Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Wijziging van onder meer de Wet op het primair onderwijs, de Wet op de expertisecentra en de Wet op het voortgezet onderwijs in verband met enkele maatregelen ter verbetering van het functioneren van het vervangingsfonds en het participatiefonds (regeling verbetering functioneren vervangings- en participatiefonds) (26427).

(Zie vergadering van 8 september 1999.)

Artikel I, aanhef en de onderdelen A t/m C worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Barth c.s. (stuk nr. 8, II).

De voorzitter:

Ik constateer, dat dit amendement met algemene stemmen is aangenomen.

Ik stel vast, dat door de aanneming van dit amendement de andere op stuk nr. 8 voorkomende amendementen als aangenomen kunnen worden beschouwd.

Onderdeel D, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Barth (stuk nr. 8, II), wordt zonder stemming aangenomen.

Het gewijzigde artikel I wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel II, zoals het is gewijzigd door de aanneming van het amendement-Barth (stuk nr. 8, III), wordt zonder stemming aangenomen.

Artikel III, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Barth (stuk nr. 8, IV en V), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen IV t/m VI worden zonder stemming aangenomen.

De beweegreden, zoals gewijzigd door de aanneming van het amendement-Barth (stuk nr. 8, I), wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer, dat het wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven