Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register II

Origineel opschrift en aanhef

Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerdersorganisaties Wsnp in het register II

De Raad voor Rechtsbijstand, namens de Minister van Justitie en Veiligheid,

Gelet op:

Besluit:

Stelt de volgende beleidsregels vast voor inschrijving van de bewindvoerder Wsnp en bewindvoerderorganisatie Wsnp in het register voor bewindvoerders en bewindvoerderorganisaties Wsnp:

§ 1 Begripsbepalingen

Artikel 1

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

Advocaat-bewindvoerder:

de bewindvoerder Wsnp die als advocaat is ingeschreven bij de Nederlandse Orde van Advocaten;

Audit:

Toetsing of de bewindvoerderorganisatie Wsnp en/of bewindvoerder Wsnp voldoet aan het Profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp en overige inschrijfvoorwaarden.

Basisopleiding:

een door de Raad erkende opleiding die wordt afgerond met een diploma bewindvoerder Wsnp;

Bewindvoerder Wsnp:

de door de rechtbank op grond van artikel 287, derde lid, van de Faillissementswet benoemde natuurlijke persoon of rechtspersoon;

Bewindvoerderorganisatie Wsnp:

organisatie die voldoet aan de voorwaarden gesteld in artikel 13;

De Raad:

de Raad voor Rechtsbijstand;

Eenzijdige webinar:

een webinar waarbij geen live contact is met de docent en waarbij geen toezicht is op deelname.

Erkende opleidingsinstelling:

een door de Raad aangewezen opleidingsinstelling, die voldoet aan de voorwaarden van het Besluit aanwijzing opleidingsinstellingen (Staatscourant 2015, nr. 44931);

Gedragscode:

De meest recente versie van de gedragscode voor bewindvoerders Wsnp (Staatscourant 18 oktober 2013, 29039);

Herintredende bewindvoerder Wsnp:

bewindvoerder Wsnp zoals bedoeld in artikel 12;

Intercollegiaal overleg:

overleg tussen bewindvoerders Wsnp onder supervisie/met ondersteuning van een begeleider ter bevordering van de kwaliteit van de uitvoering van het Wsnp-bewind;

Klachtenregeling:

de meest recente versie van de klachtenregeling voor bewindvoerders Wsnp II(Staatscourant 18 oktober 2013, 29038);

Lopende insolventiepraktijk:

een advocatenkantoor met één of meerdere faillissementscuratoren en/of bewindvoerders Wsnp die samen een doorlopende caseload beheren van surséances van betaling, faillissementen en/of wettelijke schuldsaneringsregelingen;

Overige PE-activiteiten:

activiteiten, niet zijnde scholingsactiviteiten, die ook in aanmerking komen voor PE-punten.

Permanente educatie:

deskundigheid bevorderende en relevante activiteiten waarmee kennis en vakbekwaamheid op peil worden gehouden of uitgebreid;

PE-periode:

de driejaarlijkse periode waarin de PE-punten behaald dienen te worden;

PE-punten:

door de Raad toegekende educatiepunten om kennis en vakbekwaamheid op peil te houden of uit te breiden;

Profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp:

criteria waaraan bewindvoerderorganisaties Wsnp moeten voldoen om ingeschreven te zijn en te blijven in het register. Zie bijlage 1 in deze beleidsregels;

Protocol overdracht Wsnp-zaak:

het protocol voor de overdracht van een Wsnp-zaak tussen bewindvoerders Wsnp, opgesteld door de Raad;

Recofa-richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen:

richtlijnen van rechters-commissarissen in faillissementen en wettelijke schuldsaneringsregelingen voor bewindvoerders Wsnp in het kader van de Wsnp;

Register:

register van de Raad, waarin bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp zijn opgenomen die voldoen aan de voorwaarden gesteld in deze beleidsregels;

Relevant:

een activiteit is relevant wanneer deze bijdraagt aan het op peil houden of uitbreiden van de kennis en vakbekwaamheid van een bewindvoerder Wsnp;

Scholingsactiviteit:

een voor de bewindvoering Wsnp relevante scholing die verzorgd wordt door een deskundige waarbij kennisoverdracht centraal staat;

Uittredende bewindvoerder:

bewindvoerder Wsnp zoals bedoeld in artikel 11;

Vergoedingenbesluit:

Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering;

Verklaring Omtrent het Gedrag (VOG):

een verklaring van het Ministerie van Veiligheid en Justitie waaruit blijkt dat het (justitiële) verleden van de aanvrager geen bezwaar vormt voor het vervullen van een specifieke taak of functie in de samenleving;

Vtlb-update:

de verplichte scholing zoals bedoeld in artikel 5, lid 2 van deze beleidsregels, welke inhoudelijk schoolt over (de berekening van) het vrij te laten bedrag (vtlb);

Webinars:

online scholingsactiviteit (scholing op afstand) met directe interactie tussen de docent(en) en deelnemer(s), waarbij toezicht wordt gehouden op deelname en een deelnamebewijs wordt afgegeven

Wsnp:

Wet schuldsanering natuurlijke personen als bedoeld in titel III van de Faillissementswet.

§ 2 Inschrijving bewindvoerder Wsnp in het register

Artikel 2 Voorwaarden inschrijving

  • 1. De bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, wordt ingeschreven in het register onder de volgende voorwaarden:

    • a) De bewindvoerder Wsnp is werkzaam bij een advocatenkantoor met lopende insolventiepraktijk of bij een organisatie die door de Raad is ingeschreven in het register als bewindvoerderorganisatie Wsnp;

    • b) De bewindvoerder Wsnp is in de tien jaar voorafgaand aan het verzoek tot inschrijving niet insolvent geweest, heeft geen problematische schulden gehad en is van (financieel) onbesproken gedrag geweest;

    • c) De bewindvoerder Wsnp heeft het diploma voor de basisopleiding behaald;

    • d) De bewindvoerder Wsnp overlegt een VOG met profiel 55 (juridische dienstverlening) van ten hoogste drie maanden oud. Daarnaast identificeert de bewindvoerder Wsnp zich op een door de Raad voorgeschreven wijze.

    • e) De bewindvoerder Wsnp houdt zich aan de Gedragscode bewindvoerder Wsnp II

  • 2. De advocaat-bewindvoerder kan op verzoek worden ingeschreven in het register.

