De Minister van Infrastructuur en Milieu,
Gelet op artikel 2 van het Besluit routerings- en meldingssystemen voor schepen in
volle zee voor de Nederlandse kust;
Besluit:
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.
BIJLAGE 1, BEHORENDE BIJ ARTIKEL 3, EERSTE LID, VAN DEZE REGELING
Routeringssysteem Noord Hinder Duitse Bocht
De coördinaten zijn uitgedrukt in lengte en breedte volgens het World Geodetic System
84 (WGS 84), in graden en minuten
A. Diepwaterroute van Noord Hinder naar verkeersscheidingsstelsel ‘Nabij de Bruine
Bank’
De diepwaterroute, begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(1) 52°55’.70 N 003°14’.17 E
-
(2) 52°09’.87 N 002°34’.92 E
-
(3) 51°54’.83 N 002°33’.52 E
-
(4) 52°01’.18 N 002°42’.39 E
-
(5) 52°09’.53 N 002°43’.25 E
-
(6) 52°54’.12 N 003°21’.92 E
B. Verkeersscheidingsstelsel ‘Nabij de Bruine Bank’
-
a. De scheidingszone, begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(7) 53°03’.09 N 003°21’.77 E
-
(8) 52°55’.06 N 003°17’.30 E
-
(9) 52°54’.76 N 003°18’.79 E
-
(10) 53°02’.79 N 003°23’.26 E
-
b. De verkeersbaan voor noordgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
c. De verkeersbaan voor zuidgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
C. Diepwaterroute van verkeersscheidingsstelsel ‘Nabij de Bruine Bank’ naar verkeersscheidingsstelsel
’West Friesland’
De diepwaterroute, begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(11) 53°02’.15 N 003°26’.40 E
-
(12) 53°03’.73 N 003°18’.63 E
-
(13) 53°22’.89 N 003°28’.32 E
-
(14) 53°19’.84 N 003°39’.66 E
D. Verkeersscheidingsstelsel ’West Friesland’
-
a. De scheidingszone, begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(15) 53°42’.94 N 003°42’.04 E
-
(16) 53°22’.07 N 003°31’.39 E
-
(17) 53°20’.62 N 003°36’.77 E
-
(18) 53°31’.07 N 003°44’.64 E
-
(19) 53°46’.69 N 004°19’.92 E
-
(20) 53°56’.65 N 004°35’.92 E
-
(21) 53°59’.18 N 004°35’.92 E
-
(22) 53°57’.55 N 004°15’.09 E
-
b. De verkeersbaan voor noordoostgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(14) 53°19’.84 N 003°39’.66 E
-
(23) 53°29’.95 N 003°47’.29 E
-
(24) 53°45’.86 N 004°23’.24 E
-
(25) 53°59’.96 N 004°45’.92 E
-
c. De verkeersbaan voor zuidwestgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(26) 53°57’.16 N 004°09’.94 E
-
(27) 53°43’.34 N 003°38’.73 E
-
(13) 53°22’.89 N 003°28’.32 E
E. Voorzorgsgebied ’Friesland’
Het voorzorgsgebied, ingesteld direct ten noorden van het verkeersscheidingsstelsel
’West-Friesland’ en begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(26) 53°57’.16 N 004°09’.94 E
-
(25) 53°59’.96 N 004°45’.92 E
-
(28) 54°01’.10 N 005°00’.26 E
-
(29) 54°05’.55 N 004°59’.24 E
-
(30) 54°02’.53 N 004°20’.84 E
-
(31) 54°01’.87 N 004°08’.88 E
F. Verkeersscheidingsstelsel ’Oost Friesland’
-
a. De scheidingszone, begrensd door een lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(32) 54°02’.58 N 004°59’.92 E
-
(33) 54°04’.17 N 005°19’.92 E
-
(34) 54°07’.96 N 006°01’.82 E
-
(35) 54°08’.93 N 006°01’.25 E
-
(36) 54°05’.65 N 005°19’.58 E
-
(37) 54°04’.07 N 004°59’.58 E
-
b. De verkeersbaan voor noordoostgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
c. De verkeersbaan voor zuidwestgaand verkeer, ingesteld tussen de scheidingszone, bedoeld
onder a, en de lijn die de volgende geografische posities verbindt:
-
(39) 54°10’.86 N 006°00’.12 E
-
(40) 54°07’.13 N 005°19’.24 E
-
(29) 54°05’.55 N 004°59’.24 E
BIJLAGE 2, BEHORENDE BIJ ARTIKEL 8 VAN DEZE REGELING
De coördinaten zijn uitgedrukt in lengte en breedte volgens het World Geodetic System
84 (WGS 84), in graden en minuten
Gebieden die dienen te worden gemeden
1. Nabij IJmuiden
Het gebied dat gemeden dient te worden, bedoeld in artikel 9, wordt begrensd door
een lijn die volgende geografische posities verbindt:
-
(i) 52°32’.15 N 004° 04’.82 E
-
(ii) 52°34’.04 N 004° 04’.82 E
-
(iii) 52°34’.65 N 004° 02’.22 E
-
(iv) 52° 32’.79 N 004° 02’.22 E
en terug naar (i).
