35 561 Parlementaire enquête aardgaswinning in Groningen

Nr. 56 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 22 januari 2024

Met de publicatie van het rapport Groningers boven gas door de parlementaire enquêtecommissie aardgaswinning Groningen was 2023 een jaar van grote betekenis voor Groningen en Noord-Drenthe. Een jaar van erkenning voor de structureel genegeerde belangen en het aangedane leed. Van een begin van het herstel van het vertrouwen dat bewoners in Groningen en Noord-Drenthe in de overheid hebben verloren, kan pas sprake zijn wanneer bewoners daadwerkelijk ervaren dat ze worden geholpen. Dat schade wordt hersteld, dat ze worden benaderd vanuit vertrouwen in plaats van wantrouwen en dat ze de regie over hun huis, hun bedrijf en hun omgeving weer terugkrijgen. De prioriteit in 2024 zal daarom liggen bij de uitvoering van de vijftig maatregelen uit Nij Begun 1. Dit doen we als Rijk niet alleen, maar samen met de regionale overheden, maatschappelijke organisaties, uitvoeringorganisaties en andere regionale partners.

Ik heb uw Kamer op 6 juli jl.2 en op 27 september jl.3 over de voortgang van deze maatregelen geïnformeerd. In deze brief informeer ik uw Kamer daarmee voor de derde keer over de voortgang van de uitvoering van de vijftig maatregelen uit Nij Begun.

Groningen zonder gaswinning

De gaswinning stopt uiterlijk 1 oktober van dit jaar. Om de definitieve beëindiging van de gaswinning te garanderen, is een wetsvoorstel bij uw Kamer ingediend waarmee wettelijk wordt vastgelegd dat de gaswinningslocaties per 1 oktober 2024 definitief sluiten. Ik hoop in het belang van Groningen dat dit wetsvoorstel zo spoedig mogelijk wordt behandeld.

Staat van Groningen

Het kabinet legt jaarlijks verantwoording af over de Staat van Groningen (maatregel 1)

Met de regionale overheden wordt, in samenspraak met maatschappelijke organisaties en uitvoeringspartijen, gewerkt aan de wijze waarop de monitoring wordt georganiseerd via de Staat van Groningen. De belangrijkste afspraken worden vastgelegd in de nieuwe Groningenwet, die dit voorjaar in internetconsultatie zal gaan. Hierbij betrek ik ook de motie van het lid Vedder c.s.4 over het overnemen van de (sociale) doelen uit het Nationaal Programma Groningen, de motie van het lid Bikker c.s.5 over het rapporteren over het cultuuromslagtraject binnen de overheid en de gewijzigde motie van de leden Van Wijngaarden en Stoffer6 over het vastleggen van een streefdoel voor de overheadkosten in de schadeafhandeling.

Ik zal de Staat van Groningen jaarlijks in april aan de Kamer aanbieden. De Staat van Groningen zal gelijktijdig worden gestuurd aan de provinciale staten en de gemeenteraden in Groningen en Noord-Drenthe. Dit jaar starten we met een nulmeting. Hiervoor zal o.a. het Kennisplatform Leefbaar en Kansrijk Groningen van de Rijksuniversiteit Groningen een overzicht gaan maken op basis van de momenteel beschikbare informatie op het gebied van schadeafhandeling, versterking, verduurzaming, sociale en economische ontwikkelingen in het gebied en het functioneren van de overheden. Met de regionale overheden heb ik afgesproken dat de Staat van Groningen zal worden opgesteld door een nog te werven onafhankelijke en wetenschappelijke partij.

Rondom het verschijnen van de Staat van Groningen zal jaarlijks een conferentie georganiseerd worden. In aanloop naar de eerste conferentie vindt op 22 januari een startbijeenkomst plaats voor bestuurders, regionale volksvertegenwoordigers, maatschappelijke organisaties en ambtelijke professionals die zich bezighouden met herstel en toekomst voor Groningen, om het gesprek aan te gaan over wat de uitvoering van Nij Begun vraagt en welke stappen moeten worden gezet om Nij Begun voor de inwoners tot een succes te maken. De opbrengst van deze startbijeenkomst wordt o.a. meegenomen bij de inrichting van de Staat van Groningen.