Artikel 3 Voortzetting inschrijving

  • 1. De inschrijving van een bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, blijft van kracht zolang deze aan de volgende voorwaarden voldoet:

    • a) De bewindvoerder Wsnp voldoet aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 2 lid 1 onder a en e;

    • b) De bewindvoerder Wsnp is tijdens zijn inschrijving van onbesproken financieel gedrag, heeft geen (problematische) schulden en/of raakt niet insolvent;

    • c) De bewindvoerder Wsnp overlegt een VOG aan de Raad, steeds vóór het verstrijken van een termijn. Het gaat om een VOG met screeningsprofiel 55: juridische dienstverlening. Het VOG heeft een geldigheidstermijn van drie jaar;

    • d) De bewindvoerder Wsnp voldoet aan de voorwaarden van de permanente educatie als gesteld in paragraaf 3;

    • e) De bewindvoerder Wsnp heeft tenminste één lopende Wsnp-zaak op naam staan. De Raad controleert dit vereiste jaarlijks.

Artikel 4 Uitschrijving register

  • 1. De bewindvoerder Wsnp die geen advocaat is, wordt (tijdelijk) uitgeschreven uit het register als:

    • a) deze niet voldoet aan de voorwaarden, genoemd in paragraaf 2 van deze beleidsregels;

    • b) een gegronde klacht of andere aanwijzing daar aanleiding toe geeft;

    • c) deze aangeeft uitgeschreven te willen worden en geen zaken (meer) op zijn naam heeft.

  • 2. De advocaat-bewindvoerder wordt (tijdelijk) uitgeschreven uit het register als:

    • a) deze niet meer ingeschreven is bij de Nederlandse Orde van Advocaten;

    • b) deze niet voldoet aan de voorwaarden, genoemd in artikel 5 lid 2 van deze beleidsregels;

    • c) deze aangeeft uitgeschreven te willen worden en geen zaken (meer) op zijn naam heeft.

§ 3 Permanente Educatie

Artikel 5 PE-punten

  • 1. Een bewindvoerder Wsnp behaalt driejaarlijks tenminste 36 PE-punten in het kader van de permanente educatie. De Raad hanteert een vaste periode van drie jaar die gelijkloopt aan de auditperiode.

  • 2. Een bewindvoerder Wsnp alsmede een advocaat-bewindvoerder behaalt elke twee jaar tenminste 4 PE-punten met het kenmerk vtlb-update.

  • 3. PE-activiteiten moeten gericht zijn op kennisvergroting en/of verbetering van vaardigheden. Tenminste 24 van de 36 te behalen PE-punten moeten het kenmerk kennisvergroting hebben. De overige PE-punten kunnen worden behaald door verbetering van vaardigheden.

  • 4. Tenminste 24 van de 36 te behalen PE-punten moeten behaald zijn met scholingsactiviteiten. De overige PE-punten kunnen worden behaald met overige PE-activiteiten.

  • 5. De PE-periode voor een intredende bewindvoerder Wsnp gaat in op 1 januari van het jaar, volgend op het jaar waarin de basisopleiding is behaald. De voorwaarden genoemd in lid 1, 3 en 4 van dit artikel gelden naar rato.

Artikel 6 Scholingsactiviteiten en overige PE-activiteiten

Een bewindvoerder kan PE-punten behalen via:

  • 1 Scholingsactiviteiten:

    • a. Het bijwonen van relevante scholingsactiviteiten;

    • b. Het optreden als docent mits in combinatie met cursusontwikkeling.

  • 2 Overige PE-activiteiten:

     

    Activiteit

    Methode berekenen PE-punten

    Maximaal aantal PE-punten

    Controle

    1

    Het bijhouden van vakliteratuur en/of het volgen van eenzijdige webinars.

    Per uur 1 PE-punt

    Maximaal 3 PE punten per jaar

     

    2

    Het vervullen van een actieve rol op organisatorisch niveau binnen de sector.

    Per uur 1 PE-punt

    Maximaal 3 PE punten per jaar

    Bewijs van deelname

    3

    Intercollegiaal overleg

    Per uur 1 PE-punt

    Maximaal 3 PE punten per jaar

    Bewijs van deelname

    4

    Wetenschappelijke publicaties en publicaties in vakbladen

    Per 500 woorden 1 PE punt

    Maximaal 3 PE punten per jaar

    De publicatie zelf

Artikel 7 Verplichte scholing

Het kan voorkomen dat een bepaalde scholing verplicht gevolgd moet worden. De Raad maakt dit, voor zover mogelijk, aan het begin van een kalenderjaar bekend. Ook kan de Raad, als daartoe aanleiding bestaat, specifieke scholing opleggen aan een individuele bewindvoerder Wsnp.

Artikel 8 Aanvraag PE-punten

  • 1. Opleidingsinstellingen en bewindvoerders Wsnp kunnen de Raad vragen punten toe te kennen aan een bepaalde PE-activiteit. Dit kan vooraf worden aangevraagd, of binnen één jaar nadat de activiteit heeft plaatsgehad.

  • 2. De Raad stelt vast of de PE-activiteit bijdraagt aan permanente educatie.

  • 3. Aan PE-activiteiten wordt in beginsel per volledig lesuur (zestig minuten) één PE-punt toegekend.

Artikel 9 Behalen vereiste punten

  • 1. Een bewindvoerder Wsnp is zelf verantwoordelijk voor het behalen van voldoende PE-punten.

  • 2. Een bewindvoerder Wsnp die voorziet dat hij niet het vereiste aantal scholingspunten kan behalen, kan de Raad schriftelijk en met redenen omkleed om ontheffing of uitstel te vragen.

  • 3. De bewindvoerder Wsnp dient tijdens de audit aan te tonen welke PE-activiteiten hij heeft gevolgd en hoeveel PE-punten daarmee zijn behaald.

Artikel 10 erkende opleidingsinstelling

Een opleidingsinstelling kan de Raad schriftelijk verzoeken om haar aan te wijzen als erkende opleidingsinstelling, als bedoeld in het besluit aanwijzing opleidingsinstelling Wsnp. Een erkende opleidingsinstelling kent zelfstandig het aantal PE-punten toe aan haar scholingsactiviteit.

§4 Uittreden en herintreden

Artikel 11 Uittredende bewindvoerder Wsnp

  • 1. Onder uittredende bewindvoerder Wsnp wordt verstaan: een bewindvoerder die aan de Raad heeft aangegeven te stoppen, maar nog niet uitgeschreven kan worden uit het register in verband met nog lopende zaken of dossiers die nog niet financieel zijn afgewikkeld.

