Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 35851 nr. 61 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 35851 nr. 61 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 december 2023
Inleiding
In de brief van 6 juli jl. (Kamerstuk 35 851, nr. 55) heeft mijn ambtsvoorganger aangegeven uw Kamer na de zomer te informeren over de evaluatiestrategie en de voortgang van de verschillende onderzoeken en monitoringsinstrumenten. Daarnaast is bij brief van 9 augustus 2021 (Kamerstuk 33 258, nr. 52)aangegeven uw Kamer twee keer per jaar te informeren over de voortgang van het preventiebeleid gericht op het bevorderen van een veilig werk- en meldklimaat. Met deze brief geef ik hier invulling aan en ga ik ook graag nader in op de stand van zaken rond de ondersteuning van klokkenluiders, de voorbereidingen voor het komend wetsvoorstel, de AMvB over anoniem melden bij werkgevers, het juridisch vooronderzoek toezichts- en sanctietaak Huis voor klokkenluiders en de jonge sporters en dansers in de jeugdselectie.
Deze brief behandelt de stand van zaken ten aanzien van de volgende onderwerpen:
1. Juridische en psychosociale ondersteuning klokkenluiders
2. Voorbereiding wetsvoorstel tot aanpassing van de Wet bescherming klokkenluiders
3. AMvB over anoniem melden bij werkgevers
4. Juridisch vooronderzoek toezichts- en sanctietaak Huis voor klokkenluiders
5. Jonge sporters en dansers in de jeugdselectie
6. Campagne bevorderen veilig werk- en meldklimaat
7. (Wets)evaluatie, onderzoek en monitoring
De afgelopen periode is door de Raad voor Rechtsbijstand, het Huis voor klokkenluiders, het Ministerie van Justitie en Veiligheid en mijn ministerie gewerkt aan een subsidieregeling voor de toekenning van rechtsbijstand en mediation bij een vermoeden van een misstand.1 Op basis van deze regeling kunnen (potentiële) melders van misstanden die in conflict komen met hun werkgever na het doen van een melding, na doorverwijzing door de afdeling advies van het Huis voor klokkenluiders, via de Raad voor Rechtsbijstand voor ondersteuning door een advocaat of mediator in aanmerking komen. Met het oog op een goede voorbereiding van de uitvoering is het mijn streven dat de regeling op 1 februari 2024 in werking treedt. De regeling zal worden gemonitord door het Kenniscentrum van de Raad voor Rechtsbijstand. Op basis van de uitkomsten van deze monitoring kan de regeling zo nodig tussentijds worden aangepast.
De psychosociale ondersteuning van (potentiële) melders van misstanden verloopt sinds 1 september 2022 via Slachtofferhulp Nederland (na doorverwijzing door het Huis voor klokkenluiders). Deze ondersteuning zal tot 1 september 2025 worden gesubsidieerd.
Ook heeft met de Stichting van de Arbeid een eerste verkennend overleg plaatsgevonden over hoe vorm kan worden gegeven aan de verantwoordelijkheid van werkgevers ten aanzien van de financiering van de ondersteuning. Met de Stichting van de Arbeid worden de verkennende gesprekken voortgezet.
Momenteel bereid ik zoals eerder is aangekondigd2, een wetsvoorstel voor tot aanpassing van de Wet bescherming klokkenluiders. Daarbij betrek ik de evaluatie van de Wet Huis voor klokkenluiders3 en voorstellen uit de initiatiefnota van het lid Omtzigt.4 Het juridisch vooronderzoek betreffende de toezichts- en sanctietaak van het Huis voor klokkenluiders dat momenteel wordt uitgevoerd (zie onder punt 4), zal ik eveneens hierbij betrekken. Het voorstel van het lid Omtzigt over naming en shaming zal worden bezien in het licht van het vraagstuk van toezicht en sancties waarover nu een juridisch vooronderzoek wordt uitgevoerd. Daarnaast zal het volgende wetsvoorstel een aantal technische wijzigingen bevatten. Over de voorstellen vindt overleg plaats met relevante stakeholders zoals het Huis voor klokkenluiders en de Stichting van de Arbeid.
De afgelopen maanden is gewerkt aan een voorstel voor de algemene maatregel van bestuur (AMvB) waarin wordt voorzien in de nadere regelgeving die nodig is om de bepalingen over anoniem melden (artikel 2, tweede lid, onderdelen e en f Wbk) in werking te laten treden. In de AMvB wordt geregeld aan welke eisen de wijze waarop werknemers vermoedens van misstanden anoniem bij werkgevers kunnen melden moet voldoen en aan welke eisen personen moeten voldoen bij wie die melding kan worden gedaan. Ik ben voornemens de AMvB binnen enkele weken open te stellen voor internetconsultatie.
