34 775 XIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Economische Zaken (XIII) en het Diergezondheidsfonds (F) voor het jaar 2018

H VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 4 april 2018

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal heeft op 6 februari 2018 een brief gestuurd aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit inzake de stand van zaken van de toezeggingen die door de bewindspersonen aan de Eerste Kamer zijn gedaan.

De Minister heeft op 4 april 2018 gereageerd.

De vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat/ Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit1 brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, De Boer

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE EERSTE KAMER DER STATEN-GENERAAL

Aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Den Haag, 6 februari 2018

De Eerste Kamer maakt halfjaarlijks de stand van zaken op ten aanzien van de toezeggingen die door de bewindspersonen aan deze Kamer zijn gedaan. In verband met het aantreden van het nieuwe kabinet maak ik graag van de gelegenheid gebruik om u – eenmalig – ter informatie een volledig overzicht aan te bieden van de openstaande of deels voldane toezeggingen die door uw ambtsvoorganger zijn gedaan. Ook toezeggingen met een onbepaalde termijn zijn in dit overzicht opgenomen.

Doordat de portefeuilles van de bewindspersonen bij het aantreden van het nieuwe kabinet opnieuw zijn vastgesteld, kan het voorkomen dat een toezegging niet correct is geadresseerd. Indien dit het geval is, verneemt de Kamer dit uiteraard graag.

Daarnaast treft u ter verificatie het gebruikelijke halfjaarlijkse overzicht aan van de openstaande en deels voldane toezeggingen waarvan de termijn op 1 januari 2018 is verstreken.

Beide overzichten, die deels samen kunnen vallen, zijn terug te vinden via de volgende links:

Teneinde een geactualiseerd overzicht aan de verantwoordelijke commissie(s) voor te kunnen leggen, verneemt de Kamer eventuele correcties en een prognose van de termijnen waarop de toezeggingen zullen worden nagekomen, graag vóór vrijdag 16 maart 2018. Deze prognose betreft daarbij voornamelijk de toezeggingen waarvan de deadline reeds is verstreken.

De Eerste Kamer tracht de toezeggingenregistratie zo actueel mogelijk te houden en is er derhalve bij gebaat als brieven, nota’s, wetsvoorstellen en dergelijke, waarin aan een toezegging aan de Eerste Kamer wordt voldaan, rechtstreeks naar deze Kamer worden gezonden, onder vermelding van het registratienummer.

De Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal, A. Broekers-Knol

BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 april 2018

Hierbij treft u mijn reactie aan op het door u gestuurde halfjaarlijks rappel toezeggingen (kenmerk 162393.08u). U vindt mijn reactie op de toezeggingen in de bijlage bij deze brief.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, C.J. Schouten

Bijlage

Toezegging

Stand van zaken

Toegezegd is dat het kabinet het ontwerp van de AMvB die de natuurwetgeving onder de Omgevingswet brengt, met de Kamer zal delen (33.348) (T02194).

Voorhang van de AMvB bij beide Kamers is voorzien medio 2019 en publicatie in het staatsblad begin 2020. De planning van het Aanvullingsbesluit is gekoppeld aan de planning van de Omgevingswet. Door de Minister van BZK wordt uw Kamer geïnformeerd over de planning, incl. de planning van de Aanvullingsregelgeving natuur.

Toegezegd is dat er bij het opstellen van de natuur-AMvB rekening zal worden gehouden met de ervaring die dan is opgedaan met de Wet natuurbescherming. De onderwerpen bejaagbare soorten en deelname van maatschappelijke organisaties aan faunabeheereenheden zijn daar onderdeel van (33.348) (T02195).

In reactie op de motie van het lid Vos is uw Kamer gemeld (Kamerstuk 33 348, AE) dat aan de provincies is gevraagd naar hun ervaringen met de Wet natuurbescherming. Op dit moment wordt in afstemming met provincies, VNG en Unie van Waterschappen gewerkt aan de totstandkoming van het Aanvullingsbesluit. De ervaringen met de Wet natuurbescherming worden hierin meegenomen.

Toegezegd is de artikelen 6 en 19 van de Vogel- en Habitatrichtlijn ook rechtstreeks in de Omgevingswet te implementeren (33.348) (T02199).

De Vogel- en Habitatrichtlijn is in de Wet natuurbescherming geïmplementeerd. De Wet natuurbescherming gaat volledig en beleidsneutraal op in de Omgevingswet. Daarmee zullen ook de verplichtingen uit de Vogel- en Habitatrichtlijn opgaan in de Omgevingswet. Dus ook de artikelen 6 en 19 van de Vogel- en Habitatrichtlijn (passende beoordeling en ADC-toets).

Toegezegd is te reageren op het rapport van de sociaaleconomische Raad over verduurzaming van de veehouderij (34.550) (T02366).

Met betrekking tot het SER advies verduurzaming veehouderij is uw Kamer geïnformeerd (Kamerstuk 28 973, G).

Toegezegd is de Kamer te informeren over hoe invulling te geven aan de wens van de Tweede Kamer en de heer Atsma over de fiscale afschrijving op de rechten (34.295/34.532) (T02427).

De Tweede Kamer is gemeld (Kamerstuk 33 037, nr. 248) dat het uitgeven van varkens-, pluimvee-, en fosfaatrechten wordt gezien als tijdelijk middel om het uiteindelijke doel, duurzame balans tussen productie van dierlijke mest en de beschikbare afzetruimte, z.s.m. te bereiken. Verwacht wordt dat 1 januari 2028 is aan te merken als einddatum van genoemde productierechten. Dit betekent dat fosfaatrechten, varkens- en pluimveerechten fiscaal afschrijfbaar zijn.

Toegezegd is de Kamer te informeren over duidelijkheid rondom voermestcontracten (34.295/34.532) (T02428).

Bij de behandeling van de wet grondgebonden groei melkveehouderij in de Tweede Kamer is een amendement aangenomen om voeder-mestcontracten bij AMvB mogelijk te maken. Hierop is aangegeven dat bekeken moet worden in hoeverre voeder-mestcontracten uitvoerbaar zijn en wat het effect is op het stelsel van verantwoorde en grondgebonden groei melkveehouderij. Uit onderzoek van Wageningen Universiteit is gebleken dat toelating van deze contracten nauwelijks bijdragen aan het meer grondgebonden worden van de melkveehouderij. Ook worden uitvoeringsproblemen voorzien. De Tweede Kamer is geïnformeerd dat ik daarom geen gebruik zal maken van de mogelijkheid die het amendement biedt (Kamerstuk 34 295, nr. 24).


X Noot
1

Samenstelling:

Nagel (50PLUS) Ten Hoeve (OSF), Huijbregts-Schiedon (VVD), Koffeman (PvdD), Kuiper (CU),Schaap (VVD), Flierman (CDA), Ester (CU), Vos (GL), Kok (PVV) (vicevoorzitter), P. van Dijk (PVV), Gerkens (SP) (voorzitter), Vlietstra (PvdA), Atsma (CDA), N.J.J. van Kesteren (CDA), Meijer (SP), Pijlman (D66), Prast (D66), Van Rij (CDA), Schalk (SGP), Schnabel (D66), Verheijen (PvdA), Klip-Martin (VVD), Overbeek (SP), De Bruijn-Wezeman (VVD), Van der Sluijs (PVV), Van Zandbrink (PvdA)

Naar boven