De Landelijke rekening-courant griffierechten van de Rechtspraak

18 augustus 2014

De Rechtspraak heeft de afgelopen periode gefaseerd toegewerkt naar één landelijke rekening-courant voor de inning van griffierechten:

  • tot 1 maart 2014 kon er een rekening-courant per arrondissement worden gehouden

  • vanaf 1 maart 2014 is het mogelijk om één rekening-courant voor alle gerechten te houden (bekend als: Regeling rekening-courant griffierechten 2014)

  • vanaf 1 september introduceert de Rechtspraak de Landelijke rekening-courant griffierechten welke automatisch landelijke werking heeft en welke wordt gehouden per kantoor (bekend als: Landelijke rekening-courant griffierechten).

De belangrijkste verschillen ten opzichte van de ‘Regeling rekening-courant griffierechten 2014’ zijn:

  • de rekening-courant geldt altijd voor alle gerechten, het is niet meer mogelijk alleen een rekening-courant bij één of enkele gerechten aan te houden

  • een andere wijze van voorschotberekening, waaronder de beginnersregeling (voor de eerste vier maanden)

  • bij deelname aan de Landelijk rekening-courant is het gebruik van e-billing verplicht

  • de Landelijke rekening-courant wordt gehouden op kantoorniveau, dit betekent het volgende:

    • o De rekening-couranthouder is het ‘kantoor’. Hetgeen wordt verstaan onder kantoor staat gespecificeerd onder artikel 1 sub e van de algemene voorwaarden bij de ‘Landelijke rekening-courant griffierechten’. U krijgt per geregistreerd kantoor/K(antoor)-nummer één rekening-courant. U kunt per geregistreerd kantoor/K(antoor)-nummer één rekening-courant houden.

De Landelijke rekening-courant griffierechten en de algemene voorwaarden bij de ‘Landelijke rekening-courant griffierechten’ treden in werking op 1 september 2014.

Per datum inwerkingtreding van de Landelijke rekening-courant en de algemene voorwaarden bij de ‘Landelijke rekening-courant griffierechten’ trekt de Rechtspraak de volgende regelingen in:

  • de op 8 december 2011 in de Staatscourant (nr. 22131) gepubliceerde Landelijke regeling rekening-courant griffierechten.

  • de op 16 januari 2014 in de Staatscourant (nr. 841) gepubliceerde Regeling rekening-courant griffierechten 2014,

  • de op 4 maart 2014 in de Staatscourant (nr. 5921) gepubliceerde aanvulling op de Regeling rekening-courant griffierechten 2014.

Wanneer u al een rekening-courant heeft bij de Rechtspraak wordt uw rekening-courant, bij het uitblijven van een tegenbericht van uw kant vóór 1 september 2014, automatisch omgezet naar een Landelijke rekening-courant op kantoorniveau en zijn de algemene voorwaarden bij de ‘Landelijke rekening-courant griffierechten’ op deze rekening-courant van toepassing. Na 1 september 2014 krijgt u van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak aparte informatie over de aanmelding voor e-billing.

Indien u niet wilt deelnemen aan de Landelijk rekening-courant op kantoorniveau, verzoeken wij u contact op te nemen met het Klant Contact Centrum van het Landelijke Dienstencentrum voor de Rechtspraak.

Voor meer informatie over de Landelijke rekening-courant griffierechten wordt u verwezen naar www.rechtspraak.nl onder organisatie/Landelijk Dienstencentrum. Voor overige vragen kunt u terecht bij het Klant Contact Centrum van het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak: tel. 088 3611001 (8.30-17.00 uur) of financien.ldcr@rechtspraak.nl.

