelde bezetting (fte)

788

768

Gemiddelde prijs (EUR)

97.666

91.083

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1.000)

76.960

69.952

   

Loonkosten lokaal personeel (C)

  

Gemiddelde bezetting (fte)

2.040

2.039

Gemiddelde prijs (EUR)

66.006

59.829

Toegelicht begrotingsbedrag (x EUR 1.000)

134.655

121.972

   

Totaal loonkosten (A-C) (x EUR 1.000)

591.013

531.996

Toelichting:

De gemiddelde bezetting op het departement nam in 2023 met ruim 210 fte toe, merendeels op het departement in Den Haag.                                                    

De loonkosten ambtelijk personeel stegen in 2023 uit hoofde van afspraken in de CAO rijk en door loonontwikkeling als gevolg van het feit dat door de toename van de bezetting ook de gemiddelde loonkosten stegen.

De loonkosten lokaal personeel stegen in 2023 door loonaanpassingen (gebaseerd op loononderzoeken via de markersystematiek) en een in 2023 geïntroduceerde tijdelijke inflatoetoeslag.

Er is ook altijd sprake van koerseffecten door periodieke aanpassingen van interne omrekenkoersen (corporate rates) voor loonbestanddelen die in vreemde valuta worden uitbetaald.

6. Bedrijfsvoeringsparagraaf

Deze paragraaf gaat in op de bedrijfsvoeringvraagstukken die zich gedurende het begrotingsjaar 2023 hebben voorgedaan en waarvan de informatieverstrekking voor het inzicht en de oordeelsvorming door de Tweede Kamer van belang is. Op basis van de Rijksbegrotingsvoorschriften informeren wij u over onder meer risico’s van misbruik en oneigenlijk gebruik (M&O), fraude en corruptie, verduurzaming van de BZ-organisatie en informatiebeveiliging.

Het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ) besteedt op een gestructureerde wijze aandacht aan de bedrijfsvoering. Via de interne planning- en controlcyclus waaronder de begrotings- en jaarplancyclus en de Integrale Monitor Bedrijfsvoering bewaakt BZ of de doelstellingen op doelmatige en rechtmatige wijze worden gerealiseerd. Waar nodig wordt bijgestuurd.

Paragraaf 1: Uitzonderingsrapportage

Rechtmatigheid

De begrotingsuitvoering is over 2023 binnen de rapporteringstoleranties gebleven, met uitzondering van de tolerantie die betrekking heeft op de verplichtingen op het artikel 4. Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden en op het artikel 7. Apparaat. 

De overschrijdingen zijn veroorzaakt door het niet volledig (kunnen) naleven van de Europese aanbestedingsregels. De organisatie zag zich hier overigens bij enkele zaken die het betrof toe genoodzaakt omwille van de continuïteit en doelmatigheid van de bedrijfsvoering.

Tabel 15 Overschrijdingen art. 5.4. En 5.7

(1)Rapporterings-tolerantie

(2)Verantwoord bedrag in EUR (omvangsbasis)

(3)Rapporterings-tolerantie voor fouten en onzekerheden in EUR

(4)Bedrag aan fouten in EUR

(5)Bedrag aan onzekerheden in EUR

(6)Bedrag aan fouten en onzekerheden in EUR

(7)Percentage aan fouten en onzekerheden t.o.v. verantwoord bedrag

Verplichtingen art. 4

68.928.000

6.892.800

10.627.422

0

10.627.422

15,4%

Verplichtingen art. 7

1.067.724.000

53.386.200

34.652.915

0

34.652.915

Bij de controle van artikel 7 is een statistische steekproef gebruikt. In kolom 7 wordt daarom geen percentage toegelicht omdat de som van de meest waarschijnlijke fouten en onzekerheden (kolom 6) de rappporteringstolerantie (kolom 3) niet heeft overschreden. Het bedrag aan fouten voor artikel 7 kolom 4 en 6 is het gevolg van extrapolatie.

Totstandkoming niet-financiële verantwoordingsinformatie

Er zijn geen bijzonderheden te melden.

Begrotingsbeheer, financieel beheer en de materiële bedrijfsvoering

Inkoop

CDI heeft de Spendanalyse over 2020 ‒ 2023 uitgevoerd en haar bevindingen per sleutel-indicator vastgelegd in de jaarlijkse In-Control-Verklaring. Op basis van de bevindingen concludeert CDI dat – het geheel overziende - over het afgelopen jaar sprake is geweest van een beheerste inkoop-uitvoering volgens de rijksbrede sleutel-indicatoren voor inkopen. Wel is aandacht nodig voor de juiste vastlegging van contracten van posten met een waarde groter en gelijk aan EUR 15.000. Gelet op de veelal korte looptijd van deze contracten is het getrouwheidsrisico ten aanzien van de verplichtingenstand beperkt. In nadere overeenkomsten, afgesloten onder raamovereenkomsten, is veelal een optie tot verlenging opgenomen. Regelgeving schrijft voor dat deze optie voldoende wordt geduid. Dit gebeurde in 2023 niet voldoende consequent.

Overbruggingsovereenkomsten CategoriemanagementHet Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat is categoriemanager voor een aantal rijksbrede raamovereenkomsten, waarvan er drie (Interim Management & Organisatieadvies en Financiële Adviesdiensten) in dit verslagjaar nog steeds waren verlengd middels een overbruggingsovereenkomst. Het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft dit toegelicht in de Bedrijfsvoeringsparagraaf van haar jaarverslag. Als gevolg daarvan worden de verplichtingen die op nadere overeenkomsten onder deze overbruggingsovereenkomsten worden aangegaan als onrechtmatig bestempeld. De raamovereenkomsten voor Financiële Adviesdiensten zijn per 3 april 2023 gereedgekomen en hebben tot rechtmatige contracten geleid. De her-aanbestedingen voor de overige raamovereenkomsten zijn vertraagd, als gevolg van juridische bezwaren en rechtszaken door inschrijvers. Voor Organisatieadvies verwacht het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat dat daarvoor eind februari 2024 de nieuwe contracten beschikbaar komen. Voor Interim Management is de lopende aanbesteding definitief ingetrokken en wordt met de nu ingezette maatregelen een rechtmatige oplossing medio 2024 voorzien. In het verslagjaar gaat het bij het ministerie van Buitenlandse Zaken om circa 1,45 miljoen euro.

Vastleggen verplichtingen

Het Ministerie heeft eind 2023 besloten – na bespreking met de Auditdienst Rijk – om de regel ‘verplichting=kas’, referte de regeling financieel beheer van het Rijk (artikel 21), niet meer integraal toe te passen op het artikel Apparaat in het jaarverslag van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. De implementatie van het besluit bleek in de praktijk meer omhanden te hebben dan vooraf was ingeschat, waardoor dit besluit in de korte tijd die resteerde niet foutloos kon worden geïmplementeerd. In 2024 zal het Ministerie verdere waarborgen inbouwen in het proces van de registratie van verplichtingen, zodat verplichtingen volledig, juist en navolgbaar zijn. Rollen en verantwoordelijkheden van de verschillende actoren worden opnieuw bezien.

Beheer vastgoed en huisvesting

Bij het opstellen van de jaarlijks door de Managementraad vastgestelde huisvesting-meerjarenprogrammering is voor het eerst de benodigde capaciteit van de verschillende specialistische onderdelen van DHF meegewogen. Verder is bij de prioritering van de projecten voor het eerst gebruik gemaakt van een wegingsmodel, waarin alle vastgoedprojecten langs een meetlat op basis van de vier strategische speerpunten uit de huisvestingsvisie worden gelegd. Dit wegingsmodel wordt nog meer in detail uitgewerkt. 

De directie Huisvesting en Facilitaire Zaken (DHF) heeft in 2023 verder gewerkt aan de implementatie van de huisvestingsvisie en aan de versterking van de interne organisatie. De Algemene Rekenkamer heeft van de huisvesting van BZ een aandachtspunt gemaakt voor de komende periode. Mede naar aanleiding daarvan gaat DHF het reeds ingezette verbetertraject verder doorvoeren door middel van programmasturing, incl. de aanstelling als lid van het MT van een programmamanager, per 1 september 2023.

Huisvesting buitenlandIn 2023 heeft DHF verder gewerkt aan een aantal grote (nieuwbouw) projecten, waaronder Brussel en Ankara. In onder meer Tallinn. Parijs en Jerevan zijn projecten opgeleverd en in Kopenhagen is een nieuwe residentie gekocht.

Huisvesting NLHet aantal medewerkers dat op kantoor werkt, is bijna weer terug op het niveau van voor de COVID periode. De tijdelijke aanvullende beveiligingsmaatregelen op Rijnstraat 8 en in de Terminal Zuid, die mede onder druk vanuit de EU en de NAVO moesten worden ingevoerd, zijn zonder noemenswaardige problemen geïmplementeerd. Over het voornemen van het ministerie van BZK om de hele BZ-organisatie op termijn weer te huisvesten in hetzelfde gebouw, in een zgn. unilocatie, zal naar verwachting op korte termijn interdepartementale besluitvorming plaatsvinden, waarover het parlement zal worden geïnformeerd.

Misbruik en oneigenlijk gebruik

Misbruik en oneigenlijk gebruik/externe fraude

In deze rapportage wordt misbruik en oneigenlijk gebruik (hierna: externe fraude) beschouwd als het opzettelijk handelen van externe partijen in de BZ-activiteitencyclus waarbij gebruik wordt gemaakt van misleiding om een onrechtmatig of onwettig voordeel te verkrijgen. De minister van Buitenlandse Zaken is verantwoordelijk voor de integrale bedrijfsvoering, met uitzondering van projectmatige beheersing van de activiteitencyclus inclusief het beeld ten aanzien van externe fraude. Deze valt onder de verantwoordelijkheid van de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking.

Risico’s op misbruik en externe fraudeBZ beschikt over beleid en procedurebeschrijvingen die zijn opgenomen in het Handboek Bedrijfsvoering Buitenlandse Zaken (HBBZ). Volgens afspraak worden vermoedens en gevallen van fraude en corruptie door derden in de activiteitencyclus van BZ gemeld bij het Expertisecentrum Malversaties (ECM) van het ministerie.

Meldingen externe fraudeIn 2023 zijn 4 vermoedens van externe fraude en corruptie rond BZ-projecten en -programma’s gemeld bij ECM (ter vergelijking: in 2022 waren dit er 7). Meer gedetailleerde informatie hierover is opgenomen in de bijlage ‘Misbruik en oneigenlijk gebruik’ van het jaarverslag Buitenlandse Zaken 2023. Meer informatie ten aanzien van (vermoedens van) misbruik en oneigenlijk gebruik rond BHOS activiteiten is opgenomen in de bijlage ‘misbruik en oneigenlijk gebruik’ van het jaarverslag van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking 2023.

Analyses van ECM over 2023 tonen een aantal primaire risico’s ten aanzien van door BZ gefinancierde activiteiten

  • Het stelen of misbruiken van goederen binnen een partij. 

  • Misbruik en oneigenlijk gebruik bij contracten en aanbestedingen, bijvoorbeeld het leveren van inferieure kwaliteit van goederen of diensten, of het manipuleren van het biedingsproces.

  • Corruptie, bijvoorbeeld in de vorm van belangenverstrengeling of het omkopen van mensen die werken bij een gecontracteerde partij.

Dergelijke zaken komen primair aan het licht door melders, audits, reguliere reviews en reguliere financiële rapportages. Dit benadrukt het belang van goede controlemechanismen (bij contractpartners) en mogelijkheden tot het anoniem en veilig kunnen melden bij betrokken partijen. Om preventie van misbruik en oneigenlijk gebruik in de activiteitencyclus te stimuleren is in 2023 verder ingezet op:

  • Vergroten en op peil houden van bewustzijn en kennis binnen de organisatie, o.a. door voortzetten van de cursus ‘risicomanagement in de activiteitencyclus’, het bijwerken van de ‘fraud awareness alert’ en het delen van trends en analyses.

  • Versterken van internationale informatie- en kennisuitwisseling ten aanzien van detectie en preventie van misbruik en oneigenlijk gebruik.

  • Steekproefsgewijs controleren van de door BZ gemaakte risico-inschatting en appreciatie voorafgaand aan activiteiten en het bieden van feedback hierop indien nodig.

Overige aspecten van de bedrijfsvoering

Informatiehuishouding

Als onderdeel van het rijksbrede programma ‘Open Overheid' is in 2023 vanuit het Actieplan Informatiehuishouding BZ verder gewerkt aan de verbetering van de informatiehuishouding van BZ. Zo is eind 2023 een geactualiseerde versie van het Actieplan in conceptvorm afgeleverd. Hierin is onder andere een organisatie-breed traject gedefinieerd, gericht op kwaliteitsverbetering  middels uitgebreide ondersteuning van BZ-medewerkers bij het gebruiken en inrichten van de informatiehuishouding in de vernieuwde SharePoint-omgeving.

Verder participeert BZ in de rijksbrede implementatietrajecten voor e-mailarchivering en chatarchivering. Implementatie van de hiervoor op te leveren generieke voorzieningen binnen de BZ-organisatie vindt naar verwachting plaats in 2024. Voor de informatievoorziening van BZ is SSC/ICT een belangrijke dienstverlener. BZ heeft moeten vaststellen dat de specifieke behoeften van BZ niet goed kunnen worden ingevuld in een shared service achtige setting, zoals die door SSC ICT wordt geboden. Daarom heeft BZ in 2023 besloten om de huidige inrichting van de IT-dienstverlening te gaan heroverwegen. Dit proces zal in 2024 worden gestart.

In 2023 is daarnaast een belangrijke stap gezet in de formatieve uitbreiding van functies binnen de informatiehuishouding. Naast de werving van vijf nieuwe Functionarissen Informatiehuishouding en een nieuw plaatsvervangend hoofd van het cluster Informatiemanagement loopt de werving van 10 extra functionarissen door. Echter dit laatste wordt bemoeilijkt door krapte op de arbeidsmarkt voor dit vakgebied.

Ten slotte zijn in 2023 twee belangrijke instrumenten voor de inrichting van de informatiehuishouding opgeleverd, te weten een nieuwe selectielijst waarin de bewaartermijnen van BZ-informatie zijn vastgelegd en een nieuwe versie van de Beheersregeling BZ, waarin de verantwoordelijkheden met betrekking tot informatiemanagement binnen de BZ-organisatie zijn benoemd.

Informatiebeveiliging

Voor Informatiebeveiliging (IB) stond voor 2023 o.a. op de planning het opleveren van een IB Dashboard, met daarin de status van alle kritieke en niet-kritieke informatiesystemen wat betreft risico’s en maatregelen. Door reguliere werkzaamheden, andere prioriteiten en capaciteitsissues is het in 2023 niet gelukt te rapporteren over niet-kritieke systemen en zal dat in 2024 de benodigde aandacht krijgen. In 2023 is besloten om de vragenlijst Informatiebeveiliging & Privacy aan te passen naar een Informatiebeveiligingsbeeld per post en met als doel meer risicogericht rapporteren over IB&P. Met genoemde aanpassing in het proces kan BZ een beter en specifieker beeld geven van de risico’s, incidenten en dreigingen die per post gelden. Ook dit onderdeel zal in 2024 in gang gezet worden.

Het Plan van Aanpak m.b.t. toegang tot BZ-informatie voor fase 1 (2023 tot medio 2024) is in 2023 vastgesteld en is de uitvoering van de activiteiten opgestart. Tenslotte is de implementatie van het beleid ten aanzien van «logische toegangsbeveiliging» en «logging en monitoring» in gang gezet.

Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG)

Begin 2023 is een AVG Werkplan 2023 ‒ 2024 opgesteld. Wegens capaciteitsproblemen zijn de tweedelijnswerkzaamheden in 2023 slechts in beperkte mate uitgevoerd. De meeste prangende aspecten op het gebied van gegevensbescherming zijn opgepakt door het Information Security Centre (iSC). Met de aanstelling van een Functionaris Gegevensbescherming (FG) en plaatsvervangend FG (PlvFG) is de toezichtfunctie m.b.t. privacy weer ingevuld.

Door de ADR is aandacht gevraagd voor het AVG-Verwerkingsregister, aangezien meer dan de helft van de verwerkingen incompleet dan wel niet vastgesteld zijn. Daarbij onderkent BZ dat de functionaliteit van het verwerkingsregister niet voldoet. De wens vanuit BZ is om een AVG Managementsysteem aan te schaffen, opdat het management beter in staat is om te sturen. Echter dit is een lang traject en door bovengenoemde capaciteitsproblemen worden deze werkzaamheden pas in 2024 opgepakt.

