Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau,
enz. enz. enz.
Op de voordracht van Onze Minister van Infrastructuur en Waterstaat van 23 mei 2023,
nr. IENW/BSK-2023/136140, Hoofddirectie Bestuurlijke en Juridische Zaken;
Gelet op artikel VII van het Besluit van 8 november 2022 tot wijziging van het Drinkwaterbesluit,
het Besluit kwaliteit leefomgeving en enkele andere algemene maatregelen van bestuur
in verband met de omzetting van EU-Drinkwaterrichtlijn 2020/2184 (herschikking) (Stb 2022, 450);
Hebben goedgevonden en verstaan:
’s-Gravenhage, 30 mei 2023
Willem-Alexander
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
Uitgegeven de drieëntwintigste juni 2023
De Minister van Justitie en Veiligheid,
D. Yeşilgöz-Zegerius
NOTA VAN TOELICHTING
Het voorliggende koninklijke besluit voorziet in de inwerkingtreding van artikel I,
onderdelen N en O, van het Besluit van 8 november 2022 tot wijziging van het Drinkwaterbesluit,
het Besluit kwaliteit leefomgeving en enkele andere algemene maatregelen van bestuur
in verband met de omzetting van EU-Drinkwaterrichtlijn 2020/2184 (herschikking) (Stb 2022, 450) (hierna: omzettingsbesluit).
Het omzettingsbesluit is (met uitzondering van genoemd artikel I, onderdelen N en
O, en de artikelen II en III1) in werking getreden op 21 december 20222, dat wil zeggen vóór de uiterste datum voor omzetting van de (herziene) Drinkwaterrichtlijn
(uiterlijk 12 januari 2023).
Artikel I, onderdelen N en O, van het omzettingsbesluit bevatten verplichtingen tot
een risicogebaseerde aanpak voor (grotere) collectieve watervoorzieningen, met vrijstellingen
daarvan voor (zeer) kleine watervoorzieningen zoals campings (vanwege de beperkte
aard en omvang van deze voorzieningen). Artikel I, onderdelen N en O, konden op 21 december
2022 nog niet in werking treden omdat de daarvoor benodigde wettelijke basis ontbrak
(definities en vrijstellingsgrondslagen). Deze wettelijke basis is er nu wel door
de inwerkingtreding van artikel II van de Verzamelwet IenW 20213, op 5 mei 2023.
De juridische omzetting is daarmee voor dit onderdeel weliswaar enkele maanden te
laat maar dit leidt niet tot een te late feitelijke uitvoering van de verplichtingen
van de richtlijn (voor grote collectieve watervoorzieningen moet hier voor de eerste
keer uiterlijk op 12 januari 2029 aan worden voldaan). Deze aanpak geeft daarnaast
de minste problemen voor de sector.
De inwerkingtreding vindt plaats met ingang van de dag na de datum van uitgifte van
het Staatsblad waarin dit inwerkingtredingsbesluit wordt geplaatst. Hierbij wordt
met toepassing van Aanwijzing voor de regelgeving 4.17, vijfde lid, aanhef en onder
d, afgeweken van de vaste verandermomenten en vaste invoeringstermijn, omdat het implementatie
van bindende EU-rechtshandelingen (een EU-richtlijn) betreft.
De Minister van Infrastructuur en Waterstaat,
M.G.J. Harbers
X Noot
1De artikelen II en III wijzigen het Besluit kwaliteit leefomgeving en het Besluit
activiteiten leefomgeving onder de Omgevingswet; de inwerkingtreding daarvan vindt
plaats met ingang van 1 januari 2024 in het kader van de inwerkingtreding van de Omgevingswet.
X Noot
3Wet van 5 april 2023, houdende wijziging van enkele wetten van het Ministerie van
Infrastructuur en Waterstaat (Stb 2023, 148).