Algemene voorwaarden bij de ‘Landelijke rekening-courant griffierechten’

Artikel 1

In deze algemene voorwaarden wordt verstaan onder:

a. Griffierecht:

een op grond van de Wet griffierechten burgerlijke zaken, de Algemene wet bestuursrecht, de Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften, de Algemene wet inzake rijksbelastingen en het Besluit tarieven in strafzaken door de griffier geheven recht.

b. LDCR:

het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak te Utrecht. Het LDCR voert de taken uit met betrekking tot de inning van griffierecht als griffier van de gerechten.

c. Rekening-courant:

de door het LDCR bijgehouden lopende rekening voor de rekening-couranthouder waarop de rekening-couranthouder voorschotten stort en het LDCR de door de rekening-couranthouder, gebruiker van de rekening-courant of diens cliënten verschuldigde griffierechten afschrijft. De rekening-courant heeft betrekking op alle gerechten in Nederland, het College van Beroep voor het bedrijfsleven en de Centrale Raad van Beroep.

d. Rekening-couranthouder:

het ‘kantoor’, de natuurlijk persoon of rechtspersoon die met het LDCR een rekening-courantverhouding voor griffierechtvorderingen heeft.

e. Het ‘kantoor’:
  • o voor advocaten: het geregistreerde kantoor met bijbehorend K-nummer zoals in de BAR (Beheer Advocaten Registratie) van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA).

  • o voor deurwaarders: het geregistreerde kantoor en bijbehorend nummer zoals in het register van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG).

  • o voor notarissen: het geregistreerde kantoor en bijbehorend nummer zoals in het register notariaat van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB).

  • o Voor overige partijen: de onderneming of rechtspersoon zoals deze staat geregistreerd in het Handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel te identificeren aan het bijbehorende KvK-nummer.

f. Gebruiker van de rekening-courant:

de natuurlijk persoon of rechtspersoon die de betreffende rekening-courant mag gebruiken of in de hiervoor genoemde beroepsregisters geregistreerd staat onder het betreffende ‘kantoor’.

g. Griffierechten omzet:

het totaal bedrag aan te betalen griffierechten in een maand.

Artikel 2

  • 1. Een verzoek tot het openen, wijzigen of opheffen van een rekening-courant voor in rekening te brengen griffierechten wordt ingediend bij het LDCR. Op www.rechtspraak.nl onder procedures/formulieren vindt u de betreffende formulieren hiervoor.

  • 2. Inwilliging van het verzoek geschiedt schriftelijk of per e-mail. Een nieuwe Landelijke rekening-courant wordt, na voltooiing van de aanmelding voor e-billing aangemaakt. Op de aldus tot stand gekomen overeenkomst zijn deze algemene voorwaarden van toepassing. Het LDCR deelt de aanvangsdatum/beëindigingsdatum van de rekening-courantverhouding mede aan de rekening-couranthouder.

  • 3. De persoonlijke gegevens van de rekening-couranthouder en de rekening-courantgebruikers op het e-billing portaal (zoals de e-mailadressen) worden door de rekening-couranthouder zelf bijgehouden op dit portaal.

  • 4. Het beheer van de gegevens in de Primaire Proces Systemen van de gerechten vindt zoveel mogelijk plaats met behulp van automatische gegevens uitwisseling met de beroepsregisters (BAR, register KBvG en register notariaat).

Artikel 3

  • 1. Het LDCR stelt gedurende de looptijd van de rekening-courant aan het begin van iedere kalendermaand de hoogte van het te betalen voorschot voor die maand vast.

  • 2. Bij aanvang van een nieuwe rekening-courant wordt de eerste vier maanden een andere methode van voorschotberekening toegepast, de zogenoemde beginnersregeling.

  • 3. Gelijktijdig met het vaststellen van het voorschot voor de nieuwe maand stelt het LDCR het eindsaldo van de afgelopen maand vast.

Artikel 4

  • 1. Na vaststelling van het voorschot en het eindsaldo stelt het LDCR aan de rekening-couranthouder een factuur ter beschikking.

    • a. De factuur vermeldt het bedrag van de eindafrekening van de afgelopen maand, het bedrag van het voorschot voor de nieuwe maand en het te betalen saldo van deze twee bedragen.

    • b. Het overzicht vermeldt gespecificeerd alle mutaties van de afgelopen maand: per zaak worden referentie-gegevens vermeld.

Artikel 5

  • 1. Uiterlijk eenentwintig dagen na de factuurdatum dient het verschuldigde bedrag te zijn bijgeschreven op de daartoe aangegeven bankrekening van het LDCR. Volgt uiteindelijk geen (volledige) betaling dan kan de griffier een dwangbevel uitvaardigen op grond van artikel 30 Wgbz. Het dwangbevel wordt uitgebracht aan de rekening-couranthouder.