  • 2. Zodra een bewindvoerder Wsnp bij de Raad is aangemerkt als uittredende bewindvoerder en de lopende zaken binnen één jaar worden afgewikkeld, vervalt de controle op de Permanente Educatie uit paragraaf 3, met uitzondering van de verplichting elke twee jaar de vtlb-update te behalen (artikel 5) en eventueel andere verplichte scholingsactiviteiten (artikel 7).

  • 3. Nadat alle lopende zaken (financieel) zijn afgewikkeld informeert de bewindvoerder Wsnp de Raad, waarna de bewindvoerder Wsnp het besluit tot uitschrijving uit het register ontvangt.

  • 4. De uittredende bewindvoerder Wsnp die zaken gaat overdragen, handelt volgens het ‘Protocol overdracht Wsnp-zaken’ dat beschikbaar is gesteld op de website van Bureau Wsnp.

  • 5. Als de bewindvoerder Wsnp terugkomt op het besluit en aangeeft ingeschreven te willen blijven, wordt beoordeeld of aan de inschrijvingsvoorwaarden wordt voldaan. Bij een positieve beoordeling is paragraaf 3 Permanente Educatie met terugwerkende kracht van toepassing en wordt dit tijdens de audit getoetst.

Artikel 12 Herintredende bewindvoerder Wsnp

  • 1. Onder herintredende bewindvoerder Wsnp wordt verstaan: een bewindvoerder die minstens twaalf maanden niet ingeschreven heeft gestaan in het register, of een bewindvoerder die gedurende twaalf maanden na het volgen van de basisopleiding niet is ingeschreven in het register;

  • 2. De herintredende bewindvoerder Wsnp, wordt (weer) ingeschreven in het register als deze voldoet aan de voorwaarden genoemd onder artikel 2 van deze beleidsregels;

  • 3. Een herintredende bewindvoerder Wsnp dient te voldoen aan de PE-eisen gesteld in artikel 5. Hierbij gelden drie aanvullingen:

    • a) een herintredende bewindvoerder Wsnp behaalt binnen twaalf maanden vanaf zijn inschrijfdatum 18 PE-punten met kenmerk kennisvergroting.

    • b) tenminste 4 van deze 18 PE-punten hebben betrekking op de vtlb-update.

    • c) de PE-periode gaat in op 1 januari van het jaar, volgend op het jaar waarin om inschrijving is gevraagd.

§ 5 Inschrijving en uitschrijving bewindvoerderorganisatie Wsnp

Artikel 13 Voorwaarden inschrijving bewindvoerdersorganisatie Wsnp

Een organisatie wordt op verzoek in het register ingeschreven als bewindvoerderorganisatie Wsnp onder de volgende voorwaarden:

  • 1 De bewindvoerderorganisatie is een advocatenkantoor met een lopende insolventiepraktijk;

  • 2 De bewindvoerderorganisatie die geen advocatenkantoor is:

    • a) is ingeschreven in het Handelsregister van de Kamer van Koophandel, met (onder andere) als doel het uitvoeren van bewindvoeringen Wsnp.

    • b) overlegt bij het eerste verzoek tot inschrijving een verklaring van de rechtbank waaruit blijkt dat er behoefte bestaat aan aanvulling op het bestaande organisatiebestand;

    • c) voldoet aan de criteria in het profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp; en

    • d) kan digitaal, via e-mail, communiceren met de Raad

Artikel 14 Audits

De Raad kan periodiek toetsen, middels het uit (laten) voeren van audits of anderszins, of de ingeschreven organisatie nog steeds voldoet aan de inschrijfvoorwaarden uit artikel 13 van deze beleidsregels.

Artikel 15 Uitschrijving bewindvoerdersorganisatie Wsnp

De bewindvoerderorganisatie Wsnp kan worden uitgeschreven uit het register als:

  • a) deze naar het oordeel van de Raad niet langer voldoet aan de voorwaarden zoals opgenomen in artikel 13;

  • b) de organisatie daarom verzoekt;

  • c) er geen ingeschreven bewindvoerders Wsnp (meer) aan de organisatie verbonden zijn.

§6 Slotbepalingen

Artikel 16 Intrekken van bestaande besluiten en regelingen

De volgende reglementen en besluiten vervallen bij de inwerkingtreding van dit besluit.

  • 1 De Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register (Staatscourant 2015, 44924)

Artikel 17 Inwerkingtreding

Deze regeling met de daarbij behorende bijlage treedt in werking op 1-1-2026.

Artikel 18 Citeertitel

Deze regeling wordt aangehaald als ‘Beleidsregels voor inschrijving bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp in het register II’

’s-Hertogenbosch, 25 november 2025

I.D. Nijboer Algemeen directeur/Bestuurder Raad voor Rechtsbijstand

BIJLAGE I. BIJ BELEIDSREGELS VOOR INSCHRIJVING BEWINDVOERDERS WSNP EN BEWINDVOERDERORGANISATIES WSNP IN HET REGISTER II

Profiel bewindvoerdersorganisatie Wsnp

  • 1. De organisatie faciliteert de bewindvoerder Wsnp voldoende om zijn taken, vastgelegd in 316 FW en in de richtlijnen van Recofa, zo goed mogelijk uit te voeren.

    Aantal bewindvoerders Wsnp

    Als een organisatie bestaat uit meerdere bewindvoerders Wsnp, hebben zij toegang tot elkaars dossiers en maken zij duidelijke afspraken over (waarneming tijdens) korte en langdurige afwezigheid.

    Als een organisatie uit één bewindvoerder Wsnp bestaat, is er een samenwerkingsverband met een andere ingeschreven bewindvoerderorganisatie Wsnp of advocatenkantoor, waarbij in ieder geval schriftelijk vastgelegde afspraken zijn gemaakt over:

    • a) Vervanging bij kortdurende afwezigheid;

    • b) Verzorgen van dossier gerelateerde diensten. Dit behelst werk dat niet uitgesteld kan worden, zoals het bijwonen van een zitting of het beantwoorden van dringende vragen);

    • c) Vergoeding voor verleende diensten;

    • d) Toegang tot dossiers en privacybescherming van dossiergegevens.

    Aanmaken en beheren dossier

    Alle dossiers zijn actueel en bevatten alle relevante gegevens, zodanig dat elk dossier op ieder moment een getrouw beeld geeft van de stand van zaken.

    Vertrouwelijkheid

    De organisatie heeft de vertrouwelijkheid van zaakgegevens gewaarborgd. Dit kan gerealiseerd worden door onder andere beveiliging van de hard- en software die de organisatie gebruikt en door medewerkers binnen de organisatie een geheimhoudingsverklaring te laten ondertekenen.

