Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 29 oktober 2008 over de verwevenheid van de onderwereld met de bovenwereld.

De voorzitter:

Dit VAO is een bijzondere belevenis omdat de leden van de Werkgroep verwevenheid onder- en bovenwereld in vak-K zitten. Dat vind ik altijd heel bijzondere momenten.

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Ik houd het kort en ik beperk mij tot de motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat de actuele verwevenheid van de onderwereld en bovenwereld aanleiding geeft tot het nemen van maatregelen tegen die verwevenheid;

van mening dat de werkgroep van de vaste commissie voor Justitie belangrijke aanbevelingen op dit terrein heeft gedaan;

spreekt uit, de aanbevelingen van de werkgroep over te nemen en stelt vast dat het rapport voldoende basis biedt voor nadere gedachtewisseling met de regering,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Kuiken, Van Haersma Buma, Van Raak, Rutte, Slob, Fritsma en Azough.

Zij krijgt nr. 15(29911).

Ik denk dat de tekst van de motie al min of meer bij u bekend was, mevrouw Joldersma. Mag ik dan de voorzitter van de werkgroep het woord geven om te reageren op de motie?

Mevrouw Joldersma (CDA):

Voorzitter. De Kamer gaat natuurlijk over haar eigen moties, maar de werkgroep wil toch haar waardering uitspreken voor het feit dat mevrouw Kuiken namens een aantal Kamerleden een uitspraak van de Kamer vraagt. Wij denken namelijk zeker dat deze ernstige problematiek van verwevenheid het verdient om de bestrijding van de verwevenheid als prioriteit aan te merken. De werkgroep heeft haar taak nog niet beëindigd. Wij gaan nog even door. Wij zullen alles in het werk stellen om ervoor te zorgen dat de aanbevelingen zo veel mogelijk worden uitgevoerd.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de commissie voor haar oordeel. Volgende week stemmen wij over de motie.

De vergadering wordt van 12.35 uur tot 13.15 uur geschorst.

De voorzitter:

Op de tafel van de griffier ligt een lijst van ingekomen stukken. Op die lijst staan voorstellen voor de behandeling van deze stukken. Als voor het einde van de vergadering daartegen geen bezwaar is gemaakt, neem ik aan dat daarmee wordt ingestemd.