  • 2. Als het eindsaldo van een maand hoger is dan het berekende voorschot voor de nieuwe maand en er aldus een overschot is ontstaan, dan wordt dit overschot gerestitueerd door het LDCR.

  • 3. Over de op de rekening-courant uitstaande gelden wordt geen rente vergoed.

Artikel 6

  • 1. Het LDCR kan de rekening-courantverhouding met de rekening-couranthouder beëindigen wanneer een openstaande vordering niet binnen één maand na opeisbaarheid van deze vordering betaald is. Tevens kan de rekening-courantverhouding worden beëindigd wanneer een dwangbevel is uitgevaardigd of gedurende een jaar geen griffierecht verschuldigd is geworden. Het na beëindiging verschuldigde bedrag is direct opeisbaar.

  • 2. De rekening-courantverhouding met de rekening-couranthouder wordt beëindigd wanneer deze in staat van faillissement wordt verklaard. Het op dat moment verschuldigde bedrag is direct opeisbaar.

Artikel 7

Het op de rekening-courant verrekende griffierecht wordt onmiddellijk nadat dit recht verschuldigd is geworden als betaald beschouwd.

Artikel 8

  • 1. Bij klachten over de rekening-courant voorziening kunt u bij het LDCR terecht.

    Een klacht betreffende de rekening-courantvoorziening wordt schriftelijk of per e-mail gericht aan het LDCR. Het indienen van een klacht heeft geen opschortende werking.

  • 2. Een klacht die betrekking heeft op de heffing van het griffierecht zal worden doorgestuurd naar het betreffende gerecht. Hiervoor staat ook de weg van verzet open zoals in artikel 29 lid 1 Wgbz.

    Deze algemene voorwaarden treden in werking op 1 september 2014 en worden aangehaald als: Algemene voorwaarden bij de Landelijke rekening-courant griffierechten.

Aldus vastgesteld door de griffier op 18 augustus 2014

TOELICHTING ‘ALGEMENE VOORWAARDEN BIJ DE LANDELIJKE REKENING-COURANT GRIFFIERECHTEN’

Algemeen

De grondslag voor heffing en inning van griffierechten is in de regel de Wet griffierechten burgerlijke zaken (Wgbz) voor de civiele zaken en de Algemene wet bestuursrecht (Awb) voor de bestuurszaken. Zowel de Wgbz als de Awb gaan uit van het principe van betalen van het griffierecht ‘aan de poort’, binnen een termijn van vier weken of in specifieke gevallen een termijn van twee weken. Dit vereist een snelle verwerking en een goede en snelle communicatie tussen de betreffende partijen als het gaat om heffing, inning, betaling en ontvangst van griffierecht. Een rekening-courantvoorziening maakt dit alles een stuk eenvoudiger. Een goed functionerende rekening-courant heeft als voordeel dat zaken direct in behandeling kunnen worden genomen, doorlooptijden worden verkort en administratieve lasten verminderen voor de rekening-couranthouders en de Rechtspraak.

Wij streven naar een transparante en eenduidige vastlegging in onze systemen. Met de introductie van de Landelijke rekening-courant griffierechten wordt daarom de rekening-couranthouder gekoppeld aan de registratie als ‘kantoor’, welke is opgenomen in de diverse beroepsregisters en het Handelsregisters.

De inning van griffierechten, met inbegrip van het beheer van de rekening-courantvoorziening, is gecentraliseerd en wordt uitgevoerd door het Landelijk Dienstencentrum voor de Rechtspraak te Utrecht (hierna: LDCR). Met vragen of voor aanmelding kunt u terecht op www.rechtspraak.nl of kunt u contact opnemen met het Klant Contact Centrum van het LDCR: tel. 088 3611001 (8.30-17.00 uur) of financien.ldcr@rechtspraak.nl

Artikelsgewijs

Artikel 1

Personen en instanties die regelmatig griffierecht verschuldigd zijn kunnen bij het LDCR een rekening-courant openen. De belangrijkste doelgroepen zijn professionele rechtshulpverleners en procesvertegenwoordigers.