Bouwen aan herstel: verbeteren van de schadeafhandeling en versterking

Schade

Stoppen met onderzoek naar causaliteit van schades tot € 60.000 (maatregel 3) en vaker keuze voor schadeafhandeling met vaste vergoeding (maatregel 5)

Op 6 oktober jl.7 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de nieuwe wijze van schadeafhandeling met de uitwerking van maatregelen 3 en 5. Het uitgangspunt bij de schadeafhandeling wordt daadwerkelijk herstel. Bewoners met schade krijgen de mogelijkheid om alle schades in hun woning tot € 60.000, die naar hun aard mijnbouwschade kunnen zijn en niet al eerder zijn afgehandeld, te laten herstellen zonder causaliteitstoets. Daarnaast zal het IMG de vaste eenmalige schadevergoeding (VES) verdubbelen naar € 10.000. Ook zal het IMG vanaf het derde kwartaal van 2024 een vergoeding (forfaitair) bij herhaalschade gaan uitkeren.

De schadeafhandeling volgens daadwerkelijk herstel komt uiterlijk eind juni 2024 beschikbaar voor álle bewoners uit het effectgebied. Medio december 2023 is het IMG begonnen met het benaderen van bewoners die in afwachting van de nieuwe schademaatregelen hun aanvraag hebben aangehouden. Het IMG heeft naar verwachting eind januari 2024 al deze bewoners geïnformeerd. Zij krijgen de keuze aangeboden voor daadwerkelijk herstel tot € 60.000, de vaste vergoeding van € 10.000, of een financiële vergoeding op basis van het bestaande maatwerk met causaliteitstoets. Voor deze groep bewoners is het IMG medio december stapsgewijs gestart met de schadeafhandeling. Als eerste is begonnen met de bewoners uit de gemeente Eemsdelta in de kern van het aardbevingsgebied.

Om de nieuwe werkwijze voor de schadeafhandeling ICT technisch mogelijk te maken, heeft het IMG vanaf 14 december tijdelijk het loket voor nieuwe schademeldingen gesloten. Vanaf 9 januari jl. kunnen bewoners, gefaseerd per gemeente, weer schades melden, te beginnen in Eemsdelta.

Actief oplossen knelpunten door het IMG (maatregel 4)

De knelpuntenregeling van het IMG is op 30 september jl. in werking getreden. Het IMG heeft hiermee de bevoegdheid gekregen om binnen het effectgebied individuele knelpunten in de schadeafhandeling op te lossen. Het IMG benut de knelpuntenregeling reeds voor het vereenvoudigd en versneld afhandelen van de circa 3.000 lopende bezwaren, waarover ik uw Kamer op 28 november jl.8 heb geïnformeerd.

De 3.000 bewoners die om uiteenlopende redenen bezwaar hebben aangetekend tegen het besluit op hun aanvraag voor vergoeding van fysieke schade, krijgen de keuze: (i) daadwerkelijk herstel zonder causaliteitstoets, (ii) de verhoogde vaste vergoeding van € 10.000 of (iii) het bestaande proces met causaliteitstoets. Daarnaast (iv) wordt hen de mogelijkheid geboden om gebruik te maken van een individueel en ruimhartig aanbod, rekening houdend met de schadesituatie van de gedupeerde in bezwaar.

Herhaalde schades voorkomen met Duurzaam Herstel (maatregel 6)

Het IMG is samen met de Nationaal Coördinator Groningen (NCG) in de zomer van 2023 gestart met de pilot Duurzaam Herstel in de omgeving van Appingedam, Loppersum en Ten Boer. Hiermee worden bij woningen constructieve gebreken opgelost om te helpen voorkomen dat aardbevingsschade steeds terugkeert of verergert. Denk bijvoorbeeld aan het verhelpen van kwetsbare kapconstructies of verzwakte funderingen. De afgelopen maanden is de uitvoeringscapaciteit ingericht en onderzocht welke bewoners uit de hierboven genoemde gebieden voor Duurzaam Herstel in aanmerking komen. Het IMG benadert deze bewoners telefonisch, wanneer de bewoner aangeeft interesse te hebben, vindt een keukentafelgesprek plaats waarin de regeling nader wordt uitgelegd. Inmiddels zijn ca. 90 bewoners benaderd en lopen de keukentafelgesprekken. De eerste onderzoeken aan woningen, om vast te stellen welke herstelmaatregelen nodig zijn, vinden vanaf februari plaats.