  • 2. De organisatie draagt bij aan de ontwikkeling van de bewindvoerders Wsnp en ziet erop toe dat zij voldoen aan de inschrijfvoorwaarden voor de bewindvoerder Wsnp (niet-advocaat)

    Opleidingen

    De organisatie kan desgevraagd bewijzen overleggen van PE-activiteiten en desgevraagd hun relevantie aantonen.

    Klachtenbehandeling

    De organisatie beschikt over een klachtenprocedure en maakt die bij de start van de schuldsaneringsregeling bekend aan schuldenaren en op verzoek inzichtelijk voor belanghebbenden (flankerende hulpverlening en schuldeisers). In de klachtenprocedure wordt een onderscheid gemaakt tussen de procedure van een zaakinhoudelijke klacht en de procedure volgens de klachtenregeling van de Raad gebaseerd op de gedragscode. Klachten worden geregistreerd en binnen zes weken na ontvangst afgehandeld.

    Verbetermaatregelen

    Op basis van de klachtenevaluatie, beleidsinformatie en eventuele terugkoppelingen van stakeholders, worden zo nodig verbetermaatregelen genomen.

    Richtlijnen van Recofa

    De organisatie ziet erop toe dat de bewindvoerders Wsnp hun werkzaamheden uitvoeren zoals omschreven in de Recofa richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen. In het bijzonder dient de bewindvoerderorganisatie Wsnp zorg te dragen voor dekking van de aansprakelijkheid van alle werkzaamheden van alle aan de organisatie verbonden medewerkers die bij de afwikkeling van de schuldsaneringsregeling zijn betrokken.

    Beleid van de Raad

    De organisatie ziet erop toe dat bewindvoerders Wsnp de regels van de Raad, onder meer betreffende het aanvragen van subsidies, op de juiste manier toepassen.

  • 3. De financiële continuïteit van de organisatie is aantoonbaar gewaarborgd

    Inkomsten en kostenbegroting

    Uit de totale begroting moet blijken dat de organisatie kostendekkend kan werken. De organisatie beschikt over:

    • Een actueel overzicht van inkomsten en uitgaven van alle uitgevoerde bedrijfsmatige activiteiten;

    • Een begroting, inclusief een toelichting met gehanteerde uitgangspunten, voor een periode van tenminste drie jaar.

    Nieuw in te schrijven organisaties beschikken over een overzicht van te maken aanloopkosten (investeringen, overnamekosten dossiers, voorfinanciering vaste lasten) en kunnen een betrouwbare dekking van deze kosten overleggen.

    Financiële administratie en de jaarrekening

    De organisatie voert een deugdelijke administratie, zodat steeds een actueel beeld kan worden verkregen van het verloop van de inkomsten en de kosten, zowel per zaak als in totaliteit. De organisatie waarborgt de continuïteit van de organisatie voor een periode van tenminste drie maanden. De organisatie beschikt over een realisatieoverzicht waarin wordt gemonitord of de cijfers in de opgestelde begroting een reëel beeld geven van de financiële situatie van de organisatie.

    De organisatie stelt voor elk (boekhoud)jaar een realisatieoverzicht op van de financiële situatie. Dit overzicht bestaat uit:

    • Een jaarrapportage bestaande uit tenminste:

      • De jaarrekening waaruit de current ratio en de solvabiliteit blijkt;

      • De balans of de winst- en verliesrekening;

    Of

    • De winst- en verliesrekening én balans uit de boekhouding;

    De jaarrapportage bevat een samenstellingsverklaring als deze is opgesteld door of in samenwerking met een accountant, boekhouder of administratiekantoor.

    Of

    • De aangifte van de inkomstenbelasting, met daarin zichtbaar:

      • Alle bezittingen en schulden uit box 3;

      • Winst uit onderneming.

    Andere onderdelen, zoals persoonlijke gegevens waaronder naam en bsn van derden hoeven niet zichtbaar te zijn.

    Als de current ratio lager is dan 1 en/of de solvabiliteit lager is dan 20%, dan geeft de organisatie een verklaring hierover.

    Als de Raad het realisatieoverzicht opvraagt in het kader van een audit, dan stelt de organisatie dit beschikbaar.

  • 4. Zelfstandigheid en onafhankelijkheid

    Belangenverstrengeling

    De bewindvoerderorganisatie Wsnp of de bewindvoerder Wsnp is op geen enkele manier partij of belanghebbende in de zaken die hij aanneemt, of overlegt daarover met de rechtbank.

    Functiescheiding

    Als de organisatie andere activiteiten ontplooit naast bewindvoering Wsnp, is er een duidelijke risicoafweging gemaakt en op basis daarvan een scheiding aangebracht tussen taken, functies, financiën en verantwoordelijkheden.

  • 5. Audits

    De organisatie verleent medewerking aan de audits die de Raad uitvoert of uit laat voeren en verstrekt daartoe alle relevante gegevens.

TOELICHTING

1. Algemeen

In het voorliggende document heeft de Raad voor Rechtsbijstand beleidsregels geformuleerd voor de inschrijving in het register voor bewindvoerders Wsnp en bewindvoerderorganisaties Wsnp (hierna: het register). Deze regels hebben de bestaande beleidsregels voor inschrijving als uitgangspunt genomen. Daar waar mogelijk zijn overbodige regels geschrapt of zijn regels verduidelijkt.

2. Totstandkoming beleidsregels

Deze beleidsregels, die zien op inschrijving in het register, zijn door de Raad ontwikkeld in samenspraak met de rechterlijke macht, bewindvoerderorganisaties Wsnp en andere betrokkenen.

3. Reikwijdte en grondslag van de voorschriften

Op grond van artikelen 2, eerste lid en onder e, 3 en 4 van de Kaderwet overige JenV-subsidies en artikel 5 van het Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering (hierna: het vergoedingenbesluit) is bepaald dat ‘Onze Minister’ van zijn bevoegdheid tot het verstrekken van een bewindvoerderssubsidie mandaat kan verlenen aan de Raad voor Rechtsbijstand’.1 De Raad is gemandateerd tot het nemen van de besluiten over voornoemde subsidies. Dit is geregeld in artikel 1 sub a van de Regeling verlening mandaat aan de Raad voor Rechtsbijstand betreffende het verlenen van subsidies en het vaststellen van beleidsregels dienaangaande (hierna: de mandaatregeling).2 De bevoegdheid tot het nemen van die besluiten is vervolgens in ondermandaat gegeven aan medewerkers van de Raad voor Rechtsbijstand in de functie van (senior) beleidsmedewerker (bureau) Wsnp en (financieel) medewerkers (bureau) Wsnp.3

Aan voornoemde subsidieverstrekking kan de Raad beleidsregels verbinden, zo is bepaald in artikel 1 sub b van de mandaatregeling. Deze beleidsregels strekken zich uit tot de eisen die worden gesteld aan de bewindvoerders Wsnp en de organisaties waarvoor zij werkzaam zijn.

