Aan de orde is het debat naar aanleiding van algemene overleggen op 10 en 11 december 2008 over het staatkundig proces Nederlandse Antillen.

De voorzitter:

Ik herinner alle leden eraan dat het zogenaamde kerstregime wordt gehanteerd. Er kunnen dus alleen moties worden ingediend.

De heer Brinkman (PVV):

Voorzitter. Ik heb een viertal moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, geen eurocent saneringsgeld te betalen aan de Nederlandse Antillen en dit standpunt maandag 15 december 2008 tijdens de Ronde Tafel Conferentie kenbaar te maken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Brinkman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 8(31568).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Tweede Kamer der Staten-Generaal dient te controleren of het bedrag van de saneringsgelden voor de schulden van de Nederlandse Antillen conform de afspraken van de slotverklaring van 2 november 2006 tot stand is gekomen;

verzoekt de regering, de Algemene Rekenkamer opdracht te geven, een uitvoerig onderzoek in te stellen naar de doelmatigheid en rechtmatigheid van de hoogte van de te betalen saneringsgelden aan de Antillen en om tot het moment dat de Tweede Kamer der Staten-Generaal zich heeft uitgesproken over dit rapport, geen onomkeerbare financiële handelingen richting de Antillen te verrichten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Brinkman, Wilders, Bosma en Agema. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 9(31568).

Ik verzoek de leden duidelijk hun hand op te steken als zij indiening van een motie ondersteunen. Anders is het voor mij niet duidelijk.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, een referendum voor de Nederlandse burgers te organiseren naar de staatkundige hervorming binnen het Koninkrijk,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Brinkman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 10(31568).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat minister van justitie Croes van Aruba heeft gezegd dat Paul van der Sloot en Jan van der Straten, als politiechef, bewust het onderzoek naar de verdwijning van Natalee Holloway de eerste tien dagen hebben gefrustreerd;

overwegende dat de kwaliteit van dit politieonderzoek om meer redenen zwaar onder vuur ligt;

overwegende dat deze verdwijning nog steeds niet is opgelost en dat zowel nationaal als internationaal de goede naam van Nederland zwaar onder druk ligt;

verzoekt de regering, opdracht te geven aan de rijksrecherche, een onderzoek in te stellen naar de integriteit van de onderzoeksbeslissingen gedaan tijdens het onderzoek naar de verdwijning van Natalee Holloway en daarbij tevens te onderzoeken of er nog openstaande onderzoeksvragen zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Brinkman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 11(31568).

De heer Van Raak (SP):

Voorzitter. In januari volgen de fiscale wetten voor Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Daarom dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat Bonaire, Sint Eustatius en Saba onderdeel worden van Nederland;

verzoekt de regering, haar visie te geven op de toekomst van de speciale economische zones op deze eilanden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Raak. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 12(31568).

Wij wachten heel even tot de staatssecretaris alle moties heeft ontvangen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

Voorzitter. Ik beschik nog niet over alle moties, maar begin vast met de moties die ik al heb. De motie op stuk nr. 8 betreft de saneringsgelden aan de Antillen. De heer Brinkman weet dat ik zijn mening hierover niet deel. Nederland zou geen betrouwbare partner zijn als wij geen enkele eurocent aan de Antillen gaven. Wij hebben in 2006 namelijk afgesproken dat wij tot schuldsanering overgaan. Het is volstrekt onbetrouwbaar om nu opeens niet daartoe over te gaan. Ik wil aanneming van deze motie dan ook ernstig ontraden.

Ik ben stomverbaasd over de inhoud van de motie op stuk nr. 9. Aanneming ervan moet ik de Kamer zeer ernstig ontraden. Ik heb in het algemeen overleg van zojuist toegezegd dat ik de Rekenkamer zal vragen om nader onderzoek te doen. Ook hebben wij al onafhankelijk onderzoek gedaan. Ik wil aanneming van deze motie echt zeer ernstig omtraden. Het is bijzonder vreemd dat dit hier zo naar voren komt. Ik ben uitvoerig op dit punt ingegaan tijdens het debat.

De motie op stuk nr. 10 gaat over een referendum in Nederland. Zoals de heer Brinkman weet, ben ik geen voorstander van referenda. Ik ontraad daarom aanneming van deze motie. Nederland heeft een traject afgesproken en moet daar betrouwbaar in zijn. Wij lopen het traject, waaraan een slotverklaring ten grondslag ligt, nauwgezet af. Ik houd de Kamer daar voortdurend van op de hoogte. Het lijkt mij echt niet aan de orde om een referendum te houden.

Dan kom ik op de motie op stuk nr. 11, over de uitspraak van de minister van Justitie van Aruba, de heer Croes. Ik heb de Kamer al een brief gestuurd over dit onderwerp, waarin ik aangeef dat ik het vreemd vind dat op dit moment zulke vergaande aantijgingen door de minister van Justitie van Aruba worden gedaan aangaande politiemensen in het onderzoek. Ik vind het een merkwaardige kwestie dat dit nu gebeurt. Het gaat echter over een onderzoek dat al tijden geleden is geweest. Er kan nog steeds onderzoek worden ingesteld naar dat onderzoek. Dat is echter geheel en al onder de verantwoordelijkheid van de minister van Justitie van Aruba. Hij moet zelf dat onderzoek instellen. Nederland kan wel daarbij behulpzaam zijn, maar kan niet zelf onderzoek doen. Ook aanneming van deze motie wil ik daarom ontraden.

Ten slotte kom ik op de motie op stuk nr. 12 van de heer Van Raak over de toekomst van de speciale economische zones op Bonaire, Saba en Sint Eustatius, in relatie tot de belaste fiscaliteit, zoals hij heeft toegelicht. Ik laat het oordeel over deze motie aan de Kamer. Wat de heer Van Raak wil, kan alleen ten aanzien van de BES-eilanden, maar hij heeft de motie ook zo geformuleerd dat het alleen ten aanzien van deze eilanden is. De landen in wording Sint Maarten en Curaçao hebben hun eigen verantwoordelijkheid, zoals ik in het algemeen overleg al heb uitgelegd.

De voorzitter:

De heer Van Bochove heeft een – één! – verhelderende vraag.

De heer Van Bochove (CDA):

Voorzitter. De staatssecretaris heeft aanneming van de tweede motie sterk ontraden. Volgens mij is zij echter volstrekt overbodig.

Staatssecretaris Bijleveld-Schouten:

De motie is inderdaad overbodig, want ik heb al een toezegging gedaan. Ik vind het heel merkwaardig dat deze kwestie op deze manier weer terugkomt. Daarom ontraad ik aanvaarding ervan.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Wij stemmen aansluitend over de ingediende moties. Ik verzoek de leden die de presentielijst nog niet hebben getekend, dit zo spoedig mogelijk te doen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Remkes (VVD):

Voorzitter. De fractie van de VVD zal onder verwijzing naar de argumentatie van de staatssecretaris tegen de eerste motie stemmen. Wij zullen ook tegen de tweede motie stemmen omdat de toezegging ongeveer letterlijk in het AO is gedaan. Wij hebben geen behoefte aan allerlei overbodige libellen. Mijn advies aan de fractie van de PVV is om een initiatief referendumwet in te dienen, want zoals het in de derde motie wordt verwoord, kan het staatkundig in geen geval. Wij stemmen ook tegen de vierde motie omdat wij de minister van Justitie van Aruba niet als de beste en meest betrouwbare inspiratiebron beschouwen.

In stemming komt de motie-Brinkman (31568, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Brinkman c.s. (31568, nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Brinkman (31568, nr. 10).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Brinkman (31568, nr. 11).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Raak (31568, nr. 12).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

De vergadering wordt van 17.58 uur tot 19.00 uur geschorst.

Naar boven