Vragen van de leden Jasper van Dijk en Karabulut (beiden SP) aan de Ministers van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over het bericht «Gülen runt nieuw lectoraat Inholland» (ingezonden 3 november 2015).

Vraag 1

Wat is uw reactie op het bericht dat de Gülen-beweging een lectoraat bij Hogeschool Inholland runt?1

Vraag 2

Vindt u het een wenselijke ontwikkeling dat de strikt islamitisch en fel Turks-nationalistische Gülen-beweging zich via Hogiaf mengt in het hoger onderwijs? Zo ja, waarom? Zo nee, welke mogelijkheden ziet u om deze ontwikkeling te stoppen?2

Vraag 3

Deelt u de mening van hoogleraar Zürcher dat het problematisch is dat Inholland samenwerkt met Hogiaf zonder de achtergrond van de vereniging te kennen? Past een dergelijke samenwerking bij de signatuur van de onderwijsinstelling?

Vraag 4

Op welke wijze is Hogeschool Inholland op de hoogte van de achtergrond van Hogiaf en de Gülen-beweging? Is hierover gesproken bij het toekennen van het lectoraat?

Vraag 5

Heeft u zicht op het functioneren van de Gülen-beweging en is er helderheid over de organisatie, bestuursleden, uitingsvormen en voedingsbronnen, zoals eerder toegezegd? Zo ja, kan de Kamer deze gegevens ontvangen? Zo nee, waarom niet?3

Vraag 6

Is de Gülen-beweging (of aan de beweging gelieerde organisaties) ook actief binnen andere onderwijsorganisaties? Zo ja, welke?

Vraag 7

Welke afspraken heeft u inmiddels gemaakt met vertegenwoordigers van de Gülen-beweging over onder andere transparantie?4


X Noot
2

Onderzoek «De Fethullah Gülenbeweging in Nederland», Universiteit Utrecht, september 2010

X Noot
3

Kamerstuk, 32 824-75

X Noot
4

Kamerstuk, 32 824-94

Naar boven