8 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan is nu aan de orde de regeling van werkzaamheden.

Ik stel voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Financiën voor het houden van wetgevingsoverleggen:

  • -over de Wijziging van de Wet op het financieel toezicht en enkele andere wetten in verband met de implementatie van Verordening (EU) nr. 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad 14 juni 2017 betreffende het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten en tot intrekking van Richtlijn 2003/71/EG (PbEU 2017, L 168) (Wet implementatie prospectusverordening) (35108) op maandag 15 april van 16.00 uur tot 18.00 uur;

  • -over het Belastingplan 2020 op maandag 28 oktober van 11.00 uur tot 19.00 uur en op maandag 4 november van 11.00 uur tot 23.00 uur.

Tevens stel ik voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap voor het houden van een notaoverleg op maandag 17 juni van 10.30 uur tot 17.00 uur over de Staat van het Onderwijs.

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor de volgende debatten van de agenda af te voeren:

  • -over het rapport van de Nationale ombudsman over de rol van overheidsinstanties bij burgerinitiatieven;

  • -over het personeelstekort onder verpleegkundigen en verzorgenden;

  • -over het bericht dat huurverhoging de inflatie opjaagt.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda van de Kamer de wet Aanpassing van wetten in verband met de invoering van de normalisering van de rechtspositie van ambtenaren (Aanpassingswet Wnra) (35073).

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van 50PLUS bij de stemmingen op 19 maart jongstleden over de gewijzigde motie-Alkaya/Diks (34952, nr. 48) geacht wenst te worden vóór deze motie te hebben gestemd.

Ik stel voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren:

31066-464; 32813-288; 26407-114; 33576-139; 33576-134; 33576-130; 33576-131; 34763-12; 24077-389; 29911-213; 24202-37; 33836-35; 31015-163; 31015-164; 35006-12; 32201-94; 32201-93; 31066-462; 35000-VIII-163; 31524-397; 34952-57; 21501-07-1583; 29383-315; 21501-20-1415; 23987-317; 23987-309; 23987-308; 35084-32; 22112-2753; 21501-02-1967; 21501-02-1974; 2019Z04069; 2019Z04013; 35000-V-62; 2019Z03561; 32429-12; 35000-V-60; 21501-03-127; 35000-VIII-165; 35000-VIII-161; 35000-XV-88; 21501-02-1702; 21501-02-1697; 21501-02-1696; 21501-02-1643; 21501-02-1642; 21109-231; 21109-226; 21109-227; 21109-25; 2017Z08534;2017Z05899; 2017Z01421; 2017Z00477; 2016Z21712; 2016Z19296; 2016Z18630;2016Z12919; 2016Z10567; 2016Z04643; 20043-109; 2019Z00720; 2019Z03566; 33922-13; 21501-20-1169; 21501-20-1161; 21501-20-1154; 21501-20-1152; 21501-20-1122; 21501-20-1092; 21501-08-701; 21501-08-679; 21501-08-674; 21501-07-1470; 21501-07-1452; 21501-02-1801; 21501-02-1803; 21501-02-1778; 21501-02-1746; 21501-02-1743; 21501-02-1727; 21501-02-1721; 21501-02-1718; 21501-02-1706; 2019Z04738; 35000-83; 35000-VIII-159; 29911-218; 29911-217; 22831-138; 21501-02-1969; 21501-02-1975; 2019Z04044; 31293-425; 31293-436; 23987-320; 35000-X-81; 35000-X-104; 2019Z03701; 24202-38; 30175-324; 21501-07-1581; 21501-02-1968; 21501-02-1970; 32201-95; 31497-293.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor de volgende door hen ingediende moties opnieuw aan te houden:

31936-567; 31936-549; 21501-08-754; 33037-340.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan mevrouw Buitenweg namens GroenLinks.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Dank u wel, mevrouw de voorzitter. Wij hebben weleens vaker gesproken, ook met de minister voor Rechtsbescherming, over achterlating, het achterlaten van kinderen in een land van herkomst, waarbij de ouders weer teruggaan, of in ieder geval een van die ouders, en die kinderen daar vastzitten en niet terug kunnen naar Nederland, waar zij horen. De minister zou daar ook mee aan de slag gaan, die zou ook een plan van aanpak schrijven. Maar wat mij zorgen baarde, is dat ik las dat het Landelijk Knooppunt Huwelijksdwang en Achterlating eigenlijk zei dat het op dit moment de basisschoolkinderen helemaal niet in het oog had, terwijl juf Kiet ook zegt ...

