Wijziging Regeling routeringssysteem Noord Hinder – Duitse Bocht

13 mei 2008

Nr. CEND/HDJZ-2008/570

Hoofddirectie Juridische Zaken

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

Gelet op artikel 2 van het Besluit routerings- en meldingssystemen voor schepen in volle zee voor de Nederlandse kust;

Besluit:

Artikel I

De artikelen 1 en 2 van de Regeling routeringssysteem Noord Hinder – Duitse Bocht1 komen te luiden:

Artikel 1

Begripsbepalingen

In deze regeling wordt verstaan onder:

a. MARPOL-verdrag: het op 2 november 1973 te Londen tot stand gekomen Internationaal Verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen, met protocollen en bijlagen met aanhangsels (Trb. 1975, 147), en met het op 17 februari 1978 te Londen tot stand gekomen protocol bij dat verdrag met bijlage en aanhangsels (Trb. 1978, 188);

b. SOLAS-verdrag: het op 1 november 1974 te Londen tot stand gekomen Verdrag voor de beveiliging van mensenlevens op zee (Trb. 1976, 157) en de bij dat verdrag behorende bindende protocollen, aanhangsels en bijlagen;

c. olietankschip: een tankschip als bedoeld in voorschrift 1.5 van bijlage I, behorend bij het MARPOL-verdrag;

d. chemicaliëntankschip: een tankschip als bedoeld in voorschrift 1.16.1 van bijlage II, behorend bij het MARPOL-verdrag;

e. NLS-tankschip: een tankschip als bedoeld in voorschrift 1.16.2 van bijlage II, behorend bij het MARPOL-verdrag;

f. gastankschip: een tankschip als bedoeld in voorschrift 3.20 van hoofdstuk II-1 van het SOLAS-verdrag;

g. GT: de maateenheid bruto-tonnage waarin de totale inhoud van een schip wordt uitgedrukt, vastgesteld overeenkomstig het op 23 juni 1969 te Londen tot stand gekomen Verdrag betreffende de meting van schepen (Trb. 1970, 122).

Artikel 2

Reikwijdte

Deze regeling is van toepassing op kapiteins van de volgende schepen:

a. olietankschepen van 10.000 GT of meer die olie vervoeren als bedoeld in voorschrift 1 van bijlage I, behorend bij het MARPOL-verdrag;

b. chemicaliëntankschepen van 5.000 GT of meer die schadelijke vloeistoffen in bulkladingen vervoeren, vallend of voorlopig vallend onder de categorieën X of Y, bedoeld in bijlage II, behorend bij het MARPOL-verdrag;

c. chemicaliëntankschepen en NLS-tankschepen van 10.000 GT of meer die schadelijke vloeistoffen in bulkladingen vervoeren vallend of voorlopig vallend onder de categorie Z, bedoeld in bijlage II, behorend bij het MARPOL-verdrag;

d. gastankschepen van 10.000 GT of groter die vloeibare gassen in bulk vervoeren.

Artikel II

Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat, J.C. Huizinga-Heringa.

Toelichting

Op 15 oktober 2004 is tijdens de zitting van de Mariene Milieucommissie van de Internationale Maritieme Organisatie (IMO) een volledig herziene bijlage II bij het Internationaal verdrag ter voorkoming van verontreiniging door schepen (beter bekend als het MARPOL-verdrag) vastgesteld. In bijlage II van het MARPOL-verdrag is onder meer de categorie-indeling A, B, C en D van schadelijke en gevaarlijke stoffen herzien en aangepast aan de meest recente wetenschappelijke inzichten. Dit resulteerde in een indeling in de categorieën X, Y en Z. De implementatie van deze wijziging heeft plaatsgevonden in het Besluit voorkoming verontreiniging door schepen.

De wijziging van bijlage II van het MARPOL-verdrag heeft tevens gevolgen voor internationaal verplichte routes voor bepaalde schepen die gevaarlijke en schadelijke stoffen vervoeren. Voor Nederland (als kuststaat) is vooral de in de Noordzee gelegen verplichte route ‘Noord Hinder – Duitse Bocht’ van belang. In die routeringsmaatregel werd de oude categorie-indeling van bijlage II van het MARPOL-verdrag gehanteerd. De Maritieme Veiligheidscommissie (MSC) van de IMO heeft tijdens haar 83e zitting de aanpassing van bijlage II van het MARPOL-verdrag overgenomen in de aanduiding van de categorieën schepen die gebruik moeten maken van voornoemde route. Deze regeling brengt de Regeling routeringssysteem Noord Hinder – Duitse Bocht in overeenstemming met het besluit van de Maritieme Veiligheidscommissie.

De gevolgen voor de praktijk zijn beperkt. Reders en kapiteins van buitenlandse schepen worden door hun vlaggenstaten op de hoogte gesteld van de door de MSC aangebrachte wijziging van de routering. De aanpassing van deze regeling is vooral van belang voor adequate handhaving door Nederlandse instanties.

De wijziging heeft geen gevolgen voor de administratieve lasten voor het bedrijfsleven of voor burgers.

De Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat,

J.C. Huizinga-Heringa

  • 1

    Stcrt. 1997, 220; laatstelijk gewijzigd bij ministeriële regeling van 18 augustus 2005, Stcrt. 164.

Naar boven