De Raad stelt in dit document dergelijk beleidsregels vast in de vorm van inschrijvingsvoorwaarden/kwaliteitseisen.

Hoewel de op grond van artikel 287 lid 3 Fw benoemde bewindvoerder Wsnp volgens artikel 1 lid a van het vergoedingenbesluit ook een rechtspersoon kan zijn, zijn de voorwaarden in de eerste plaats aan de bewindvoerder Wsnp in persoon gesteld. In aanvulling daarop zijn in deze beleidsregels ook voorwaarden geformuleerd voor de rechtspersonen zoals bedoeld in artikel 1 sub a van het vergoedingenbesluit.

Op de website van Bureau Wsnp is een openbaar register opgenomen waarin ingeschreven bewindvoerders Wsnp met bereikbaarheidsinformatie staan vermeld. Alleen bewindvoerders Wsnp die hiervoor toestemming hebben gegeven worden genoemd in dit register.

De rechtbank doet bij vonnis uitspraak op het verzoekschrift tot toepassing van een wettelijke schuldsaneringsregeling (artikel 287 lid 1 Fw). Het vonnis waarin de rechter de toepassing van een schuldsaneringsregeling uitspreekt, houdt tevens de benoeming in van een bewindvoerder Wsnp (artikel 287 lid 3 Fw).

De rechter benoemt in zijn vonnis in beginsel een bewindvoerder Wsnp uit de lijst van geregistreerde bewindvoerders Wsnp van de Raad. Hierover is in de Recofa-richtlijnen voor schuldsaneringsregelingen een bepaling opgenomen.

Wanneer een bewindvoerder Wsnp zich niet aan de inschrijfvoorwaarden houdt, bijvoorbeeld als een bewindvoerder Wsnp in ernstige mate zijn onafhankelijkheid schendt of bij een herhaling van tekortkomingen, kan de Raad besluiten om de betrokken bewindvoerder Wsnp van de lijst te schrappen. De rechtbank heeft strikt genomen wel de vrijheid om zich niet te houden aan die lijst. Evenzo kan de rechtbank afwijken van de lijst, als strikte naleving gevolgen ‘zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen’ (artikel 4:84 Algemene wet bestuursrecht).

Gelet op het belang van de lijst als kwaliteitsinstrument, is het echter aannemelijk dat afwijking van die lijst slechts bij hoge uitzondering plaats zal vinden.

De mogelijkheid van de Raad om een bewindvoerder Wsnp van de lijst te schrappen, laat de bestaande klachtmogelijkheid uit de Faillissementswet onverlet. In de Faillissementswet is de mogelijkheid opgenomen om bij verzoekschrift een klacht over de bewindvoerder Wsnp in te dienen bij de rechter-commissaris. Volgens artikel 317 Fw bestaat die mogelijkheid voor een betrokken schuldeiser en de schuldenaar.

In de praktijk gaan rechtbanken terughoudend om met de toepassing van deze mogelijkheid. Artikel 319 Fw biedt de rechtbank de mogelijkheid de bewindvoerder Wsnp, na hem gehoord of behoorlijk opgeroepen te hebben, te ontslaan en door een ander te vervangen. Dat kan gebeuren op voordracht van de rechter-commissaris, hetzij op een met redenen omkleed verzoek van de bewindvoerder Wsnp, een of meer schuldeisers dan wel de schuldenaar.

Aan de rechter-commissaris is een sleutelrol toebedeeld als het gaat om het doen van een voordracht voor een sanctie tegen de bewindvoerder Wsnp. Hij is in staat een dergelijke voordracht te doen, omdat hij op zaakniveau toezicht op de bewindvoerder Wsnp uitoefent. Hij doet dit aan de hand van (periodieke) verslagen van de bewindvoerder Wsnp over onder andere de stand van zaken in ieder schuldsaneringsdossier. Verder vindt controle door de rechter-commissaris onder meer plaats bij incidenten, door middel van het klachtrecht van artikel 317 Fw, waarvan zowel schuldenaren als schuldeisers gebruik kunnen maken.

4. Audits

De Raad voert periodiek bij iedere organisatie een audit uit. Dit kan door middel van een kantoorbezoek of een onlinebijeenkomst. Voorafgaand aan de audit dient de organisatie een aantal gegevens aan de Raad te overleggen. De audits worden tijdig aangekondigd.

Tijdens de audits gaan de medewerkers van de Raad in gesprek met de organisatie. Er wordt een lijst met (vaste) bespreekpunten gehanteerd, die gebaseerd is op de inschrijfvoorwaarden. Ook andere zaken kunnen besproken worden. Van het gesprek wordt een verslag gemaakt, dat aan de organisatie wordt voorgelegd. De organisatie kan hierop reageren, waarna indien nodig het verslag wordt aangepast. Als de organisatie voldoet aan de gestelde voorwaarden volgt een positief besluit waarmee de inschrijving wordt voortgezet. Voldoet de organisatie niet, dan is het besluit negatief. Dat heeft tot gevolg dat een organisatie (tijdelijk) wordt uitgeschreven. Tegen het besluit uitschrijving bestaat de mogelijkheid tot bezwaar.

5. Artikelsgewijze toelichting

In artikel 1 zijn de definities opgenomen van de in deze beleidsregels gebruikte begripsbepalingen, voor zover die niet vanzelfsprekend zijn en uitleg behoeven.

Artikel 2 bevat de voorwaarden voor inschrijving van de bewindvoerder Wsnp in het register. In de beleidsregels is onderscheid gemaakt in de voorwaarden die gelden voor bewindvoerders Wsnp die geen advocaat zijn en bewindvoerders Wsnp die wél advocaat zijn. Voor de bewindvoerder Wsnp niet zijnde advocaat gelden andere regels dan voor de advocaat-bewindvoerder. Deze is gebonden aan de regels die de Nederlandse Orde van Advocaten stelt aan haar leden. Om die reden is het feit dat een advocaat is ingeschreven bij de Orde, voldoende om ook ingeschreven te kunnen worden in het register. De Raad van discipline behandelt tuchtklachten tegen advocaten en kan overgaan tot schorsing/schrapping van de advocaat.