Eind 2022 zijn de BZ Vragenlijsten Informatiebeveiliging en Privacy ingevuld door directies en de posten. Vanwege onvolledige bronnen gaven de rapportages niet altijd het juiste beeld, zodat in 2023 is besloten de vragenlijst in de huidige vorm te vervangen door een meer risicogerichte rapportage IB&P. De verwachting is dat deze vernieuwde rapportage in 2024 geïmplementeerd zal worden. Mede op advies van de ADR zijn de privacygerelateerde werkzaamheden van de uitgezonden functionarissen Informatiemanagement en ICT-beveiliging die op een geselecteerd aantal posten werken opgenomen in de functiebeschrijving.

De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft BZ begin 2022 een boete en last onder dwangsom opgelegd voor het onvoldoende waarborgen van de beveiliging van de verwerking van persoonsgegevens in de applicatie NVIS en het ontoereikend informeren van betrokkenen (in strijd met de artikelen 32, tweede lid, respectievelijk 13, eerste lid, aanhef en onder e, AVG). De AP heeft bij brief van 21 maart 2023 bevestigd dat de door BZ geïmplementeerde en nog voorziene verbeteringen van de beveiliging van de verwerking van persoonsgegevens adequaat zijn en dat daarmee aan beide bevindingen volledig is tegemoetgekomen. Voorts had de AP op 20 oktober 2022 verzocht om informatie over het gebruik van ‘Informatie Ondersteund Beslissen’ (IOB) in de vorm van de ‘Buitenlandse Zaken Analyse Omgeving’ (BAO) in het beoordelingsproces bij aanvragen voor visa kort verblijf, m.n. over de manier waarop bij de profilering door een algoritme gebruik wordt gemaakt van het aspect nationaliteit. Op basis hiervan heeft de AP op 21 september 2023 een formeel onderzoek naar de werking van IOB/BAO aangekondigd, in het bijzonder wat betreft de rechtmatigheid van de verwerking van persoonsgegevens daarin. In het kader van dit onderzoek is uitgebreide documentatie aan de AP verstrekt en heeft de AP met een aantal betrokken medewerkers van BZ-interviews gehouden. Het is nog niet duidelijk wanneer de AP het eindrapport gereed zal hebben. De Functionaris Gegevensbescherming van BZ heeft de appreciatie van de implicaties van de uitkomsten in het toezichtplan voor 2024 opgenomen.

Fraude en Corruptie

Fraude en Corruptierisico’s

Naast fraude door derden, heeft de eerste en tweede lijn van BZ een verantwoordelijkheid in het voorkomen en tijdig detecteren van interne fraude en corruptie, gepleegd door BZ-medewerkers. Onderstaande rapportering ziet primair op de belangrijkste materiële interne risico’s van BZ op terreinen als onvolledig verantwoorden van ontvangsten door het frauduleus verstrekken van reisdocumenten en/of het beïnvloeden van de prijs bij de verkoop van vastgoed voor eigen gewin, het verrichten van ongeautoriseerde betalingen, doorbreken van interne beheersmaatregelen door het management, onrechtmatig onttrekken van contant geld en waardevolle goederen zoals kunst en het inkoop- en aanbestedingsproces van hoog-risicoposten.BZ heeft een werkend stelsel van interne beheersingsmaatregelen die zijn gericht op het mitigeren van risico’s op het terrein van interne fraude en corruptie. Zo voert BZ op halfjaarlijkse basis een totaal omspannende verbandscontrole uit op de ontvangsten van reisdocumenten en visa. In de keten van factuurverwerking tot en met betalen zijn waarborgen als het vier-ogen-principe ingebouwd om te voorkomen dat ongeautoriseerde betalingen plaatsvinden. Met de verbijzonderde interne controles wordt steekproefsgewijs gecontroleerd of de juiste functiescheiding consequent wordt toegepast. In 2024 wordt de integraliteit van het proactief identificeren en beheersen van fraude- en corruptierisico’s verder verbeterd op basis van acties die in 2023 zijn gestart. Zo zijn er twee sessies georganiseerd voor de bedrijfsvoeringsdirecties waarbij gebruik werd gemaakt van het instrument Toolbox Fraude en Corruptie, rijksbreed beschikbaar gesteld door de Auditdienst Rijk.  

In 2023 hebben heeft interne fraude en corruptie zich in beperkte mate voorgedaan:

  • Op een van de posten is door een lokale medewerker fraude gepleegd met kasgeld en simkaarten. De schade bedraagt ca. EUR 20.000. De medewerker is ontslagen. 

  • Op een andere post is door een lokale medewerker een cheque geïnd die bestemd was voor de post i.v.m. een sponsorbijdrage. De medewerker is na ontdekking onderwerp van onderzoek geweest, met als uitkomst ontslag. Het geld is door de medewerker teruggestort in de kas. 

  • Op een van de posten zijn bij een evacuatie kassen verloren gegaan en vermoedelijk in verkeerde handen terechtgekomen. Er is proces-verbaal opgemaakt voor een totaalbedrag van EUR 109.151,93. 

Paragraaf 2: Rijksbrede bedrijfsvoeringsonderwerpen

Wet Open Overheid

Er is bij de hele Rijksoverheid sprake van een toename van het aantal (omvangrijke) verzoeken tot openbaarmaking. Sinds september 2022 geldt actieve openbaarmaking van de beslisnota bij ieder Kamerstuk. Daarnaast worden rijksbreed stappen gezet op het gebied van actieve openbaarmaking van andere categorieën documenten in 2024. Bij BZ was er naast behoefte aan juridisch advies over openbaarmaking ook behoefte aan capaciteit bij het voldoen aan verzoeken om informatie op grond van de Woo en artikel 68 van de Grondwet. Daarom is in 2023 binnen BZ de Directie Open Overheid (DOO) ingericht. Deze directie heeft tot doel om vanuit het ministerie van Buitenlandse Zaken en in het belang van het democratisch proces bij te dragen aan een open overheid.

ICT-projecten

Front Office Back Office

Het project FOBO (Front Office Back Office) heeft tot doel consulaire klanten moderne dienstverlening te bieden en de afhandeling van visumaanvragen te digitaliseren wat moet leiden tot een efficiënter en effectiever visumproces. Het frontoffice, bestaande uit een digitaal loket voor visumaanvragen, is al enige tijd operationeel. Onder de naam EIDOS is in het Rijks ICT-dashboard het nieuwe backofficesysteem geregistreerd om Schengen- en Caribische visumaanvragen digitaal te kunnen verwerken. De applicatie voor het digitaal verwerken van de Caribische visumaanvragen is al operationeel. Begin 2024 zal de implementatie van de applicatie voor het digitaal verwerken van Schengen visumaanvragen starten.

Paragraaf 3: Belangrijke ontwikkelingen en verbeteringen in de bedrijfsvoering

Personeelsbeleid

Evaluatie HR-beleid 

In 2023 werd door de Secretaris-Generaal de opdrachtbevestiging aan de Auditdienst rijk (ADR) verleend voor het uitvoeren van een evaluatie van het BZ HR-beleid. Deze evaluatie heeft vooral betrekking op de verdeling van de rollen, taken en verantwoordelijkheden tussen medewerker, leidinggevende en personeelsdienst en de werking van het overplaatsingssysteem. Begin 2024 zal het concept ADR-rapport worden gedeeld met BZ.    

Integriteit, veilige werkomgeving, diversiteit en inclusie

Een (sociaal) veilige werkomgeving, integer gedrag en diversiteit & inclusie (hieronder afgekort tot D&I) zijn belangrijke waarden voor het ministerie van Buitenlandse Zaken (BZ). Na de publicatie van de Verkenning Racisme in 2022 volgde in januari 2023 de publicatie van de resultaten van een - eveneens extern onderzoek naar de meldingsbereidheid van BZ-medewerkers t.a.v. integriteitsschendingen en grensoverschrijdend gedrag. Hieruit bleek dat er verschillende factoren zijn die belemmerend zijn voor het doen van meldingen. De opvolging van de aanbevelingen uit beide rapporten wordt gecoördineerd door een hoog-ambtelijke stuurgroep Steering Against Racism Together (START) die nauw samenwerkt met de Klankbordgroep Diversiteit, Inclusie en Sociaal veilige werkomgeving (KDIS). Hierbij worden drie sporen gevolgd: 1) inzetten op brede erkenning en bewustwording van het probleem met als doel het gaan inzetten van een structurele cultuurverandering, 2) het verbeteren en vereenvoudigen van de mogelijkheden om incidenten te melden en op te volgen, en 3) het bouwen aan een organisatie waarin voor racisme geen ruimte is. In dat kader consulteerden leden van de Bestuursraad regelmatig collega’s om onder andere het tegengaan van racisme te bespreken. De Bestuursraad heeft de handreiking «respectvolle relaties» opgesteld om bij te dragen aan een organisatie vrij van racisme en discriminatie.

Gedurende 2023 zijn aanzienlijke structurele veranderingen in gang gezet, waarbij de initiële focus lag op het aanpassen van procedures, (HR)-processen en meldingsstructuren. Op deze wijze is gewerkt aan het creëren van de randvoorwaarden voor de noodzakelijke cultuurverandering binnen de organisatie. Zo werd een ‘veilige werkomgeving, D&I en racisme’ een verplicht onderwerp in personeelsgesprekken. Ook in MTO, wervings-, -selectie-, onboarding- en doorstroomprocessen wordt expliciet aandacht besteed aan deze onderwerpen. Bovendien zijn D&I en sociale veiligheid nu onderdeel van de planning- en controlcyclus; directies en posten moeten in hun jaarplannen concrete doelstellingen hierover opnemen. De hoofddirectie personeel en organisatie heeft daarnaast gewerkt aan versterking van communicatie over de overplaatsingsrondes, melding gemaakt van de (Rijksbrede) verplichting een unconscious bias training te volgen voor eenieder die deel uitmaakt van een selectiecommissie en is er een extra training «Inclusief werven en selecteren» ontwikkeld ter bewustwording en voorkoming van vooringenomenheden tijdens selectieprocessen (als aanvulling op de unconscious bias training). De HR selecteurs hebben deze training al gevolgd in 2023 en in 2024 wordt de training breder opengesteld. Tot slot wordt een methode ontwikkeld voor het gestructureerder voeren van exitgesprekken (integraal uitstroombeleid).

De Gedragscode Integriteit voor BZ is vastgesteld en gepubliceerd. Op het gebied van een sociaal veilige werkomgeving werd de training Speaking Up! ontwikkeld om met name omstanders te helpen zich uit te spreken als zij ongewenst of grensoverschrijdend gedrag signaleren. Het netwerk van BZ-vertrouwenspersonen is verder geprofessionaliseerd, onder meer door benoeming van een coördinator netwerk vertrouwenspersonen BZ en het advies- en meldpunt integriteit is versterkt, onder meer door toevoeging van twee risico-analisten integriteit. Ook werd een externe klachtencommissie ongewenste omgangsvormen ingesteld, waardoor het gemakkelijker werd om over ongewenst gedrag in gesprek te gaan én om een melding of formele klacht te doen. Gestart werd met het halfjaarlijks publiceren van geanonimiseerde overzichten van meldingen bij het advies- en meldpunt integriteit. De Algemene Rekenkamer startte in 2023 een Rijksbreed onderzoek naar het integriteitsbeleid waarbij onder meer een enquête onder de BZ medewerkers werd uitgezet.

Deze in gang gezette aanpassingen gingen in 2023 steeds gepaard met een zichtbare (bestuurlijke) inzet om de gewenste cultuurverandering aan te jagen. Vanuit de bestuursraad werd de norm van een organisatie waarbinnen geen plaats is voor racisme en discriminatie consistent uitgedragen. Met regelmaat werden organisatie-brede townhalls georganiseerd waarbij medewerkers met leden van de bestuursraad in gesprek konden gaan en werd op teamniveau gebruik gemaakt van aangeboden gespreksbegeleiding en deskundigheid op het gebied van diversiteit, inclusie, en sociale veiligheid zodat deze thema’s actief geagendeerd worden. Het onderwerp racisme kwam daarbij steeds aan bod. Ook in de komende jaren zal actieve inzet nodig blijven om de gewenste cultuurverandering structureel te verankeren binnen Buitenlandse Zaken.

I-portfolio

Vervanging Bedrijfsvoeringsysteem (VBS)

Het project VBS heeft tot doel een nieuw bedrijfsvoeringssysteem te implementeren. Dit systeem bestaat uit een maatwerkapplicatie voor de ondersteuning van de begrotings- en jaarplancyclus (BMS) en SAP S4/Hana voor de ondersteuning van de financiële kernprocessen.BMS is conform planning bij aanvang van de nieuwe cyclus medio 2023 succesvol in gebruik genomen.Voor de in gebruik name van SAP zijn vorig jaar alle benodigde voorbereidingen getroffen. De doorlooptijd van de realisatie van de technische koppelingen is tegen gevallen. Dit werd veroorzaakt door met name de beperkte beschikbaarheid van resources bij SSC-ICT.  Om de live-gang niet negatief te beïnvloeden, zijn voor de wijze van aanloggen en de e-mailfunctionaliteit tijdelijke oplossingen getroffen. Op respectievelijk 18 december en 2 januari heeft de stuurgroep positief besloten met betrekking tot het go/no-go moment. Op 2 januari 2024 is SAP volgens planning succesvol in gebruik genomen.

MAC/IMPACT

Het meerjarige project Modernisering Activiteitencyclus (MAC) richt zich op het stroomlijnen van werkprocessen rond het beheer van activiteiten – waaronder ontwikkelingssamenwerking – die door externe partijen worden uitgevoerd. Ter ondersteuning van de verschillende werkprocessen is de applicatie IMPACT in ontwikkeling. In 2023 heeft de brede uitrol van de functionaliteit voor de beoordelings- en commiteringsfase (januari) en de monitoringsfase (juni) plaatsgevonden. Medio januari is de functionaliteit voor betalingen en de integratie met het financiële systeem (SAP S4/Hana) in gebruik genomen. Daarmee is het gebruik van de oude acitiviteitenmodule in SAP beëindigd. Voor de benodigde flexibiliteit voor de ondersteuning van het proces, zijn de gebruikersrechten voor de niet-financiële processen ruim opgezet. Vanuit het risico van eventuele ongewenste functievermenging wordt in 2024 bezien of er maatregelen nodig zijn. De functionaliteit van IMPACT is nog niet uitontwikkeld. In 2024 worden zowel de nog ontbrekende zaken als ook gebruikerswensen opgepakt. Gezien de beperkte middelen is het niet mogelijk alles te realiseren en wordt steeds een afweging van nut en noodzaak gemaakt.

Departementale crisiscoördinatie

Met de oprichting van het DCC (Departementaal Crisis coördinatiecentrum) in 2022 lag in 2022 de focus vooral op versterking personele capaciteit en het opzetten van interne processen en protocollen. In 2023 vond intensivering plaats op gebied van crisisgereedstelling door het opleiden, trainen en begeleiden van simulatieoefeningen zowel op de posten als op het departement. In 2023 vonden diverse pre-crisisberaden plaats, die ertoe hebben geleid dat DCC drie grote crises coördineerde: de evacuatie Soedan (april 2023), de evacuatie Niger (juli 2023) en de repatriëring en overbrenging uit Israël en de Palestijnse gebieden (gestart in oktober 2023).Uit (voorlopige) interne evaluaties blijkt dat de crisiscoördinatie door DCC noodzakelijk wordt geacht door de betrokken posten en directies. Bovendien is de samenwerking met Defensie sterk geïntensiveerd en valt de meer proactieve externe communicatie over crises in goede aarde. Om voldoende budget voor -niet geraamde- crisiskosten te garanderen, heeft de Bestuursraad besloten tot het instellen van de budgetplaats ‘crisis’ bij de directie Veiligheid, Crisiscoördinatie en Integriteit (VCI).