De rekening-courant is van toepassing op alle gerechten (rechtbanken, gerechtshoven, bijzondere colleges van de Rechtspraak (met uitzondering van de Raad van State) en op de Hoge Raad). De rekening-courant wordt alleen voor de verrekening van griffierechten gebruikt en niet voor andere kosten of verrekeningen.

Er wordt een onderscheid gemaakt tussen de rekening-couranthouder en de rekening-courantgebruiker. De rekening-couranthouder is voor de Rechtspraak de formele contractspartij en altijd de enige geadresseerde voor correspondentie. Tevens is de rekening-couranthouder aansprakelijk voor betaling van de openstaande vordering(en) op zijn rekening-courant en verantwoordelijk voor het doorgeven van relevante wijzigingen.

De rekening-courantgebruiker is degene die gebruik mag maken van de rekening-courant. De vaststelling van dit gebruiksrecht vindt plaats bij de heffing, op de griffie van het betreffende gerecht. Wanneer een onjuiste vaststelling van dit recht heeft geleid tot een onjuiste vordering griffierecht op de rekening-courant, dient de rekening-couranthouder zich zo snel mogelijk te wenden tot het betreffende gerecht. Dit heeft geen opschortende werking voor de betalingsverplichting. Als het gerecht aanleiding ziet om het geheven griffierecht aan te passen, wordt dit bij de eerstvolgende factuur of, uiterlijk, bij de facturering over de daarop volgende maand verwerkt.

Artikel 2

Verzoeken om een rekening-courant te openen of om een bestaande rekening-courant te wijzigen of op te heffen worden gericht aan en behandeld door het LDCR (LDCR, postbus 3175, 3502 GD Utrecht of financien.ldcr@rechtspraak.nl).

Op www.rechtspraak.nl onder procedures/formulieren vindt u een aanvraagformulier voor de Landelijke rekening-courant. Onderdeel van deze aanvraag is de aanmelding voor e-billing. U kunt zich alleen aanmelden voor de Landelijke rekening-courant als u zich ook voor e-billing aanmeldt. De facturen worden maandelijks elektronisch aangeboden aan de rekening-couranthouder op het e-billing portaal van de Rechtspraak.

Indien een dergelijk verzoek op een gerecht wordt ontvangen, dan wordt die aanvraag door het gerecht doorgestuurd naar het LDCR.

Nadat het verzoek tot het openen van een Landelijke rekening-courant door het LDCR is ontvangen wordt de ontvangst bevestigd bij de aanvrager. Zodra alle informatie verstrekt en geverifieerd is en ook de aanmelding voor een digitale verzendmethode (e-billing) is ontvangen en akkoord is bevonden, beslist het LDCR omtrent de toekenning van de aanvraag binnen drie werkdagen. De aanvrager wordt schriftelijk of per e-mailbericht door het LDCR geïnformeerd. Bij een positieve beslissing wordt een Landelijke rekening-courant aangemaakt.

Acceptatievoorwaarden voor deelname aan de Landelijke rekening-courant griffierechten zijn:

  • Een regelmatige verschuldigdheid van griffierecht.

  • Aanmelding voor e-billing.

  • De hoedanigheid van Het ‘kantoor’ moet aan één van de volgende vereisten voldoen:

    • o voor advocaten: het geregistreerde kantoor met bijbehorend K-nummer zoals in de BAR (Beheer Advocaten Registratie) van de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA).

    • o voor deurwaarders: het geregistreerde kantoor en bijbehorend nummer zoals in het register van de Koninklijke Beroepsorganisatie van Gerechtsdeurwaarders (KBvG).

    • o voor notarissen: het geregistreerde kantoor en bijbehorend nummer zoals in het register notariaat van de Koninklijke Notariële Beroepsorganisatie (KNB).

    • o Voor overige partijen: de onderneming of rechtspersoon zoals deze staat geregistreerd in het Handelsregister gehouden door de Kamer van Koophandel te identificeren aan het bijbehorende KvK-nummer.

