33 940 XVI Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (XVI) voor het jaar 2014 (wijziging samenhangende met de Voorjaarsnota)

Nr. 2 MEMORIE VAN TOELICHTING

Inhoudsopgave

A.

Artikelsgewijze toelichting bij het wetsvoorstel

2

     

B.

Begrotingstoelichting

3

     

1.

Leeswijzer

3

     

2.

Het beleid

3

 

1)

Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties

3

       
 

2)

Wettelijke grondslag

4

 

3)

Organisatie

4

 

4)

Eigen vermogen agentschappen

4

 

5)

De beleidsartikelen

4

 

6)

De niet-beleidsartikelen

18

       

3.

Financieel Beeld Zorg

22

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 1, derde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 elk afzonderlijk bij de wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2014 wijzigingen aan te brengen in de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

Tevens wordt in onderdeel B een actueel beeld gegeven van de uitgaven onder het Budgettair Kader Zorg (BKZ) en van de financiering van de zorgsector in het jaar 2014.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1. Leeswijzer

De mutaties in deze suppletoire begroting bestaan uit herschikkingen binnen de begrotingsuitgaven of binnen de premie-uitgaven, uit overboekingen van en naar andere begrotingshoofdstukken, uit financieringsverschuivingen tussen premiemiddelen en begrotingsmiddelen en uit middelen die generaal aan de VWS-begroting zijn toegevoegd, dan wel middelen die generaal vrijvallen. De gepresenteerde cijfers sluiten aan bij de Voorjaarsnota 2014, die de Minister van Financiën aan de Tweede Kamer aanbiedt.

Om de leesbaarheid van de toelichting op de beleidsartikelen te bevorderen zijn de volgende uitgangspunten toegepast:

  • 1. Naast de beleidsmatig relevante mutaties worden de mutaties toegelicht als het hiermee gepaard gaande bedrag voor de uitgaven en ontvangsten op een artikelonderdeel hoger is dan 2% van de vastgestelde begroting of groter dan € 2 miljoen. Eveneens kunnen bedragen onder deze norm worden toegelicht indien politiek relevant.

  • 2. Mutaties die afzonderlijk lager zijn dan deze normen en/of die betrekking hebben op interne verrekeningen binnen de administratie van VWS, staan gesaldeerd toegelicht met de algemene tekst «Overige mutaties». Hierdoor kan dat saldo op de post «overige mutaties» uiteindelijk hoger zijn dan de bovengenoemde criteria.

  • 3. Voor wat betreft de verplichtingenmutaties wordt per artikel enkel het saldo weergegeven.

2. Het beleid

2.1 Overzicht belangrijkste uitgaven- en ontvangstenmutaties

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2014 (bedragen x € 1.000).
 

Art.

Uitgaven 2014

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

 

14.817.147

   

Belangrijkste suppletoire mutaties:

 

Loonbijstelling kader Rijksbegroting

11

11.476

Kasschuif CIZ transitie

3

15.000

Transitie jeugdzorgplus-instellingen

5

17.000

Uitvoeringskosten wanbetalers en onverzekerden

2

12.413

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

3

382.500

Bijstelling zorgtoeslag

8

– 504.652

Overige mutaties

 

– 100.760

     

Stand 1e suppletoire begroting 2014

 

14.851.644

Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangsten mutaties 2014 (bedragen x € 1.000).
 

Art.

Ontvangsten 2014

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting

 

72.662

   

Belangrijkste suppletoire mutaties:

 

De ontvangstenraming wanbetalers en onverzekerden wordt op een realistisch niveau gebracht

2

20.000

Bijstelling ontvangstenraming in verband met verwacht ontvangsten uit onderlinge dienstverlening tussen de projectdirectie Antonie van Leeuwenhoek terrein en het RIVM.

10

23.561

Overige mutaties

 

4.297

   

Stand 1e suppletoire begroting 2014

 

120.520

2.2 Wettelijke grondslag

In deze paragraaf worden de uitgaven vermeld waarvoor deze begrotingswet de wettelijke basis vormt.

Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II

  • Ter behoud van een landelijk dekkend netwerk van maatschappelijk werk ten behoeve van oorlogsgetroffenen en verzetsdeelnemers heeft Stichting de Basis te Doorn het maatschappelijk werk van de Openbare Geestelijke Gezondheidszorg instellingen overgenomen. Om het verschil in de kosten tussen het overgenomen maatschappelijk werk van deze OGG instellingen en de benodigde personele formatie om dit werk te kunnen uitvoeren, op te kunnen vangen, ontvangt de St. de Basis in 2014 een subsidie van € 462.024,–.

  • VWS bekostigt de vervoerskosten en de niet op grond van een wettelijke regeling of ziektekostenregeling vergoede kosten van behandeling bij stichting Centrum 45, inclusief de noodzakelijke verblijfskosten. Voor 2014 bedraagt deze vergoeding € 216.150,–.

2.3 Organisatie

Bij de opheffing van het agentschap Nederlands Vaccin Instituut (NVI) eind 2012 zijn de resterende activiteiten van het NVI samengevoegd met vaccinologietaken van het RIVM en de taken van het Facilitair Bedrijf van het RIVM die verbonden zijn met het Antonie van Leeuwenhoek terrein (ALT). Deze onderdelen zijn ondergebracht in een tijdelijke uitvoerende projectdirectie ALT. Mede gelet op het tijdelijke karakter van de projectdirectie zijn de met deze wijziging samenhangende mutaties – evenals in 2013 – niet opgenomen in de oorspronkelijke begroting, maar verwerkt in de eerste suppletoire begroting.

2.4 Eigen vermogen agentschappen

Op artikel 11 wordt het afromen van het eigen vermogen van het CIBG en de jeugdinstellingen toegelicht. De uitzondering op het eigen vermogen van het RIVM wordt vanaf het boekjaar 2013 niet langer gecontinueerd. Deze uitzondering betrof de financiering van de voorraden vaccins die het RIVM moet aanhouden om de leveringen van vaccins ter uitvoering van het Rijksvaccinatieprogramma te kunnen garanderen. Het niet verlengen van de uitzonderingspositie betekent dat het eigen vermogen van het RIVM vanaf 2013 gebonden is aan de normale maximumomvang van 5% van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. Gevolg hiervan is dat het eigen vermogen van het RIVM met circa € 18,2 miljoen wordt afgeroomd door tegelijkertijd de vordering die het RIVM op het moederdepartement heeft (circa € 36 miljoen) met circa € 18,2 miljoen te verlagen.

