Besluit van de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank van 17 mei 2021, tot wijziging van de bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016, zoals laatstelijk gewijzigd door het Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB juni 2020 (Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB mei 2021)

De Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank,

Gelet op artikel 34, eerste lid van de Wet structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen, artikel 2.1.3 van de Wet langdurige zorg, artikel 47a Participatiewet, artikel 8a van de Remigratiewet, de paragrafen 3 en 4 van de Tijdelijke regeling overbruggingsuitkering AOW, artikel 20 van de Regeling tegemoetkoming asbestslachtoffers 2014 en artikel 9 van de Regeling tegemoetkoming niet-loondienstgerelateerde slachtoffers van mesothelioom, alsmede gelet op het Boetebesluit socialezekerheidswetten en het Maatregelenbesluit socialezekerheidswetten;

Besluit:

ARTIKEL I

Onder bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016 wordt in dit besluit verstaan: de bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016 (Stcrt. 5 september 2016, nr. 45608), zoals laatstelijk gewijzigd door het Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB juni 2020 (Stcrt. 16 juni 2020, nr. 31564).

ARTIKEL II

1. De volgende onderdelen van de bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016 wijzigen: SB1002, SB1016, SB1051, SB1057, SB1058, SB1078, SB1100, SB1102, SB1247, SB1251, SB1253, SB1297, SB1301, SB1303, SB1304, SB1307, SB1313, SB1318, SB2191, SB3195, SB3196, SB3217, SB3218 en SB3219.

2. De gewijzigde onderdelen, genoemd in het eerste lid, zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

ARTIKEL III

1. De volgende onderdelen worden toegevoegd aan de bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016: SB1333 en SB1334.

2. De nieuwe onderdelen, genoemd in het eerste lid, zijn opgenomen in de bijlage bij dit besluit.

ARTIKEL IV

De volgende onderdelen van de bijlage bij het Besluit Beleidsregels SVB 2016 vervallen: SB1052, SB1053, SB1088, SB1299 en SB3222.

ARTIKEL V

Dit besluit treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin het wordt geplaatst.

ARTIKEL VI

Dit besluit wordt aangehaald als: Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB mei 2021.

Dit besluit zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst, met uitzondering van de bijlage, die kan worden ingezien bij het hoofdkantoor en de locaties van de Sociale verzekeringsbank.

Amstelveen, 17 mei 2021

De voorzitter van de Raad van bestuur, S.T. Sibma

TOELICHTING

Inleiding

De Sociale verzekeringsbank (SVB) publiceert sinds 1997 het beleid dat zij hanteert bij de uitvoering van de aan haar opgedragen wetten en regelingen. Sinds 2008 publiceert de SVB haar beleidsregels in de vorm van een website, waarbij ieder onderdeel een SB-nummer heeft.

Tot 2017 vond publicatie van de SVB Beleidsregels plaats door bekendmaking van een besluit, waarin de Raad van bestuur van de SVB alle SB-nummers opnieuw vaststelde. De volledige verzameling SB-nummers werd opgenomen als bijlage bij het besluit. De beleidsregels zijn voor de laatste keer op deze wijze vastgesteld in het Besluit Beleidsregels SVB 2016 (Stcrt. 5 september 2016, nr. 45608).

Met ingang van 2017 stelt de Raad van bestuur van de SVB alleen gewijzigde, toegevoegde en vervallen SB-nummers vast. De bijlage bij het Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB mei 2021 bevat daarom uitsluitend deze SB-nummers. Het Besluit Beleidsregels SVB 2016 (Stcrt. 5 september 2016, nr. 45608), zoals laatstelijk gewijzigd door het Wijzigingsbesluit Beleidsregels SVB juni 2020 (Stcrt. 16 juni 2020, nr. 31564) blijft de grondslag voor de ongewijzigde SB-nummers.

De SVB Beleidsregels kunnen worden geraadpleegd op de website www.svb.nl/beleidsregels. De SVB Beleidsregels kunnen ook worden ingezien bij het hoofdkantoor en de locaties van de SVB. Daar kan ook de bijlage bij dit besluit worden ingezien.

Inhoud en reikwijdte van de beleidsregels

De beleidsregels hebben niet uitsluitend betrekking op de toepassing van zuiver discretionaire bepalingen (zogenaamde ‘kan-bepalingen’), maar ook op de uitleg van wettelijke bepalingen in situaties waarin deze meerdere interpretaties toestaan. Ook ten behoeve van een uniforme uitleg van jurisprudentie zijn regels geformuleerd.