Bij brief van 27 september jl. heb ik u (conform mijn toezegging tijdens het commissiedebat klokkenluiders van 13 september jl.) (Kamerstuk 35 851, nr. 59) de onderzoeksopdracht en de deelvragen van het juridisch vooronderzoek betreffende toezichts- en sanctietaken van het Huis voor klokkenluiders toegestuurd.5 Op dit moment is het onderzoek nog niet afgerond. Na afronding van het onderzoek zal ik het onderzoeksrapport naar uw Kamer sturen.
Op 3 oktober 2023 heeft uw Kamer een motie aangenomen van de leden Dekker-Abdulaziz en Van der Laan betreffende de bescherming van jonge sporters en dansers die in de jeugdselectie zitten, maar nog niet worden betaald. De regering is gevraagd te onderzoeken of jonge sporters en dansers onder de Wet bescherming klokkenluiders kunnen vallen of onder een andere voorziening die hun meer passende bescherming biedt. Daarnaast wordt de regering verzocht om te onderzoeken of het mogelijk is de evaluatie van het onafhankelijke integriteitscentrum te betrekken bij de evaluatie van de Wet bescherming klokkenluiders.6 Ik ben over deze motie in gesprek met de Minister voor Langdurige Zorg en Sport en de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. Ik zal uw Kamer nader over de uitkomsten informeren in het eerste kwartaal van 2024.
Het afgelopen jaar zijn in het kader van de campagne bevorderen veilig werk- en meldklimaat verschillende activiteiten en bijeenkomsten georganiseerd met als doel de kennis over de Wet bescherming klokkenluiders te bevorderen en bewustwording van het belang van een veilig werkklimaat te vergroten.
Ik kijk terug op een geslaagd jaar. Tijdens de bijeenkomsten hebben deelnemers in een vertrouwelijke setting kennis en ervaring met elkaar gedeeld, dilemma’s besproken en netwerkpartners ontmoet. De deelnemers is gevraagd wat zij van de bijeenkomsten vonden. Daaruit komt het beeld naar voren dat de bijeenkomsten voorzien in de behoefte van werkgevers en leidinggevenden om kennis en ervaringen uit te wisselen en netwerkpartners te ontmoeten. Deelnemers beoordelen de bijeenkomsten als relevant, actueel en ondersteunend. Ook zijn deelnemers positief over de mogelijkheid om op deze manier andere leidinggevenden van nationale en internationale organisaties uit het bedrijfsleven en bij de overheid te ontmoeten en met elkaar over dit thema in gesprek te gaan.
De campagne wordt voortgezet in 2024. Dit jaar zijn vooral overheden en grote private organisaties betrokken. De bedoeling is om volgend jaar ook het MKB te betrekken. Afgelopen jaar is in het kader van de campagne de samenwerking opgezocht met andere departementen (SZW, OCW, VWS) en stakeholders zoals de Stichting van de Arbeid, Transparency International, de wetenschap en het Huis voor klokkenluiders. Deze samenwerking wordt het komende jaar voorgezet.
De afgelopen periode is door mijn ministerie gewerkt aan een evaluatiestrategie. Zoals toegezegd informeer ik uw Kamer hierover en over de voortgang van de verschillende onderzoeken en monitoringsinstrumenten.7 Hieronder licht ik de aanpak graag toe. Ik zal hierbij ingaan op de doelen die beoogd worden op het gebied van klokkenluiders, de samenhang en de monitoring van de lopende trajecten en ik kijk ook graag vooruit naar toekomstige evaluatieverplichtingen. Deze evaluatiestrategie is in lijn met de kaders van de Strategische Evaluatieagenda van BZK die als onderdeel van de Rijksbegroting 2024 aan uw Kamer verzonden is.8
De doelstellingen van het beleid, wetgeving en communicatie ter bescherming van klokkenluiders zien op: het bevorderen van een veilig (werk-) en meldklimaat en het tweeledige doel van de Wet bescherming klokkenluiders, te weten: de rechtsbescherming van klokkenluiders en het bijdragen aan de oplossing van maatschappelijke misstanden9. Preventie is gericht op werkgevers door hen te stimuleren dat zij blijvend willen investeren in een veilig (werk-) en meldklimaat. Bij het bevorderen van de rechtsbescherming en het oplossen van misstanden gaat het erom dat melders worden beschermd tegen benadeling vanwege een melding van een vermoeden van een misstand en dat zij advies en juridische en psychosociale ondersteuning kunnen krijgen. Dit kan de meldingsbereidheid verhogen en stimuleren de melding door te zetten. Hetgeen kan bij bijdragen aan het voorkomen of oplossen van maatschappelijk misstanden in de zin van de Wet bescherming klokkenluiders. Via verschillende trajecten op het gebied van beleid en wetgeving wordt invulling gegeven aan deze doelstellingen. De afzonderlijke trajecten dragen bij aan de realisatie van één of meerdere doelstellingen. Ik verwijs ook naar de matrix verderop.