2. Bij Maas Noord
Het gebied dat gemeden dient te worden, bedoeld in artikel 11, wordt begrensd door
een lijn die volgende geografische posities verbindt:
-
(i) 52° 15’.45 N 003° 51’.42 E
-
(ii) 52° 12’.45 N 003° 51’.42 E
-
(iii) 52° 12’.45 N 003° 48’.32 E
-
(iv) 52° 15’.45 N 003° 48’.32 E
en terug naar (i).
TOELICHTING
Tijdens de 91esessie heeft de Maritieme Veiligheidscommissie van de Internationale Maritieme Organisatie
(hierna: IMO) met ingang van 1 augustus 2013 nieuwe routeringssystemen voor de zeescheepvaart
vastgesteld voor de Noordzee. Deze nieuwe routeringssystemen zijn noodzakelijk in
verband met het steeds intensievere scheepvaartverkeer in combinatie met het overige
gebruik van de Noordzee zoals oliewinning en het opwekken van windenergie.
De nieuwe scheepvaartroutes liggen verder van de kust en zullen elkaar minder kruisen,
daarnaast zijn enkele ankerplaatsen op zee verplaatst of opgeheven en zijn veiligheidszones
rond bijvoorbeeld olieplatforms herzien.
Bij deze herinrichting van de Noordzee zijn ook zogenoemde gebieden die dienen te
worden gemeden (ook wel Areas to be avoided) vastgesteld in de Nederlandse exclusieve
economische zone. Twee van deze gebieden betreffen munitiestortplaatsen (ter hoogte
van IJmuiden en ter hoogte van Hoek van Holland) waar munitie uit de Tweede Wereldoorlog
ligt. Het varen en ook ankeren boven deze stortplaatsen brengt risico’s met zich.
Gebleken is namelijk dat de munitie in deze gebieden geclusterd verspreid ligt over
de zeebodem. Een ontploffing als gevolg van scheepvaartactiviteiten kan daarom een
kettingreactie teweegbrengen van de andere munitie in de omgeving, hetgeen kan leiden
tot een omvangrijke explosie. Gelet op dit risico dienen deze gebieden dan ook gemeden
te worden door alle schepen, zelfs in noodsituaties.
Deze regeling bevat de gebieden die dienen te worden gemeden (artikel 8) en is gebaseerd
op het Besluit routerings- en meldingssystemen voor schepen in volle zee voor de Nederlandse
kust. Dit besluit biedt op grond van artikel 21 van de Scheepvaartverkeerswet, een
grondslag om maatregelen te treffen buiten de territoriale zee ter uitvoering van
verdragen of besluiten van volkenrechtelijke organisaties welke betrekking hebben
op de ordening van het scheepvaartverkeer voor de Nederlandse kust. Op grond van eerdergenoemd
besluit bestond reeds een ministeriële regeling met betrekking tot het verplichte
tankerrouteringssysteem Noord Hinder – Duitse Bocht, de Regeling routeringssysteem
Noord Hinder – Duitse Bocht.
In verband met de overzichtelijkheid is er voor gekozen om de alle verplichte routeringssystemen
in volle zee voor de Nederlandse kust op te nemen in één ministeriële regeling. Naast
de hierboven beschreven gebieden die gemeden dienen te worden zal in deze ministeriële
regeling daarom ook het eerder genoemde tankerrouteringssysteem Noord Hinder – Duitse
Bocht worden opgenomen (artikelen 1 tot en met 7). Inhoudelijk zijn de voorschriften
voor het verplichte gebruik van dat routeringssysteem niet veranderd, met dien verstande
dat de coördinaten van beschrijving van het routeringssysteem zijn omgezet naar het
tegenwoordig gebruikte coördinatenstelsel WGS 84. Voor de toelichting bij het routeringssysteem
Noord Hinder – Duitse Bocht zij verwezen naar eerdere publicaties met betrekking tot
dat routeringssysteem in de Staatscourant (Stcrt. 1997, nr. 220, Stcrt. 2005, nr. 164 en Stcrt. 2008, nr. 91). De beschrijving van het routeringsssysteem Noord Hinder – Duitse Bocht zoals weergegeven
in coördinaten, is omwille van de leesbaarheid van deze regeling in de bijlage van
deze regeling opgenomen, evenals de beschrijving van de gebieden die dienen te worden
gemeden.
Deze voorschriften zullen worden gehandhaafd binnen de bestaande werkzaamheden en
surveillances van de Kustwacht. Daarnaast zijn in het kader van preventie zowel de
Kustwacht als Rijkswaterstaat reeds gestart met een uitgebreid communicatietraject
om de internationale scheepvaart te wijzen op de aanstaande veranderingen op de Noordzee.
Uiteraard wordt de nieuwe situatie ook weergegeven in de zeekaarten voor de Noordzee
zoals die worden uitgegeven door de Dienst Hydrografie van het Ministerie van Defensie.
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 augustus 2013 overeenkomstig de besluiten
van de Maritieme Veiligheidscommissie die eveneens in werking treden met ingang van
1 augustus 2013. In dat verband wordt afgeweken van het stelsel van vaste verandermomenten.
De Minister van Infrastructuur en Milieu,
M.H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus.