Besluit van 24 augustus 2012 tot aanpassing van het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie in verband met de Wet afschaffing huishoudinkomenstoets

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 31 juli 2012, nr. IVV/LZW/2012/10890;

Gelet op de artikelen 8, tweede lid, en 14, eerste lid, van de Tijdelijke wet pilot loondispensatie;

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 1 augustus 2012);

Gezien het nader rapport van de Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 20 augustus 2012, nr. IVV/LZW/2012/12224;

Hebben goedgevonden en verstaan:

ARTIKEL I

Artikel 6 van het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid wordt als volgt gewijzigd:

a. In onderdeel a wordt «tot een gezin behoort» vervangen door: gehuwd is.

b. «artikel 21, eerste lid» wordt vervangen door: artikel 21, onderdeel c.

2. In het vierde lid wordt «gezin» telkens vervangen door: gehuwde.

ARTIKEL II

Op de persoon die op de dag voor inwerkingtreding van de Wet afschaffing huishoudinkomenstoets recht heeft op een aanvullende uitkering als bedoeld in artikel 8 van de Tijdelijke wet pilot loondispensatie, wordt tot het tijdstip waarop het recht op die aanvullende uitkering eindigt doch uiterlijk met ingang van 1 januari 2013 in artikel 6 van het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie in het eerste lid, onderdeel a, voor «gehuwd is» gelezen «tot een gezin behoort» en in het vierde lid voor «gehuwde» telkens gelezen «gezin» indien dit leidt tot een hogere aanvullende uitkering.

ARTIKEL III

Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin het wordt geplaatst en werkt terug tot en met 1 januari 2012.

Lasten en bevelen dat dit besluit met de daarbij behorende nota van toelichting in het Staatsblad zal worden geplaatst.histnoot

’s-Gravenhage, 24 augustus 2012

Beatrix

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, P. de Krom

Uitgegeven de vierde september 2012

De Minister van Veiligheid en Justitie, I. W. Opstelten

NOTA VAN TOELICHTING

Sinds 1 januari 2012 zijn de definities van gezin en middelen in de Wet werk en bijstand (WWB) gewijzigd met betrekking tot gehuwden met ten laste komende kinderen en/of meerderjarige inwonende kinderen en alleenstaande of alleenstaande ouder met meerderjarige inwonende kinderen die in dezelfde woning hun hoofdverblijf hebben (huishoudinkomenstoets)1. Het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie (hierna: Besluit) is hier destijds op aangepast, omdat in artikel 6 van het Besluit bij de berekening van de aanvullende uitkering gesproken werd over gehuwden. Daarnaast diende een verwijzing naar artikel 21 van de WWB aangepast te worden. De aanpassingen zijn gerealiseerd met het besluit van 22 februari 2012 tot aanpassing van het Uitvoeringsbesluit Tijdelijke wet pilot loondispensatie en het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten in verband met technische wijzigingen (Stb. 81).

In het Begrotingsakkoord is afgesproken dat deze huishoudinkomenstoets wordt afgeschaft (Kamerstukken II 2011/12, 21 501-07, nr. 910, p. 10). Dit is gebeurd bij de Wet afschaffing huishoudinkomenstoets. Dit wijzigingsbesluit dient om genoemde wijzigingen van 22 februari 2012 weer ongedaan te maken zodat het Besluit in overeenstemming is met de begrippen in de WWB.

Aangezien aan de wijzigingen in het wetsvoorstel afschaffing huishoudinkomenstoets terugwerkende kracht tot en met 1 januari 2012 wordt verleend, wordt deze terugwerkende kracht ook geregeld voor dit wijzigingsbesluit.

Voor een kleine groep zal de afschaffing van de huishoudinkomenstoets leiden tot een inkomensachteruitgang. Het gaat dan om de situatie dat er een gezinslid is dat a) aanleiding vormt tot wijziging van het huishoudtype (alleenstaande of alleenstaande ouder wordt door het meerderjarig inwonend kind een gezin) en b) inkomen heeft dat uitgezonderd is van de huishoudinkomenstoets. Dit geldt bijvoorbeeld voor een alleenstaande met een inwonend meerderjarig kind waarbij tenminste één van hen een uitkering op grond van de Wet werk en arbeidsondersteuning jonggehandicapten (Wajong) ontvangt. In deze situatie leiden de gezinsbijstand en huishoudinkomenstoets er toe dat deze alleenstaande en het meerderjarig kind samen als één gezin worden gezien en daarmee een uitkering ter hoogte van 100% bijstandsnorm ontvangen. Tevens wordt de Wajong-uitkering uitgezonderd van de huishoudinkomenstoets. Voor 1 januari 2012 zou de ouder alleen de alleenstaandennorm van 70% bijstandsnorm ontvangen en het kind de Wajong-uitkering. Voor deze gevallen is in dit artikel overgangsrecht opgenomen.

Om deze reden is in artikel II van dit wijzigingsbesluit geregeld dat voor die groep mensen voor de verwijzing in artikel 6 van het Besluit naar het begrip «gehuwde» nog gelezen wordt een verwijzing naar het begrip «gezin». Dit eindigt op het moment dat het recht op aanvullende uitkering van de genoemde personen eindigt maar in ieder geval met ingang van 1 januari 2013. Ook de begrippen «alleenstaande» en «alleenstaande ouder» krijgen door de afschaffing van de huishoudinkomenstoets een andere invulling. In artikel 6, vierde lid, van het Besluit wordt geregeld dat voor de invulling van die begrippen de artikelen 3 en 4 van de WWB van toepassing zijn. Nu het overgangsrecht van de Wet afschaffing huishoudinkomenstoets regelt dat voor de mensen die inkomensachteruitgang ervaren door de afschaffing van de huishoudinkomentoets artikel 4 nog blijft luiden zoals dat luidde voor de afschaffing, hoeft hier in het Besluit niets voor geregeld te worden.

Voor dit Besluit geldt een gecontroleerde delegatie. Overeenkomstig artikel 14, derde lid, van de Tijdelijke wet pilot loondispensatie is de voordracht voor het vaststellen van de wijziging van het Besluit niet eerder gedaan dan na vier weken nadat het ontwerp hiervan aan beide kamers van de Staten-Generaal is overgelegd.

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, P. de Krom


X Noot
1

Wet van 22 december 2011 tot wijziging van de Wet werk en bijstand en samenvoeging van die wet met de Wet investeren in jongeren gericht op bevordering van deelname aan de arbeidsmarkt en vergroting van de eigen verantwoordelijkheid van uitkeringsgerechtigden (Stb. 2011, 650).

XHistnoot
histnoot

Het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt op grond van artikel 26, zesde lid j° vijfde lid, van de Wet op de Raad van State, omdat het zonder meer instemmend luidt

Naar boven