Om inzicht te krijgen in de werking van het ingezette beleid en de wetgeving laat ik verschillende evaluaties, (wetenschappelijke) onderzoeken en monitoring uitvoeren.
Hieronder is een overzicht opgenomen van de monitoringsinstrumenten en evaluaties van de lopende trajecten waaraan gewerkt wordt:
Met de campagne veilig werk- en meldklimaat wil ik werkgevers-samen met het Huis voor klokkenluiders-ondersteunen in het naleven van hun wettelijke verplichtingen van de Wet bescherming klokkenluiders en wil ik werkgevers stimuleren om blijvend zorg te dragen voor een veilig werk- en meldklimaat. Gedurende de looptijd van drie jaar laat ik de verschillende activiteiten die plaatsvinden monitoren om na te gaan of de activiteiten ook daadwerkelijk werkgevers ondersteunen bij het zorgdragen voor een veilig werk- en meldklimaat.
Verder vind ik het relevant om inzicht te krijgen in de aanwezigheid en toepassing van de verplichte interne meldregeling bij werkgevers (als bedoeld in artikel 2 van de Wet bescherming klokkenluiders). Ik heb TNO de opdracht gegeven om via de Werkgevers Enquête Arbeid (hierna: de WEA) hierop te gaan monitoren. De tweejaarlijkse monitoring van de WEA onder werkgevers naar het arbeidsbeleid door en van bedrijven en instellingen in Nederland zal worden gestart in 2024 en loopt door tot 2026 met de mogelijkheid tot verlenging.
Ik vind het belangrijk om te weten of de ondersteuningsmogelijkheden die er zijn voor (potentiële) melders op juridisch en psychosociaal gebied ook daadwerkelijk bijdragen aan de bescherming die zij genieten met de Wet bescherming klokkenluiders en het oplossen van misstanden. Specifiek wil ik weten of de ondersteuning bijdraagt aan het verhogen van de meldingsbereidheid en het voorkomen en de-escaleren van conflicten. Een extern onderzoeksbureau gaat de pilot mediation en juridische ondersteuning bij de sector Rijk begin 2024 evalueren, de psychosociale ondersteuning via Slachtofferhulp Nederland wordt in het najaar van 2025 geëvalueerd en de juridische ondersteuning via de Raad voor Rechtsbijstand wordt begin 2026 geëvalueerd. Op basis van de evaluaties wordt bezien hoe de ondersteuning structureel kan worden georganiseerd.
De Universiteit van Amsterdam gaat wetenschappelijk onderzoek doen naar de rol die de leidinggevende heeft na een melding van een vermoeden van een misstand (sociaalwetenschappelijk) en naar de effectiviteit van maatregelen ter bescherming van klokkenluiders (juridisch-empirisch). De inzichten uit dit onderzoek kunnen bijdragen aan het beleid dat wordt ingezet op het stimuleren van werkgevers om blijvend te investeren in een veilig werk- en meldklimaat en aan verbetering van de effectiviteit van de Wet bescherming klokkenluiders. Het onderzoek zal plaatsvinden in de periode 2024–2027.
Tot slot sta ik graag ook nog iets langer stil bij evaluatieverplichtingen gelegen in de toekomst.