Verduurzaming van de BZ-organisatie: Mission Sustainable

In 2023 is Mission Sustainable verdergegaan met het uitvoeren van de verschillende plannen van aanpak voor de uitvoering van het verduurzamings-programma van de BZ-bedrijfsvoering. Zo heeft BZ haar eerste duurzaamheidsverslag gepubliceerd over het rapportagejaar 2022 (inclusief een completere en accuratere CO2-footprint) en heeft DHF het plan van aanpak voor de verduurzaming van het vastgoed afgerond. De CO₂-Prestatieladder is geïmplementeerd en sinds november 2023 is BZ officieel gecertificeerd op Trede 3 van de CO2-Prestatieladder. Met betrekking tot de sociale kant van duurzaamheid is een start gemaakt met onderzoeken hoe leefbaar loon wordt toegepast binnen inkooptrajecten van facilitaire diensten binnen het postennet. Mobiliteit heeft in samenwerking met de BZ-brede projectgroep ‘Duurzaam Reizen’ een voorstel opgesteld om het reizen door BZ te verduurzamen. Medio 2023 is dit plan goedgekeurd en in de tweede helft van 2023 is Mission Sustainable begonnen met het creëren van bewustwording bij posten en directies rondom duurzaam reizen. Om de bewustwording rondom duurzaamheid te vergroten zijn de ‘Walk Our Talk Awards’ (een prijs voor inspirerende collega’s en projecten die de duurzaamheidsambities van BZ uitdragen in de bedrijfsvoering) opgezet en uitgereikt tijdens de ambassadeursconferentie. Tevens is de ‘Walk Our Talk Support’ opgezet. Hierbij biedt Mission Sustainable EUR 5.000 aan posten om externe expertise in te huren voor ondersteuning bij de ontwikkeling van duurzame initiatieven. Gerelateerd aan de circulaire economie doelstelling zijn in samenwerking met DHF zeven pilotprojecten gestart die informatie opleveren om een BZ-brede strategie voor een circulaire economie vorm te geven. Het doel is om tegen eind 2024 een volledig uitgewerkte strategie te presenteren. In 2024 volgt een voorstel hoe ook in de beleidsuitvoering van BZ aandacht voor duurzaamheid kan worden geborgd.

C. JAARREKENING

7. Departementale verantwoordingsstaat

Tabel 16 Departementale verantwoordingsstaat 2023 van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) (Bedragen x € 1.000)
   

(1)

  

(2)

  

(3)

 
 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

  

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

verplichtingen

uitgaven

ontvangsten

           
 

TOTAAL

13 360 878

13 113 330

2 785 406

12 433 022

12 145 555

1 339 955

‒ 927 856

‒ 967 775

‒ 1 445 451

           
 

Beleidsartikelen

12 378 464

12 130 916

2 753 735

11 365 298

11 131 806

1 280 741

‒ 1 013 166

‒ 999 110

‒ 1 472 994

           

1

Versterkte internationale rechtsorde

118 618

145 345

 

122 419

154 776

 

3 801

9 431

 

2

Veiligheid en stabiliteit

373 705

367 746

1 000

317 139

337 879

5 572

‒ 56 566

‒ 29 867

4 572

3

Effectieve Europese samenwerking

11 829 046

11 557 597

2 708 961

10 856 812

10 566 313

1 197 200

‒ 972 234

‒ 991 284

‒ 1 511 761

4

Consulaire dienstverlening en uitdragen Nederlandse waarden

57 095

60 228

43 774

68 928

72 838

77 969

11 833

12 610

34 195

           
 

Niet-beleidsartikelen

982 414

982 414

31 671

1 067 724

1 013 749

59 214

85 310

31 335

27 543

           

5

Geheim

0

0

0

0

0

0

0

0

0

6

Nog onverdeeld

60 465

60 465

 

0

0

 

‒ 60 465

‒ 60 465

 

7

Apparaat

921 949

921 949

31 671

1 067 724

1 013 749

59 214

145 775

91 800

27 543

De verplichtingen opgenomen in de bovenstaande tabel vormen een weergave van alle aangegane verplichtingen en bijstellingen daarop. In de negatieve bijstellingen die samenhangen met verplichtingen uit voorgaande jaren is geen sprake van een omvang van EUR 30 miljoen of meer.

8. Saldibalans per 31 december 2023 en toelichting begroting Buitenlandse Zaken (V)

Tabel 17 Saldibalans per 31 december 2023 (bedragen x € 1.000)

Activa

31-12-2023

 

31-12-2022

 

Passiva

31-12-2023

 

31-12-2022

          

Intra-comptabele posten

       

1

Uitgaven ten laste van de begroting

12.145.546

 

12.900.360

2

Ontvangsten ten gunste van de begroting

1.339.952

 

1.338.560

3

Liquide middelen

54.184

 

56.028

     
     

4a

Rekening-courant RHB

10.876.632

 

11.619.580

6

Vorderingen buiten begrotingsverband

86.792

 

84.652

7

Schulden buiten begrotingsverband

69.938

 

82.900

Subtotaal intra-comptabel

12.286.522

 

13.041.040

Subtotaal intra-comptabel

12.286.522

 

13.041.040

          

Extra-comptabele posten

       

10

Vorderingen

37.322

 

14.664

10a

Tegenrekening vorderingen

37.322

 

14.664

11a

Tegenrekening extra-comptabele schulden

10

 

206

11

Schulden

10

 

206

12

Voorschotten

1.401.067

 

1.390.932

12a

Tegenrekening voorschotten

1.401.067

 

1.390.932

13a

Tegenrekening garantieverplichtingen

176.743

 

176.743

13

Garantieverplichtingen

176.743

 

176.743

14a

Tegenrekening andere verplichtingen

1.384.694

 

768.252

14

Andere verplichtingen

1.384.694

 

768.252

15

Deelnemingen

22.070

 

22.070

15a

Tegenrekening deelnemingen

22.070

 

22.070

Subtotaal extra-comptabel

3.021.906

 

2.372.867

Subtotaal extra-comptabel

3.021.906

 

2.372.867

          

Totaal

15.308.428

 

15.413.907

 

Totaal

15.308.428

 

15.413.907

Inleiding

Algemeen

De saldibalans is een financiële staat waarop de standen van de intra- en extracomptabele rekeningen van de begroting van Buitenlandse Zaken worden verantwoord.

Het intracomptabele deel van de saldibalans geeft inzicht in de kasstromen. Het gaat hier voornamelijk om de uitgaven en ontvangsten van dienstjaar 2023, die nog met het Ministerie van Financiën moeten worden verrekend. Na goedkeuring van de Rijksrekening vindt de verrekening plaats. De tegenrekening van de uitgaven en ontvangsten is de post «Rijkshoofdboekhouding» (RHB), de rekening-courant tussen de Ministeries van Buitenlandse Zaken en Financiën.

Onder het intracomptabele deel zijn alle liquide middelen van het Ministerie opgenomen (met uitzondering van de RHB-rekening van BHOS). De uitgaven en ontvangsten buiten begrotingsverband, die met derden zullen worden verrekend en niet ten laste of ten gunste van de begroting zijn gebracht, zijn verantwoord onder de intracomptabele vorderingen en schulden.

Het extracomptabele deel van de saldibalans geeft enerzijds inzicht in de standen van de uitstaande vorderingen en voorschotten die in het verleden tot kasstromen hebben geleid (ten laste van de begrotingen van BZ in voorgaande jaren). Anderzijds bevat dit deel van de saldibalans de post openstaande verplichtingen. Deze post geeft inzicht in de toekomstige kasstromen. Openstaande verplichtingen kunnen leiden tot uitgaven ten laste van begrotingen van volgende jaren. De extracomptabele rekeningen worden met behulp van diverse tegenrekeningen in evenwichtsverband geboekt.

Waarderingsgrondslagen

Uitgaven, ontvangsten, verplichtingen en mutaties op balansrekeningen in vreemde valuta worden gedurende het jaar met behulp van een vaste verrekenkoers (de corporate rate) omgerekend naar EUR. De corporate rate 2023 van de US Dollar (USD) was per 1 januari 2023 vastgesteld op 1 USD = 0,95 EUR. Voor 2024 is deze 0,925 EUR.

Alle ODA-ontvangsten (zowel op de BHOS als de BZ begroting) worden verantwoord op het artikel 5.21 ‘Ontvangsten OS’ van de BHOS begroting. Non-ODA ontvangsten worden waar van toepassing verantwoord op respectievelijk artikel 2.4 ‘Restituties programma’s op de BZ begroting dan wel op artikel 5.23 ‘Diverse ontvangsten non-ODA’ op de BHOS begroting.

De liquide middelen en extracomptabele balansrekeningen voor vorderingen, voorschotten, deelnemingen en openstaande verplichtingen worden per 31 december gewaardeerd tegen de corporate rate van het volgende boekjaar. De herwaardering die hieruit voortvloeit is verwerkt in de kas- en verplichtingenstroom van het afgelopen jaar.

Extracomptabele vorderingen zijn de per balansdatum bestaande rechten om geldmiddelen te ontvangen van een wederpartij die niet tot het Rijk behoort. Voor de geconditioneerde vorderingen geldt de nominale waarde. De deelnemingen zijn gewaardeerd op basis van het gestorte kapitaal. De overige in de saldibalans en de toelichting opgenomen bedragen zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.

Toelichting op de saldibalans per 31 december 2023

1 Uitgaven ten laste van de begroting

Tabel 18 Uitgaven ten laste van de begroting (debet 12.145.546 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

   

Uitgaven ten laste van de begroting

12.145.546

12.900.360

Onder deze post zijn de gerealiseerde uitgaven op de begroting van BZ in het jaar 2023 opgenomen. Splitsing van de uitgaven heeft plaatsgevonden op basis van de verdeling van de budgeteenheden per hoofdstuk. Na goedkeuring van de Slotwet door de Staten-Generaal wordt dit bedrag vereffend met het Ministerie van Financiën.

2 Ontvangsten ten gunste van de begroting

Tabel 19 Ontvangsten ten gunste van de begroting (credit 1.339.952 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

   

Ontvangsten ten gunste van de begroting

1.339.952

1.338.560

Onder deze post zijn de gerealiseerde ontvangsten in het jaar 2023 opgenomen. Splitsing van de ontvangsten heeft plaatsgevonden op basis van de verdeling van de budgeteenheden per hoofdstuk. Na goedkeuring van de slotwet door de Staten-Generaal wordt dit bedrag vereffend met het Ministerie van Financiën.

3 Liquide middelen

Tabel 20 Liquide middelen (debet 54.184 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Reguliere kassaldi

2.343

2.860

Kas noodreserve Vertegenwoordigingen

4.142

3.570

Banksaldi

47.486

48.588

Kruisposten

273

1.073

Betalingsopdrachten Vertegenwoordigingen

‒ 60

‒ 63

Totaal

54.184

56.028

De liquide middelen omvatten girale en chartale gelden, alsmede gelden onderweg en hebben betrekking op het Departement en de Vertegenwoor- digingen in het buitenland. Het treasury beleid is er, met betrekking tot de gelden van Hoofdstuk V van de Rijksbegroting, op gericht te komen tot een optimale beheersing van de geldomvang en een kostenminimalisatie ten aanzien van bankkosten en rentederving. Hierbij spelen aspecten als liquiditeitenbeheer, valutarisicobeheer, debiteuren- en crediteurenbeheer een grote rol.

Omdat de administratie en de liquide middelenstroom voor beide begrotingen via één administratief systeem verlopen, is er voor gekozen alle lopende rekeningen op te nemen op de balans van BZ en het saldo van de uitgaven met betrekking tot BHOS achteraf middels een intern verrekenstuk tussen de RHB-rekeningen van BZ en BHOS te verrekenen.

Uit oogpunt van een adequaat liquiditeitenbeheer wordt ernaar gestreefd de hoogte van de kassaldi en het aantal kasbetalingen te beperken. Naast de normale kassaldi worden op diverse Vertegenwoordigingen contanten in voorraad gehouden in verband met eventuele calamiteiten. Enkele Vertegenwoordigingen worden regelmatig voorzien van contanten, omdat giraal bankverkeer niet mogelijk is. Het merendeel van de kassaldi wordt in vreemde valuta aangehouden.

Het aanwezige banksaldo ontstaat merendeels door bankrekeningen die BZ aanhoudt in het buitenland in beheer bij de Nederlandse Vertegenwoordigingen.

Betalingsopdrachten Vertegenwoordigingen betreffen uitgegeven cheques die per 31 december nog niet zijn afgeschreven van de bankrekeningen van de Vertegenwoordigingen en de Kruisposten bevat onder andere uit Nederland overgemaakte gelden welke nog niet op lokale bankrekeningen zijn bijgeschreven per 31 december.

4a Rekening-courant RHB

Tabel 21 Rekening-courant RHB (credit 10.876.632 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Rekening-courant RHB

10.874.825

11.618.166

Te verrekenen tussen BuZa en BHOS

1.807

1.414

Totaal

10.876.632

11.619.580

Op de rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding is de financiële verhouding met het Ministerie van Financiën weergegeven. Het verschuldigde saldo op de rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding is in overeenstemming met de opgave van de RHB. Door de splitsing van de balans tussen BHOS en BZ is er een te verrekenen bedrag tussen de twee balansen noodzakelijk om evenwicht te creëren. Het te verrekenen bedrag ontstaat doordat er ná de verrekening van de maand december nog correcties plaatsvinden die invloed hebben op de verhouding BZ en BHOS. De verrekening van dit bedrag zal bij de RHB plaatsvinden met verrekenstukken in het komende jaar.

6 Vorderingen buiten begrotingsverband

Onder deze post zijn de vorderingen opgenomen, die zijn ontstaan als gevolg van uitgaven ten behoeve van derden.

Tabel 22 Vorderingen buiten begrotingsverband (debet 86.792 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

6.1 Ministeries

12.140

10.708

6.2 Overige vorderingen

11.523

8.857

6.3 ICC

63.129

65.087

Totaal

86.792

84.652

Het bedrag bij 6.3 ICC betreft de lening die verstrekt is ten behoeve van de nieuwbouw van het International Criminal Court. De vordering is een 2,5% annuiteitenlening met een looptijd tot en met 2046.

Tabel 23 Mate van opeisbaarheid en ouderdom vorderingen buiten begrotingsverband (x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

Totaal

2023

2022

2021

2020 en ouder

Direct opeisbaar ministeries

12.140

12.130

10

0

0

Direct opeisbaar overige vorderingen

6.633

4.755

542

157

1.179

Totaal direct opeisbare vorderingen

18.773

16.885

552

157

1.179

Op termijn opeisbare vorderingen

67.962

    

Geconditioneerde vorderingen

57

    

Totaal

86.792

    

6.1 Ministeries

Tabel 24 Ministeries ingevorderd en in te vorderen (debet 12.140 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

114

109

Sociale Zaken en Werkgelegenheid

115

86

Infrastructuur en Waterstaat

411

1.596

Volksgezondheid, Welzijn en Sport

134

67

Economische Zaken en Klimaat

5.804

4.466

Algemene Zaken

25

2

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

831

385

Financiën

353

254

Defensie

1.790

1.678

Justitie en Veiligheid

2.563

2.065

Totaal

12.140

10.708

6.2 Overige vorderingen

Deze categorie vorderingen heeft betrekking op derden zoals particulieren, bedrijven en dergelijke. Deze vorderingen ontstaan zowel op het departement als op de Vertegenwoordigingen in het buitenland.

Tabel 25 Externe debiteuren (debet 11.523 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Persoonlijke rekeningen

512

445

In te vorderen externe debiteuren

352

654

Te vorderen BTW (buitenland)

4.951

3.398

Ter plaatse te verrekenen uitgaven buitenland

4.833

3.373

Ingevorderd overige

875

987

Totaal

11.523

8.857

7 Schulden buiten begrotingsverband

Hieronder vallen schulden ontstaan door ontvangsten en inhoudingen die met derden verrekend zullen worden.

Tabel 26 Schulden buiten begrotingsverband (credit 69.938 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Nog af te dragen loonheffing en premies

0

23

Af te lossen ICC-lening

65.981

69.303

Ter plaatse te verrekenen

701

459

Silent partnerships

3.058

4.019

Diverse overige schulden

198

9.096

Totaal

69.938

82.900

Van het Ministerie van Financien is een lening ontvangen ter financiering van de nieuwbouw van het International Criminal Court. De lening wordt tot en met 2039 in de vorm van een 3,56% annuiteitenlening afgelost. Zie de toelichting bij 6.3 inzake de verstrekte lening aan het ICC.

Tabel 27 Mate van ouderdom schulden buiten begrotingsverband (x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

Totaal

2023

2022

2021 en ouder

Intracomptabele schulden

69.938

333

2.978

66.627

10 Vorderingen

Dit betreffen vorderingen die reeds ten laste van de begroting zijn gebracht en extracomptabel worden bewaakt. Deze vorderingen hebben vaak een langdurig karakter.

Tabel 28 Vorderingen (debet 37.322 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

(Huur) Waarborgsommen

4.503

4.379

Buiteninvordering gestelde vorderingen

4.846

2.201

Voorschot op ontslaguitkeringen

610

435

Overige

27.363

7.649

Totaal

37.322

14.664

Tabel 29 Mate van opeisbaarheid en ouderdom vorderingen (x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

Totaal

2023

2022

2021

2020 en ouder

Direct opeisbaar overige vorderingen

32.209

31.923

24

109

153

Geconditioneerde vorderingen

5.113

    

Totaal

37.322

    

11 Schulden

Tabel 30 Schulden (credit 10 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Diverse extracomptabele schulden

10

206

Totaal

10

206

De extracomptabele schuld bestaat uit vooruit ontvangen gelden van het EU Raadsbudget voor de reisenvelop (inclusief een overheveling van het overschot van de vertaalenvelop). In het volgende jaar worden de gemaakte kosten gedeclareerd en het teveel ontvangen voorschot wordt, na accordering van de declaratie, teruggestort aan de EU.

12 Voorschotten

Dit betreffen nog openstaande voorschotten, waarvan de uitgaven reeds ten laste van de begroting zijn gebracht. Afwikkeling vindt plaats op basis van ontvangen verantwoordingen.

Tabel 31 Voorschotten (debet 1.401.067 x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

31 december 2023

31 december 2022

Voorschotten

467.189

407.426

Voorschot Loyalis

2.057

1.726

EU-afdracht onder voorbehoud

919.952

979.605

Subtotaal

1.389.198

1.388.757

Voorschotten RVO

11.869

2.175

Voorschotten Invest

0

0

Totaal

1.401.067

1.390.932

Tot 31 december 2023 kent BZ een systeem van tussentijds verantwoorden van voorschotten op basis van monitoringsinformatie van de contractpartij. Deze monitoringsinformatie bestaat uit inhoudelijke en financiële jaarrapporten aangevuld met accountantsrapportages afhankelijk van de omvang van de activiteit. Per 1 januari 2024 heeft een systeemwijziging plaatsgevonden en komt het tussentijds verantwoorden te vervallen. Dit zal effect hebben op de omvang van de openstaande voorschotten en de ouderdom.

In de periode 2020 tot en met 2023 is een aantal EU-afdrachten aan de Europese Commissie onder voorbehoud gedaan. Een betaling onder voorbehoud houdt in dat Nederland het gevraagde bedrag afdraagt met een voorbehoud ten aanzien van de gegrondheid van het standpunt van de Commissie. Per 31 december 2023 bedraagt het totaal aan openstaande bedragen EUR 919,952 miljoen. Dit betreft een daling van per saldo EUR 59,653 mljoen ten opzichte van 31 december 2022.Voor een toelichting op mutaties die gedurende het jaar 2023 hebben plaatsgevonden wordt verwezen naar de Eerste Stand van zakenbrief Douane 2023, de Kamerbrief stand van zaken Douane december 2023 en de begrotingsstukken van het Ministerie van Financiën 2023.

Tabel 32 Ouderdom voorschotten (x EUR 1.000)

Ouderdomsanalyse voorschotten (x 1.000 EUR)

 

31 december 2023

31 december 2022

Verstrekt in 2016 en ouder

 

29

29

Verstrekt in 2017

 

258

2.718

Verstrekt in 2018

 

8.506

11.047

Verstrekt in 2019

 

6.414

14.028

Verstrekt in 2020

 

664.920

682.552

Verstrekt in 2021

 

286.338

349.326

Verstrekt in 2022

 

247.320

331.232

Verstrekt in 2023

 

187.282

0

Totaal

 

1.401.067

1.390.932

Tabel 33 Opbouw openstaande voorschotten (exclusief RVO) (x EUR 1.000)

Specificatie x 1.000 EUR

 

31 december 2023

31 december 2022

Openingsbalans

 

1.388.757

1.238.617

Bij: Verstrekte voorschotten

 

275.378

335.014

Af: Verantwoorde voorschotten

 

268.799

200.496

Af/Bij: Herwaardering naar nieuwe corporate rate

 

6.138

15.622

Eindbalans

 

1.389.198

1.388.757

De voorschottenstand bestaat uit alle betalingen voor activiteiten waarover verantwoording moet plaatsvinden.

13 Garantieverplichtingen

Tabel 34 Garantieverplichtingen (debet 176.743 x EUR 1.000)

Opbouw openstaande Garantieverplichtingen:

 

Specificatie x 1.000 EUR

 

31 december 2023

31 december 2022

Openingsbalans

 

176.743

 

Bij: Aangegane verplichtingen

 

0

 

Af: Tot betaling gekomen verplichtingen

 

0

 

Af: Negatieve bijstellingen

 

0

 

Eindbalans

 

176.743

176.743

Tabel 35 Garantieverplichtingen (x EUR 1.000)
  

Specificatie x 1.000 EUR

 

31 december 2023

31 december 2022

Council of Europe Development Bank (CEB)

 

176.743

176.743

De garantieverplichting die uitstaat bij de CEB betreft het niet volgestorte aandelenkapitaal. In 2023 is de waarde van de garantieverplichting niet gewijzigd.

14 Andere verplichtingen

Opbouw openstaande verplichtingen:

Tabel 36 Andere verplichtingen (debet 1.384.694 x EUR 1.000)

Opbouw openstaande verplichtingen:

 

Specificatie x 1.000 EUR

 

31 december 2023

31 december 2022

Openingsbalans

 

768.252

775.232

Bij: Correctie beginstand

 

328.932

0

Bij: Aangegane verplichtingen

 

12.433.013

12.893.380

Af: Tot betaling gekomen verplichtingen

 

12.145.545

12.900.360

Af: Negatieve bijstellingen

 

0

0

Bij: Correctie eindstand conversie

 

42

0

Eindbalans

 

1.384.694

768.252

Er hebben geen omvangrijke negatieve bijstellingen op verplichtingen boven de EUR 30 miljoen uit voorgaande boekjaren plaatsgevonden in 2023.

Correctie beginstand

Voor de verantwoording van de verplichtingen in het jaarverslag voor artikel 7 (apparaat) heeft het ministerie van Buitenlandse Zaken in het verleden de zogenaamde «V=K methode» gebruikt, waarbij de verplichtingen gelijk worden gesteld aan de kasuitgaven. Soms werd ten onrechte gebruik gemaakt van deze methode. Vanaf dit jaarverslag is de stand van de verplichtingen in de administratie aangehouden zonder een algemene omzetting naar kasuitgaven. Hierdoor zullen de meerjarige verplichtingen van huren, onderhoud en externe inhuur worden meegenomen en is er een toename van de aangegane verplichtingenstand. Deze correctie van de beginstand betreft een verhoging van EUR 328 miljoen.

Correctie eindstand conversie

Per 1 januari 2024 is BuZa overgestapt op een nieuw financieel softwarepakket. Bij de conversie is geconstateerd dat de openstaande verplichtingenstand per 31 december 2023 in het nieuwe systeem afweek van het oude systeem, veroorzaakt door een aantal onjuiste mutaties in het oude systeem.

15 Deelnemingen

De post deelnemingen bestaat uit aandelen in internationale instellingen. Voor het niet volgestorte deel (callable capital) is een garantieverplichting verstrekt die onder 13. Garantieverplichtingen is opgenomen.

De deelneming kan als volgt gespecificeerd worden. De laatste kolom van het overzicht vermeldt de voting power ultimo 2023. Naast de omvang van de deelneming in aandelen kan dit percentage ook beinvloed zijn door bijvoorbeeld de omvang van de middelenaanvullingen.

Tabel 37 Deelnemingen (debet 22.070 x EUR 1.000)
     

Specificatie x 1.000 EUR

 

31 december 2023

31 december 2022

Voting power in %

     

Council of Europe Development Bank (CEB)

 

22.070

22.070

3,564

In 2023 is de waarde van de deelneming niet gewijzigd. Zie ook bij Niet uit de saldibalans blijkende bestuurlijke verplichtingen.

Niet uit de saldibalans blijkende bestuurlijke verplichtingen:

Convenant Ministerie van Defensie

In 2021 is het convenant inzake de inzet van KMAR bij de beveiliging van Nederlandse Hoog Risico Vertegenwoordigingen van het Koninkrijk der Nederlanden in het Buitenland, vernieuwd. Jaarlijks vindt een voortgangsoverleg plaats, in 2024 vindt een schriftelijke evaluatie plaats. De kosten voor de periode tot en met 2025 worden geraamd op EUR 25,2 miljoen per jaar. Op begrotingsniveau wordt dit verrekend met het Ministerie van Defensie.

Kapitaalverhoging Ontwikkelingsbank Raad van Europa

De Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa (CEB) heeft in 2023 een kapitaalverhoging in gang gezet, welke op 31 december 2023 nog niet aan de vereiste drempelwaarde voldeed. Nederland heeft in 2023 toegezegd om deel te nemen aan deze kapitaalverhoging en heeft ook een deel betaald (eur 21,8 mln) en is opgenomen onder de Overige Vorderingen. Het nog niet volgestorte deel van de verhoging bedraagt eur 110,7 mln en wordt opgenomen als een niet uit de balans blijkende verplichting. De kapitaalverhoging treedt 29 februari 2024 in werking waarna de vordering komt te vervallen de verplichting voor het garantiekapitaal zal worden opgenomen.

Niet uit de saldibalans blijkende financiële risico's voortkomend uit lopende juridische procedures

Op dit moment zijn op het beleidsterrein van Buitenlandse Zaken geen rechtszaken aanhangig bij het ministerie van Buitenlandse Zaken met een substantieel geclaimd bedrag van EUR 25 miljoen of hoger.

9. WNT-verantwoording 2023 Ministerie van Buitenlandse Zaken

De Wet normering topinkomens (WNT) bepaalt dat de bezoldiging en eventuele ontslaguitkeringen van topfunctionarissen in de publieke en semi-publieke sector op naamsniveau vermeld moeten worden in het financieel jaarverslag. Deze publicatieplicht geldt tevens voor topfunctionarissen die bij een WNT-instelling geen - al dan niet fictieve - dienstbetrekking hebben of hadden. Daarnaast moeten van niet-topfunctionarissen de bezoldiging (zonder naamsvermelding) gepubliceerd worden indien deze het wettelijk bezoldigingsmaximum te boven gaan. Niet-topfunctionarissen zonder dienstverband vallen echter buiten de reikwijdte van de wet.

Voor dit departement heeft de publicatieplicht betrekking op onderstaande functionaris. De bezoldigingsgegevens van de leden van de Top Management Groep zijn opgenomen in het jaarverslag van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Het algemeen bezoldigings­maximum bedraagt in 2023 € 223.000.

Er zijn geen functionarissen die in 2023 een bezoldiging boven het toepasselijke bezoldigingsmaximum hebben ontvangen, of waarvoor in eerdere jaren een vermelding op grond van de Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens (WOPT) of de WNT heeft plaatsgevonden of had moeten plaatsvinden. Er zijn in 2023 geen ontslaguitkeringen betaald die op grond van de WNT dienen te worden gerapporteerd.

Tabel 38 Bezoldiging topfunctionarissen die hun werkzaamheden als topfunctionaris hebben neergelegd, maar die op grond van hun voormalige functie nog 4 jaar worden aangemerkt als topfunctionaris

Naam instelling

Naam topfunctionaris

Huidige functie functionaris

Datum aanvang dienstverband (indien van toepassing)

Datum einde dienstverband (indien van toepassing)

Dienstverband in fte (+ tussen haakjes omvang in 2022)

Op externe inhuur-basis (nee; <= 12 kalender-mnd; > 12 kalender-mnd)

Beloning plus onkostenvergoedingen (belast) (+ tussen haakjes bedrag in 2022)

Voorzieningen t.b.v. beloningen betaalbaar op termijn (+ tussen haakjes bedrag in 2022)

Totale bezoldiging in 2023 (+ tussen haakjes bedrag in 2022)

Individueel toepasselijk bezoldigingsmaximum

Motivering en bedrag (indien overschrijding)

Aangemerkt als topfunctionaris tot uiterlijk (datum)

Functie als functionaris

Min. van Buitenlandse Zaken

Mevr. ir. R.M. Buijs MPH

Hoofddirecteur Personeel & Organisatie

  

1,0 (1,0)

nee

€ 149.421 (€ 167.524)

€ 22.557 (€ 23.027)

€ 171.978 (€ 190.551)

€ 223.000

 

18-8-2023

Waarnemend Directeur-Generaal Internationale Samenwerking

D. BIJLAGEN

Bijlage 1: Toezichtrelaties rwt's en zbo's

Tabel 39 Overzichtstabel inzake RWT’s en ZBO’s van [naam ministerie] (Bedragen x € 1.000)

Naam ZBO/RWT[hyperlink invoegen bij naam]

Begrote bijdrage moederdepartement aan ZBO/RWT

Gerealiseerde bijdrage moederdepartement aan ZBO/RWT

Begrote bijdrage overige departementen

Gerealiseerde bijdrage overige departementen

Bijzonderheden

Bedrag

0

0

0

0

Ja/Nee

Bijzonderheden

Indien bij bijzonderheden «ja» ingevuld, uitleggen welke bijzonderheid er bij deze ZBO/RWT speelt inclusief duiding.

Buitenlandse Zaken is niet verantwoordelijk voor rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT's) of zelfstandige bestuursorganen (ZBO's), vandaar dat de bovenstaande tabel leeg is.

Bijlage 2: Moties en toezeggingen

Door de Staten-Generaal aanvaarde moties

Omschrijving van de motie

Vindplaats

Stand van zaken

Motie 21 501-02 nr. 2586 – Ceder en Agnes Mulder over onderzoeken hoe in Europees verband de druk op Azerbeidzjan opgevoerd kan worden om de blokkade te beëindigen

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2587 - Sjoerdsma c.s. over alle illegitieme Iraanse functionarissen en spionnen gelieerd aan de Revolutionaire garde of het Iraanse regime Nederland uitzetten

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 28 maart 2023 , Kamerstuk 21 501-02 nr. 2626

Motie 21 501-02 nr. 2592 - Agnes Mulder/Boswijk over in kaart brengen van de gevolgen van de militaire leveranties aan Oekraïne voor de operationele gereedheid van de krijgsmacht

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 13 februari 2023, Kamerstuk 21501-28 nr. 250, d.d. 20 februari 2023, Kamerstuk 36045 nr. 151, d.d. 21 maart 2023, Kamerstuk 21501-28 nr.252

Motie 21 501-02 nr. 2593 - Brekelmans c.s. over een plan om de munitieproductie in Europa te verhogen ten behoeve van steun aan Oekraïne

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 17 maart 2023, Kamerstuk 21501-20 nr.1948

Motie 21 501-20, nr. 1908 - Piri c.s. over onderzoeken wat de opties zijn om de Wagner Group alsnog op de EU-lijst met terroristische organisaties te plaatsen

Debat over de Europese top van 9 en 10 februari 2023 d.d. 8 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 9 maart 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2620

Motie 21 501-20, nr. 1915 - Van der Plas/Sjoerdsma over zich in Europees verband verzetten tegen de legalisering van pushbacks

Debat over de Europese top van 9 en 10 februari 2023 d.d. 8 februari 2023

Voorlopig voldaan in Geannoteerde agenda JBZ-Raad 9 en 10 maart 2023, d.d. 27 februari 2023, Kamerstuk 32 317 nr.824

Motie 21 501-20, nr. 1925 - Omtzigt c.s. over brede publieke steun bij EU-bondgenoten verwerven voor de conclusies van het JIT

Debat over de Europese top van 9 en 10 februari 2023 d.d. 8 februari 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr 1907 - Jasper van Dijk en Omtzigt over in Brussel bepleiten dat de jaarrekeningen en jaarverslagen van de Europese Vredesfaciliteit openbaar worden gemaakt

Debat over de Europese top van 9 en 10 februari 2023 d.d. 8 februari 2023

In behandeling

Motie 36 045 nr 146 - Brekelmans en Agnes Mulder over de beschikbare inlichtingen van de Nederlandse inlichtingen- en veiligheidsdiensten optimaal betrekken bij het sanctiebeleid

Debat over de Nederlandse steun aan Oekraine d.d. 21 februari 2023

In behandeling

Motie 36 045 nr 145 - Jasper van Dijk en Hammelburg over het inventariseren van de mogelijkheden om te voorkomen dat Nederlandse en Europese goederen in vijandelijke wapens terechtkomen

Debat over de Nederlandse steun aan Oekraine d.d. 21 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 13 april 2023, Kamerstuk 36 045 nr.156