Een bewindvoerderorganisatie Wsnp kan de Raad verzoeken een bewindvoerder Wsnp in het register in te schrijven. De bewindvoerder Wsnp dient zich daarbij te identificeren op een volgens de Raad erkende wijze en een recente VOG te overleggen. Een advocaat kan het verzoek tot inschrijving indienen met het bewijs dat hij is ingeschreven als advocaat.

Artikelen 3 en 4 beschrijven de voorwaarden voor het voortzetten van de inschrijving en de situaties waarin de Raad een bewindvoerder Wsnp (tijdelijk) kan uitschrijven. Als een advocaat-bewindvoerder wordt uitgeschreven in verband met uitschrijving bij de Nederlandse Orde van Advocaten, dan kan deze weer ingeschreven worden als deze voldoet aan de voorwaarden genoemd in artikel 2 van deze beleidsregels. Na inschrijving moet de bewindvoerder Wsnp of diens werkgever de Raad altijd informeren over de wijzigingen in zijn of haar omstandigheden, voor zover die het functioneren als bewindvoerder Wsnp beïnvloeden en/of gevolgen hebben voor de inschrijving bij de Raad. Wanneer een organisatie op de hoogte is van gewijzigde omstandigheden (denk daarbij bijvoorbeeld aan financiële misstanden binnen de organisatie of bij een voor de organisatie werkzame bewindvoerder Wsnp) en hij meldt deze niet bij de Raad, dan kan de Raad daaraan de consequentie verbinden dat de organisatie (en de daarvoor werkzame bewindvoerders Wsnp) worden uitgeschreven.

Paragraaf 3 Permanente Educatie (PE)

Door het systeem van permanente educatie is het voor bewindvoerders Wsnp mogelijk om zelf te bepalen welke bijscholing gevolgd wordt.

Advocaat-bewindvoerders moeten vanuit de advocatuur voldoen aan bepaalde bijscholingseisen, daarom worden zij vrijgesteld van de verplichtingen als vermeld in dit artikel. Wel is de eis van Recofa om elke twee jaar een dagdeel scholing te volgen over de berekening van het vrij te laten bedrag (vtlb-berekening) ook van kracht op advocaat-bewindvoerders (artikel 5).

In artikel 5 is beschreven hoeveel PE-punten een bewindvoerder Wsnp per drie jaar ten minste moet behalen (36).

Een jaar is een kalenderjaar. De Raad werkt met vaste driejaarlijkse PE-periodes die in beginsel gelijk lopen aan de audit (2022-2024, 2025-2027 etc.).

Na het volgen van de basisopleiding start de PE-periode op 1 januari volgend op het jaar waarin het diploma is behaald. Dit kan betekenen dat de eerst PE-periode korter is dan drie jaar; de PE-punten moeten in dat geval naar rato worden behaald. Stel dat een bewindvoerder Wsnp in 2025 het diploma behaald heeft, dan loopt de PE-periode van 2026 tot en met 2027 en dienen 24 PE-punten behaald te worden.

Ook voor Wsnp-bewindvoerders waar een andere PE-periode voor gold kan bovenstaande werkwijze worden gehanteerd; als deze werkwijzenadelig uitvalt kan maatwerk worden afgesproken om op andere wijze aan te sluiten bij de auditperiode.

Wanneer er méér punten worden behaald dan de benodigde 36, worden ten hoogste tien boventallige punten meegenomen naar de opvolgende driejaarstermijn.

Om voor punten in aanmerking te komen moeten de activiteiten gericht zijn op kennisvergroting en/of verbetering van vaardigheden.

Met kennisvergroting wordt bedoeld:

  • de scholing moet recente ontwikkelingen binnen de Wsnp behandelen;

  • de scholing moet een verdieping geven op juridische of vakinhoudelijke onderwerpen waar bewindvoerders Wsnp in de praktijk mee te maken kunnen krijgen;

  • de scholing moet gericht zijn op het brede werkterrein van de bewindvoerder Wsnp, waaronder bijvoorbeeld ook schuldhulpverlening of beschermingsbewind kan vallen;

  • de scholing moet gericht zijn op het praktische werk van de bewindvoerder Wsnp, zoals het werken met de vtlb-berekening en de financiële afwikkeling van de Wsnp;

Onder verbetering van vaardigheden vallen onder meer:

Persoonlijke vaardigheden:

  • om kunnen gaan/communicatie met verschillende belanghebbenden (schuldenaar, schuldeisers, rechtbank, begeleidende instanties);

  • communicatievaardigheden (duidelijk taalgebruik schriftelijk en mondeling, moeilijke gesprekken kunnen voeren, goed kunnen luisteren, hoofd- van bijzaken kunnen scheiden);

  • omgaan met pc, administratieve software of specifieke bewindvoerderapplicaties.

Organisatorische vaardigheden

  • planning van het werk;

  • goed overzicht van het Wsnp traject van begin tot eind;

  • boekhouding;

  • kwaliteits- of risicomanagement;

  • klantgerichtheid.

Minimaal twee derde van de behaalde punten moeten behaald worden via activiteiten met het kenmerk ‘kennisvergroting’. Daarnaast mag een derde van de behaalde punten bestaan uit activiteiten met het kenmerk ‘vaardigheden’.

Eén scholingsactiviteit kan zowel kennis vergroten als vaardigheden verbeteren. Daarom kan een opleiding/cursus zowel PE-punten met het kenmerk ‘kennisvergroting’ als PE-punten met het kenmerk ‘vaardigheden’ toegekend krijgen.

Activiteiten zijn onderverdeeld in twee groepen: ‘scholingsactiviteiten’ en ‘overige PE-activiteiten’. Minimaal twee derde van de behaalde punten moeten behaald worden door middel van scholingsactiviteiten. Daarnaast mag een derde van de behaalde punten bestaan uit activiteiten benoemd onder ‘overige PE-activiteiten’ (artikel 5 lid 4). De toelichting van artikel 6 geeft verdere uitleg over het verschil tussen beide groepen.

Artikel 6.

In dit artikel benoemt de Raad de soorten activiteiten waarvoor de bewindvoerder Wsnp PE-punten kan halen. Kenmerk van die activiteiten is dat ze gericht zijn op kennisvergroting en/of verbetering van vaardigheden die zijn opgedaan in de basisopleiding.