Omdat deelname aan de rekening-courantvoorziening gelijk staat aan “griffierecht betaald”, is het van belang bij de heffing en inning van griffierecht dat de gerechten en het LDCR beschikken over actuele en juiste informatie over deelname aan de rekening-courant of de beëindiging daarvan en overige relevante gegevens.

De rekening-courant gaat in per de door het LDCR aangegeven datum. Dit geldt ook voor de beëindiging van de rekening-courant. Het LDCR informeert de rekening-couranthouder en de gerechten over de datum waarop de rekening-courant aanvangt of beëindigd is. De voormalig rekening-couranthouder ontvangt de eindafrekening na afloop van de maand waarin de beëindiging heeft plaatsgevonden.

Op de rekening-courant worden alle door de gerechten in rekening gebrachte griffierechtvorderingen bijgehouden alsmede de bijschrijvingen en eventuele correcties.

De gerechten zijn verantwoordelijk voor het (tijdig) heffen van griffierecht en eventueel corrigeren van geheven griffierecht en, in verband met verantwoording in de financiële administratie en inning, voor het tijdig aanleveren van dergelijke posten aan het LDCR. Het LDCR is verantwoordelijk voor de inning van de geheven griffierechten.

Relevante wijzigingen met betrekking tot de relatie tussen de rekening-couranthouder en de rekening-courantgebruiker worden binnen twee weken doorgegeven aan het LDCR. Dit geschiedt schriftelijk of per e-mail. De mutatie wordt binnen twee weken door het LDCR verwerkt. Wij streven ernaar dit op korte termijn geheel automatisch te kunnen verwerken vanuit de betreffende beroepsregisters.

Relevante wijzigingen ten aanzien van de e-billing account worden door de rekening-courant houder zelf gewijzigd op het e-billing portaal van de Rechtspraak. De Rechtspraak is niet aansprakelijk voor de juistheid van de persoonlijke gegevens op het e-billing portaal.

Wanneer een van zijn rekening-courantgebruikers van kantoor wijzigt of anderszins zijn werkzaamheden bij het kantoor beëindigd, is de rekening-couranthouder verantwoordelijk voor de interne afwikkeling en onderlinge verrekening van griffierechtvorderingen.

Artikel 3

Door het LDCR wordt aan het begin van iedere maand een voorschot berekend en in rekening gebracht voor de nieuwe maand. Dit voorschot wordt gelijktijdig met het eindsaldo van de afgelopen maand afgerekend. Het voorschot dient ter dekking van de (vermoedelijk) verschuldigde griffierechten in de nieuwe maand. Het eindsaldo dient ter afrekening van de verbruikte griffierechten in de afgelopen maand.

Bij aanvang van een nieuwe rekening-courant wordt het voorschot berekend volgens de beginnersregeling. Voor de eerste maand wordt geen voorschot in rekening gebracht. Voor de daarop volgende drie maanden wordt als voorschot in rekening gebracht twee derde deel van de omzet van de voorgaande maand.

Met ingang van de vijfde maand wordt de ‘normale’ wijze van voorschot berekening toegepast. Het voorschot wordt dan berekend op basis van de gemiddelde griffierechten omzet van de rekening-couranthouder gedurende de voorgaande periode van maximaal twaalf maanden. Na uitsluiting van de maand met de hoogste en de maand met de laagste omzet, wordt van de resterende maanden een gemiddelde van de griffierechten omzet berekend. Het voorschot bedraagt 2/3 van deze gemiddelde griffierechten omzet.

Artikel 4

De rekening-couranthouder ontvangt maandelijks een gespecificeerd rekening-courantoverzicht en een factuur. Deze bevat de individuele boekingen en de onderbouwing van het te betalen bedrag. Het te betalen bedrag wordt ook wel het gesaldeerde voorschot genoemd en bestaat uit het voorschotbedrag voor de nieuwe maand en het eindsaldo van de afgelopen maand.

Op het al in rekening gebrachte factuurbedrag kunnen geen wijzigingen worden aangebracht, dit houdt in dat wij u verzoeken altijd het bedrag zoals vermeld op de factuur aan ons over te maken.