2.5 De beleidsartikelen

Artikel 1 Volksgezondheid

Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 1 Volksgezondheid (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

494.520

0

– 19.668

474.852

5.907

5.846

5.843

10.841

                 

Uitgaven

497.952

0

– 14.015

483.937

5.997

5.846

5.843

10.841

Waarvan juridisch verplicht

99%

             
                 

1. Gezondheidsbescherming

97.489

0

4.313

101.802

5.955

5.955

5.955

10.955

                 

Subsidies

9.652

0

– 5.698

3.954

– 5.017

– 5.017

– 5.017

– 17

waarvan onder andere:

               

Uitvoering landelijke nota gezondheidsbeleid / Nationaal Programma preventie

8.617

0

– 5.516

3.101

– 5.000

– 5.000

– 5.000

0

Crisisbeheersing Volksgezondheid

813

0

– 207

606

0

0

0

0

Communicatie verhoging leeftijd alcohol en tabak naar 18 jaar

182

0

0

182

0

0

0

0

                 

Opdrachten

1.910

0

202

2.112

– 31

118

– 132

– 132

waarvan onder andere:

               

Crisisbeheersing Volksgezondheid

268

0

0

268

0

0

0

0

Nieuwe etikettering huishoudchemicaliën

417

0

0

417

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan agentschappen

85.626

0

9.887

95.513

11.184

11.035

11.285

11.285

waarvan onder andere:

               

Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit

69.632

0

8.442

78.074

11.792

12.100

12.196

12.120

RIVM: wettelijke taken en beleidsondersteuning zorgbreed

15.126

0

1.443

16.569

– 788

– 788

– 788

– 788

                 

Bijdrage aan medeoverheden

301

0

– 78

223

– 181

– 181

– 181

– 181

waarvan onder andere:

               

College Toetsing

301

0

– 100

201

– 181

– 181

– 181

– 181

                 

2. Ziektepreventie

328.040

0

– 18.555

309.485

67

– 83

– 112

– 114

                 

Subsidies

206.535

0

– 1.915

204.620

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Ziektepreventie

6.891

0

– 1.105

5.786

214

0

0

0

Ziektepreventie Caribisch Nederland

1.200

0

0

1.200

0

0

0

0

Jeugdgezondheidszorg

3.351

0

– 297

3.054

– 214

0

0

0

RIVM/ Uitvoering Subsidieregeling Publieke Gezondheid

183.355

0

– 363

182.992

150

150

150

150

RIVM:Infectieziektebestrijding en/of bevordering seksuele gezondheid

11.738

0

– 150

11.588

– 150

– 150

– 150

– 150

                 

Opdrachten

8.536

0

– 8.536

0

106

106

105

104

waarvan onder andere:

               

(Vaccin)onderzoek

8.536

0

– 8.640

– 104

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan agentschappen

112.878

0

– 8.013

104.865

– 39

– 189

– 217

– 218

waarvan onder andere:

               

RIVM/ Opdrachtverlening Centra

81.341

0

1.014

82.355

– 408

– 858

– 82

– 1.431

Bevolkingsonderzoeken

29.715

0

– 8.806

20.909

369

669

– 135

1.213

RIVM/ Ontwikkelingen technologie en demografie

1.601

0

0

1.601

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan medeoverheden

91

0

– 91

0

– 93

– 93

– 92

– 91

Extra contactmoment JGZ

91

0

– 91

0

– 93

– 93

– 92

– 91

                 

3. Gezondheidsbevordering

52.340

0

487

52.827

– 25

– 26

0

0

                 

Subsidies

33.037

0

1.162

34.199

919

545

735

683

waarvan onder andere:

               

Preventie van schadelijk middelengebruik (alcohol, drugs en tabak)

6.872

0

– 3.257

3.615

– 3.001

– 3.443

– 3.593

– 3.592

Verslavingszorg

1.364

0

6.309

7.673

6.145

6.087

6.087

6.087

Gezonde voeding en gezond gewicht / JOGG

– 1.539

0

11.769

10.230

9.713

9.180

9.182

9.182

Gezonde leefstijl jeugd

11.757

0

– 11.757

0

– 8.390

– 7.855

– 7.854

– 7.854

Letselpreventie

3.742

0

1.067

4.809

1.211

1.186

1.186

1.011

Subsidies ter bevordering kwaliteit en toegankelijkheid zorg

3.179

0

0

3.179

0

0

0

0

Subsidies ter bevordering van seksuele gezondheid

4.486

0

0

4.486

0

0

0

0

                 

Opdrachten

4.319

0

– 492

3.827

– 697

– 748

– 863

– 812

waarvan onder andere:

               

Preventie schadelijk middelengebruik (alcohol, drugs en tabak)

403

0

320

723

0

0

0

0

Letselpreventie

0

0

50

50

75

75

75

75

Gezonde voeding en gezond gewicht / JOGG

0

0

285

285

200

200

200

200

                 

Bijdragen aan agentschappen

710

0

– 350

360

– 400

– 476

– 526

– 526

RIVM: Voedsel consumptiepeiling

221

0

– 101

120

– 101

– 101

– 101

– 101

RIVM: Monitoring, opdr., KV-en e.d.

489

0

– 249

240

– 299

– 375

– 425

– 425

                 

Bijdrage aan medeoverheden

14.274

0

167

14.441

153

653

654

655

Heroinebehandeling op medisch voorschrift

14.274

0

5

14.279

153

153

154

155

                 

4. Ethiek

20.083

0

– 260

19.823

0

0

0

0

                 

Subsidies

1.660

0

– 100

1.560

– 50

– 50

– 50

– 50

Beleid Medische Ethiek

1.660

0

– 100

1.560

– 50

– 50

– 50

– 50

                 

Opdrachten

0

0

100

100

50

50

50

50

                 

Bijdrage aan agentschappen

3.804

0

0

3.804

0

0

0

0

CIBG: Uitvoeringstaken medische ethiek

3.804

0

0

3.804

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

14.619

0

– 260

14.359

0

0

0

0

CVZ: Rijksbijdrage abortusklinieken

13.006

0

882

13.888

0

0

0

0

Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek

1.613

0

– 1.142

471

0

0

0

0

                 

Ontvangsten

11.003

0

0

11.003

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Bestuurlijke boetes

4.252

0

0

4.252

4.252

8.504

17.008

29.764

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Gezondheidsbescherming

Subsidies

Dit betreft met name een overboeking naar het Gemeentefonds in verband met het kabinetsbesluit tot uitbreiding van de doeluitkering «Gezond in de stad» met € 5 miljoen voor de periode 2014–2017. Een aantal middelgrote steden en plattelandsgemeenten in met name de krimpgebieden kan hierdoor ook wijkgericht werken aan gezondheidsachterstanden.