Het gebied waarin Duurzaam Herstel wordt uitgevoerd, wordt dit kwartaal nog verder uitgebreid. Het IMG werkt daarbij nauw samen met de NCG als het gaat om woningen die zowel in aanmerking komen voor versterking, als voor Duurzaam Herstel. Als de bewoner dit wil worden deze opgaves waar mogelijk opgepakt in één verbouwing.

Verruimen vergoedingen voor immateriële schade (maatregel 8)

Het IMG is in oktober 2023 gestart met het uitkeren van de verhoogde vergoedingen voor immateriële schade. Hiermee geven zij met terugwerkende kracht invulling aan de aanpassingen die in Nij Begun zijn aangekondigd. In de aangepaste regeling is er geen verschil meer binnen gezinnen of tussen volwassenen en kinderen. Daarnaast komen bewoners in de versterkingsopgave in aanmerking voor de hoogste vergoeding.

Het IMG heeft reeds 85% van de oorspronkelijke aanvragen opnieuw beoordeeld. Dit heeft geleid tot een verhoging van de vergoeding voor ruim 17.000 van de in totaal 70.000 aanvragers. Voor de overige 15% heeft het IMG tot uiterlijk eind maart 2024 nodig om te beoordelen of deze ook in aanmerking komen voor een verhoging. Om de verhoogde vergoedingen met terugwerkende kracht uit te kunnen keren is het tijdelijk niet mogelijk om een nieuwe aanvraag voor immateriële schadevergoeding te doen. Naar verwachting is dit in de tweede helft van dit kwartaal weer mogelijk.

Sinds 23 oktober 2023 komen kinderen en jongeren tot en met 17 jaar ook in aanmerking voor een immateriële schadevergoeding. Inmiddels zijn er voor deze nieuwe regeling al circa 10.000 aanvragen binnengekomen en is er tot nu toe een totaalbedrag van € 22 miljoen uitgekeerd.

Extra hulp aan agrariërs (maatregel 24) en ondernemers (maatregel 25) met schade en een sterk vangnet voor wie dit nodig heeft (maatregel 27)

Eind 2023 zijn de taskforce MKB, de taskforce Complexe (particuliere) situaties en de Werkgroep Mestkelders9 gestart. De taskforces zijn een intensieve samenwerking tussen de NCG, het IMG, de provincie (MKB) en Stut & Steun (MKB). Deze taskforces buigen zich over de complexere trajecten van ondernemers en bewoners.

Ook is de maatwerkregeling van het Agroprogramma10 op 1 december jl. opengesteld en positief ontvangen door gedupeerde agrariërs. Ik blijf de voortgang monitoren en uw Kamer hiervan op de hoogte houden.

Daarnaast heeft de Commissie Bijzondere Situaties (CBS) vanaf 16 januari jl. de bevoegdheid om ook hulp te bieden aan kleine (micro11) ondernemingen. Het uitbreiden van de doelgroep met deze categorie betekent dat het CBS maatwerkoplossingen kan bieden aan ondernemers die mede als gevolg van de aardbevingen in Groningen, in medische, sociale en/of financiële nood verkeren.

Waardedaling

Het IMG is eind 2023 gestart met de regeling voor waardedaling van niet-woningen (maatregel 25), met als eerste de afhandeling van de 80 aanvragen van de ondernemers uit de eerdere pilot. In het tweede kwartaal van 2024 wordt de regeling voor nieuwe aanvragers12 opengesteld.

Het lid Vedder (CDA) heeft tijdens het debat van 28 september 2023 (Kamerstuk 33 529, nr. 1177) verzocht om te kijken of Annerveenschekanaal kan worden toegevoegd aan het gebied waar het IMG schade door waardedaling afhandelt. Zoals toegezegd heb ik het IMG verzocht of zij de onafhankelijke adviescommissie Waardedaling13 willen vragen nog een keer naar de situatie in Annerveenschekanaal te kijken. De adviescommissie Waardedaling heeft hierover geadviseerd en concludeert geen aanleiding te zien om het gebied toe te voegen aan de waardedalingsregeling (zie bijlage 1).

Ik snap dat dit niet de boodschap is waar de bewoners van Annerveenschekanaal op hoopten. Elke grens gaat echter gepaard met de consequentie dat er mensen zijn die daarbuiten vallen. De commissie geeft aan dat een uitzondering op de thans gebruikte afbakening zou leiden tot een zekere vorm van willekeur en weer tot nieuwe verschillen.

Versterking

Bij het versterken van gebouwen staat veiligheid voorop, maar kijken gemeenten en de NCG ook nadrukkelijk naar wat een buurt of dorp nodig heeft. De maatregelen 10, 12, 13, 14, 15 en 2114 hangen daarom nauw met elkaar samen en dragen bij aan een geïntegreerde, gebiedsgerichte aanpak: één plan waar veiligheid, versterking en leefbaarheid hand in hand gaan, met sterke betrokkenheid van bewoners. Hierbij wordt voortgebouwd op wat er lokaal reeds bestaat. De ervaringen die worden opgedaan in de dorpenaanpak, zullen breder binnen de versterkingsoperatie worden toegepast. Hierover informeer ik uw Kamer begin februari separaat.

Extra geld voor herstel van de openbare ruimte na afronding van de versterking (maatregel 15)

Als de versterking in een wijk of straat is afgerond, maken gemeenten kosten om de openbare ruimte van het gebied te herstellen. Het gaat bijvoorbeeld om herbestrating, vervanging van riolering en waterleidingen, of de aanleg van nieuwe groenvoorzieningen. Hiervoor is met de bestuurlijke afspraken van 2020 geld aan gemeenten beschikbaar gesteld. In Nij Begun zijn extra middelen vrijgemaakt, omdat de middelen door inflatie niet meer toereikend zijn. De regio ontving eind 2023 aanvullende middelen ter hoogte van ruim € 4 miljoen.

Indexering batch 1588 (maatregel 17)

Op 18 november 2023 heb ik met bewoners van de batch 1588 gesproken, conform de motie van de leden Beckerman en Nijboer15. Sommige bewoners zijn vastgelopen in hun versterkingstraject en hebben soms veel geld zelf moeten inleggen. Ook hebben niet alle bewoners een vergelijkbare woning teruggekregen.

Dit is onwenselijk en daarom heeft de NCG conform de motie van het lid Beckerman en Nijboer16 een meldpunt ingericht voor bewoners die zelf kosten hebben moeten maken voor de versterking. Indien bewoners zelf geld hebben moeten inleggen voor het bouwkundig versterken van hun woning dan worden zij schadeloosgesteld. Bewoners die zich hebben gemeld en die onder de NCG vallen worden door de NCG zelf afgehandeld. Deze bewoners ontvangen voor het einde van het eerste kwartaal 2024 uitsluitsel over hun melding.

Verduurzaming (maatregel 28 en 29)

Verschillen in de verduurzaming moeten zoveel mogelijk worden voorkomen. Daarom vraagt de uitwerking van maatregel 29, in samenhang met maatregel 28 waar NCG bij (middel) zware versteking de verduurzaming uitvoert, een zorgvuldige aanpak. Samen met de regio, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties (BZK) en de NCG wordt deze uitwerking verder vormgegeven. Ik zal uw Kamer hierover begin februari 2024 informeren.

Uitbreiding toepassingsgebied woningverbeteringssubsidie (maatregel 30)

Per 15 november 2023 is de bestaande subsidieregeling Verduurzaming en Verbetering Groningen uitgebreid met 29 postcodegebieden in het aardbevingsgebied. Hoewel elke afbakening tot nieuwe grensgevallen leidt die nét buiten het aangewezen gebied vallen, is met de uitbreiding een duidelijk aaneengesloten gebied ontstaan. Vanwege de uitvoerbaarheid gebeurt openstelling van de regeling gefaseerd. Deze regeling is bedoeld voor particuliere eigenaren van woningen, gebouwd of opgeleverd voor 1 januari 2016, die geen onderdeel vormen van het versterkingsprogramma van de NCG.

In totaal zijn circa 15.000 adressen aan de regeling toegevoegd.

Sinds 15 november 2023 is de regeling per postcode opengested. Bewoners die hier aanspraak op maken, kunnen een subsidie tot € 10.000 aanvragen voor verbetering of verduurzaming van hun woning.

