Wijziging van het Voorschrift informatie fiscus/banken

Directoraat-generaal Belastingdienst/Corporate Dienst Vaktechniek

Besluit van 14 juni 2022 nr. 2022-2035

De Staatssecretaris van Financiën heeft het volgende besloten.

Dit besluit wijzigt het Voorschrift informatie fiscus/banken van 13 december 2012, nr. BLKB 2012/1937M (Stcrt. 2012, 26782), zoals gewijzigd bij besluit van 16 december 2020, nr. 2020-22953 (Stcrt. 2020, 62942). De wijzigingen betreffen een nadere verwerking van de huidige topstructuur van de Belastingdienst. Daarnaast zijn enkele redactionele wijzigingen aangebracht.

ARTIKEL I

Het besluit van 13 december 2012, nr. BLKB 2012/1937M (Stcrt. 2012, 26782), laatstelijk gewijzigd bij besluit van 16 december 2020, nr. 2020-22953 (Stcrt. 2020, 62942), wordt als volgt gewijzigd:

A

Aan paragraaf 1 (Inleiding) wordt een alinea toegevoegd, luidende:

Dit besluit is vervolgens gewijzigd bij besluit van 14 juni 2022, nr. 2022-2035 (Stcrt. 2022, 16408). De wijzigingen betreffen een nadere verwerking van de huidige topstructuur van de Belastingdienst. Daarnaast zijn enkele redactionele wijzigingen aangebracht.

B

Paragraaf 2 (Gebruikte begrippen en afkortingen) wordt als volgt gewijzigd:

1. In de alfabetische volgorde worden ingevoegd:

Afdelingshoofd:

Het afdelingshoofd of daarmee vergelijkbare leidinggevende functionaris als bedoeld in artikel 20 van het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021.

FJZ:

Concerndirectie Fiscale en Juridische Zaken van de Belastingdienst.

2. De definitie van ‘Directeur’ komt te luiden:

De algemeen directeur van een van de organisatieonderdelen, genoemd in artikel 3, eerste lid, onderdelen a, c en d, van de Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003, of namens deze een afdelingshoofd.

C

In paragraaf 3.1.8 wordt ‘Bij een blijvend verschil van inzicht wordt het geschil voorgelegd aan de hoofddirecteur van de concerndirectie Fiscale en Juridische Zaken.’ vervangen door ‘Bij een blijvend verschil van inzicht wordt het geschilpunt voorgelegd aan de hoofddirecteur FJZ.’

D

Paragraaf 3.1.10 komt te luiden:

Uitsluitend het afdelingshoofd van de Belastingdienst/Grote Ondernemingen/Noordwest kan serievragen stellen. Serievragen worden gesteld na toestemming van de algemeen directeur van de Belastingdienst/Grote ondernemingen en de hoofddirecteur FJZ.

E

In paragraaf 5 wordt ‘de hoofddirecteur van de concerndirectie Fiscale en Juridische Zaken.’ vervangen door ‘de hoofddirecteur FJZ.’

ARTIKEL II

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

Den Haag, 14 juni 2022

De Staatssecretaris van Financiën, namens deze, H.G. Roodbeen hoofddirecteur Fiscale en Juridische zaken

TOELICHTING

Met artikel I, onderdeel A, wordt aan paragraaf 1 (Inleiding) een passage ingevoegd ter toelichting van de wijzigingen via dit besluit.

Artikel I, onderdeel B, brengt enkele wijzigingen aan in paragraaf 2 (Gebruikte begrippen en afkortingen):

  • 1. Nieuw is het begrip ‘Afdelingshoofd’ en de afkorting ‘FJZ’. De opname van het begrip ‘Afdelingshoofd’ is nodig door de wijziging van de definitie ‘Directeur’ (zie punt 2 hierna). De toevoeging van ‘FJZ’ is van redactionele aard.

  • 2. De definitie ‘Directeur’ is in lijn gebracht met de per 30 april 2021 gewijzigde Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003 (zie Stcrt. 2021, 12238). In verband met de huidige topstructuur van de Belastingdienst is in de definitie bovendien een term toegevoegd: ‘Afdelingshoofd’. Dit is het afdelingshoofd of daarmee vergelijkbare leidinggevende functionaris als bedoeld in artikel 20 van het Mandaatbesluit Directoraten-Generaal Belastingdienst, Toeslagen en Douane 2021. Het afdelingshoofd is, onder de verantwoordelijkheid van de algemeen directeur, werkzaam bij een van de organisatieonderdelen, genoemd in artikel 3, eerste lid, onderdelen a en c, van de Uitvoeringsregeling Belastingdienst 2003. Het afdelingshoofd kan in de praktijk ook een andere functiebenaming (roepnaam) hebben, zo wordt het afdelingshoofd binnen de organisatieonderdelen Belastingdienst/Grote ondernemingen en Belastingdienst/Midden- en kleinbedrijf van oudsher aangeduid als regiodirecteur.

Artikel I, onderdeel C, brengt enkele wijzigingen in paragraaf 3.1.8. Deze wijzingen zijn van redactionele aard.

Artikel I, onderdeel D, wijzigt paragraaf 3.1.10. De paragraaf is gewijzigd in verband met de aangepaste definitie van ‘Directeur’ (zie artikel I, onderdeel B). Met de wijziging van deze paragraaf is geen beleidswijziging beoogd.

Artikel I, onderdeel E, betreft een redactionele wijziging van paragraaf 5.

Artikel II regelt de datum van inwerkingtreding van de onderhavige wijzigingen. Deze datum wordt gesteld op de dag na publicatie in de Staatscourant. Dit besluit is na de inwerkingtreding terstond uitgewerkt en bevat daarom geen vervalbepaling (zie Aanwijzing 6.25 van de Aanwijzingen voor de regelgeving).

De Staatssecretaris van Financiën, namens deze, H.G. Roodbeen hoofddirecteur Fiscale en Juridische zaken

Naar boven