De voorzitter:

Ja, ja, dat hebben we allemaal gelezen.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

... dat daar echt grote problemen zijn. Mede namens het CDA vraag ik daarom een debat aan over het onderwerp achterlating, met voorafgaand een brief van de minister, omdat dit echt vóór de zomervakantie helder moet zijn.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Buitenweg. Ik ga naar mevrouw Ploumen.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter. Wij hebben ook vragen gesteld over de zorgen naar aanleiding van de mededeling van juf Kiet, dus ook volle steun voor dit debat.

De voorzitter:

Voordat ik anderen het woord geef, u heeft ook een debat op de lijst staan over huwelijksgevangenschap.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Huwelijkse gevangenschap. Dat zijn op zich twee verschillende dingen, want bij huwelijkse gevangenschap — daar wil ik ook best over praten — gaat het natuurlijk over wetgeving die nodig is.

De voorzitter:

Nee, nee, nee. Ik weet het.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Oké. Het is eigenlijk iets anders. Daar is de minister ook mee bezig. Ik vind dit nu urgent omdat ...

De voorzitter:

U wilt het dus apart.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

... we echt willen dat dit ook voor de zomervakantie is. Dus het liefst moet hierover vóór april, eind april, een debat zijn.

De voorzitter:

Dus eigenlijk heeft u twee verzoeken: én het debat, én in april.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Zeker.

De voorzitter:

Dan is dat ook helder.

Mevrouw Becker (VVD):

Wij maken ons ook grote zorgen over dit bericht. Wij hebben daar gisteren ook Kamervragen over gesteld. Het raakt eigenlijk heel veel verschillende ministeries, waardoor dit soort onderwerpen slecht in beeld is. Dus ik zou de debataanvraag willen steunen. Wel is het eerst belangrijk dat er een brief is en Kamervragen. Dus april hoeft wat mij betreft niet per se. Ik zou willen toevoegen om ook minister Koolmees daarbij uit te nodigen.

De heer Van Nispen (SP):

De SP wil het debat ook steunen. Ik vind het zeker van belang om over dit urgente, schrijnende probleem te debatteren, maar ik geef wel in overweging aan de collega's om hier een algemeen overleg van te maken, dus gewoon een commissiedebat. Dan kunnen we, ook met ruime spreektijden, goed plannen wanneer we dat dan gevoerd willen hebben, gelet ook op de lange lijst van debatten. Maar ik steun het debat. Ik geef alleen in overweging dat wij voorkeur hebben voor een commissiedebat.

De heer Azarkan (DENK):

Ook van mijn kant van harte steun. Het is buitengewoon droevig en ernstig als kinderen tegen hun wil worden achtergelaten. Ik sluit me wel aan bij de heer Van Nispen. Het mag van mij in een AO als dat sneller kan, maar ik steun het debat.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik steun het debat. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Van Nispen. Als het sneller kan door een AO, dan graag. En ik wil alleen een debat met de minister voor Rechtsbescherming, want hij is hierbij volgens mij primair de belangrijkste minister.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Ik sluit mij volledig aan bij de vorige spreekster.

De voorzitter:

Oké. U heeft wel een meerderheid, mevrouw Buitenweg.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Daar zitten we dan een beetje mee, want wat gaan we nu doen?

De voorzitter:

In april of niet. Dat was eigenlijk een beetje het punt.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Ik geloof wel dat het urgentie heeft. Je wilt dat er zaken uitgerold worden, zodat leraren ook beter weten wat ze zouden moeten doen, en dat heeft tijd nodig.

De voorzitter:

Maar er was geen meerderheid om het in april te plannen. Er is wel genoeg steun voor het houden van een meerderheidsdebat. Ik wil eigenlijk het voorstel doen om het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Buitenweg (GroenLinks):

Dat is prima. Dan zal ik het ook nog in de commissievergadering inbrengen, om te kijken of wij wel al eerder een algemeen overleg kunnen hebben.