Gemeentelijke knelpuntenpot (maatregel 31)

Vanaf het eerste kwartaal van 2024 start de regio met de inzet van de gemeentelijke knelpuntenpot binnen de lokale stuurgroepen. Hiervoor is eind 2023 ruim € 14 miljoen beschikbaar gesteld. Dit heeft betrekking op het oplossen van sociaaleconomische en psychosociale knelpunten in de versterking en schadeafhandeling. Bijvoorbeeld in een situatie waarin door aanhoudende stress en spanningen rond het versterkingsproces de ouders van een gezin met drie kinderen er psychisch behoorlijk doorheen zitten. Wanneer een dergelijke situatie zich voordoet, wordt in het lokale overleg tussen gemeente en het IMG en/of de NCG (de lokale stuurgroep) gekeken of het knelpunt kan worden opgelost via de knelpuntenpot van IMG of NCG. Indien dit niet het geval is, kan een beroep worden gedaan op de gemeentelijke knelpuntenpot.

Bouwen aan sociaal en mentaal welzijn en economisch perspectief

Jongerenparticipatie (maatregel 33)

In de laatste maanden van 2023 is een JongerenTop georganiseerd. Waarin jongeren, variërend in leeftijd, woonplaats en opleiding, met elkaar in gesprek zijn gegaan over thema's die zij belangrijk vinden voor hun toekomst in Groningen. Zo stonden onder andere wonen, voorzieningen, klimaat, mentale gezondheid en onderwijs centraal. De resultaten zijn door jongeren gepresenteerd tijdens de startbijeenkomst op 22 januari en zullen verder worden uitgewerkt voor de conferentie die in april zal plaatsvinden.

Ik vind het belangrijk dat jongeren blijven meepraten over de toekomst van Groningen. Daarvoor werk ik samen met de provincie, gemeenten en Nationaal Programma Groningen aan een specifieke aanpak voor jongerenparticipatie. Onderdeel hiervan is de installatie van een jongerenraad. Daarnaast komt er een netwerk van organisaties die met jongeren werken, zoals onderwijsinstellingen, jongerenwerkorganisaties en culturele instellingen. Hiermee geven we jongeren blijvend een stem. Ik zal u over de vormgeving hiervan voor de zomer informeren. Daarbij zal ik ook aangeven hoe ik invulling geef aan de motie van leden Boulakjar en Bikker17, waarin de regering wordt verzocht om minimaal 1% van de beschikbare middelen voor de sociale en de economische agenda specifiek te laten begroten door kinderen en jongeren.

Sociale agenda (maatregel 34)

In de Kamerbrief van 28 november 202318 is aangekondigd dat de heer Nijboer sinds 6 december 2023 benoemd is als kwartiermaker voor de sociale agenda. Deze agenda moet ertoe bijdragen dat het gaswinningsgebied binnen één generatie ten minste op het landelijk gemiddelde scoort op indicatoren van brede welvaart als een goede uitgangspositie op de arbeidsmarkt, opleidingsaanbod, schooluitval, bestaanszekerheid, tevredenheid met het leven en ervaren gezondheid. De kwartiermaker heeft de opdracht om de sociale agenda met een brede coalitie uit de regio te ontwikkelen. Hij zal deze eind 2024 opleveren inclusief een implementatie- en uitvoeringsplan. In het voorjaar van 2024 wordt uw Kamer over de voortgang geïnformeerd.

Economische agenda (maatregel 35)

De economische agenda heeft als doel dat Groningen en Noord-Drenthe aantrekkelijke regio’s zullen zijn en blijven om te werken, leren, studeren en investeren. Daarvoor is door regio en Rijk een gezamenlijk Startdocument opgesteld waarin de hoofdlijnen zijn beschreven. Uw Kamer heeft op 19 januari jl.19 het Startdocument separaat met een begeleidende Kamerbrief ontvangen, met daarin de bouwstenen voor de aan te stellen kwartiermaker om in 2024 te komen tot een gedragen economische agenda en een bijpassende uitvoeringsstructuur. De kwartiermaker heeft samen met de kwartiermaker van de sociale agenda tot taak te zorgen voor de samenhang tussen beide agenda’s.

