Besluit van 18 februari 2016, houdende vaststelling van het tijdstip van inwerkingtreding van onderdelen van de Wet van 1 december 2011 tot wijziging van de Landbouwwet en de Meststoffenwet (elektronisch verstrekken van gegevens)

Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 16 februari 2016, nr. WJZ / 16021971;

Gelet op artikel III, eerste lid, van de Wet van 1 december 2011 tot wijziging van de Landbouwwet en de Meststoffenwet (elektronisch verstrekken van gegevens);

Hebben goedgevonden en verstaan:

Enig artikel

De artikelen I, onderdeel B, en II, onderdeel B, van de Wet van 1 december 2011 tot wijziging van de Landbouwwet en de Meststoffenwet (elektronisch verstrekken van gegevens) (Stb. 2011, 626) treden in werking met ingang van 1 maart 2016.

Onze Minister van Economische Zaken is belast met de uitvoering van dit besluit, dat in het Staatsblad zal worden geplaatst.

Wassenaar, 18 februari 2016

Willem-Alexander

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Uitgegeven de tweede maart 2016

De Minister van Veiligheid en Justitie, G.A. van der Steur

NOTA VAN TOELICHTING

De artikelen I, onderdeel B, en II, onderdeel B, van de Wet van 1 december 2011 tot wijziging van de Landbouwwet en de Meststoffenwet (elektronisch verstrekken van gegevens)(Stb. 2011, 626) (hierna: wijzigingswet) strekken ertoe om ondernemers te kunnen verplichten om elektronische middelen te gebruiken bij het verstrekken van gegevens op grond van de Landbouwwet en de Meststoffenwet. Op grond van artikel III van de wijzigingswet wordt de voordracht voor het koninklijk besluit inzake de inwerkingtreding van de in de vorige zin bedoelde artikelen niet eerder gedaan dan twee weken nadat het ontwerp aan beide kamers der Staten-Generaal is overlegd. Op 18 december 2015 is deze voordracht aan de Voorzitters van beide Kamers overlegd bij brief van de Staatssecretaris van Economische Zaken (Kamerstukken 2015/16, 32 603, nr. 12).

Met het onderhavige inwerkingtredingsbesluit treden de hiervoor bedoelde artikelen in werking met ingang van 1 maart 2016. De inwerkingtreding maakt het mogelijk, zoals aangegeven in de hiervoor genoemde brief, dat de benodigde uitvoeringsmaatregelen kunnen worden genomen zodat de verplichting om uitsluitend langs elektronische weg de agrarische gegevens (landbouwtelling, inkomenssteun, plattelandssubsidies en verantwoording bedrijfsvoering inzake mest) te verstrekken kan worden ingevoerd.

De artikelen I, onderdeel A, en II, onderdeel A, van de wijzigingswet – welke voorzien in vervanging van «Onze Minister van Landbouw, Visserij en Voedselvoorziening» in «Onze Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie» in artikel 1 van de Landbouwwet, respectievelijk artikel 1 van de Meststoffenwet – treden niet in werking. Met de op 25 januari 2014 inwerking getreden Wet van 18 december 2013 tot aanpassing van een aantal wetten op het terrein van het Ministerie van Economische Zaken in verband met de naamswijziging van het Ministerie en het herstellen van enige wetstechnische gebreken en leemten (Stb. 2014, 14) is namelijk de actuele naamduiding in artikel 1 van de Landbouwwet doorgevoerd. Met de op 1 januari 2014 inwerking getreden Wet van 18 december 2013 tot wijziging van de Meststoffenwet (invoering mestverwerkingsplicht) (Stb. 2013, 576) is de actuele naamduiding in artikel 1 van de Meststoffenwet doorgevoerd.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, M.H.P. van Dam

Naar boven