Invoeringstoets Wet bescherming klokkenluiders
Om de effecten van de Wet bescherming klokkenluiders op de uitvoering in beeld te krijgen zal ik een invoeringstoets laten uitvoeren. De invoeringstoets vindt veelal plaats een jaar na inwerkingtreding van de wet of op het vroegst mogelijke moment waarop iets nuttigs gezegd kan worden.10 Met ingang van 18 februari 2023 is de Wet bescherming klokkenluiders in werking getreden. Bij de invoeringstoets wil ik inzicht krijgen in de gevolgen voor de doelgroep en de mogelijke knelpunten die de doelgroep ervaart. Met de doelgroep heb ik het over (potentiële) melders, werkgevers en bevoegde autoriteiten. Ik heb al eerder toegezegd dat ook onderzoek gedaan wordt naar de uitvoeringslasten bij de bevoegde autoriteiten.* Verder wil ik via de invoeringstoets inzicht vergaren in welke indicatoren kunnen bijdragen aan de doelen en werking van de wet om de ingezette beleidsinstrumenten te duiden. Hierbij worden uiteraard de uitkomsten van de monitoring en evaluaties van de lopende trajecten meegenomen die beschikbaar zijn. Ik kan u berichten dat de ambtelijke voorbereidingen zijn gestart om de invoeringstoets vorm te geven. Mijn streven is om de invoeringstoets voorjaar 2024 te starten.
Evaluatie Wet bescherming klokkenluiders
De Wet bescherming klokkenluiders is in werking getreden op 18 februari 2023 en zal iedere drie jaar geëvalueerd worden (artikel 20, eerste lid, Wet bescherming klokkenluiders). Bij de wetsevaluatie wordt gekeken naar de doeltreffendheid en de effecten van de wet in de praktijk. Hierbij wordt het perspectief van de melder betrokken overeenkomstig de motie van het lid Inge van Dijk.12 Naast het perspectief van de melder worden ook de andere doelgroepen bij de wetsevaluatie betrokken (zoals werkgevers en bevoegde autoriteiten). Dit geldt ook voor de motie van de leden Dekker-Abdulaziz en Van der Laan waarin verzocht is om te onderzoeken of het mogelijk is de evaluatie van het onafhankelijke integriteitscentrum te betrekken bij de evaluatie van de Wet bescherming klokkenluiders.13 Zoals aangegeven tijdens het tweeminutendebat klokkenluiders op 27 september jl. wil ik bezien hoe deze evaluatie in de tijd met de wetsevaluatie samenloopt. Op dit moment is het onafhankelijk integriteitscentrum voor de sport er immers nog niet.
De matrix onderaan biedt een overzicht van de verschillende trajecten en de planning wanneer verschillende onderzoeksresultaten worden opgeleverd. Het overzicht laat zien dat de afzonderlijke trajecten bijdragen aan één of meer doelstellingen en dat de opbrengsten van de monitoring en/of evaluatie van de trajecten onderdeel uitmaken van toekomstige evaluatieverplichtingen.
Trajecten |
Beleidsdoelen bescherming klokkenluiders |
Planning |
||
---|---|---|---|---|
preventie |
bescherming klokkenluiders |
bijdragen aan oplossen maatschappelijke misstanden |
||
Monitor campagne |
X |
X |
2023–2026 |
|
Monitor interne meldregelingen |
X |
X |
X |
2024 (Q4) 2026 (Q4) |
Evaluatie pilot mediation juridische ondersteuning sector Rijk |
X |
X |
2024 (Q1) |
|
Evaluatie psychosociale ondersteuning Slachtofferhulp |
X |
X |
2025 (Q4) |
|
Juridische ondersteuning Raad voor Rechtsbijstand |
X |
X |
2026 (Q1) |
|
Wetenschappelijk onderzoek |
X |
X |
X |
2024–2027 |
Invoeringstoets Wbk |
X |
X |
2024 (Q3) |
|
Evaluatie Wbk |
X |
X |
2026 (Q1) |
|
Evaluatie Hvk (zbo) |
X |
X |
X |
2026 (Q2) |
Slot
In deze brief heb ik uw Kamer meegenomen in de stand van zaken rond de verschillende onderwerpen in het klokkenluidersdossier.
Ik wil afsluiten met mijn waardering uit te spreken over de inzet en betrokkenheid vanuit de Kamer op dit onderwerp. Afgelopen jaar zijn er een hoop stappen gezet en tegelijkertijd zijn er nog vele stappen te nemen rond de bescherming van klokkenluiders. Ik kijk ernaar uit om de samenwerking met de Kamer in het nieuwe jaar voort te zetten.
De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, A.C. van Huffelen
Handelingen II 2022/23, nr. 33, item 52, p. 24. In haar brief van 6 juli jl. aan de Tweede Kamer heeft de Minister van BZK geschreven dat zij het vraagstuk van uitvoeringslasten bij de bevoegde autoriteiten wil betrekken bij de invoeringstoets.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35851-61.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.