Activiteiten zijn onderverdeeld in twee groepen: ‘scholingsactiviteiten’ en ‘overige PE-activiteiten’. Voor beide groepen geldt dat accreditatie binnen één jaar na het behalen van de activiteit aangevraagd moet worden bij de Raad.

Artikel 6 lid 1 Scholingsactiviteiten

Onder ‘scholingsactiviteiten’ wordt niet alleen verstaan het volgen van relevante scholing. Aan een bewindvoerder Wsnp die optreedt als docent in combinatie met relevante cursusontwikkeling, kan de Raad ook PE-punten toekennen.

Scholingsactiviteiten hoeven niet uitsluitend fysiek plaats te vinden. Ook webinars komen in aanmerking voor PE-punten. Hierbij zijn dezelfde criteria van toepassing als bij fysieke bijeenkomsten. Daarbij is het belangrijk dat er voldoende toezicht is op daadwerkelijke deelname van de bewindvoerder Wsnp. Een examen achteraf wordt bijvoorbeeld gezien als toezicht op deelname.

Artikel 6 lid 2 Overige activiteiten

In dit lid worden de ‘overige PE-activiteiten’ benoemd waarmee PE-punten behaald kunnen worden.

Een webinar waarbij geen live contact is met de docent en waarbij geen toezicht is op deelname, noemen wij een ‘éénzijdig webinar’. Dit valt, net zoals het bijhouden van vakliteratuur, onder ‘overige activiteiten’.

Per jaar kunnen bewindvoerders Wsnp maximaal 3 PE-punten ontvangen door een actieve rol te vervullen op organisatorisch niveau binnen de sector. Denk hierbij aan deelname aan:

  • Klankbordgroep

  • PE-adviescommissie

  • Klachtenadviescommissie

  • Beroepsvereniging Bewindvoerders Wsnp (BBW)

Een bewijs van deelname kan opgevraagd worden.

Per jaar kunnen bewindvoerders Wsnp maximaal 3 PE-punten ontvangen door deel te nemen aan gestructureerd intercollegiaal overleg. Voorwaarden toekenning PE-punten:

  • Bij elk overleg wordt een bewindvoerder Wsnp aangewezen als voorzitter en als notulist.

  • Vooraf aan het overleg worden agendapunten opgemaakt

  • Bij het overleg zijn minstens 3 en maximaal 10 bewindvoerders Wsnp aanwezig

  • Iedere deelnemer ontvangt na deelname een bewijs van deelname en notulen van het overleg. Op het bewijs van deelname staat de naam van de deelnemende bewindvoerder Wsnp en het aantal uur exclusief pauze.

Aandachtspunten overige activiteiten:

  • deze moeten voldoende vakinhoudelijk zijn;

  • steeds zal worden onderzocht of de activiteit nog steeds bijdraagt aan verdieping of verbreding van kennis en/of vaardigheden;

  • ook voor deze activiteiten moet accreditatie bij de Raad aangevraagd worden.

Artikel 7

In dit artikel is de mogelijkheid beschreven dat de Raad bepaalt dat het volgen van een bepaalde scholing verplicht wordt gesteld voor alle bewindvoerders Wsnp. Ook kan naar aanleiding van bijvoorbeeld signalen van de rechtbank of informatie uit een periodieke kwaliteitsaudit, besloten worden om verplichte scholing aan een individuele bewindvoerder Wsnp op te leggen.

Artikel 8

Zowel scholingscentra als bewindvoerders Wsnp zelf kunnen bij de Raad om toekenning van punten vragen voor een bepaalde scholingsactiviteit.

De volgende gegevens moeten worden aangeleverd om de activiteit te kunnen beoordelen:

  • inhoud van de scholing (welke onderwerpen worden behandeld);

  • hoeveel uur inhoudelijke kennis de scholing bedraagt;

  • indien van toepassing: hoeveel uur vakinhoudelijke kennis het betreft en hoeveel uur uit verbetering van vaardigheden bestaat;

  • wie de docent(en) is(zijn);

  • waar en wanneer de scholing wordt gegeven;

  • aan kunnen tonen dat ze altijd een bewijs van het volgen van de scholing afgeven en er voldoende toezicht is op daadwerkelijke deelname van de bewindvoerder Wsnp;

  • bij twijfel of opleiding van tenminste HBO niveau is, kan extra informatie opgevraagd worden.

Bij het verzoek om toekenning van punten voor overige PE-activiteiten moet een bewindvoerder Wsnp de volgende informatie aanleveren:

  • informatie over de inhoud van de activiteit;

  • bij overleg een bewijs van deelname

  • bij publicatie een kopie van de publicatie

De Raad bevestigt ontvangst van de aanvraag en toetst deze aan de geldende criteria. Indien nodig vraagt de Raad binnen twee weken na ontvangst aanvullende informatie op.

Voldoet de activiteit aan de eisen, dan kent de Raad binnen zes weken na completering van de aanvraag eventueel punten toe.

Alle verzoeken tot toekenning van punten aan scholingsactiviteiten kunnen door de Raad worden voorgelegd aan een adviescommissie. De adviescommissie wordt ingesteld door de Raad en bestaat bij voorkeur uit:

  • een lid van de Beroepsvereniging Bewindvoerders Wsnp

  • een lid van Recofa

  • een afgevaardigde uit de onderwijswereld

De adviescommissie geeft advies, maar de Raad neemt de uiteindelijke beslissing.

Criteria voor de aangeboden scholing:

De scholingscentra moeten activiteiten aanbieden van voldoende kwaliteit. Hieronder wordt verstaan:

  • de documentatie die wordt gebruikt moet van voldoende niveau zijn;

  • de scholing moet worden gegeven door een ‘ervaren’ docent. Wanneer een docent niet gewend is om scholing te geven, moet deze kunnen aantonen daartoe een instructie te hebben gevolgd.

Er worden punten toegekend per gevolgd uur. Het is mogelijk om hier gedifferentieerd mee om te gaan, zodat bijvoorbeeld een algemene studiedag over schuldhulpverlening minder punten kan opleveren dan een studiedag waarin alleen vakinhoudelijke onderwerpen worden behandeld.

Artikel 9

Een bewindvoerder Wsnp wordt geacht zelf bij te houden of hij voldoende PE-punten heeft behaald. Voorafgaand aan een audit vraagt de Raad de gegevens omtrent de bijscholing op. De bewindvoerder Wsnp dient dan een overzicht van zijn activiteiten en de bijbehorende PE-punten met bewijsstukken naar de Raad te sturen.