De voorzitter:

Heel goed. Prima. Dank u wel, mevrouw Buitenweg.

De heer Wassenberg namens de Partij voor de Dieren.

De heer Wassenberg (PvdD):

Dank u wel, voorzitter. Tata Steel houdt ons nu al weken bezig. Jarenlang werd er gewerkt zonder omgevingsvergunning. Er vindt overtreding op overtreding plaats als het gaat om de uitstoot van grafiet. En gisteren was er een explosie, waarbij vier gewonden vielen. Dit is opnieuw een voorbeeld van een bedrijf dat zo groot is ...

De voorzitter:

U wilt een debat.

De heer Wassenberg (PvdD):

... dat het lacht om boetes die de provincie kan opleggen. Opnieuw zijn er problemen die zo groot en structureel zijn dat dit om coördinatie van de rijksoverheid vraagt.

De voorzitter:

U wilt dus een debat, meneer Wassenberg.

De heer Wassenberg (PvdD):

Daarom wil ik een debat hierover met de staatssecretaris van IenW.

De voorzitter:

Ik dacht: iedereen heeft het gisteren heel laat gemaakt in verband met de verkiezingen en iedereen zal ontzettend moe zijn. Maar dat is dus niet het geval.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter, we hebben hier gisteren niet vergaderd en we hebben dat gemist, dus we gaan het nu een heel klein beetje inhalen.

De voorzitter:

U gaat het inhalen. Ja, dat zie ik.

Mevrouw Van Eijs (D66):

Een tijdje geleden hebben wij een debataanvraag over Tata Steel gesteund. Dat is ook een meerderheidsdebat geworden. Het lijkt me heel goed om een brief te vragen en die te betrekken bij dat debat, maar ik steun niet meer een apart debat over Tata Steel.

De heer Remco Dijkstra (VVD):

De VVD sluit zich daarbij aan.

De heer Van Nispen (SP):

Ik wil het debat steunen, maar ik denk dat het zinnig is om dit sneller te bespreken bij het debat dat is aangevraagd door mijn collega Laçin. Dan kunnen we dat ook sneller voeren.

De heer Von Martels (CDA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van D66 en de VVD.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter. Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Van Nispen.

De heer Van Aalst (PVV):

Steun voor het debat, maar het lijkt me qua snelheid goed om het inderdaad bij het andere debat te betrekken.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Ik sluit mij ook aan bij de heer Van Nispen en mevrouw Ploumen.

De heer Renkema (GroenLinks):

Ik sluit me daar ook bij aan. Ik zou ook heel graag de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid daarbij willen hebben, want het gaat over arbeidsomstandigheden. Ik zou dus graag beide bewindspersonen erbij willen hebben.

De voorzitter:

Meneer Wassenberg, u heeft geen meerderheid.

De heer Wassenberg (PvdD):

Nee, voorzitter, maar er is wel steun voor een brief. Het is inderdaad goed om het bij het andere debat te betrekken.

De voorzitter:

De heer Azarkan wil nog iets zeggen, maar of dat nou doorslaggevend is?

De heer Azarkan (DENK):

Dit gaat helpen, vermoed ik! Nee, hoor. Toch steun, voorzitter, ook al helpt het niet.

De voorzitter:

Desalniettemin is er geen meerderheid.

De heer Wassenberg (PvdD):

Voorzitter, ik vind het prima om het bij het andere debat te betrekken. Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan ga ik naar mevrouw Bromet namens GroenLinks.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Voorzitter. Gisteren bereikte ons het bericht dat KPN voor de aanleg van het 5G-netwerk in zee wil gaan met het Chinese Huawei. GroenLinks heeft daar grote zorgen over vanwege de verwevenheid van de Chinese overheid met het bedrijf Huawei. Het gaat wel over voor Nederland vitale voorzieningen. Het kabinet is nog bezig met beleidsvorming over de invloed van Chinese bedrijven in Nederland. Dus het lijkt ons niet handig dat KPN nu al deze acties onderneemt. Daarom willen wij graag een brief van de regering en een debat hierover.

De voorzitter:

De heer Futselaar stond eerder bij de microfoon, maar ik weet dat de heer Sjoerdsma ook zo'n debat op de lijst heeft staan.

De heer Sjoerdsma (D66):

Ja.