Motie 36 180, nr. 40 - Mutluer en Piri over in kaart brengen in hoeverre getroffenen tegen problemen aanlopen bij hun tijdelijke visumaanvraag en hier oplossingen voor aandragen, en binnen twee weken de Kamer hierover informeren

Tweeminutendebat Humanitaire hulp na aardbeving Turkije en Syrië (CD 22/2) d.d. 23 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 21 april 2023, Kamerstuk 36 180 nr. 55

Motie 21 501-20 nr. 1942- Van Wijngaarden c.s. over de afhankelijkheid van Zwitserse wapens en munitie verminderen

Debat over de Europese top van 23 en 24 maart 2023 d.d. 21 maart 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2629 - Van der Lee/Piri over de invulling van het ontmoedigingsbeleid ten aanzien van activiteiten in bezette Palestijnse gebieden in de praktijk

Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken van 21 februari 2023 d.d. 6 april 2023

In behandeling

Motie 30 950, nr. 338 - Van Baarle over diversiteitstrainingen en inclusietrainingen bij het Rijk een niet-vrijblijvend karakter geven

Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30 950 nr. 350

Motie 30 950, nr. 341 - Van der Lee/Piri over training op het gebied van diversiteit en inclusie en het bestrijden van racisme een verplicht onderdeel maken van het werken bij Buitenlandse Zaken

Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30 950 nr. 350

Motie 30 950, nr. 343 - Sjoerdsma over disciplinaire maatregelen treffen tegen mensen die in overtreding zijn geweest op het punt van racisme en discriminatie

Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30 950 nr. 350

Motie 30 950, nr. 344 - Sylvana Simons over het nemen van expliciete maatregelen die het welzijn en de veiligheid van medewerkers die racisme ervaren op korte termijn centraal stellen

Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30 950 nr. 350

Motie 21 501-02, nr. 2638 - Sjoerdsma/Van Wijngaarden over de vergaande abortussenwetten en de toegang tot normale rechtsgang op dit thema met Polen bespreken

Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken van 21 februari 2023 d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 22 januari 2024, Kamerstuk 30 420 nr. 388

Motie 21 501-02, nr. 2641 - Sjoerdsma/Brekelmans over met bondgenoten starten met het trainen van Oekraïense militairen voor geavanceerde Westerse wapensystemen

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 14 juni 2023, Kamerstuk 36 045 nr. 164

Motie 21 501-02, nr. 2644 - Brekelmans c.s. over de eenheid binnen de EU, met de VS en andere Westerse bondgenoten ten aanzien van Chinese agressie richting Taiwan bevorderen

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2643 - Brekelmans c.s. over breder onderzoek verrichten naar Chinese intimidatie van en inmenging in Nederlandse media

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

In behandeling, eerder opgenomen in brief d.d. 16 mei 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2658

Motie 36 259, nr. 12 - Van der Lee c.s. over de inkomsten voor de Russische staat verder afknijpen door nadrukkelijker te kijken naar sancties tegen de nucleaire-energiesector

Debat over de Staat van de Europese Unie d.d. 25 mei 2023

In behandeling

Motie 36 259, nr. 13 - Van der Lee c.s. over advies van de AIV over mogelijke strategieën en drukmiddelen om het dwarsliggen van Hongarije een halt toe te roepen

Debat over de Staat van de Europese Unie d.d. 25 mei 2023

Aan voldaan per brief d.d. 31 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2775

Motie 36 259, nr. 14 - Van der Lee/Piri over onderzoeken hoe Nederland proactief kan deelnemen aan de Europese alliantie voor batterijen

Debat over de Staat van de Europese Unie d.d. 25 mei 2023

In behandeling

Motie 36 259 nr 2 - Van Wijngaarden c.s. over een plan hoe Nederland zijn representativiteit van ambtenaren in EU-instellingen kan vergroten

Debat over de Staat van de Europese Unie d.d. 25 mei 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2673 - Dassen over de Kamer voor de zomer informeren over specifieke verbeterpunten van het spitzenkandidatensysteem

Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken van 27 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 november 2023, Kamerstuk 21501-02 nr.2778

Motie 21 501-02 nr. 2679 - Kuzu over in Europees verband bepleiten dat het beperken van de instroom nooit inwisselbaar mag zijn voor mensenrechten

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2680 - Brekelmans/Sjoerdsma over een voortvarend plan voor ophoging van de productie en levering aan Oekraïne van wapens, inzetvoorraden en operationele ondersteuningssystemen

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2681 - Sjoerdsma c.s. over een landencoalitie om de Raad te bewegen richting het ambitieuzere Commissievoorstel

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

Overgenomen door EZK

Motie 21 501-02 nr. 2683 - Piri c.s. over in contacten met Tunesië consequent aandacht besteden aan de noodzaak van democratische hervormingen en mensenrechten

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2684 - Ceder/Van der Staaij over terroristische aanslagen op onschuldige burgers steeds ondubbelzinnig en onvoorwaardelijk blijven veroordelen

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1957 – Piri c.s. over binnen de EU pleiten om een duurzame oplossing voor de twee conflicten in de Westelijke Balkan grote prioriteit te geven

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1959 – Krul c.s. over de winsten van beschikbare middelen die bevroren zijn onder de 11 sanctiepakketten waar juridisch mogelijk inzetten in de continuerende solidariteit met Oekraïne

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1960 – Van Wijngaarden c.s. over een herzieningsvoorstel tot wijziging van de methode voor de jaarlijkse automatische ophoging van de lonen van EU-functionarissen en -politici

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1961– Van Wijngaarden c.s. over de Kamer een appreciatie van het rapport over Georgië toesturen

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1963– Drost c.s. over alleen instemmen met een migratieovereenkomst met Tunesië wanneer feitelijke naleving van mensenrechten van migranten gegarandeerd en controleerbaar is

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

Motie 21 501-20 nr. 1966–Gündogan/Van Wijngaarden over de voortzetting van Nuctech als leverancier van hoogwaardige scanapparatuur voor overheidsdiensten nogmaals grondig tegen het licht houden

Debat over de Europese Top d.d. 28 juni 2023

In behandeling

EK - Motie 36 200 V, J - Karimi c.s. over ernstige en systematische schendingen van de mensenrechten in Iran

Algemene Europese Beschouwingen (3e termijn)

In behandeling

Motie 21 501-02 nr 2693 - Piri c.s. over zich in Europees verband extra inspannen om zo snel mogelijk visumvrij reizen voor Surinamers mogelijk te maken

Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken van 10 juli 2023 d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr 2694 - Van Wijngaarden c.s. over in EU-verband gevolgen verbinden aan de opnieuw geconstateerde Hongaarse rechtsstatelijke tekortkomingen voordat het Hongaarse voorzitterschap van start zal gaan

Tweeminutendebat Raad Algemene Zaken van 10 juli 2023 d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 29 754 nr. 686 - Piri c.s. over een actieplan voor hulp aan de jezidi-gemeenschap in Noord-Irak

Tweeminutendebat Terrorisme/Extremisme d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 35 207 nr 68 - Kuzu over in EU-verband pleiten voor een Risk Treatment door de European Union Agency for Cybersecurity

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

Aan voldaan per brief d.d. 31 juli 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2705

Motie 35 207 nr 69 - Brekelmans over onderzoeken welke maatregelen mogelijk zijn om op grond van nationale veiligheid beperkingen op te leggen aan de verlening van erkend referentstatus

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 35 207 nr 72 - Sjoerdsma/Brekelmans over een duidelijk tijdspad met doelstellingen opstellen om onze risicovolle strategische afhankelijkheden te verminderen

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 35 207 nr 73 - Eppink over onderzoeken hoe we de samenwerkingsverbanden met Taiwan kunnen intensiveren met het oog op cyberveiligheid

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 35 207 nr 74 - Dassen c.s. over de Chinese afhankelijkheden van Nederland in kaart brengen

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 35 207 nr 76 - Van der Lee/Piri over al dan niet vertrouwelijke proportionele reacties voorbereiden om acties vanuit China die de status quo ten aanzien van Taiwan ondermijnen te kunnen beantwoorden

Tweeminutendebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

Motie 21 501 02 nr. 2710 – Ceder en Van der Plas over in navolging van Benelux-landen België en Luxemburg niet meer spreken van de ‘kwestie van de Armeense genocide’ maar van ‘de Armeense genocide’

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

In behandeling

Motie 36 410 nr. 31(Gewijzigd) – Bikker/Omtzigt over in Europees verband nagaan of sancties ingezet kunnen worden indien de situatie in Nagorno-Karabach dreigt te verslechteren en rechten niet gewaarborgd worden

APB d.d. 21 september 2023

Gedeeltelijk voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2776

Motie 36 410 nr. 43 – Dassen c.s. over een impactanalyse per ministerie met betrekking tot de effecten en de toepassing van kunstmatige intelligentie door de overheid, op de banen van de toekomst, beleidsontwikkeling en onze manier van werken

APB d.d. 21 september 2023

Gedeeltelijk voldaan per brief door EZK d.d. 22 december 2023, Kamerstuk 26 643 nr. 1112

Motie 32 735, nr. 371 - Boswijk over een structureel interdepartementaal afstemmingsoverleg op het gebied van mensenrechten

NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

Motie 32 735, nr. 372 - Boswijk over structureel overleg met een brede vertegenwoordiging van maatschappelijke organisaties die zich inzetten voor mensenrechten wereldwijd

NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

Motie 32 735, nr. 373 (gewijzigd) - Brekelmans over geen onomkeerbare stappen zetten in de keuze voor een instrument omtrent het recht op een schone leefomgeving

NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

Motie 32 735, nr. 374 - Brekelmans over binnen de EU het voortouw nemen om te komen tot plaatsing van de Iraanse Revolutionaire Garde op de EU-terreurlijst

NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2720 - Boswijk c.s. over er bij Israël voor pleiten om voedsel, water, brandstof, medicijnen en medische hulpgoederen naar Gaza door te laten

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2776

Motie 21 501-02, nr. 2721- Boswijk over onderzoek doen naar de aanhang van en steun voor terreurorganisatie Hamas in Nederland

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2723 - Jasper van Dijk c.s. over er bij Israël op aandringen dat de levering van primaire levensbehoeften richting Gaza doorgang moet vinden

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2776

Motie 21 501-02, nr. 2727 - De Roon/Wilders over er zorg voor dragen dat de beveiliging van Joodse objecten als scholen en synagogen op de meest optimale wijze gegarandeerd wordt en blijft

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2729 - Stoffer over in EU- en VN-verband steun uitspreken voor het Israëlische recht op zelfverdediging

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-02, nr. 2732 - Ceder over andere lidstaten oproepen een eventueel Armeens verzoek voor militaire steun vanuit de EU met een positieve grondhouding te bezien

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2776

Motie 21 501-02, nr. 2733 - Ceder over op basis van feiten beoordelen of de vlucht van de Armeense bevolking uit Nagorno-Karabach na de blokkade van en aanval op de enclave neerkomt op etnische zuivering

Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 12 oktober 2023

In behandeling

Motie 35 228, nr. 44 - Becker c.s. over een integrale aanpak ongewenste buitenlandse beïnvloeding, inclusief een centraal meldpunt

Tweeminutendebat Buitenlandse inmenging d.d. 11 oktober 2023

In behandeling

Motie 35 228, nr. 45 - Becker over contacten voorkomen met organisaties die integratie hebben tegengewerkt en/of een ongewenste agenda van buitenlandse beïnvloeding voorstaan

Tweeminutendebat Buitenlandse inmenging d.d. 11 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501- 02 nr. 2752 - Brekelmans en Ellian over zich inzetten voor een krachtige Europese verklaring tegen antisemitisme, bedreiging en intimidatie van de Joodse gemeenschap in Europa

Debat Europese Top d.d. 24 oktober 2023

Overgenomen door JenV

Motie 21 501-02, nr. 2750 - Piri/Sjoerdsma over in EU-verband pleiten voor onmiddellijke levering van schoon drinkwater, brandstof en medische hulpmiddelen aan UNRWA

Debat Europese Top d.d. 24 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 23 oktober 2023, Kamerstuk 21501-20 nr.1974

Motie 21 501-02, nr. 2753 -Ceder/Bisschop over de maatregelen die landen als Duitsland en Frankrijk tegen Hamasaanhangers hebben genomen in kaart brengen

Debat Europese Top d.d. 24 oktober 2023

Overgenomen door JenV

Motie 21 501-02, nr. 2756 - Van Haga over niet akkoord gaan met enig voorstel met een detectiebevel op basis van client-side scanning

Debat Europese Top d.d. 24 oktober 2023

Overgenomen door JenV

Motie 21 501-02 nr. 2766 - Sjoerdsma c.s. over het zo snel mogelijk vrijgeven van Europese middelen zodra een nieuwe Poolse regering de vereiste rechtsstaathervormingen heeft doorgevoerd

Tweeminutendebat Informele Raad Algemene Zaken van 27-28 september 2023 d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2767 - Sjoerdsma c.s. over zo snel mogelijk de artikel 7-procedure tegen Hongarije verder brengen en Hongarije het stemrecht in de EU ontnemen

Tweeminutendebat Informele Raad Algemene Zaken van 27-28 september 2023 d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-02 nr. 2768 (gewijzigd) - Sjoerdsma over in Europees verband pleiten voor met de VS gecoördineerde afbouw van sancties op Kosovo

Tweeminutendebat Informele Raad Algemene Zaken van 27-28 september 2023 d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 27 925 nr. 949 - Piri c.s. over EUPOL-bewakers en tolken die werkzaamheden hebben verricht voor een Nederlandse EUPOL-functionaris betrekken bij het traject voor de ambassadebewakers

Tweeminutendebat Consulaire zaken en stand van zaken evacuaties Afghanistan d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 27 925 nr. 951 (gewijzigd) - Sjoerdsma-Brekelmans over zorgen dat het loket Nederland Wereldwijd in gepast klantcontact mensen wijst op de mogelijkheid om zich te registreren als kiezer buiten Nederland

Tweeminutendebat Consulaire zaken en stand van zaken evacuaties Afghanistan d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 36 410-V nr. 11 - Sjoerdsma over de revolutie van miljoenen dappere Iraniërs voor een vrije, democratische samenleving blijvend steunen

Tweeminutendebat Iran d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 36 410-V nr. 8 - Ceder over op de geëigende manieren onderzoek doen naar de precieze rol van de Iraanse Republikeinse Garde in de terreuraanval van 7 oktober

Tweeminutendebat Iran d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 36 410-V nr. 9 - Brekelmans c.s. over een oplossing zoeken voor de lacune opdat aanwijzing van de Iraanse Revolutionaire Garde als terreurorganisatie kan geschieden

Tweeminutendebat Iran d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1978 - Tuinman/Van Campen over zo spoedig mogelijk samen met Europese partners orders plaatsen voor de gangbare munitiesoorten

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1979 -Tuinman/Veldkamp over potentiële nieuwe kandidaat-lidstaten met zwakkere economieën niet gelijk ook toe laten treden tot de EMU

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 2003 - Koekkoek c.s. over zich inzetten voor daadkrachtige en effectieve toegang tot hulp voor de burgers in Gaza

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1983 - Paternotte/Veldkamp over bilaterale steun en expertise aanbieden aan Oekraïne en Moldavië bij het voldoen aan de Kopenhagencriteria en het EU-acquis

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1984 - Paternotte c.s. over zich Europees inspannen voor een visumverbod voor kolonisten die geweld plegen en het verheerlijken

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1991 - Ceder over erop aandringen dat UNRWA en Rode Kruis zich ervoor inzetten dat hulp voor kwetsbare minderheden hen daadwerkelijk bereikt

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1995 - Piri/Paternotte over ondersteuning en waarborging van mensenrechtenorganisaties in Israël en de Palestijnse gebieden

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1997 - Veldkamp c.s. over bij verdragswijziging een clausule inbouwen waarmee een opt-out voor EU-afspraken op het gebied van asiel en migratie mogelijk wordt

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 21 501-20, nr. 1999 - Van Campen c.s. over de Nederlandse prioriteiten bij toekomstige EU-hervormingen in kaart brengen

Debat over de Europese top van 14 en 15 december 2023 d.d. 12 december 2023

In behandeling

Motie 29 754 nr. 704 - Diederik van Dijk over zich in Europees verband inspannen voor een visumverbod voor aanhangers en sympathisanten van Hamas

Tweeminutendebat Terrorisme/extremisme d.d. 20 december 2023

Aan voldaan per brief d.d. 15 januari 2024, Kamerstuk 2024Z00279

Door bewindslieden gedane toezeggingen

Omschrijving van de toezegging

Vindplaats

Stand van zaken

De minister zegt toe het onderwerp «omzeiling van sancties» in te brengen in de Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari en daar in het verslag op terug te komen.