Bijdrage aan agentschappen

De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) staat onder druk. De opstapeling van verschillende taakstellingen, de fusietrajecten van de afgelopen jaren en diverse incidenten en crises hebben zichtbaar gemaakt dat het toezicht van de NVWA verbetering en versterking behoeft. Het toezicht van de NVWA is van groot belang voor het borgen van het publieke belang van de volksgezondheid (waaronder voedselveiligheid, productveiligheid, dier- en plantgezondheid). Het Plan van Aanpak NVWA om de verbeteringen bij de NVWA door te voeren is met de gezamenlijke brief van de Staatssecretaris van EZ en de Minister van VWS aan de Tweede Kamer aangeboden (kamerstuk 2013–2014, 33 835 nr. 1). Hiervoor is in 2014 € 8,4 miljoen budget toegevoegd. De resterende mutatie van € 0,3 miljoen is het saldo van een aantal technische overhevelingen.

2. Ziektepreventie

Opdrachten

Dit is een overboeking van budget naar de projectdirectie Antonie van Leeuwenhoek terrein (ALT) voor vaccinonderzoek (€ 6 miljoen), ontwikkeling van het RSV-vaccin (€ 1 miljoen) en onderzoek naar alternatieven voor dierproeven (€ 1,7 miljoen).

Bijdrage aan agentschappen

Het budget is met € 7,8 miljoen verlaagd. Dit wordt met name veroorzaakt door een afboeking van € 9,6 miljoen met betrekking tot antivirale middelen.

4. Ethiek

Bijdrage aan ZBO’s en RWT’s

Het betreft een technische mutatie van € 1,1 miljoen ten behoeve van apparaatsuitgaven bij het CCMO in verband met Verantwoord Begroten van artikel 1 naar artikel 10 apparaatsuitgaven.

Artikel 2 Curatieve zorg

Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 2 Curatieve zorg (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

2.692.612

0

48.524

2.741.136

– 48.607

8.175

10.150

2.000

                 

Uitgaven

2.733.958

0

– 10.746

2.723.212

10.663

8.175

10.150

2.000

Waarvan juridisch verplicht

99%

             
                 

1. Kwaliteit en veiligheid

99.543

0

18.336

117.879

12.301

9.527

10.150

2.000

                 

Subsidies

91.824

0

17.295

109.119

12.220

10.360

10.005

1.855

waarvan onder andere:

               

Integrale Kankercentrum

27.390

0

0

27.390

0

0

0

0

Nederlands Kanker Instituut

17.354

0

0

17.354

0

0

0

0

Patiëntveiligheid curatieve zorg

846

0

0

846

0

0

0

0

Subsidies in relatie tot zwangerschap en geboorte

1.440

0

73

1.513

233

430

438

159

Registratie en uitwisseling zorggegevens (PALGA)

3.590

0

0

3.590

0

0

0

0

Perinataal Webbased dossier

500

0

0

500

0

0

0

0

NICTIZ

5.000

0

0

5.000

0

0

0

0

Stichting Lareb: bijwerkingenregistratie voor vaccins en teratologie informatie service

1.225

0

0

1.225

0

0

0

0

Nederlandse Transplantatie Stichting en regio's landelijke implementatie pilots orgaandonatie

8.577

0

0

8.577

0

0

0

0

Nederlandse Transplantatie Stichting

3.095

0

0

3.095

0

0

0

0

Regeling Donatie bij leven

800

0

0

800

0

0

0

0

Herhaalstudie IPCI / Harm

0

0

0

0

0

0

0

0

Stitching Life Sciences & Health/ LSH Plaza

14.252

0

5.473

19.725

4.286

1.527

2.150

2.000

Topinstituut Pharma

0

0

0

0

0

0

0

0

UMCG ten behoeve van het project LifeLines

4.601

0

0

4.601

0

0

0

0

                 

Experiment topklinische ziekenhuizen

0

0

6.000

6.000

8.000

8.000

8.000

0

                 

Schadeloosstelling

0

0

4.200

4.200

0

0

0

0

                 

Opdrachten

4.412

0

1.586

5.998

630

– 356

622

622

                 

Bijdragen aan agentschappen

3.107

0

– 395

2.712

– 337

– 318

– 318

– 318

CIBG: Donorregister

3.031

0

– 431

2.600

– 373

– 354

– 354

– 354

Agentschap NL: beheer subsidies LSH en TI Pharma

76

0

0

76

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan ZBO's en RWT's

150

0

– 100

50

– 212

– 159

– 159

– 159

                 

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

50

0

– 50

0

0

0

0

0

                 

2. Toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg

2.550.873

0

– 2.366

2.548.507

– 1.638

– 1.352

0

0

                 

Subsidies

13.214

0

– 1.356

11.858

– 1.498

– 1.498

– 998

– 998

waarvan onder andere:

Eerstelijns gezondheidscentra in VINEX-gebieden

2.000

0

0

2.000

0

0

0

0

Anonieme e-mental health

2.000

0

0

2.000

0

0

0

0

Stichting Patiëntvertrouwenspersoon

4.882

0

0

4.882

0

0

0

0

Stichting Familievertrouwenspersoon

1.080

0

0

1.080

0

0

0

0

Stichting Instituut voor Verantwoord Medicijngebruik

477

   

477

       
                 

Bekostiging

2.530.500

0

0

2.530.500

0

0

0

0

Rijksbijdrage Zorgverzekeringsfonds voor financiering van verzekerden 18-

2.498.500

0

0

2.498.500

0

0

0

0

Zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen

32.000

0

0

32.000

0

0

0

0

Opdrachten

5.585

0

– 707

4.878

– 432

– 152

700

700

waarvan onder andere:

               

Programma Verspilling in de zorg

425

0

– 92

333

– 92

0

0

0

                 

Bijdrage aan agentschap

958

0

292

1.250

292

298

298

298

CIBG: Farmatec

958

0

292

1.250

292

298

298

298

                 

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

616

0

– 595

21

0

0

0

0

Zorginstituut Nederland Compensatie kosten van zorg illegalen en andere onverzekerbare vreemdelingen

616

0

– 595

21

0

0

0

0

                 

3. Bevorderen werking van het stelsel

83.542

0

– 26.716

56.826

0

0

0

0

                 

Subsidies

2.829

0

– 2.271

558

– 11.013

– 11.013

– 11.012

– 11.012

waarvan onder andere:

               

Stichting Klachten en Geschillen Zorgverzekeringen

325

0

0

325

0

0

0

0

Zorgfraudebestrijding

1.723

0

– 1.588

135

0

0

0

0

                 

Inkomensoverdrachten

28.166

0

– 4.200

23.966

0

0

0

0

Overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel

28.166

0

– 4.200

23.966

0

0

0

0

                 