De voorzitter:

Dus dan geef ik u maar eerst het woord.

De heer Sjoerdsma (D66):

Voorzitter, wat een voorrecht. Volgens mij is het heel goed om hierover te debatteren, maar ik zou inderdaad willen voorstellen om dit specifieke deelonderwerp toe te voegen aan het 5G-debat dat al op de agenda staat. Dan kunnen we het mooi bespreken. Die brief is uiteraard van harte welkom.

De voorzitter:

Dus geen steun voor een apart debat, maar u wilt het onderwerp eraan toevoegen.

De heer Futselaar (SP):

Steun voor het verzoek van mevrouw Bromet. Wat zij verder met het andere advies doet, dat horen we dan wel.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter, geen steun. Ik sluit mij graag aan bij de woorden van meneer Sjoerdsma, ook omdat de staatssecretaris naar aanleiding van ons voorstel heeft toegezegd dat er nog een risicoanalyse komt. Die willen wij graag eerst hebben voordat wij zo'n debat voeren.

De heer Weverling (VVD):

Mooi gezegd door mevrouw Van den Berg. Daar sluit ik mij bij aan.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun voor het verzoek, voorzitter.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter, steun voor het verzoek en ook steun voor de samenvoeging.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Steun en steun voor de samenvoeging.

De voorzitter:

Mevrouw Bromet.

Mevrouw Bromet (GroenLinks):

Voorzitter. Ik ga akkoord met de samenvoeging. Dat is een goed voorstel. Ik wil de brief alleen heel graag hebben voor het AO Telecommunicatie, want ik denk dat die daarbij al een rol kan spelen. Ik verzoek het kabinet om in ieder geval 48 uur van tevoren die brief hier te hebben.

De voorzitter:

Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. Goed dat u dit gewoon betrekt bij een debat dat al op de lijst staat en niet toevoegt aan de lijst van dertigledendebatten. Heel goed.

Mevrouw Ellemeet namens GroenLinks.

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Dank u wel, voorzitter. Een paar weken geleden stond ik hier naar aanleiding van incidenten rond een abortuskliniek in Utrecht. En deze week hebben we kunnen horen dat er opnieuw incidenten zijn rond een abortuskliniek, dit keer in Rotterdam. Vrouwen worden geïntimideerd. Abortus wordt als moord omschreven en dat wordt in het gezicht van deze vrouwen geschreeuwd. Ik zou hier graag een debat over willen voeren. Ik had al een dertigledendebat, maar ik zou er graag een meerderheidsdebat van willen maken met de minister van VWS.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Steun voor dit verzoek. Ik zou graag van de minister een brief willen hebben. Hij heeft een aantal acties ingezet en ik vraag hem ons daarover te informeren voorafgaand aan het debat.

Mevrouw Van den Berg (CDA):

Voorzitter, geen steun voor het debat, maar wel voor de brief, met name voor de kwestie van de handhaving. Daar willen wij graag wat meer toelichting op hebben dan in de vorige brief.

De heer Van der Staaij (SGP):

Voorzitter, geen steun voor het debat, maar wel voor een brief, die ook ingaat op wat er nu feitelijk aan de hand is. Wij krijgen namelijk ook berichtgeving dat het wat opgeblazen in het nieuws is gekomen. Graag een brief met feitelijke verheldering.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik zou het debat wel willen steunen, maar ik vind het wel belangrijk dat er een brief komt met duidelijkheid. Kan de minister in contact treden met Rotterdam om te vragen wat de gemeente zelf gaat doen? Het is primair een lokale verantwoordelijkheid. Als de brief voldoende antwoord geeft op onze vragen, dan hoop ik dat een debat niet nodig is. Vooralsnog steunen wij het debat.

De heer Wassenberg (PvdD):

Steun voor de brief en steun voor het debat.

De heer De Lange (VVD):

Steun voor een brief. Er moet helderheid komen over hoe de openbare orde in bijvoorbeeld Rotterdam is georganiseerd. Geen steun voor een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun.