TZ202301-023, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 31 januari 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2602

De minister zegt toe de Kamer in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari te informeren over de toegevoegde waarde van, en mogelijkheden voor, het ondersteunen van civil society door de financiering van satellietverbindingen.

TZ202301-024, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 31 januari 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2602

De minister zegt toe om, in overleg met de minister van Justitie en Veiligheid, de Kamer in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari te informeren over de opvolging van meldingen door Iraniërs in Nederland inzake ongewenste buitenlandse beïnvloeding door Iran en daarbij de positie van de wijkagent mee te nemen.

TZ202301-025, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 januari 2023 d.d. 19 januari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 31 januari 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2602

De minister zegt toe om na overleg met EZK, BHOS en DEF voorafgaand op of in de volgende vergadering terug te komen op de vraag dat er bedrijven zijn in NL die een extra stap zouden kunnen zetten in de oorlogseconomie.

Vragenuur d.d. 31 januari 2023

Toezegging overgedragen aan EZK

De minister zegt toe om over 3 weken na bespreking van het sanctiepakket in de Kamer meer over het bericht «Miljoenen chips Nederlandse fabrikanten belanden in Rusland ondanks sanctie» te kunnen zeggen

Vragenuur d.d. 31 januari 2023

KV over onderwerp beantwoord d.d. 7 maart 2023, Kamerstuk 2023Z01826

De minister komt schriftelijk terug op de positie van lokaal ambassadepersoneel in het kader van het onderzoek naar institutioneel racisme op het ministerie van Buitenlandse Zaken.

TZ202304-034, Commissiedebat Institutioneel Racisme d.d. 1 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 6 april 2023, Kamerstuk 30950 nr. 346

De minister zegt toe dat hij terugkomt op de tussenstand van exportcontroles na een gesprek met de andere betrokken ministers over de timing hiervan.

TZ202302-001, Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 6 februari 2023 / Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie d.d. 1 februari 2023

In behandeling. Genoemd in brief d.d. 8 maart 2023, Kamerstuk 22054 nr. 384

De minister zegt toe dat in de geannoteerde agenda over de Informele bijeenkomst van de ministers van Defensie d.d. 7 en 8 maart 2023 ingegaan wordt op de productie van munitie.

TZ202302-002, Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 6 februari 2023 / Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie d.d. 1 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 15 augustus 2023, Kamerstuk 21 501-28 nr. 256

De minister zegt toe dat het rapport over het beoordelen van het behalen van de mijlpalen van het herstelplan voorzien wordt van een kabinetsappreciatie.

TZ202302-003, Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 6 februari 2023 / Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie d.d. 1 februari 2023

In behandeling

De minister zegt toe dat de commissie Europese Zaken proactief wordt geïnformeerd over uitbetalingen aan polen en Hongarije gerelateerd aan de mijlpalen van het herstelplan.

TZ202302-004, Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 6 februari 2023 / Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie d.d. 1 februari 2023

In behandeling

De minister zegt toe dat hij terugkomt op de snelheid van ambtsberichten en met name het specifieke ambtsbericht inzake de huidige situatie in Iran.

TZ202302-005, Commissiedebat Raad Algemene Zaken d.d. 6 februari 2023 / Rechtsstatelijke ontwikkelingen in de Europese Unie d.d. 1 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 10 februari 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2607

De minister komt schriftelijk terug op de positie van lokaal ambassadepersoneel in het kader van het onderzoek naar institutioneel racisme op het ministerie van Buitenlandse Zaken.

TZ202304-034, Commissiedebat Institutioneel Racisme d.d. 1 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 6 april 2023, Kamerstuk 30950 nr. 346

De minister zegt toe om de Kamer te informeren over ondersteuning van de Surinaamse Politie op het gebied van uitrusting

Vragenuur d.d. 21 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 14 maart 2023, Kamerstuk 20361 nr. 208

De minister zegt toe om voor het einde van de week de Kamer te informeren over hoe we Suriname ook middels de Makandra gelden met additionele ondersteuning kunnen helpen.

Vragenuur d.d. 21 februari 2023

Aan voldaan per brief d.d. 14 maart 2023, Kamerstuk 20361 nr. 208

De minister zegt toe om halverwege april de Kamer per brief een update te sturen over de stand van zaken m.b.t. visumverlening aan slachtoffers van het aardbevingsgebied.

Vragenuur d.d. 14 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 21 april 2023, Kamerstuk 36180 nr. 55

De minister zegt toe om in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023 terug te komen op de vraag of de 2 miljard die binnen de Europese Vredesfaciliteit is voorzien voor de aanschaf en productie van munitie voldoende is om de productiecapaciteit voor munitie in Europa te versterken.

TZ202303-051, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 maart 2023. Kamerstuk 21501-02 nr. 2639

De minister zegt toe om de Kamer in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023 of per brief te informeren over de mogelijkheden om de Iraanse Revolutionaire Garde op de terroristenlijst te plaatsen en daarbij specifiek in te gaan op: a) voorbeelden uit het VK en de VS; b) opties voor een alternatieve juridische basis; c) mogelijkheden voor listings op basis van moordaanslagen waarbij het Iraanse regime betrokken is; d) mogelijkheden onder het mensenrechtenregime.

TZ202303-052, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 28 maart 2023, Kamerstuk 21501-02 nr.2626

De minister zegt toe de Kamer in de informatievoorziening over de Raad Buitenlandse Zaken te informeren over de uitvoering van de EU-monitoringsmissie in Armenië.

TZ202303-053, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 28 maart 2023, Kamerstuk 21501-02 nr.2626

De minister komt in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023 terug op het financieren van Marokkaanse mensenrechtenorganisaties.

TZ202303-054, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 28 maart 2023, Kamerstuk 21501-02 nr.2626

De staatssecretaris JenV zegt toe op korte termijn de kamer per brief te informeren over de controle van zaken waar HC's in NL dienst aan moeten voldoen en de vraag of aanscherping nodig is op deze controle, bv punt belangenverstrengeling en integriteit

Vragenuur d.d. 21 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 15 mei 2023, Kamerstuk 32734 nr. 54

De minister van Buitenlandse Zaken zal in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 20 maart 2023 terugkomen op de mogelijkheden om tot een nadere juridische onderbouwing te komen voor de plaatsing van de Iraanse Republikeinse Garde op de lijst van terroristische organisaties.

TZ202303-073, Debat over de Europese top van 23 en 24 maart 2023 d.d. 21 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 28 maart 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2626

De minister zegt toe dat de Kamer voorafgaand aan de top van regeringsleiders van de Raad van Europa in mei 2023 per brief wordt geïnformeerd over de Nederlandse inzet.

TZ202303-072, Commissiedebat Beleidskader Mondiaal Multilateralisme d.d. 22 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 1 mei 2023, Kamerstuk 20 043 nr. 132

In het verslag van de NAVO Ministeriële gaat de minister nader in op veiligheidsgaranties voor Oekraïne en hoe de Kamer hierover verder wordt geïnformeerd.

TZ202304-148, Commissiedebat NAVO Ministeriële 4-5 april 2023 d.d. 22 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 19 april 2023, Kamerstuk 28676 nr. 431

De minister zegt toe om de wijze waarop de Kamer wordt geïnformeerd over kernwapens in het kabinet te bespreken en komt daar op terug in het verslag van de NAVO-ministeriële of de eerstvolgende Raad Buitenlandse Zaken en neemt daarbij expliciet mee de modernisering van kernwapens.

TZ202304-149, Commissiedebat NAVO Ministeriële 4-5 april 2023 d.d. 22 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 19 april 2023, Kamerstuk 28676 nr. 431

De minister zegt toe om op de NAVO-ministeriële te bepleiten ook Zuid-Korea te betrekken bij het leveren van wapens en munitie aan Oekraïne.

TZ202304-150, Commissiedebat NAVO Ministeriële 4-5 april 2023 d.d. 22 maart 2023

Aan voldaan per brief d.d. 19 april 2023, Kamerstuk 28676 nr. 431

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe exitgesprekken op zijn ministerie te analyseren op rode draden en daar de Kamer te zijner tijd over te informeren in een Commissiedebat of een Kamerstuk.

TZ202304-133, Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Deels aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30950 nr.350

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe om de Kamer voor het zomerreces te informeren over hoe de positie van lokaal personeel versterkt kan worden n.a.v. het rapport over institutioneel racisme.

TZ202304-134, Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30950 nr. 350

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe een brief te sturen over de interpretatie en de mogelijkheden van de motie-Sjoerdsma over het personeelsbeleid (30950, nr. 342) en daarbij ook te rapporteren over de termijn waarop de actielijst kan worden uitgebreid naar een langetermijnvisie.

TZ202304-135, Tweeminutendebat Institutioneel racisme d.d. 6 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 juli 2023, Kamerstuk 30950 nr. 350

EK - De minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Apeldoorn (SP), toe in de brief over de kabinetsinzet ten aanzien van de Top over de Raad van Europa van 2023 eveneens de voortgang in de onderhandelingen over de toetreding van de EU tot het EVRM op te nemen.

T03585, Algemene Europese Beschouwingen d.d. 18 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 1 mei 2023, Kamerstuk 20 043 nr. 132

EK - De minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Backer (D66), toe in de brief over de kabinetsinzet ten aanzien van de Top over de Raad van Europa van 2023 eveneens de stand van zaken in de ratificatie van het verdrag van Istanbul van de Raad van Europa op te nemen.

T03584, Algemene Europese Beschouwingen d.d. 18 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 1 mei 2023, Kamerstuk 20 043 nr. 132

EK - De minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Karimi (GroenLinks), toe de kabinetsappreciatie op voorstellen van de Commissie betreffende de verdieping van het EU Democracy Action Plan te doen toekomen.

T03594, Algemene Europese Beschouwingen d.d. 18 april 2023

In behandeling

EK - De minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Van Ballekom (VVD), toe dat de Kamer zal worden geïnformeerd over de stand van zaken in de financiële verantwoording, al dan niet via Nationale Verklaringen, door EU-lidstaten.

T03593, Algemene Europese Beschouwingen d.d. 18 april 2023

Aan voldaan door minFin d.d. 22 november 2023

EK - De minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Backer (D66), toe de Kamer te informeren over de eventuele mogelijkheden van een bredewelvaartsanalyse van het lidmaatschap van de EU door nationale of Europese onderzoeksinstituten.

T03592, Algemene Europese Beschouwingen d.d. 18 april 2023

In behandeling

De minister zegt toe de Kamer in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken te informeren over mogelijkheden voor aanvullende maatregelen tegen de Wagner Group en de mate van steun daarvoor binnen de Raad.

TZ202304-176, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 mei 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2648

De minister zegt toe om in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken terug te komen op de stand van zaken rondom rechters uit Nicaragua op de Europese sanctielijst.

TZ202304-177, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 24 april 2023 d.d. 20 april 2023

Aan voldaan per brief d.d. 3 mei 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2648

De minister zegt toe dat hij in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 22 mei 2023 zal terugkomen op de mogelijkheden die er zijn om de Wagner-groep op de lijst van terroristische organisaties te plaatsen, mede in het licht van het recente initiatief van het Zweedse EU-voorzitterschap op dit punt.

TZ202305-075, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 22 mei 2023 d.d. 16 mei 2023

Aan voldaan per brief d.d. 5 juni 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2664

De minister zegt toe de Kamer binnen een paar weken per brief te informeren over zijn inzet om pro-actief contact te zoeken met de mensen, van wie het paspoort nog op de Nederlandse ambassade in Soedan ligt, en om te coördineren met de buurlanden van Soedan, dat deze mensen toegang wordt verleend.

TZ202305-076, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 22 mei 2023 d.d. 16 mei 2023

Aan voldaan per brief d.d. 5 juli 2023, Kamerstuk 29237 nr. 184

De minister zegt toe dat hij de Kamer per brief informeert over de evaluatie - in Europees en in nationaal verband - van de evacuatie-operatie uit Soedan en daarbij specifiek aandacht te besteden aan het proces rondom de paspoorten, die op de Nederlandse ambassade zijn blijven liggen, van mensen die geëvacueerd hadden willen worden.

TZ202305-078, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 22 mei 2023 d.d. 16 mei 2023

Deels voldaan d.d. 6 november 2023, Kamerstuk 29 237 nr. 200

De minister van Buitenlandse Zaken gaat aanvullend advies vragen aan de Commissie van advies inzake volkenrechtelijke vraagstukken (CAVV) betreffende het VN-verdrag staatsimmuniteit in het licht van de veranderde omstandigheden sinds het aannemen van het verdrag in 2004, o.a. inzake de implicatie van het verdrag voor mogelijkheden tot inbeslagname van tegoeden die bevroren zijn a.g.v. sancties. Hij zal de Kamer naar aanleiding van dit aanvullend CAVV-advies in het derde of vierde kwartaal van 2023 informeren of het debat over het VN-verdrag staatsimmuniteit hernomen kan worden. In de adviesaanvraag zal ook het amendement-Kat (36027 (R2160). Nr.9) mee worden genomen.

TZ202308-043, Debat VN Verdrag Staatsimmuniteeit d.d. 13 juni 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe de Kamer na de zomer in een geannoteerde agenda Raad Buitenlandse Zaken te informeren over de stand van zaken in de Europese discussie over de mogelijkheid om bevroren Russische tegoeden in beslag te nemen.

TZ202308-044, Debat VN Verdrag Staatsimmuniteeit d.d. 13 juni 2023

In behandeling

De minister zal de Kamer na de zomer per brief informeren over de mogelijkheden om een juridische basis te geven aan de confiscatie van bevroren Russische tegoeden t.b.v. de wederopbouw van Oekraïne, specifiek t.a.v. AVVN-resoluties en uitspraken van het Internationaal Gerechtshof. Hij zal daarbij tevens ingaan op de stand van zaken in het politiek overleg in EU-verband en breder internationaal en op de mogelijkheid van een VN-compensatiefonds.

TZ202306-244, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

In behandeling

De minister zal de Kamer per brief informeren als hij meer informatie heeft over het bericht dat Hongarije Oekraïense krijgsgevangenen van Rusland heeft overgenomen.

TZ202306-245, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

Aan voldaan per brief d.d. 7 juli 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2699

De minister zal in het verslag van de komende Raad Buitenlandse Zaken terugkomen op de juridische en politieke mogelijkheden om de Wagner Group en de Iraanse Revolutionaire Garde op een EU-terreurlijst te plaatsen en daarbij ook reflecteren op de mogelijkheid die één van zijn ambtsvoorgangers schetst in Trouw van 21 juni 2023.

TZ202306-246, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

Aan voldaan per brief d.d. 7 juli 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2703

De minister komt in het verslag van de komende Raad Buitenlandse Zaken terug op de uitvoering van de motie-Dassen c.s. (35663, nr. 27) inzake noodvisa voor journalisten en andere onafhankelijke media

TZ202306-247, Tweeminutendebat Raad Buitenlandse Zaken van 26 juni 2023 d.d. 21 juni 2023

Aan voldaan per brief d.d. 7 juli 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2703

De minister zegt toe in een volgend verslag van de Raad Algemene Zaken nader in te gaan op het bredere toekomstperspectief voor Bosnië.

TZ202306-256, Commissiedebat Artikel 100-bijdrage aan EUFOR Althea

Aan voldaan per brief d.d. 4 juli 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2692

De minister zal de Kamer voorafgaand aan de plenaire afronding van het debat over de Artikel 100-bijdrage aan EUFOR Althea per brief een nader antwoord sturen op de vraag van de heer Kuzu over de vervlechting van de civiele en militaire aspecten van de missie, specifiek de taakafbakening tussen de Hoge Vertegenwoordiger en EUFOR-Althea.

TZ202306-257, Commissiedebat Artikel 100-bijdrage aan EUFOR Althea

Aan voldaan per brief d.d. 27 juni 2023, Kamerstuk 29 521 nr. 462

De minister zegt toe dat hij de Kamer in een verslag van een Raad Buitenlandse Zaken zal informeren over zijn inspanningen om met Oekraïne tot afspraken te komen over de mogelijke uitlevering van de Russische veroordeelden en het laten uitzitten van de straf door de Oekraïense veroordeelde in de MH17-zaak, mochten deze veroordeelden in Oekraïne opgepakt worden.