Overige mijnbouwactiviteiten

Toets op borgen publiek belang in strategie staats- en beleidsdeelnemingen (maatregel 46) en meer transparantie over borgen publieke belangen door EBN (maatregel 47)

Met Nij Begun zet het kabinet in op het borgen van publieke belangen bij staats- en beleidsdeelnemingen door middel van actief aandeelhouderschap aan de hand van de Nota Deelnemingenbeleid20. Het borgen van het publieke belang heeft een duidelijke plek gekregen in de nieuwe strategie van Energie Beheer Nederland (EBN). Daarnaast rapporteert EBN in haar jaarverslag over het behartigen van publieke belangen bij de uitvoering van haar wettelijke taken. EBN werkt tevens aan het zoveel mogelijk actief openbaar maken van nieuwe overeenkomsten van samenwerking en reeds bestaande samenwerkingsverbanden. Dit binnen de kaders van de benodigde instemming van betrokken partijen en het uitzonderen van bedrijfsgevoelige informatie. Tot slot werkt EBN uit hoe de borging van publieke belangen wordt opgenomen in nog te sluiten samenwerkingsovereenkomsten.

Programma duurzaam gebruik diepe ondergrond (maatregel 48)

Er is een conceptplan van aanpak opgesteld voor het programma duurzaam gebruik van de diepe ondergrond. In de eerste helft van 2024 wordt dit plan in meer detail uitgewerkt. Belangrijke onderdelen hiervan zijn een uitvoerige stakeholderanalyse en een passende participatieaanpak.

Méér kennis, betere data en monitoring van mijnbouweffecten (maatregel 49)

De Geologische Dienst Nederland heeft een eerste opzet gemaakt voor het verzamelen en beschikbaar stellen van meer en betere data over de ondergrond. Deze opzet zal in de eerste helft van 2024 verder worden uitgewerkt. De uitbreiding van het seismologische basisnetwerk21 wordt dan ook vormgegeven.

Ten aanzien van kennisontwikkeling is het uitgangspunt dat het een samenspel wordt tussen mede-overheden, kennisinstellingen en het Rijk. De eerste helft van 2024 wordt benut om de samenwerkingsstructuur daarvoor in te richten.

Het Ministerie van EZK heeft daarnaast een interne kennisscan uitgevoerd. Deze laat zien dat het aantal ambtenaren met kennis van de ondergrond sinds de beving bij Huizinge van 2012 sterk gegroeid is van één medewerker destijds naar elf medewerkers in 2023. De kennisscan wijst echter ook op verbeterpunten ten aanzien van het interne kennisbeleid met name op het borgen en delen van kennis en het ontwikkelen van medewerkers met specialistische kennis. Deze verbeterpunten zullen dit jaar verder worden opgepakt.

Bouwen aan de overheid: een betere overheid in dienst van de samenleving

Betere spreiding van de rijkswerkgelegenheid (maatregel 41)

Om de rijksoverheid zichtbaarder en toegankelijker te maken voor mensen in de regio, werkt het kabinet aan een betere spreiding van rijksdiensten over het land. Eind 2023 is in Assen een rijkshub geopend, waar medewerkers van verschillende rijksdiensten kunnen werken, ontmoeten en vergaderen. In de stad Groningen wordt een rijksontmoetingsplein in een bestaand rijkskantoor gerealiseerd, zodat rijksambtenaren die daar niet hun standplaats hebben er kunnen werken. Een Kamerbrief met de aanpak van spreiding en de coördinerende bevoegdheden van de Minister van BZK wordt eind eerste kwartaal 2024 verstuurd. Verder bieden de uitvoeringsorganisaties, het IMG en de NCG, dienstverlening op lokaal niveau, zodat zij weten wat er speelt in de dorpen en wijken waar schadeherstel en versterking nodig is. Het Rijk trekt extra geld uit om ervoor te zorgen dat deze dienstverlening verder verbetert.

In bijlage 2 treft u de voortgang aan op de individuele maatregelen. Zo laat ik zien dat noodzakelijke vooruitgang geboekt wordt op een manier waarbij Groningers centraal staan en dat de overheid stappen maakt om beter te functioneren.

De Staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, J.A. Vijlbrief

BIJLAGE 1: ADVIES BOULHOUWER, ROUWENDAL EN HAMMERSTEIN INZAKE ANNERVEENSCHEKANAAL

Arnhem, 20 december 2023

Geacht bestuur van het Instituut Mijnbouwschade Groningen,

U hebt ons naar aanleiding van de van de oproep van de bewoners in het postcodegebied van Annerveenschekanaal om in aanmerking te komen voor een vergoeding wegens waardedaling van woningen, gevraagd te adviseren over het toelaten van het desbetreffende postcodegebied tot de regeling.