De heer Van Nispen (SP):

Steun.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun, voorzitter.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid, mevrouw Ellemeet. Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Omtzigt.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Volgende week hebben we een debat over de brexit. Ik begrijp dat dat op donderdag zou kunnen plaatsvinden. De voortekenen voor die brexit zijn niet goed. Als het dit weekend misgaat, dan krijgen we een chaotische brexit en dat kan voor Nederland exportland grote gevolgen hebben. Ik wil het niet alleen met de minister-president hebben over de algemene lijn, maar ik wil ook spreken over drie verschillende deelterreinen waarop grote problemen zouden kunnen optreden. Het eerste deelterrein is de Douane, met de staatssecretaris van Financiën. Het tweede deelterrein is de NVWA. Van de 80 dierenartsen die nodig zijn voor de exportcontrole, zijn er nul klaar.

De voorzitter:

Dus de minister van Landbouw?

De heer Omtzigt (CDA):

Of de minister van EZK. Een van twee; het maakt me niet zoveel uit. En de derde is de minister voor Volksgezondheid, vanwege de medicijnen en de implantaten.

De voorzitter:

Dat is de heer De Jonge.

De heer Omtzigt (CDA):

De heer Bruins, minister Bruins.

De voorzitter:

De minister voor Medische Zorg. Dus u wilt eigenlijk vier bewindspersonen bij dat debat?

De heer Omtzigt (CDA):

Ja, voorzitter.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter, steun voor het viertal.

De heer Azarkan (DENK):

Voorzitter, steun.

De heer Verhoeven (D66):

Geen steun, voorzitter. We hebben hierover uitgebreid gesproken in de procedurevergadering. Ik snap het verzoek van de heer Omtzigt heel goed. Maar als commissie Europese Zaken hebben we de verantwoordelijkheid om bepaalde dingen bij de vakcommissie en de vakministers te laten. We praten op hoofdlijnen over dossiers.

De voorzitter:

Duidelijk.

De heer Verhoeven (D66):

Dus niet elke keer een minister erbij op het moment dat het over een deelonderwerp gaat. Ik snap de zorg van de heer Omtzigt ...

De voorzitter:

Dat heeft u gezegd.

De heer Verhoeven (D66):

Ik respecteer die zorg, maar wij debatteren met de minister van Buitenlandse Zaken of met de premier, en niet met allerlei vakministers. Daar zijn vakcommissies voor.

De voorzitter:

Ik zal deze opmerking heel goed onthouden.

De heer Verhoeven (D66):

Dank u wel, voorzitter. Zo was die opmerking ook bedoeld.

De heer Anne Mulder (VVD):

Ik sluit me bij de heer Verhoeven aan. We hebben hierover uitgebreid gesproken in de commissie Europese Zaken. We hebben laatst ook het gekke geval gehad dat de heer Omtzigt een motie indiende over VWS, terwijl er over datzelfde onderwerp een AO bezig was in een andere zaal met de minister van VWS. We zijn dingen dus aan het dubbelen en dat moeten we niet doen.

De voorzitter:

Dat kan natuurlijk niet, hè.

Mevrouw Ploumen (PvdA):

Voorzitter, ik vond dat de heer Verhoeven dit keer verstandige dingen zei.

De voorzitter:

Dit keer! Ik zie dat zelfs mevrouw Leijten het nu voor de heer Verhoeven opneemt.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik sluit mij aan bij de heer Verhoeven!

De voorzitter:

Meneer Omtzigt, ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik geef aan dat ik wél op een aantal van deze zaken vragen zal stellen ...

De voorzitter:

Dat is uw goed recht.

De heer Omtzigt (CDA):

... omdat de kans er is dat we een harde brexit hebben tussen dat debat en de volgende keer dat we vergaderen. En dan zullen we op deze terreinen gewoon vragen moeten kunnen stellen aan de regering.

Mevrouw Arib (PvdA):

Dat staat u vrij, meneer Omtzigt. Het is uw goed recht om vragen te stellen.

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Het staat het kabinet natuurlijk altijd vrij om te zeggen: we gaan wel met die vier bewindspersonen. Maar we hebben inderdaad anders besloten in de procedurevergadering.

De voorzitter:

Ook deze opmerking ga ik onthouden, mevrouw Leijten. Dank u wel.

Daarmee zijn we aan het eind gekomen van de regeling van werkzaamheden. Ik schors de vergadering enkele ogenblikken.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Bergkamp

Naar boven