TZ202307-066, Commissiedebat MH17 d.d. 5 juli 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21501-02 nr.2776

De minister zegt toe de Kamer zo kort mogelijk na het reces, naar verwachting medio september, schriftelijk te informeren over het aantal strafrechtelijke zaken dat het OM heeft aangespannen voor het overtreden van sancties in de afgelopen 10 jaar.

TZ202307-072, Commissiedebat Modernisering van het Nederlandse sanctiestelsel d.d. 5 juli 2023

In behandeling

De minister zegt toe om de Kamer separaat aan de reactie op de internetconsultatie bij het wetsvoorstel Modernisering van het Nederlandse sanctiestelsel te informeren over de volgende onderwerpen: de rol van banken bij het tegengaan van sanctieomzeiling; informatie-uitwisseling en -vergaring door banken; informatie-uitwisseling tussen het bedrijfsleven en de overheid; de publicatieplicht bij bestuurlijke boetes. Deze brief wordt met de Kamer gedeeld na afronding van de consultatiefase.

TZ202307-073, Commissiedebat Modernisering van het Nederlandse sanctiestelsel d.d. 5 juli 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe om voor de begrotingsbehandeling met een voorstel te komen voor screening met betrekking tot erkend referenten.

TZ202307-122, Commissiedebat China d.d. 6 juli 2023

Aan voldaan per brief d.d. 29 januari 2024, Kamerstuk 30.573 nr. 209

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe om de Kamer voor de begrotingsbehandeling de uitwerking van de motie-Brekelmans over een geïntegreerde lijst statelijke dreigingen opstellen (Kamerstuk 36200-V-26) toe te sturen.

TZ202307-123, Commissiedebat China d.d. 6 juli 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe om in gesprek te gaan met de minister van OCW over het co-financieren met universiteiten van een leerstoel Modern China, en de uitkomst hiervan voor de begrotingsbehandeling terug te koppelen aan de Kamer.

TZ202307-125, Commissiedebat China d.d. 6 juli 2023

Aan voldaan per brief d.d. 24 oktober 2023, Kamerstuk 35 207 nr. 78

De minister van Buitenlandse Zaken zal in het verslag van de AVVN een terugkoppeling geven van de gesprekken die zij heeft gevoerd met andere landen over migratie, te ontvangen uiterlijk voor de eerstvolgende AVVN.

TZ202309-059, Commissiedebat AVVN d.d. 12 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 7 december 2023, Kamerstuk 26150 nr. 210

De minister van Buitenlandse Zaken zal voor het einde van het jaar een brief aan de Kamer doen toekomen over het bevriezen van tegoeden en de mogelijkheden om tegoeden te confisqueren.

TZ202309-060, Commissiedebat AVVN d.d. 12 september 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zal in het verslag van de AVVN de Kamer nader informeren over of Nederland is geconsulteerd over de brief met betrekking tot een mogelijke sanctieverlichting voor Rusland vanuit de VN.

TZ202309-061, Commissiedebat AVVN d.d. 12 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 7 december 2023, Kamerstuk 26 150 nr. 210

De minister zal de Kamer via de geannoteerde agenda en verslagen van de Raad op de hoogte houden van ontwikkelingen rondom de tussentijdse herziening van het Meerjarig Financieel Kader. Bij nieuwe ontwikkelingen zal de minister de Kamer tussentijds per brief informeren.

TZ202309-054, Commissiedebat Raad Algemene Zaken van 19 september / Meerjarig Financieel Kader (MFK) d.d. 14 september 2023

In behandeling

De minister zal de Kamer in het verslag informeren wat er nodig is om een semiofficiële taal binnen de EU te laten toevoegen.

TZ202309-055, Commissiedebat Raad Algemene Zaken van 19 september / Meerjarig Financieel Kader (MFK) d.d. 14 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 26 september 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2713

De minister zal de Kamer in het verslag informeren over het voorstel van het Verenigd Koninkrijk om de Wagner-groep op de lijst van terroristische organisaties te plaatsen.

TZ202309-056, Commissiedebat Raad Algemene Zaken van 19 september / Meerjarig Financieel Kader (MFK) d.d. 14 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 26 september 2023, Kamerstuk 21501-02 nr. 2713

De minister zegt toe om een resultatenkader op te stellen bij de beleidsnota Mensenrechten, Democratie en Internationale Rechtsorde (Kamerstuk 32735, nr. 370) en deze in het eerste kwartaal van 2024 aan de Kamer te sturen.

TZ202309-076, NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

De minister zegt toe om voor het einde van het jaar een voortgangsrapportage te sturen over de kabinetsaanpak strategische afhankelijkheden, met daarin een concrete route op BZ-onderwerpen.

TZ202309-077, NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 15 december 2023, Kamerstuk 30 821 nr. 204

De minister zegt toe de schadevergoedingsregeling voor nabestaanden van mensen op een dodenlijst ten tijde van de Indonesische onafhankelijkheidsoorlog bij publicatie aan de Kamer te sturen, bij voorkeur voor 6 december 2023, inclusief een stand van zaken van de motie-Sjoerdsma op dit onderwerp (Kamerstuk 26049, nr. 101).

TZ202309-078, NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 29 december 2023, Kamerstuk 26 049 nr. 120

De minister zegt toe de Kamer bij voorkeur eind 2023 te informeren over de uitvoering van de motie-Dassen/Van der Lee over het vergemakkelijken van de afgifte van noodvisa voor journalisten (Kamerstuk 35663, nr. 27).

TZ202309-079, NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

De minister zegt toe om voor het einde van het jaar een brief te sturen over het Nederlandse standpunt inzake de genocide-zaak van Oekraïne tegen Rusland bij het Internationaal Gerechtshof en mogelijke consequenties voor de erkenning van andere genocides.

TZ202309-080, NO Mensenrechtenbeleid d.d. 25 september 2023

In behandeling

De minister zal de Kamer op de hoogte houden van de ontwikkelingen van de toegang tot delegates portal.

TZ202309-082, Commissiedebat Informele Raad Algemene Zaken van 27 en 28 september 2023 d.d. 26 september 2023

Aan voldaan per brief d.d. 21 december 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2795

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe de Kamer via de geannoteerde agenda te informeren over de laatste stand van zaken inzake de Tunesië-deal wanneer het onderwerp op de agenda van een Raad Buitenlandse Zaken staat.

TZ202310-029, Commissiedebat Afrikastrategie d.d. 5 oktober 2023

In behandeling

De minister zal de Kabinetsreactie op het rapport van de commissie Ruys voor het verkiezingsreces opsturen aan de Kamer. De minister zal in deze reactie onder andere terugkomen op de deadline van de speciale voorziening en de motie Belhaj (Kamerstuk 27925-788).

TZ202310-081, Commissiedebat Consulaire Zaken en stand van zaken evacuaties Afghanistan d.d. 11 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 17 oktober 2023, Kamerstuk 27 925 nr.955

De minister zal de Kamer voor het einde van het jaar informeren over de uitkomsten van de gesprekken met de organisaties over de uitvoering van het subsidiekader voor gedetineerden in het buitenland.

TZ202310-082, Commissiedebat Consulaire Zaken en stand van zaken evacuaties Afghanistan d.d. 11 oktober 2023

In behandeling

De minister zegt toe om voor het commissiedebat Iran op 25 oktober 2023 een brief aan de Kamer te sturen, waarin zij onder meer zal ingaan op het krachtenveld inzake een besluit om de Iraanse Revolutionaire Garde op de EU-terreurlijst te plaatsen. Zij zal daarbij ook ingaan op de hiaten die nog worden gezien in de juridische basis voor zo'n "listing".

TZ202310-110, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 11 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 24 oktober 2023, Kamerstuk 27 925 nr. 948

De minister zal voor de behandeling van de begroting van het ministerie van Buitenlandse Zaken voor het jaar 2024 nadere informatie sturen over wat er is gedaan met het additionele geld dat is vrijgemaakt in de begroting voor het jaar 2023 voor informatiecampagnes over migratie in Marokko, West-Afrika en de Sahel.

TZ202310-083, Commissiedebat Consulaire Zaken en stand van zaken evacuaties Afghanistan d.d. 11 oktober 2023

In behandeling

De minister zegt toe in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 informatie op te nemen over de gasleveranties uit Azerbeidzjan, in welke mate deze naar Nederland gaan en in welke mate naar andere EU-lidstaten.

TZ202310-111, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 11 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2776

De minister zegt toe in het verslag van de Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 terug te komen op de stand van zaken ten aanzien van sancties tegen Kosovo.

TZ202310-112, Commissiedebat Raad Buitenlandse Zaken van 23 oktober 2023 d.d. 11 oktober 2023

Aan voldaan per brief d.d. 30 oktober 2023, Kamerstuk 21 501-02 nr. 2776

De ministers van Defensie en Buitenlandse Zaken zullen, mocht de grondinvasie in Gaza starten, een brief aan de Kamer sturen over de eventuele impact op de beoogde missie.

TZ202310-153, Commissiedebat Artikel 100 inzake de bredere veiligheidsinzet in Irak d.d. 25 oktober 2023

Aan voldaan per brief door Defensie d.d. 20 december 2023, Kamerstuk 2023Z20577

De minister zegt toe om de Kamer uiterlijk in het eerste kwartaal van 2024 per brief te informeren over de stand van zaken van acties van het kabinet op het gebied van ongewenste buitenlandse inmenging, samen met de ministeries van J&V, BZK en SZW.

TZ202310-155, Commissiedebat Iran d.d. 25 oktober 2023

In behandeling

De minister zegt toe om in kaart te brengen of er mogelijkheden bestaan om de criteria aan te passen voor plaatsing van entiteiten op de EU-terrorismelijst, en de Kamer daarover per brief te informeren.

TZ202310-156, Commissiedebat Iran d.d. 25 oktober 2023

In behandeling

De minister zegt toe om het draagvlak in de EU voor plaatsing van de IRGC op de mensenrechtensanctielijst te verkennen en de Kamer daarover te informeren.

TZ202310-157, Commissiedebat Iran d.d. 25 oktober 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe de Kamer uiterlijk eind februari te informeren over de uitkomsten van het onderzoek naar de positie van ambassadebewakers en EUPOL-bewakers en tolken.

TZ202310-168, Commissiedebat Evacuatieoperatie Kaboel/rapport Commissie-Ruys d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

De ministers van Buitenlandse Zaken en van Defensie komen uiterlijk eind 2023 met een addendum op de brief van 15 mei 2023 inzake ‘Uitvoering van de motie van het lid Belhaj c.s. over kaders voor de inzet van lokale medewerkers bij toekomstige militaire missies en op Nederlandse ambassades en consulaten (Kamerstuk 35925-X-29)’ (Kamerstuk 36200-X-85).

TZ202310-170, Commissiedebat Evacuatieoperatie Kaboel/rapport Commissie-Ruys d.d. 26 oktober 2023

In behandeling

De minister van Buitenlandse Zaken zegt toe dat zij de Kamer voor het einde van het jaar zal informeren over de mogelijkheden - juridisch en anderszins - om iets te doen tegen het geweld vanuit de illegale Joodse nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever.

TZ202311-038, Commissiedebat Situatie in Gaza d.d. 23 november 2023

In behandeling

Bijlage 3: Afgerond evaluatie en overig onderzoek

Tabel 40 Opbrengsten Strategische Evaluatieagenda (SEA)

Thema

Subthema

Type onderzoek

Afronding

Status

Conclusies/aanbevelingen

Begrotings artikel(en)

Rapport

Versterkte internationale rechtsorde

Internationale rechtsorde

Beleidsevaluatie Nederlands beleid voor Internationale rechtsorde

2022

afgerond

Resultaten- Evaluatie Nederlands Beleid voor Internationale rechtsorde

1.1

Evaluatie Nederlandse beleid voor internationale rechtsorde

Veiligheid en stabiliteit

Goede internationale samenwerking ter bevordering van de eigen en bondgenoot-schappelijke veiligheid

Beleidsevaluatie Nederlandse inzet Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleud (GVDB)

2020

afgerond

Resultaten – Evaluatie Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid

2.1

Rapport - Evaluatie Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid

Effectenonderzoek Atlantische commissie

2020

afgerond

 

2.1

Atlantische commissie

Bestrijding internationale criminaliteit en terrorisme

Evaluatie buitenlands beleid contra-terrorisme

2021

afgerond

Resultaten — Evaluatie contraterrorismebeleid

2.2

Rapport - Evaluatie buitenlands beleid contra-terrorisme

Beleidsevaluatie cyberterrorisme

2021

afgerond

Resultaten — Evaluatie internationaal cybersecuritybeleid

2.2

Rapport - Evaluatie Internationaal Cybersecuritybeleid

Bevordering van veiligheid, stabiliteit en rechtsorde in internationaal verband

Eindevaluatie Nederlandse bijdrage MINUSMA

2022

afgerond

Resultaten – De Nederlandse bijdrage aan de VN-missie MINUSMA in Mali (2014-2019)

2.4

Rapport – Evaluatie van de Nederlandse bijdrage aan MINUSMA

 

Resolute Support Missie Afghanistan

2023

afgerond

Resultaten - Nederlandse bijdrage aan de Resolute Support

 

Rapport – Evaluatie Nederlandse bijdrage aan de Resolute Support-missie in Afghanistan 2015-2021

 

Inzet C-130 Hercules transportvliegtuig Mali

2023

afgerond

Resultaten - NL C-130 bijdrage aan MINUSMA

 

Rapport – Evaluatie van de Nederlandse C130-bijdrage aan MINUSMA (2021-2022)

Bevordering transitie in prioritaire gebieden

Beleidsevaluatie Nederlandse inzet op stabiliteit in fragiele context

2023

lopend; vertraging door aangaan extra opdracht consultants

 

2.5 en BHOS art 4.3

 

Effectenonderzoek NFRP politieke partijenprogramma

2021

afgerond

 

2.5

Evaluatie NFRP politieke partijen programma

Evaluatie Shiraka overheids-samenwerking

2023

lopend, wordt in Q1 2023 aan Tweede Kamer aangeboden

 

2.5

Evaluatie van de STP- en G2G componenten van het Shiraka Programma (2016-2021), RVO

Effectieve Europese samenwerking

 

Beleidsevaluatie Benelux Unie

2020

afgerond

 

3.4

Evaluatie Benelux Unie

Versterkte Nederlandse positie in de Unie

Evaluatie coördinatie Nederlands EU beleid

2021

afgerond

Resultaten — Evaluatie Nederlandse EU-coördinatie

3.1, 3.4

Rapport - Evaluatie Coordinatie Nederlands EU beleid

      
        

Toelichting

Dit overzicht geeft de voortgang van de Strategische Evaluatie Agenda (SEA) weer, zoals die is gepresenteerd in de tabel Planning Strategische Evaluatie Agenda en de Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda van de begroting van 2023. In dit jaarverslag is voor een opzet gekozen die aansluit bij de beleidsthema's die zijn opgenomen in de SEA bij de begroting van 2023.

Beleidsdoorlichtingen, periodieke rapportages en de grotere beleidsevaluaties voor Buitenlandse Zaken worden uitgevoerd door de Directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie.

Tot 2019 zijn beleidsdoorlichtingen uitgevoerd per beleidsthema. In de periode 2019-2022 zijn beleidsdoorlichtingen uitgevoerd per begrotingsartikel. Vanaf 2023 worden periodieke rapportages uitgevoerd per beleidsthema conform de SEA.

Bijlage 4: Inhuur externen

Tabel 41 Ministerie van Buitenlandse Zaken Verslagjaar 2023 (bedragen x € 1.000)
  

Programma- en apparaatskosten

 

1. Interim-management

635

2. Organisatie- en Formatieadvies

12

3. Beleidsadvies

557

4. Communicatieadvisering

211

Beleidsgevoelig (som 1 t/m 4)

1.414

5. Juridisch Advies

2

6. Advisering opdrachtgevers automatisering

0

7. Accountancy, financiën en administratieve organisatie

0

(Beleids)ondersteunend (som 5 t/m 7)

2

8. Uitzendkrachten (formatie & piek)

55.726

Ondersteuning bedrijfsvoering

55.726

Totaal uitgaven inhuur externen

57.142

  

Toelichting

 

Uitgaven ambtelijk personeel1

530.067

Uitgaven externe inhuur2

47.576

Totaal van de personele uitgaven

577.643

  

percentage inhuur

8,24%

  

1 Uitgaven eigen personeel minus toelagen voor verblijf in het buitenland

 

2 Inhuur lastens het apparaatsartikel. Totaal uitgaven inhuur externen betreft alle inhuur.

 
Tabel 42 Inhuur externen buiten raamovereenkomsten
  
 

2023

Aantal overschrijdingen maximumuurtarief

0

Toelichting

 

Bijlage 5: Focusonderwerp 2023, onderuitputting

De Tweede Kamer verzoekt het Kabinet om bij de verantwoording over het jaar 2023 aandacht te besteden aan resultaatbereik in relatie tot onderuitputting, als gevolg van bijvoorbeeld arbeidskrapte. In deze bijlage wordt de totale onderuitputting gepresenteerd. Daarbij worden de grootste en/of belangrijkste meevallende realisaties apart toegelicht. De overige meevallende realisaties worden in de post «overige meevallers» toegelicht.