De beleidsregels zoals de SVB die hanteert, zijn ook verwerkt in instructies gericht aan de directie Dienstverlening Sociale Verzekeringen. Deze instructies bevatten daarnaast administratieve en procedurele instructies. Dergelijke instructies hebben een zuiver intern karakter en worden veelvuldig aangepast, waardoor ze niet geschikt zijn voor bekendmaking aan derden. De SVB Beleidsregels worden weergegeven zonder de interne administratieve en procedurele aspecten.

Daarnaast is van belang dat de SVB Beleidsregels geen uitputtend beeld geven van het beleid van de SVB. Beleid dat nog niet is uitgekristalliseerd, of uitsluitend om strategische redenen wordt gevoerd, bijvoorbeeld om jurisprudentie uit te lokken, is bijvoorbeeld niet opgenomen. Ook de omvang van de beschrijving van de regels verschilt. De reden hiervan is gelegen in het feit dat sommige bepalingen, doordat ze al veel langer bestaan of door veelvuldiger toepassing, meer ontwikkeld zijn dan andere.

Ten slotte kan de SVB niet garanderen dat alle beleidsregels volledig actueel zijn. Er kan sprake zijn van wetswijzigingen of nieuwe rechterlijke uitspraken die nog niet zijn verwerkt. Dit is een onvermijdelijk gevolg van het feit dat de besluitvorming en de feitelijke publicatie van nieuwe beleidsregels enige tijd vergen.

Deel I, III en IV van de beleidsregels zijn afgesloten naar de stand van zaken op 31 december 2020. Deel II is nog niet volledig geactualiseerd en wordt op een later moment bijgewerkt.

Overzicht van wijzigingen en toevoegingen

Onderstaande toelichting ziet op wijzigingen en toevoegingen die inhoudelijk relevant zijn. Daarnaast worden enkele grote redactionele wijzigingen benoemd.

Deel I (AOW, Anw, AKW, Wlz, Participatiewet, OBR, Remigratiewet, TAS 2014 en TNS) bevat de volgende wijzigingen:

  • Artikel 2.1.3 van de Wet langdurige zorg (Wlz) bepaalt dat de SVB de verzekering voor die wet ambtshalve en op verzoek vaststelt. Bij de uitoefening van deze taak past de SVB het beleid over de kring van verzekerden uit deel I toe. De Wlz was echter abusievelijk niet vermeld in de titel van deel I.

  • Aan SB1002 (Huwelijk en duurzaam gescheiden leven) is toegevoegd dat de SVB bij ernstige financiële gevolgen op verzoek van de betrokkenen eenmalig terug kan komen op een rechtens onaantastbaar besluit over duurzaam gescheiden leven. Dit beleid is uitsluitend bedoeld voor situaties waarin het duurzaam gescheiden leven een gevolg is van het feit dat een van de partners is opgenomen in een instelling.

  • SB1016 (Onderwijs van kinderen in Nederland) is aangepast, omdat artikel 7aa AKW is vervallen op 1 januari 2020. Die bepaling regelde dat er geen recht op kinderbijslag bestond als het kind recht had op studiefinanciering.

  • SB1051 (Overgangsvoordelen AOW) bevat nu ook het beleid uit SB1052 (Gezinsleden en nagelaten betrekkingen van werknemers en zelfstandigen die onder de personele werkingssfeer van Verordening (EG) nr. 883/2004 vallen) en SB1053 (Gezinsleden en nagelaten betrekkingen van Marokkaanse, Algerijnse, Tunesische en Turkse werknemers). SB1052 en SB1053 vervallen.

  • In SB1058 (export van uitkeringen) is verwerkt dat het Verdrag inzake sociale zekerheid tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Socialistische Federatieve Republiek Joegoslavië vanaf 1 januari 2020 niet meer van toepassing is op Kosovo. Dit verdrag staat daarom niet meer in de weg aan toepassing van artikel 7b AKW voor kinderen die in Kosovo wonen.

  • In SB1078 (Verlaging of intrekking met terugwerkende kracht wegens wijziging van de omstandigheden) is verduidelijkt welke rol het evenredigheidsbeginsel speelt bij de afweging of sprake is van een dringende reden om (gedeeltelijk) af te zien van herziening.

  • SB1088 (Betaling aan de Dienst Uitvoering Onderwijs) vervalt, omdat artikel 25, eerste lid AKW is vervallen op 1 januari 2020.

  • Aan SB1100 (niet of niet correct voldoen aan een verzoek van de SVB) is toegevoegd hoe de SVB handelt als iemand niet of niet correct voldoet aan een verzoek dat zich richt op het vaststellen van de rechtmatigheid van betalingen over een periode in het verleden. Daarnaast maakt deze beleidsregel nu onderscheid tussen de intrekking of herziening vanaf de datum van schorsing wegens het niet reageren op een verzoek en het niet reageren op een aanvullend onderzoek over perioden gelegen voor die intrekking of herziening. De overige wijzigingen zijn redactioneel van aard.