Wij hebben ons daarover beraden en ons laten voorlichten door dr. J. Poort van Atlas Research. Vanzelfsprekend hebben wij begrip voor het feit dat degenen die net buiten de afgrenzing vallen die het gevolg is van de gebruikte methodiek, daarover teleurgesteld zijn («waarom zij wel en wij niet?»). Die methodiek is er echter niet voor niets. De bedoeling is om door middel van het onderzoek van Atlas Research (voorheen Atlas voor Gemeenten) zo goed en objectief mogelijk vast te stellen wie werkelijk schade hebben geleden en wie (hoogstwaarschijnlijk) niet. Dit betekent dat het gebied moet worden afgebakend. In de methodiek en in de waardedalingsregeling is reeds rekening gehouden met een marge van onzekerheid op een voor de bewoners voordelige wijze. Met andere woorden: de afbakening is ruimer (en het gebied dus groter) dan uit de gebruikte methode strikt genomen volgt. Daarom heeft iedere afwijking van de thans gebruikte afbakening het risico van een zekere willekeur in zich waardoor bij andere bewoners de vraag rijst of voor hen dan ook een uitzondering moet worden gemaakt. Wij adviseren dus om vast te houden aan de op basis van objectieve kenbare factoren gebruikte gebiedsafbakening en zien geen rechtvaardiging voor een uitzondering. Temeer niet nu niet gebleken is dat de bewoners in het onderhavige gebied daadwerkelijk schade als gevolg van waardedaling hebben geleden.

Voor zover hier het argument van een enclave opgeld zou doen, zien we ook daarin geen reden voor een uitzondering. Bij het tot stand komen van de regeling is hiermee rekeningen gehouden. Zoals toegelicht in ons advies van april 2019 is sprake van een enclave als een postcodegebied dat buiten de gebiedsafbakening valt wordt omringd door postcodegebieden waarbij dit wel het geval is. In geval van Annerveenschekanaal is hiervan geen sprake.

Desgewenst zijn wij vanzelfsprekend tot nadere toelichting bereid.

Hoogachtend,


X Noot
2

Kamerstuk 35 561, nr. 52.

X Noot
3

Kamerstuk 35 561, nr. 54.

X Noot
4

Kamerstuk 35 561, nr. 46.

X Noot
5

Kamerstuk 35 561, nr. 32.

X Noot
6

Kamerstuk 35 561, nr. 47.

X Noot
7

Kamerstuk 33 529, nr. 1175.

X Noot
8

Kamerstuk 33 529, nr. 1200.

X Noot
9

Kamerstuk 33 529, nr. 1203.

X Noot
10

Kamerstuk 33 529, nr. 1203.

X Noot
11

Micro-onderneming als bedoeld in artikel 2, derde lid, van bijlage I van Verordening (EU) nr. 651/2014 van de Commissie van 17 juni 2014 waarbij bepaalde categorieën steun op grond van de artikelen 107 en 108 van het Verdrag met de interne markt verenigbaar worden verklaard.

X Noot
12

Hiermee is invulling gegeven aan de motie van de leden Beckerman en Nijboer Kamerstukken II 2023/2024, 33 529, nr. 1184.

X Noot
14

Maatregel 10 Gebiedsgerichte crisisaanpak voor versnelling van de versterking; Maatregel 12 Meer maatwerk om verschillen tegen te gaan; Maatregel 13 Meer aandacht voor ruimtelijke kwaliteit tijdens de versterking; Maatregel 14 Extra geld voor leefbaarheid en wijkontwikkeling; Maatregel 15 Extra geld voor herstel van de openbare ruimte ná afronding van de versterking; Maatregel 21 Meer zeggenschap en betere informatie.

X Noot
15

Kamerstuk 33 529, nr. 1182.

X Noot
16

Kamerstuk 33 529, nr. 1154.

X Noot
17

Kamerstuk 35 561, nr. 35.

X Noot
18

Kamerstuk 35 561, nr. 55.

X Noot
19

Brief dd. 19-01-2024, 2024Z00694.

X Noot
20

Kamerstuk 28 165, nr. 370.

X Noot
21

Kamerstuk 32 849, nr. 236.

Naar boven