Opdrachten

4.054

0

532

4.586

11.048

11.048

11.047

11.047

waarvan onder andere:

               

Risicoverevening

1.407

0

0

1.407

0

0

0

0

Uitvoering zorgverzekeringstelsel

1.215

0

0

1.215

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan agentschappen

23.735

0

– 1.780

21.955

0

0

0

0

waarvan onder andere:

CJIB: Onverzekerden en wanbetalers

23.735

0

– 1.780

21.955

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan ZBO's en RWT's

20.633

0

– 14.872

5.761

0

0

0

0

SVB en Zorginstituut Nederland Onverzekerden en wanbetalers

10.633

0

– 10.633

0

0

0

0

0

Zorginstituut Nederland: Doorlichten pakket (Stringent Pakketbeheer)

10.000

0

– 4.239

5.761

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

4.125

0

– 4.125

0

– 35

– 35

– 35

– 35

                 

Bijdrage C2000

4.125

0

– 4.125

0

– 35

– 35

– 35

– 35

                 

Ontvangsten

35.853

0

20.000

55.853

10.000

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Ontvangsten wanbetalers

34.800

0

20.000

54.800

10.000

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Kwaliteiten veiligheid

Subsidies: experiment topklinische ziekenhuizen

Voor 2014 is een budget van € 6 miljoen toegezegd aan een aantal STZ-ziekenhuizen voor een experiment waarmee een combinatie van zeer specialistische zorg en onderzoek in bovengenoemde ziekenhuizen gefinancierd kan worden.

Subsidies: schadeloosstelling

Dit betreft een oude garantiestelling van VWS uit 2003 waarbij het ministerie zich garant heeft gesteld voor maximaal 4,2 mln rond de afstoting van oude gebouwen van voorheen het Clara en Zuiderziekenhuis

3. Bevorderen werking van het stelsel

Inkomensoverdrachten

Dit betreft een technische ramingsbijstelling van de overgangsregeling FLO/VUT ouderenregeling ambulancepersoneel.

Bijdragen aan ZBO’s en RWT’s en bijdragen aan agentschappen: Onverzekerden en wanbetalers

Dit is een overboeking van € 12,4 miljoen naar artikel 4 voor de bijdrage aan Zorginstituut Nederland in het kader van de regeling wanbetalers en onverzekerden.

Bijdrage ZBO’s en RWT’s: Zorginstituut Nederland: Doorlichten pakket (Stringent Pakketbeheer)

Dit is een overboeking van € 1,9 miljoen naar artikel 4 voor de bijdrage aan het Zorginstituut Nederland in verband met de beheerskosten van het project Stringent Pakketbeheer. Daarnaast is € 1,5 miljoen afgeboekt als gevolg van lagere onderzoekskosten voor het project Stringent Pakketbeheer bij het Zorginstituut Nederland.

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

Dit is een overboeking naar het Ministerie van VenJ. Het betreft de jaarlijkse bijdrage van VWS aan de exploitatiekosten van C2000 (– € 4,1 miljoen)

Ontvangsten

Op basis van de meest recente inzichten zijn de ontvangsten hoger dan geraamd. Daarom wordt de raming van de ontvangsten in het kader van de aanpak van wanbetalers met € 20 miljoen verhoogd.

Artikel 3 Maatschappelijke ondersteuning en langdurige zorg

Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 3 Maatschappelijke ondersteuning en langdurige zorg (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

4.193.311

0

391.248

4.584.559

407.140

420.620

464.169

491.650

                 

Uitgaven

4.193.291

0

391.248

4.584.539

407.140

420.620

464.169

491.650

Waarvan juridisch verplicht

98%

             
                 

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

206.394

5.500

– 6.759

205.135

6.410

6.650

6.650

6.650

                 

Subsidies

42.555

0

2.000

44.555

1.000

1.000

1.000

1.000

waarvan onder andere:

               

Movisie

7.939

0

0

7.939

0

0

0

0

Geweld in afhankelijkheidsrelaties

12.400

0

0

12.400

0

0

0

0

Mezzo

3.107

0

0

3.107

0

0

0

0

                 

Bekostiging

432

0

0

432

0

0

0

0

                 

Inkomensoverdrachten

86.627

11.000

– 6.000

91.627

11.000

11.000

11.000

11.000

Mantelzorgcompliment

86.627

11.000

– 6.000

91.627

11.000

11.000

11.000

11.000

                 

Opdrachten

70.780

– 5.500

– 2.759

62.521

– 5.590

– 5.350

– 5.350

– 5.350

waarvan onder andere:

               

Bovenregionaal gehandicaptenvervoer

60.510

0

0

60.510

0

0

0

0

Geweld in afhankelijkheidsrelaties

3.112

– 3.100

– 2.218

– 2.206

– 4.053

– 4.053

– 4.053

– 4.053

                 

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

3.000

0

0

3.000

0

0

0

0

SVB: uitvoering Regeling maatschappelijke ondersteuning

3.000

0

0

3.000

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

3.000

0

0

3.000

0

0

0

0

VenJ: opvang minderjarige meisjes

1.800

0

0

1.800

0

0

0

0

Gemeentefonds: opvang speciale doelgroepen

1.200

0

0

1.200

0

0

0

0

                 

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

3.986.897

– 5.500

397.576

4.379.404

400.730

413.970

457.519

485.000

                 

Subsidies

207.656

– 2.750

22.406

227.312

– 2.868

– 18.642

– 2.830

– 2.831

waarvan onder andere:

               

Centrum Indicatiestelling Zorg

106.745

0

15.000

121.745

0

– 15.000

0

0

Aanpak fraude persoonsgebonden budget

17.500

0

0

17.500

0

0

0

0

Subsidieregeling palliatieve zorg

18.943

0

0

18.943

0

0

0

0

Kwaliteitsverbetering palliatieve zorg

7.642

0

0

7.642

0

0

0

0

Programma «In voor zorg!»