Op het gespecificeerde overzicht worden per zaak de volgende gegevens vermeld: het bedrag, de boekingsdatum, de zaakaanduiding van het gerecht, de zaaksoort en de naam van het gerecht. Indien van toepassing wordt ook vermeld: de naam van de betrokken zaakspartijen, het zaak kenmerk van de rechtsbijstandverlener, de naam van de betrokken rechtshulpverlener of het identificatienummer van zijn beroepsorganisatie.

Artikel 5

Te rekenen vanaf de factuurdatum dient het door de rekening-couranthouder verschuldigde bedrag (het gesaldeerde voorschot) binnen eenentwintig dagen vanaf deze datum te zijn bijgeschreven op de aangegeven bankrekening van de Rechtspraak.

De bankrekening van de Rechtspraak voor de rekening-courant betalingen is:

NL08 RBOS 0569 991285 ten name van Rekening-courant LDCR.

Artikelen 6 en 7

Omdat de rekening-courant gebaseerd is op het principe van voorschotbetaling, wordt het van de rekening-couranthouder geheven griffierecht als onmiddellijk betaald beschouwd en kunnen de betreffende zaken in behandeling worden genomen. Voorwaarde is dat de rekening-couranthouder zich houdt aan deze algemene voorwaarden. Indien geconstateerd wordt dat de rekening-couranthouder hier niet aan voldoet dan kan de rekening-courant eenzijdig beëindigd worden.

Het LDCR kan de rekening-courantverhouding met de rekening-couranthouder bijvoorbeeld beëindigen wanneer een openstaande vordering niet binnen een maand na opeisbaarheid van deze vordering betaald is. Onder vordering wordt in dezen verstaan het/de gesaldeerde voorschot(ten) (het eindsaldo van een betreffende maand en het voorschot). De vordering is opeisbaar geworden op het moment dat de betaaltermijn van 21 dagen verstreken is. Na beëindigen van de rekening-courant worden de verschuldigde griffierechten door middel van losse nota’s per zaak in rekening gebracht en wordt de zaak of het verzoek pas in behandeling genomen nadat het griffierecht (tijdig) is voldaan.

De vordering is opeisbaar geworden op het moment dat de betaaltermijn van 21 dagen verstreken is. Bij beëindiging van de rekening-courant wordt het nog openstaande bedrag direct opeisbaar. Bij uitblijven van betaling, zal invordering worden afgedwongen. Overeenkomstig artikel 30 lid 1 Wgbz kan de griffier een dwangbevel uitvaardigen. Na uitvoerbaar verklaring door de rechter levert dit een executoriale titel op, die met toepassing van de voorschriften van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, indien tenminste een maand na de betekening is verstreken, kan worden tenuitvoergelegd. Gedurende een maand na de betekening van het dwangbevel kan de schuldenaar daartegen bij verzoekschrift in verzet komen.

Bij de contacten tussen het LDCR en de (voormalige) rekening-couranthouder over openstaande bedragen en andere problemen inzake de rekening-courant hebben het gerecht, de deken en dergelijke in beginsel geen specifieke rol, tenzij het LDCR of de rekening-courant houder daar nadrukkelijk om verzoekt.

Artikel 8

Een klacht betreffende de rekening-courant wordt schriftelijk of per e-mail gericht aan het LDCR (LDCR, postbus 3175, 3502 GD Utrecht of financien.ldcr@rechtspraak.nl). Op een klacht van de rekening-couranthouder wordt binnen drie weken inhoudelijk gereageerd. Eventuele correcties worden bij de eerstvolgende factuur of, uiterlijk, bij de facturering over de daarop volgende maand verwerkt. Een klacht van de rekening-couranthouder heeft geen opschortende werking.

Een klacht die betrekking heeft op de heffing van het griffierecht zal worden doorgestuurd naar het betreffende gerecht. Hiervoor staat ook de formele weg van verzet open. Degene die het griffierecht heeft betaald, kan gedurende een maand na die betaling tegen de beslissing van de griffier tot heffing van het griffierecht bij verzoekschrift in verzet komen bij het gerecht waaraan het griffierecht of de voorschotten werden betaald (artikel 29 lid 1 Wgbz).

Naar boven