Tabel 43 Grootste posten met onderuitputting in 2023 (in duizenden euro's)

Onderuitputting in 2023

In duizenden euro’s

Als percentage van de vastgestelde ontwerpbegroting 2023

VN-Crisisbeheersingsoperaties

‒ 13.934

‒ 0,1%

Middelenafspraak

‒ 15.809

‒ 0,2%

Koerswinsten

‒ 7.610

‒ 0,1%

Hogere consulaire ontvangsten

‒ 11.595

‒ 0,1%

Lagere huisvestingskosten

‒ 4.000

0,0%

Loonkosten uitgezonden personeel

‒ 14.000

‒ 0,1%

Overige meevallers

‒ 27.329

‒ 0,3%

Totaal

‒ 94.277

‒ 0,9%

Lagere uitgaven VN-Crisisbeheersingsoperaties (artikel 2)Zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting 2023 viel de contributie aan VN-vredesmissies lager uit dan voorzien. Nederland heeft in 2023 aan 11 VN-vredesmissies financieel bijgedragen. De hoogte van deze bijdragen wordt jaarlijks voor elke vredesmissie separaat vastgesteld door de VN waarin de recente ontwikkelingen rond elke vredesmissie zorgen voor variatie in de hoogte van de jaarlijkse bijdragen.

Middelenafspraak huisvesting (artikel 7)In de tweede suppletoire begroting 2023 is al aangegeven dat er op het huisvestingsbudget EUR 10,1 miljoen wordt doorgeschoven naar de komende jaren via de middelenafspraak huisvesting. Vanwege vertragingen zal niet al het budget in 2023 worden uitgegeven. Vanwege verdere onderuitputting wordt er nog eens EUR 5,6 miljoen via de middelenafspraak doorgeschoven naar 2024.

Hogere koerswinsten (artikel 7)De begroting van Buitenlandse Zaken werkt met een vooraf vastgestelde wisselkoers ten opzichte van buitenlandse valuta (de zgn. corporate rate). Deze koers wordt gelijktijdig met de presentatie van de begroting vastgesteld. Omdat bij betalingen in buitenlandse valuta gedurende het jaar echter een verschil ontstaat als gevolg van de werkelijk geldende koers, ontstaat er een saldo.

Hogere consulaire ontvangsten (artikel 4)In 2023 zijn de consulaire ontvangsten hoger uitgevallen dan verwacht. Dit komt zowel door hogere paspoort als hogere visa ontvangsten. Doordat de paspoorten vanaf 2014 tien jaar geldig zijn, is er vanaf eind 2023 een stijging in de uitgegeven paspoorten op ambassades. Ook zijn de reisbewegingen eerder dan verwacht terug op het pre-Covid niveau. Dit zorgt voor hogere ontvangsten uit Visa.

Lagere uitgaven huisvesting (artikel 7)De huisvestingskosten vallen iets lager uit dan voorzien tijdens het opstellen van de begroting. De belangrijkste reden is dat nog niet alle functies in het kader van de intensiveringsmiddelen zijn ingevuld. Daardoor was er in 2023 minder huisvesting benodigd. Andere redenen zijn vertragingen op een aantal projecten en de te late facturatie voor de huisvesting in Nederland.

Lagere uitgaven personeel (artikel 7)De personeelsuitgaven zijn lager dan verwacht. Dit kent meerdere redenen. Zo blijft het postennet met langdurige onderbezetting zitten mede door de krappe arbeidsmarkt. Verder leidt de externe werving tot onderuitputting gedurende het jaar vanwege de doorlooptijd tussen werving en aanstelling. De interne werving leidt dikwijls tot doorstroom en niet tot instroom.

Overige meevallersAls gevolg van de prijsontwikkeling van het Bruto Binnenlands Product is het HGIS non-ODA budget het afgelopen najaar gestegen. Dit is verwerkt in de suppletoire begroting Prinsjesdag. Aan het einde van het jaar valt het bedrag op artikel 6 vrij binnen de HGIS en wordt het via de eindejaarsmarge van de HGIS opgevraagd in de volgende jaren. Dit wordt zichtbaar als onderuitputting op de BZ-begroting. Daarnaast is sprake van onderuitputting op diverse onderdelen binnen het artikel Apparaat.

Bijlage 6: Sancties en Misbruik en oneigenlijk gebruik

In deze bijlage wordt informatie gegeven over meldingen van misbruik en oneigenlijk gebruik (hierna: externe fraude) ten aanzien van activiteiten gefinancierd vanuit begrotingshoofdstuk V Buitenlandse Zaken (hierna: BZ-activiteiten).

Meer informatie ten aanzien van meldingen van externe fraude rond activiteiten gefinancierd vanuit begrotingshoofdstuk XVII Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (BHOS), staat in bijlage 3 van het jaarverslag van begrotingshoofdstuk XVII.

Meldingen van malversatie 2023

In 2023 zijn 127 vermoedens van externe fraude gemeld bij het Expertisecentrum Malversaties (ECM) van het ministerie, waarvan 4 betrekking hebben op BZ-activiteiten en 123 betrekking op BHOS-activiteiten. In 2022 waren er 7 meldingen ten aanzien van BZ-activiteiten.

Tabel 44 Status meldingen van externe fraude BHOS- en BZ-activiteiten

Jaar

Gegrond verklaard

Ongegrond verklaard

In onderzoek

Totaal

2023

31

25

71

127

2022

56

41

24

121

2021

57

47

11

115

2020

41

25

8

74

2019

49

22

3

74

2018

38

28

2

68

Tabel 45 Omvang gegrond verklaarde externe fraude

Jaar

Financiële omvang gegrond verklaarde malversaties*

Official Development Assistance (ODA) budget BHOS en BZ

% omvang gegrond verklaarde malversaties t.o.v. ODA budget BHOS en BZ

2023

€ 0,38 mln

€ 5,22 mld**

0,01%

2022

€ 1,30 mln

€ 4,99 mld

0,03%

2021

€ 0,88 mln

€ 3,70 mld

0,02%

2020

€ 1,89 mln

€ 3,68 mld

0,05%

2019

€ 4,85 mln

€ 3,55 mld

0,14%

2018

€ 15,70 mln

€ 3,57 mld

0,44%

Gemiddelde over 2018-2021***

0,16%

* De financiële omvang is berekend op basis van het Nederlands aandeel van een gegronde fraudemelding, waarbij dit aandeel is toegekend aan het jaar waarin de melding is geregistreerd door het ministerie. (Toekomstige) succesvolle terugvorderingen en verrekeningen zijn niet meegenomen in de berekening.

** ODA budget exclusief budget voor eerstejaars asielopvang.

*** Aangezien een significant aantal meldingen uit 2022 en 2023 nog in onderzoek zijn, zijn deze jaren niet meegenomen in de berekening van het gemiddelde.

Proces omtrent meldingen van externe fraude

Het ministerie voert een zero-tolerance for inaction beleid ten aanzien van (vermoedens van) malversatie. Dit houdt in dat het ministerie verwacht dat ieder gefundeerd vermoeden van malversatie wordt onderzocht, dat het ministerie hierover geïnformeerd wordt en passende maatregelen genomen worden.

Meldingen van (vermoedens van) malversatie worden door ECM geregistreerd en afhankelijk van de ernst en inhoud van de meldingen worden vervolgstappen bepaald. Vervolgstappen zijn bijvoorbeeld het instellen van een (accountants)onderzoek, een gesprek met de betrokken organisatie en/of melder, en het opschorten van lopende betalingen.

Wanneer, op basis van (forensisch- of accountants-) onderzoek een malversatie als gegrond wordt aangemerkt, worden stappen genomen om de financiële schade niet ten laste te laten komen van de begroting van het ministerie. Dit kan onder andere door het in gang zetten van een terugvorderingsprocedure of door het lager vaststellen van een subsidie.

Met ‘financiële omvang’ wordt hier bedoeld: het Nederlands (i.e. ten laste van het ministerie) aandeel van een gegrond verklaarde malversatie. Hierbij is dit aandeel toegekend aan het jaar waarin de malversatie door het ministerie is geregistreerd. (Toekomstige) succesvolle terugvorderingen en verrekeningen (dan wel door het ministerie, dan wel door de contractpartner) zijn niet meegenomen. Zodoende wordt niet gesproken van ‘financiële schade’. In de meeste gevallen slaagt het ministerie erin om de financiële schade niet lastens het budget van het ministerie te laten vallen.

Preventie van externe fraude

Een deel van de door het ministerie gefinancierde activiteiten vindt plaats in fragiele en volatiele regio’s en omstandigheden, waarbinnen het risico op malversatie per definitie groter is.

Daarom zet het ministerie zich permanent in op de toepassing en doorontwikkeling van risicomanagement om de kans op succesvolle en efficiënte projectimplementatie te vergroten en de kans op onregelmatigheden en afwijkingen te verkleinen. Het ministerie speelt hier voornamelijk op in door de inzet van risico-managers, het uitvoeren van een organisational risk and integrity assessment voor contracten boven € 1 miljoen, en het opstellen van een zogeheten risicoparagraaf voor alle nieuwe activiteiten.

Bij de risicoparagraaf worden malversatierisico’s op context-, programma- en organisatieniveau ingeschat, alsmede mitigerende maatregelen geformuleerd om de kans en impact van dergelijke risico’s te minimaliseren.

In het geval van een gegronde malversatie sluit het ministerie de betreffende organisatie dan wel uit van vervolgfinanciering, dan wel wordt er toegezien op implementatie van geleerde lessen en verbeterde controle- en monitoringsmechanismen om de kans op herhaling te minimaliseren. Evengoed scherpt het ministerie haar eigen procedures en monitoring aan op basis van geleerde lessen.

De cijfers laten op dit moment zien dat tussen 2018 en 2021 99,84% van het totale ODA-budget niet onderhevig was aan malversaties (zie tabel 48).

Gegrond verklaarde fraudemeldingen BZ-activiteiten 2023

In 2023 zijn in totaal 4 malversaties geregistreerd die betrekking hebben op door het ministerie gefinancierde BZ-activiteiten. Geen van deze malversaties heeft een financiële impact hoger dan EUR 10.000 en wordt zodoende niet apart uiteengezet.

Van de 4 geregistreerde malversaties zijn 3 malversaties gegrond verklaard. Deze 3 malversaties hebben een gezamenlijke financiële impact van EUR 11.853.

In bijna alle gevallen slaagt het ministerie erin om de gefraudeerde bedragen te laten dekken door de betrokken partner of contractpartner en zodoende is er geen financiële schade geleden door het ministerie.

Bijlage 7: Lijst van afkortingen

Tabel 46 Bijlage 7: Lijst van afkortingen

ADR

Auditdienst Rijk

AIV

Adviesraad Internationale Vraagstukken

AR

Algemene Rekenkamer

ARG

Argentinie

ASEAN

Association of South East Asian Nations

ATT

Arms Trade Treaty

AVG

Algemene Verordering Gegevensbescherming

Benelux

Belgie, Nederland en Luxemburg

BHOS

Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking

BMO

Breed Mensenrechten Overleg

BNI

Bruto Nationaal Inkomen

BRICS

Brazilie, Rusland, India, China (en Zuid-Afrika)

BTW

Belasting Toegevoegde Waarde

BTWC

Biologisch en Wapenverdrag

BZ

Buitenlandse Zaken

BZK

Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

CDI

Coördinerend Directeuren Inkoop

CEB

Ontwikkelingsbank van de Raad van Europa

CELAC

Community of Latin American and Caribbean States

CER

Cultural Emergency Response

CONUN

Groep Verenigde Naties

CPB

Centraal Plan Bureau

CTBT

Alomvattend Kernstopverdrag

D&I

Diversity & Inclusion

DAB

Draft Amending Budget

DCC

Departementaal Crisiscoördinatie Centrum

DEF

Defensie

DHF

Directie Huisvesting en Facilitaire Zaken

DUO

Dienst Uitvoering Onderwijs

ECM

Expertisecentrum Malversaties

EDV

Externe Dienstverlenders

EGY

Egypte

EHRM

Europees Hof voor de Rechten van de Mens

EMASOH

European Maritime Awareness in the Strait of Hormuz

EOF

Europees Ontwikkelingsfonds

EPF

Europese Vredesfaciliteit

ETH

Ethiopië

EU

Europese Unie

EUCO

European Council

EUFOR

Strijdmacht van de Europese Unie

EUMAM

EU Military Assistance Mission

FBB

Feministisch Buitenlandbeleid

FOBO

Front Office Back Office

G2G

Government to Government

GBVS

Geïntegreerde Buitenland- en Veiligheidsstrategie

HGIS

Homogene Groep Internationale Samenwerking

IAEA

Internationaal Atoomenergie Agentschap

ICAO

Internationale Burgerluchtvaartorganisatie

ICB

Internationaal Cultuurbeleid

ICC

Internationaal Strafhof

ICPA

International Centre for the Prosecution of the Crijme of Aggression

IDP

Internally Displaced Person

IO

Internationale organisatie

IOB

Directie Internationaal Onderzoek en Beleidsevaluatie

IRA

Iran

IRGC

Islamitische Revolutionaire Gardekorps

ISIS

Islamistische Staat van Irak en Syrië

JCPAO

Gezamenlijk alomvattend actieplan

KDIS

Klankbordgroep Diversiteit, Inclusie en Sociaal veilige werkomgeving

KMAR

Koninklijke Marechaussee

KSA

Koningkrijk Saoedi-Arabië

LCM

Life Cycle Manangement

MaRa

Management Raad

MATRA

Programma voor Maatschappelijke Transformatie

MFK

Meerjarig Financieel Kader

MINUSMA

United Nations Multidimensional Integrated Stabilization Mission in Mali

MoU

Memorandum van Overeenstemming

MVV

Machtigingen voorlopig verblijf

NAVO

Noord-Atlantische Verdragsorganisatie

NaY

Netherlands and you

NFRP

Nederlands Fonds voor Regionale Partnerschappen

NGO

Non-Gouvernementele Organisatie

NL

Nederland

NMI

Navo Missie Irak

NPDI

Non-Proliferation and Disarmament Initiative

NWW

Nederland Wereldwijd

OCW

Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

ODA

Official Development Assistance

OESO

Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling

OIC

Organisatie voor Islamitische Samenwerking

OS

Ontwikkelingssamenwerking

OVSE

Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa

PFRU

Partnership Fund for a Resilient Ukraine

POBB

Programma ondersteuning buitenlands beleid

RBRK

Rijksbreed Responskader

REAIM

Responsible Artificial Intelligence in the Miitary Domain

RHB

Rijkshoofdboekhouding

RVO

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

RWT

Rechtspersoon met een wettelijke taak

SCOT

Snel Consulair Ondersteuningsteam

SDGs

Sustainable Development Goals

SEA

Strategische Evaluatie Agenda

SIDS

Small Islands and Developing States

SMI

Single Margin Instrument

SSO

Shared serviceorganisatie

SSR

Security Sector Reform

START

Steering Against Racism Together

SVB

Sociale Verzekeringsbank

TEM

Traditionele Eigen Middelen

UCAP

Ukraine Comprehensive Assistance Package

UNCTAD

Verenigde Naties conferentie inzake Handel en Ontwikkeling

USD

US Dollar

VAE

Verenigde Arabische Emiraten

VCI

Veiligheid, Crisiscoördinatie en Integriteit

VK

Verenigd Koninkrijk

VN

Verenigde Naties

VNVR

Verenigde Naties Veiligheidsraad

VS

Verenigde Staten

WNT

Wet normering topinkomens

WOPT

Wet Openbaarmaking uit Publieke middelen gefinancierde Topinkomens

WTO

Wereld Handels Organisatie

ZBO

Zelfstandig Bestuursorgaan

Naar boven