18.400

0

0

18.400

0

0

0

0

Stichting Centrum Consultatie en expertise

9.873

0

0

9.873

0

0

0

0

Vilans

5.268

0

0

5.268

0

0

0

0

Integraal Kankercentrum Nederland

6.400

0

0

6.400

0

0

0

0

PGB trekkingsrechten

0

0

12.847

12.847

0

0

0

0

                 

Bekostiging

3.758.800

0

382.500

4.141.300

415.800

440.800

464.800

491.400

Bijdrage in de kosten van kortingen (BIKK)

3.758.800

0

382.500

4.141.300

415.800

440.800

464.800

491.400

                 

Opdrachten

18.427

– 2.750

– 7.126

8.551

– 10.202

– 8.188

– 4.451

– 3.569

waarvan onder andere:

               

Aanpak fraude persoonsgebonden budget

2.500

0

– 2.350

150

0

0

0

0

Programma «Kwaliteit palliatieve zorg'

2.547

0

– 1.900

647

– 1.900

– 800

0

0

Programma «Informatievoorziening zorg en ondersteuning'

4.000

0

– 1.369

2.631

0

0

0

0

Zorg en dwang

1.500

0

0

1.500

0

0

0

0

Deltaplan Dementie

1.750

0

– 1.750

0

– 1.750

– 1.750

0

0

Nationaal Programma Ouderenzorg

3.000

0

– 1.120

1.880

– 2.070

– 2.930

– 1.781

– 900

                 

Bijdrage aan agentschappen

0

0

2.227

2.227

0

0

0

0

CIBG: Opdrachtgeverschap WTZi

0

0

2.227

2.227

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan ZBO’s/RWT’s

2.014

0

– 2.000

14

– 2.000

0

0

0

CVZ: AWBZ-brede zorgregistratie

2.014

0

– 2.000

14

– 2.000

0

0

0

                 

Ontvangsten

3.441

0

0

3.441

0

0

0

0

Toelichting mutaties nota van wijziging

Het budget voor mantelzorg wordt verhoogd met € 11 miljoen. De dekking vindt plaats binnen artikel 3. Het betreft € 5,5 miljoen minder projectsubsidies en opdrachten op het gebied van geweld in afhankelijkheidsrelaties, informele zorg en werking Wmo en € 5,5 miljoen minder projectsubsidies en opdrachten toegankelijkheid en kwaliteit langdurige zorg.

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Participatie en zelfredzaamheid van mensen met beperkingen

Inkomensoverdrachten

Een overboeking van € 6.000 miljoen met betrekking tot middelen voor de decentralisatie-uitkering Mantelzorg zodat de gemeenten activiteiten kunnen ontwikkelen om de mantelzorgondersteuning naar een hoger niveau te tillen. Op het moment dat het wetsvoorstel WMO 2015 in werking treedt, wordt integraal maatwerk in de praktijk geleverd. Hiermee moet een merkbare verbetering van de ondersteuning van de individuele mantelzorger in de gemeente worden gerealiseerd.

Opdrachten

Dit betreft een toevoeging aan de decentralisatie-uitkering vrouwenopvang voor de voorbereiding van regiovisies van 35 centrumgemeenten à € 75.000,- per centrumgemeenten, totaal € 2,6 miljoen.

2. Zorgdragen voor langdurige zorg tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten

Subsidies: CIZ

CIZ moet worden voorbereid op de taak die zij in het kader van de wet Langdurige Zorg per 1 januari 2015 krijgt. In 2014 en 2015 leiden de werkzaamheden die het CIZ maakt tot meerkosten, te weten € 21,4 miljoen in 2014 en € 3,6 miljoen in 2015. Deze kunnen door middel van een kasschuif worden gedekt uit het overschot dat ontstaat in de jaren 2016 en verder.

Subsidies: PGB Trekkingsrechten

Betreft kostenopgave van de SVB om de trekkingsrechten PGB vorm te geven. Betreft kosten zoals IT, huisvesting, aanpassen van de organisatie en personeelslasten voor totaal € 12,8 miljoen.

Bekostiging

De uitgavenraming BIKK wordt naar aanleiding van het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau bijgesteld (€ 382,5 miljoen).

Opdrachten

Voor de aanpak van fraude is € 2,4 miljoen overgeboekt naar het Ministerie van Sociale Zaken en Wetenschap.

Bijdrage aan agentschappen

Voor de uitvoering van werkzaamheden in het kader van de Wtzi door het CIBG is € 2,2 miljoen overgeboekt vanuit subsidies.

Artikel 4 Zorgbreed beleid

Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 4 Zorgbreed beleid (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

694.225

0

47.329

741.554

– 3.776

12.867

5.026

4.115

                 

Uitgaven

697.717

0

37.829

735.546

16.724

12.867

5.026

4.115

Waarvan juridisch verplicht

97%

             
                 

1. Positie cliënt

26.934

0

– 430

26.504

70

– 930

– 930

– 930

                 

Subsidies

22.878

0

3

22.881

275

458

550

550

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties

22.698

0

– 239

22.459

– 2

186

550

550

Overig positie cliënt

180

0

242

422

277

272

0

0

                 

Opdrachten

2.602

0

156

2.758

– 26

– 26

– 26

– 26

waarvan onder andere:

               

Ondersteuning cliënt organisaties

2.437

0

0

2.437

       
                 

Bijdrage aan baten-lastendiensten

1.454

0

– 589

865

– 179

– 1.362

– 1.454

– 1.454

waarvan onder andere:

               

CIBG: uitvoering subsidieregeling

1.333

0

– 930

403

– 930

– 930

– 930

– 930

                 

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

299.230

0

– 2.135

297.095

– 2.290

– 1.320

– 1.495

– 1.255

                 

Subsidies

288.546

0

– 550

287.996

– 790

– 820

– 995

– 755

waarvan onder andere:

               

Stageplaatsen zorg / Stagefonds

110.000

0

0

110.000

0

0

0

0

Publieke Gezondheidszorgopleidingen

18.323

0

0

18.323

0

0

0

0

Aanpassing opleidingscurricula

5.000

0

0

5.000

0

0

0

0

Vaccinatie stageplaatsen zorg

3.850

0

0

3.850

0

0

0

0

Opleiding tot verpleegkundig specialist/physician assistant

34.775

0

0

34.775

0

0

0

0

Opleiding tot ziekenhuisarts

5.842

0

0

5.842

0

0

0

0

Capaciteitsorgaan

1.625

0

0

1.625

0

0

0

0

Regionaal arbeidsmarktbeleid

7.500

0

0

7.500

0

0

0

0

Veilig werken in de zorg

3.196

0

0

3.196

0

0

0

0

                 

Opdrachten

2.115

0

– 1.585

530

– 1.500

– 500

– 500

– 500

                 

Bijdragen aan agentschappen

7.903

0

0

7.903

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

CIBG: Bijdrage voor onder andere UZI-register, BIG-register, SVB-Z

5.300

0

3.019

8.319

       
                 

Bijdrage ZBO’s/ RWT

666

0

0

666

0

0

0

0

CVZ: sectie Zorgberoepen en opleidingen

666

0

0

666

0

0

0

0

                 

3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling

89.359

0

23.462

112.821

11.312

9.717

2.051

900

                 

Subsidies

5.042

0

170

5.212

139

121

71

71

Nivel

5.042

0

170

5.212

139

121

71

71

                 