Wanneer een bewindvoerder Wsnp voorziet dat hij niet voldoende punten kan behalen, dient hij dat vóór het verstrijken van de PE-periode aan de Raad door te geven. De Raad kan dan beslissen of hij de punten later mag behalen of dat hij deels vrijgesteld kan worden van zijn PE-verplichting. Aangezien de periode waarin de punten behaald moeten worden, drie jaar bestrijkt, ligt het niet voor de hand dat dergelijke verzoeken vaak worden ingediend. Wanneer pas achteraf wordt geconstateerd dat er te weinig punten zijn behaald en de bewindvoerder Wsnp heeft niet verzocht om uitstel of vrijstelling, dan kan dat gevolgen hebben voor zijn inschrijving.

In artikel 11 wordt omschreven wanneer een bewindvoerder Wsnp door de Raad wordt aangemerkt als ‘uittredend’. Een uittredende bewindvoerder Wsnp hoeft niet meer te voldoen aan alle PE vereisten. De verplichte vtlb-update benoemd in artikel 5 en scholing benoemd in artikel 7 blijven wel van kracht.

Een uittredende bewindvoerder Wsnp die terugkomt op deze beslissing en ingeschreven wil blijven staan, moet (weer) voldoen aan alle voorwaarden voor inschrijving genoemd in artikel 2. Daarnaast gaan de PE vereisten uit paragraaf 3 met terugwerkende kracht gelden. Hiermee wordt bedoeld dat de voorwaarden weer gaan lopen, alsof bewindvoerder Wsnp nooit als uittredend is aangemerkt.

Wanneer een bewindvoerder Wsnp niet handelt volgens het ‘Protocol overdracht Wsnp-zaken’ kan dit in strijd zijn met de gedragscode. Schending van de gedragscode is klachtwaardig en kan leiden tot maatregelen in overeenstemming met bepalingen in het subsidiebesluit, het vergoedingenbesluit en het reglement Register bewindvoerder II.

In artikel 12 wordt omschreven wanneer een bewindvoerder Wsnp door de Raad wordt aangemerkt als ‘herintredend’.

Een bewindvoerder Wsnp die is uitgeschreven uit het register en binnen 12 maanden terugkomt op zijn besluit wordt niet gezien als herintredend. Deze moet (weer) voldoen aan de voorwaarden voor inschrijving genoemd in artikel 2. Daarnaast gaan de PE vereisten uit paragraaf 3 met terugwerkende kracht gelden. Hiermee wordt bedoeld dat de voorwaarden weer gaan lopen, alsof de bewindvoerder Wsnp nooit uitgeschreven is geweest. Als op voorhand duidelijk is dat er onvoldoende PE-punten behaald kunnen worden, moet de bewindvoerder Wsnp dit bij herinschrijving aangeven (artikel 9).

Voor herintredende bewindvoerders Wsnp geldt een strengere eis, namelijk dat binnen 12 maanden na herintreding 18 PE-punten behaald moeten zijn. Binnen deze 12 maanden dient ook de vtlb-update behaald te worden.

De PE-punten die behaald worden in de eerste 12 maanden na herintreding tellen mee voor de PE-periode, ook als deze zijn behaald voor het starten van de PE-periode. Ter verduidelijking een voorbeeld: een bewindvoerder Wsnp wordt per juli ingeschreven. De PE-punten behaald tussen juli en januari tellen toch mee, ook al begint de PE-periode pas vanaf januari volgend op het jaar van inschrijving.

Paragraaf 5 bevat de voorwaarden voor inschrijving in het register van een bewindvoerderorganisatie Wsnp.

Bewindvoerderorganisaties die zich willen inschrijven in het register, dienen te voldoen aan een aantal formele voorwaarden. Die voorwaarden zijn beschreven in artikel 13

In artikel 13 lid 2 onder b is voorzien in de noodzaak een overschot van bewindvoerderorganisaties Wsnp in relatie tot de vraag te voorkomen. Daarmee zou de continuïteit van bewindvoerderorganisaties Wsnp onder druk kunnen komen te staan en dat is juist in het kader van schuldsaneringen niet wenselijk. Met een verklaring van de rechtbank kan de Raad vaststellen dat er behoefte bestaat aan een nieuwe bewindvoerderorganisatie Wsnp in een regio.

In artikel 13 lid 2 onder c is bepaald dat de bewindvoerderorganisatie Wsnp aan bepaalde criteria moet voldoen om te kunnen worden ingeschreven in het register. Die criteria zijn verwoord in het profiel bewindvoerderorganisatie Wsnp, dat als bijlage bij deze beleidsregels is opgenomen.

Voor zover de criteria samenhang vertonen met de geldende Recofa-richtlijnen, dienen deze beide te worden gevolgd. Verder geldt dat, als de richtlijnen van een individuele rechtbank afwijken van de meest recent gepubliceerde richtlijnen van Recofa, de richtlijnen van de rechtbank moeten worden gehanteerd. De afwijkende regels moeten in dat geval wel door een schrijven van de rechtbank worden aangetoond.

Artikel 14

De criteria toetst de Raad (of een andere organisatie namens de Raad) voorafgaand aan de inschrijving in een inschrijvingsaudit. Na inschrijving vinden er ook periodieke audits plaats, waarin de Raad toetst of de reeds ingeschreven bewindvoerderorganisatie Wsnp nog steeds aan de criteria voldoet.

Een inschrijving van een bewindvoerderorganisatie Wsnp wordt gehandhaafd als de organisatie bij een audit geen tekortkomingen vertoont. Er wordt geen onderscheid gemaakt in tekortkomingen.

Dit geldt in principe ook voor de inschrijvingsaudit. Omdat de uitvoering van een aantal administratieve processen in dit stadium echter nog niet kan worden getoetst aan de praktijk, worden met name de financiële haalbaarheid, de onafhankelijkheid, de continuïteit alsmede de administratieve inrichting van de nieuwe organisatie vooraf getoetst. Als de inschrijvingsaudit met een positief resultaat is afgerond, vindt binnen een jaar na uitvoering hiervan de eerste periodieke audit plaats.


X Noot
1

Besluit vergoeding bewindvoerder schuldsanering, Staatsblad 2013, 308

X Noot
3

Besluit van het bestuur tot het verlenen van mandaat, Staatcourant 2023, 26091

Naar boven