  • Aan SB1102 (Opleggen maatregel en geven schriftelijke waarschuwing) is toegevoegd dat ook aan de controlevoorschriften en de mededelingsverplichting is voldaan, als iemand binnen de gestelde termijn een formulier van de SVB ontvangt waarin hij de betreffende wijziging meldt.

  • SB1247 (Mededelingsverplichting AKW) is aangepast, omdat de inkomenseis voor 16 en 17-jarigen is vervallen per 1 januari 2020. De overige wijzigingen zijn van redactionele aard.

  • In SB1251 (Termijnen van verrekening en uitstel van betaling) is verduidelijkt dat de Regeling tenuitvoerlegging bestuurlijke boeten en terugvordering onverschuldigde betalingen de SVB voorschrijft om een geldschuld zonder voorafgaand overleg met de betrokkene te verrekenen als deze € 300,– of lager is. Er stond abusievelijk dat het een bevoegdheid van de SVB betreft.

  • In SB1253 (Schuldregeling en schuldsanering) is verduidelijkt dat dit beleid ook geldt voor de Participatiewet. Door de wijzigingen sluit de beleidsregel weer aan bij de uitvoeringspraktijk.

  • In SB1297 (Incidentele stijging van het inkomen) is opgenomen dat de AOW-toeslag kan herleven, als hij is geëindigd omdat de jongere partner (meer) is gaan werken in een cruciaal beroep vanwege de Covid-19 pandemie. Dit beleid geldt zolang de noodmaatregelen van het kabinet gelden.

  • SB1299 (Inkomen van kinderen van 16 en 17 jaar) vervalt, omdat er vanaf 1 januari 2020 niet langer een inkomenseis geldt voor kinderen van 16 en 17 jaar.

  • SB1301 (Toepassing van het woonlandbeginsel in de Anw en AKW) is aangepast, omdat het verdrag met Joegoslavië vanaf 1 januari 2020 niet meer van toepassing is op Kosovo. Zie hierover ook de toelichting bij de wijziging van SB1058 (Export van uitkeringen).

  • In SB1303 (Inkomen) is verwerkt dat voor de berekening van het inkomen van een zelfstandige niet alleen de inkomstenbelasting en de premies volksverzekeringen van de netto winst worden afgetrokken, maar ook de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet.

  • In SB1304 (Vermogen) is verduidelijkt hoe de SVB de waarde van een auto vaststelt voor de vermogenstoets uit de Participatiewet.

  • In SB1307 (Ingangsdatum bij aanvraag AIO-aanvulling) is verduidelijkt per wanneer de SVB een AIO-aanvulling toekent.

  • SB1333 (Recht op extra bedrag aan kinderbijslag voor thuiswonende kinderen met intensieve zorgbehoefte) is een nieuwe beleidsregel. Hierin is beschreven dat de SVB onder voorwaarden afwijkt van een letterlijke toepassing van artikel 7a AKW. Het gaat over situaties waarin de andere ouder gedurende het kalenderjaar aanvrager is geworden van de kinderbijslag. In de bedoelde gevallen is het niet redelijk om letterlijk toepassing te geven aan de voorwaarde dat de verzekerde over een kalenderjaar tot uitbetaling gekomen recht had op dubbele kinderbijslag. Dit mede gezien het doel van de wetgever.

  • SB1334 (Compensatieregeling vervallen hoge Anw-uitkering) is een nieuwe beleidsregel. Deze beleidsregel bevat de voorwaarden voor het ontvangen van compensatie als gevolg van het vervallen van de hoge Anw-uitkering. Ook is in de beleidsregel opgenomen wat de compensatie inhoudt en wanneer deze eindigt.

Deel II (Internationaal) bevat de volgende wijziging:

  • Door de aanpassing in SB2191 (Eigendomsrecht) sluit het beleid over toetsing aan de onevenredig zware last bij de AOW-leeftijdsverhoging beter aan bij ontwikkelingen in de jurisprudentie.

Deel III (Awb) bevat de volgende wijzigingen:

  • In SB3196 (Aanvulling van de aanvraag) is het beleid over het aanvullen van een onvolledige aanvraag aangepast. Verduidelijkt is dat de belanghebbende altijd in de gelegenheid wordt gesteld een onvolledige aanvraag aan te vullen en dat de SVB hiervoor in beginsel een termijn van vier weken stelt.

  • SB3222 (Overige schade) vervalt. Het beleid uit dit onderdeel is verplaatst naar SB3219 (Vergoeding van materiële schade wegens een onrechtmatig besluit of een feitelijke handeling).

De voorzitter van de Raad van bestuur, S.T. Sibma

Naar boven