Opdrachten

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan agentschappen

2.370

0

– 1.105

1.265

– 139

– 121

– 71

– 71

CIBG: JMV

800

   

800

       

RIVM: Zorgbalans

650

– 650

0

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan ZBO’s/ RWT’s

81.947

0

24.397

106.344

11.312

9.717

2.051

900

ZonMw: programmering

81.947

0

24.397

106.344

11.312

9.717

2.051

900

ZonMw: exploitatie

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten

193.292

0

19.891

213.183

7.400

5.400

5.400

5.400

                 

Subsidies

256

0

0

256

0

0

0

0

Uitvoering Wtcg

256

0

0

256

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan ZBO's en RWT's

189.636

0

20.259

209.895

7.421

5.419

5.419

5.419

waarvan onder andere:

               

CAK

92.950

0

– 925

92.025

0

0

0

0

NZA

43.231

0

5.541

48.772

6.900

6.900

6.900

6.900

CVZ

48.436

0

17.247

65.683

1.999

– 1

0

2

CBZ

1.400

0

– 508

892

– 450

– 450

– 450

– 450

CSZ

2.615

0

– 92

2.523

– 105

– 110

– 115

– 120

                 

Opdrachten

3.400

0

– 368

3.032

– 42

– 38

– 38

– 38

waarvan onder andere:

               

TNO centrum Zorg en Bouw

2.370

0

0

2.370

       

Uitvoering Wtcg

907

0

– 420

487

0

0

0

0

                 

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

88.902

0

– 3.459

85.443

232

0

0

0

                 

Bekostiging

88.902

0

– 3.459

85.443

232

0

0

0

Zorg en welzijn

84.192

0

– 91

84.101

0

0

0

0

Jeugdzorg

4.710

0

– 3.368

1.342

232

0

0

0

                 

6. Voorkomen fraude

0

0

500

500

0

0

0

0

                 

Opdrachten

0

0

500

500

0

0

0

0

                 

Ontvangsten

4.858

0

0

4.858

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Bijdragen aan agentschappen

Deze overboeking is het gevolg van fluctuaties in de productie van het UZI register en van een aanpassing van de tariefstelling.

3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Dit betreft bijdragen aan ZonMw van in totaal € 10,3 miljoen voor de uitvoering van diverse programma's en onderzoeken. De belangrijkste mutaties betreffen vanuit artikel 1 (€ 1,3 miljoen) voor het programma Richtlijnen Jeugdgezondheidszorg en het Onderzoek vergelijking ontlastingstesten bevolkingsonderzoek darmkanker en vanuit artikel 3 (€ 6,4 miljoen) in verband met het Verbeterprogramma palliatieve zorg, het Programma Memorabel (Deltaplan dementie), het Nationaal programma ouderenzorg en een overboeking van het Ministerie van Economische Zaken (€ 0,5 miljoen) voor het programma Meer kennis met minder dieren. Daarnaast is 14 miljoen overgeboekt van artikel 6 voor sportimpulsmiddelen.

4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten

Bijdrage aan ZBO’s/RWT’s

Het gaat hier om een aantal overboekingen. Allereerst € 12,4 miljoen van artikel 2 voor de bijdrage aan het Zorginstituut Nederland in het kader van de regeling wanbetalers en onverzekerden. Verder een overboeking van € 1,9 miljoen van artikel 4 voor de bijdrage aan het Zorginstituut Nederland in verband met de beheerskosten van het project Zinnig en Zuinig. En tenslotte gaat er € 2 miljoen van artikel 3 voor de bijdrage aan het Zorginstituut Nederland in verband met de AWBZ-brede zorgregistratie (AZR).

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Bekostiging

Deze technische mutatie vindt plaats in verband met Verantwoord Begroten. De bekostiging van de jeugdzorg in CN vond voorheen plaats vanaf artikel 4. In de nieuwe begrotingsstructuur dienen de personele uitgaven ten behoeve van de jeugdzorg vanaf artikel 10 te worden verantwoord.

Artikel 5 Jeugd

Budgettaire gevolgen van beleid Artikel 5 Jeugd (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

1.404.726

0

– 4.688

1.400.038

– 14.929

– 28.629

– 28.500

– 28.500

                 

Uitgaven

1.551.126

0

– 4.688

1.546.438

– 14.929

– 28.629

– 28.500

– 28.500

Waarvan juridisch verplicht

99%

                 

1. Laagdrempelige ondersteuning bij het opvoeden en opgroeien

38.197

0

8.859

47.056

21

– 129

0

0

                 

Subsidies

31.772

0

1.169

32.941

0

0

0

0

Koepels van internaten voor schippers- en kermisjeugd

21.613

0

0

21.613

0

0

0

0

Preventief en ontwikkelingsgericht jeugdbeleid

6.836

0

0

6.836

0

0

0

0

Stelselherziening

162

0

0

162

0

0

0

0

Zorg voor jeugd

3.161

0

1.169

4.330

0

0

0

0

                 

Opdrachten

4.609

0

5.990

10.599

– 129

– 129

0

0

Preventief en ontwikkelingsgericht jeugdbeleid

1.719

0

0

1.719

0

0

0

0

Stelselherziening

2.447

0

5.990

8.437

– 129

– 129

0

0

Aanpak kindermishandeling

443

0

0

443

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan agentschappen

749

0

0

749

0

0

0

0

Verwijsindex

749

0

0

749

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan medeoverheden

201

0

0

201

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

866

0

1.700

2.566

150

0

0

0

VenJ: Aanpak kindermishandeling

665

0

0

665

0

0

0

0

Kijkwijzer

201

0

0

201

0

0

0

0

Stelselherziening

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

2. Noodzakelijke en passende zorg

1.512.929

0

– 13.547

1.499.382

– 14.950

– 28.500

– 28.500

– 28.500

                 

Subsidies

208.624

0

14.438

223.062

– 250

0

0

0

JeugdzorgPlus

205.166

0

15.695

220.861

– 250

0

0

0

Jeugdzorg

3.458

0

– 1.257

2.201

0

0

0

0

                 

Opdrachten

1.048

0

– 20

1.028

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Jeugdzorg Plus

250

0

0

250

0

0

0

0

Jeugdzorg

798

0

– 20

778

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan medeoverheden

1.297.465

0

– 28.227

1.269.238

– 14.700

– 28.500

– 28.500

– 28.500

Doeluitkering Jeugdzorg provincies en grootstedelijke regio's

1.297.465

0

– 28.227

1.269.238

– 14.700

– 28.500

– 28.500

– 28.500

                 

Bijdragen aan agentschappen

0

0

262

262

0

0

0

0

                 

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

5.792

0

0

5.792

0

0

0

0

Jeugdzorg Plus

5.792

0

0

5.792

0

0

0

0

                 

Ontvangsten

4.508

0

0

4.508

0

0

0

0

Laagdrempelige ondersteuning opvoeden en opgroeien

4.423

0

0

4.423

0

0

0

0

Noodzakelijke en passende zorg

85

0

0

85

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Laagdrempelige ondersteuning bij het opvoeden en opgroeien

Opdrachten

Omdat bepaalde invoeringskosten van gemeenten in het kader van het nieuwe Jeugdzorgstelsel zich pas in 2014 zullen manifesteren, in plaats van 2013, vindt er een herschikking van middelen plaats.

