Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 35554 nr. M |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2021-2022 | 35554 nr. M |
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 2 december 2021
Op 8 december 2020 hebben de leden Veldhoen (GroenLinks), Pijlman (D66) en Vos (PvdA) mij gevraagd een onafhankelijk onderzoek te laten verrichten naar duurzame versterking van de publieke omroep, zowel wettelijk als financieel, en gelet op het internationale krachtenveld.1 Ik heb dit onderzoek toegezegd, en daarbij ingestemd met het verzoek de Eerste Kamer in de gelegenheid te stellen om een reflectie op de onderzoeksopzet te geven. Met mijn brief van 7 juli 20212 heb ik een eerste aanzet gegeven voor hoe ik dit onderzoek wil vorm geven. Ik heb aangegeven dat ik het onderzoek naar de duurzame versterking van de publieke omroep zie als een logische basis voor het vooruitblikkende deel van de beleidsdoorlichting. De terugblik en vooruitblik kunnen zo in logische samenhang worden uitgevoerd. In deze brief wil ik u een eerste opzet voorleggen, waarmee ik tevens reageer op uw brief van 20 juli 20213. Deze opzet heb ik ook met de Tweede Kamer gedeeld in de Mediabegrotingsbrief 20224.
Ik heb toegelicht voor de beleidsdoorlichting te willen aansluiten bij de Operatie Inzicht In Kwaliteit5 die meer vrijheid geeft in de vorm van de beleidsdoorlichtingen. Onder meer door niet alleen terug te kijken maar ook vooruit te kijken. Een eerste deel (terugblik) richt zich op de periode 2014–2020. Deze periode kenmerkt zich met name door de uitvoering van de bezuinigingen en hervormingen van de Kabinetten-Rutte I en II. In het tweede deel van de doorlichting (vooruitblik) ga ik in op uw toezegging om «de wettelijke mogelijkheden en financiële condities waaronder de continuïteit van de publieke omroep in dit internationale krachtenveld beter wordt geborgd en duurzaam wordt versterkt». Dat wil ik doen aan de hand van de onderstaande onderzoeksvragen:
– Welke ontwikkelingen zijn er in het mediagebruik, wat is de waarschijnlijke verdere ontwikkeling daarvan en hoe zijn deze ontwikkelingen van invloed op de invulling van de publieke taken in het mediabeleid door de landelijke publieke omroep in Nederland?
– Welke economische ontwikkelingen zijn er in de audiovisuele sector (d.w.z. de gebruikers- en advertentiemarkt), wat zijn de meest waarschijnlijke verdere ontwikkelingen, en hoe zijn deze ontwikkelingen van invloed op de invulling van de publieke taken door de landelijke publieke omroep in Nederland?
– Welke technologische ontwikkelingen zijn er in de audiovisuele sector, wat zijn de meest waarschijnlijke verdere ontwikkelingen, en hoe zijn deze ontwikkelingen van invloed op de invulling van de publieke taken in het mediabeleid door de landelijke publieke omroep in Nederland?
– Welke politiek-maatschappelijke ontwikkelingen zijn van invloed op de invulling van de publieke taken in het mediabeleid door de publieke omroep (bijvoorbeeld ontwikkeling van het vertrouwen in journalistiek in het algemeen en de publieke omroep in het bijzonder, de onafhankelijkheid van de publiek omroep ten opzichte van politieke invloed uit binnen en buitenland)?
– Is hoeverre is het huidige (wettelijke) beleidsinstrumentarium voor de publieke omroep nog passend in het licht van de hiervoor geschetste ontwikkelingen? Waar liggen de sterke punten, waar liggen de zwakke punten, waar de kansen en waar de bedreigingen. Waar relevant kunnen deze vragen ook worden beantwoord in internationaal vergelijkend perspectief?
– In hoeverre zijn de financiële kaders van de publieke omroep, waaronder het regime rond reclame-inkomsten, passend in het licht van de hiervoor geschetste ontwikkelingen? Waar liggen de sterke punten, waar liggen de zwakke punten, waar de kansen en bedreigingen? Waar relevant kunnen deze vragen ook worden beantwoord in internationaal vergelijkend perspectief?
De focus van deze beleidsdoorlichting komt daarmee te liggen op de landelijke publieke omroep, en levert analyses en bouwstenen voor het mediabeleid en de positie van de publieke omroep voor de middellange termijn (de periode na de huidige concessieperiode en de aanloop daarnaar toe). De andere onderdelen van het mediabeleid zijn of worden afgedekt met eigen evaluaties.
Voor de beleidsdoorlichting zal een begeleidingscommissie worden ingesteld, waarbij ik denk aan een afvaardiging van de NPO, het Commissariaat voor de Media, het Ministerie van OCW en externe deskundigen. Het tijdspad van de doorlichting loopt tot medio 2022. Het eerste deel van de doorlichting zal tussen januari en april 2022 worden uitgevoerd en het tweede deel tussen april en juli 2022. Ik zal uw Kamer op de hoogte houden van de uitvoering van dit onderzoek.
De Minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media, A. Slob
Zie voor de mediabegrotingsbrief 2022 en de bijlagen: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/brieven_regering/detail?id=2021Z20311&did=2021D43435
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-35554-M.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.