2. Noodzakelijke en passende zorg

Subsidies

Deze mutatie houdt verband met de privatisering van een tweetal rijksjeugdinstellingen, de Lindenhorst en Almata. Deze privatisering zal in 2014 plaatsvinden in plaats van 2013, zoals eerder werd voorzien. Een herschikking van de middelen is nodig om de kosten die hiermee gepaard gaan te dekken.

Bijdrage aan medeoverheden

Deze mutatie betreft de herschikking van middelen ten behoeve van de stelselherziening Jeugdzorg naar bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken.

Artikel 6 Sport en bewegen

Budgettaire gevolgen van beleid, beleidsartikel 6 Sport en bewegen (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

106.544

0

21.090

127.634

– 32.187

– 13.601

– 35

2

                 

Uitgaven

132.421

0

– 16.228

116.193

– 1.907

– 2.005

2

2

Waarvan juridisch verplicht

94%

                 

1. Passend sport- en beweegaanbod

88.293

0

– 15.442

72.851

– 1.909

– 2.007

0

0

                 

Subsidies

31.354

0

– 14.957

16.397

– 1.725

– 1.824

182

179

waarvan onder andere:

               

Gehandicaptensport

3.167

0

0

3.167

0

0

0

0

Verantwoord sporten en bewegen

3.086

0

– 650

2.436

0

0

0

0

Sport en bewegen in de buurt

17.976

0

– 14.307

3.669

– 1.725

– 1.824

182

179

Stimuleren van een veiliger sportklimaat

7.125

0

0

7.125

0

0

0

0

                 

Bekostiging

9.398

0

– 278

9.120

0

0

0

0

Compensatie van betaalde energiebelasting

9.398

0

– 278

9.120

0

0

0

0

                 

Opdrachten

0

0

0

0

0

0

0

0

Sport en bewegen in de buurt

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan medeoverheden

47.541

0

– 207

47.334

– 184

– 183

– 182

– 179

Sport en bewegen in de buurt

47.541

0

– 207

47.334

– 184

– 183

– 182

– 179

                 

2. Uitblinken in sport

36.779

0

– 421

36.358

0

0

0

0

                 

Subsidies

26.700

0

– 621

26.079

– 200

– 200

– 200

– 200

Topsportevenementen

6.523

0

– 421

6.102

0

0

0

0

Topsportprogramma's

18.932

0

– 200

18.732

– 200

– 200

– 200

– 200

Dopingbestrijding

1.245

0

0

1.245

0

0

0

0

                 

Opdrachten

0

0

0

0

0

0

0

0

Topsportevenementen

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

Inkomensoverdrachten

9.885

0

200

10.085

200

200

200

200

Stipendiumregeling

9.885

0

200

10.085

200

200

200

200

                 

Bijdragen aan internationale organisatie

194

0

0

194

0

0

0

0

Dopingbestrijding

194

0

0

194

0

0

0

0

                 

3. Borgen van innovatie, kennisontwikkeling en kennisdeling

7.349

0

– 365

6.984

2

2

2

2

                 

Subsidies

7.146

0

– 605

6.541

– 162

– 162

– 162

– 162

Olympische ambitie

0

0

0

0

0

0

0

0

Kennis als fundament

6.644

0

– 103

6.541

340

340

340

340

Internationaal beleid

502

0

– 502

0

– 502

– 502

– 502

– 502

                 

Opdrachten

203

0

178

381

102

102

102

102

Kennis als fundament

201

0

178

381

102

102

102

102

Internationaal beleid

0

0

0

0

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

0

0

62

62

62

62

62

62

Internationaal beleid

0

0

62

62

62

62

62

62

                 

Ontvangsten

1.740

0

0

1.740

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Passend sport- en beweegaanbod

Subsidies

ZonMw financiert de sportimpulsmiddelen waarmee bijgedragen wordt aan het programma Sport en Bewegen in de Buurt. Hiervoor is € 14 miljoen overgeboekt naar artikel 4.

Artikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II

Budgettaire gevolgen van beleid, beleidsartikel 7 Oorlogsgetroffenen en Herinnering Wereldoorlog II (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

327.802

0

– 126

327.676

0

0

0

0

                 

Uitgaven

327.802

0

– 126

327.676

0

0

0

0

Waarvan juridisch verplicht

99%

             
                 

1. De zorg- en dienstverlening aan verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII en de herinnering aan WOII

20.190

0

– 126

20.064

0

0

0

0

                 

Subsidies

16.506

0

0

16.506

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Nationaal Comité 4 en 5 mei

5.465

0

0

5.465

0

0

0

0

Nationale herinneringscentra

1.604

   

1.604

       

Zorg- en dienstverlening

6.888

0

0

6.888

0

0

0

0

                 

Bekostiging

962

0

0

962

0

0

0

0

                 

Opdrachten

2.422

0

0

2.422

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan ZBO's en RWT's

100

0

0

100

0

0

0

0

                 

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

200

0

– 126

74

0

0

0

0

                 

2. Pensioenen en uitkeringen voor verzetsdeelnemers en oorlogsgetroffenen WOII

307.612

0

0

307.612

0

0

0

0

                 

Inkomensoverdrachten

291.756

0

0

291.756

0

0

0

0

waarvan onder andere:

               

Wuv vervolgingsslachtoffers

159.401

   

159.401

       

Wet uitkering burger oorlogsgetroffenen

72.501

   

72.501

       

Wbp via Stichting 1940–1945

47.557

   

47.557

       
                 

Bijdragen aan ZBO's en RWT's

15.856

0

0

15.856

0

0

0

0

SVB

12.754

   

12.754

       

PUR

1.581

   

1.581

       

Stichting Administratie Indonesische Pensioenen

1.521

   

1.521

       
                 

Ontvangsten

901

0

0

901

0

0

0

0

Artikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten

Budgettaire gevolgen van beleid, beleidsartikel 8 Tegemoetkoming specifieke kosten (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

4.466.171

0

– 438.931

4.027.240

320.460

149.000

144.333

38.000

                 

Uitgaven

4.466.171

0

– 438.931

4.027.240

320.460

149.000

144.333

38.000

Waarvan juridisch verplicht

100%

             
                 

Inkomensoverdrachten

4.466.171

0

– 438.931

4.027.240

320.460

149.000

144.333

38.000

1. Zorgtoeslag

4.068.935

0

– 504.652

3.564.283

282.460

111.000

106.333

0

2. Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten (Wtcg)

354.937

0

65.721

420.658

0

0

0

0

3. Tegemoetkoming specifieke zorgkosten

42.299

0

0

42.299

38.000

38.000

38.000

38.000

                 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

Toelichting uitgavenmutaties 1e suppletoire begroting

Inkomensoverdrachten: zorgtoeslag

De uitgavenraming zorgtoeslag is op basis van het Centraal Economisch Plan (CEP) van het Centraal Planbureau bijgesteld (– € 505,0 miljoen).

Inkomensoverdrachten: Wtcg

Door het inkomensafhankelijk maken van de Wtcg is uitbetaling vaneen deel van de tegemoetkomingen vertraagd. Hierdoor vindt een deel van de uitbetalingen plaats in 2014. Het budget is met circa € 65,7 miljoen bijgesteld.

2.6 De niet-beleidsartikelen

Artikel 9 Algemeen

Budgettaire gevolgen van beleid, niet-beleidsartikel 9 Algemeen (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

30.748

0

8.162

38.910

– 1.202

– 1.173

7

7

                 

Uitgaven

30.748

0

8.162

38.910

– 1.202

– 1.173

7

7

                 

1. Internationale samenwerking

5.554

0

– 120

5.434

7

7

7

7

Bijdrage aan internationale organisatie

5.554

0

– 120

5.434

7

7

7

7

waarvan onder andere:

               

WHO

4.295

0

0

4.295

0

0

0

0

                 

2. Verzameluitkering VWS

349

0

421

770

0

0

0

0

Verzameluitkering Sport

0

0

421

421

0

0

0

0

Verzameluitkering Jeugd

311

0

0

311

0

0

0

0

Verzameluitkering LZ

38

0

0

38

0

0

0

0

                 

3. Strategisch onderzoek RIVM

24.845

0

7.861

32.706

– 1.209

– 1.180

0

0

Bekostiging

24.845

0

7.861

32.706

– 1.209

– 1.180

0

0

Strategisch onderzoek RIVM

24.845

0

2.961

27.806

– 1.209

– 1.180

0

0

                 

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

3. Strategisch onderzoek RIVM

Dit betreft een mutatie ten behoeve van activiteiten in 2014 van de projectdirectie ALT die bestemd is voor opdrachten en samenwerkingsprojecten met de WHO, de EU, de BMGF (Bill and Melinda Gates Foundation) en marktpartijen (€ 1,3 miljoen). Daarnaast gaat het om een mutatie van circa € 1,3 miljoen bestemd voor het Strategisch Vaccin Onderzoeksprogramma (SVOP) en € 1,1 miljoen inzake het gemeenschappelijke proefdierenlaboratorium. Verder heeft de projectdirectie ATL een eindejaarsclaim van circa € 3,9 miljoen betreffende diverse kosten die de projectdirectie in 2014 maakt als gevolg van de boedeloverdracht van het RIVM in 2013. Tenslotte is er een mutatie van circa € 3,6 miljoen welke betrekking heeft op de transitiekosten voor de projectdirectie in het kader van de privatisering.

Artikel 10 Apparaatsuitgaven

Budgettaire gevolgen van beleid, niet-beleidsartikel 10 Apparaatsuitgaven (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

222.722

0

59.430

282.152

11.736

7.895

6.277

5.485

                 

Uitgaven

222.775

0

59.430

282.205

11.736

7.895

6.277

5.485

                 

1. Personele uitgaven kerndepartement

94.232

0

33.020

127.252

13.396

8.171

6.553

6.583

waarvan eigen personeel

91.611

0

24.717

116.328

9.881

6.877

5.351

5.381

waarvan externe inhuur

1.116

0

7.608

8.724

2.820

599

507

507

                 

2. Materiële uitgaven kerndepartement

45.949

0

19.800

65.749

– 1.311

– 701

– 701

– 701

waarvan ICT

3.752

0

– 1.115

2.637

– 446

164

164

164

waarvan bijdrage SSO's

34.967

0

3.517

38.484

321

321

321

321

                 

3a. Personele uitgaven inspecties

55.147

0

3.067

58.214

– 1.299

– 290

– 290

– 290

waarvan eigen personeel

53.938

0

482

54.420

– 1.299

– 290

– 290

– 290

waarvan externe inhuur

500

0

2.485

2.985

0

0

0

0

                 

3b. Materiële uitgaven inspecties

16.297

0

– 1.024

15.273

0

0

0

0

waarvan ICT

2.550

0

900

3.450

0

0

0

0

waarvan bijdrage SSO's

5.250

0

– 2.450

2.800

0

0

0

0

                 

4a. Personele uitgaven SCP en raden

8.971

0

3.023

11.994

168

173

173

– 67

waarvan eigen personeel

8.610

0

3.054

11.664

289

294

294

– 67

waarvan externe inhuur

361

0

– 31

330

– 121

– 121

– 121

0

                 

4b. Materiële uitgaven SCP en raden

2.179

0

1.544

3.723

782

542

542

– 40

waarvan ICT

50

0

270

320

– 20

– 20

– 20

0

waarvan bijdrage SSO's

0

0

80

80

80

80

80

0

                 

Ontvangsten

5.358

0

25.561

30.919

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

1. Personele uitgaven kerndepartement

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie van circa € 33 miljoen plaatsgevonden op personele uitgaven kerndepartement. Daarvan heeft € 12,4 miljoen betrekking op de personele uitgaven bij de projectdirectie Anthonie van Leeuwenhoekterrein (Pd ALT). Aanvullend is € 2,5 miljoen overgeboekt (deels via een desaldering) ten behoeve van externe inhuur bij de Projectdirectie ALT.

Voorts heeft in verband met de verantwoord begroten structuur een aantal technische mutaties plaatsgevonden onder meer ten behoeve van de te betalen vacatiegelden aan de voorzitters van de medische tuchtcolleges (€ 1,3 miljoen), personele uitgaven in Caribisch Nederland ten behoeve van de Jeugdzorg (€ 3,6 miljoen) en het aldaar gevestigde Zorgverzekeringskantoor (€ 5,1 miljoen) en uitgaven voor inbesteding van werkzaamheden in verband met de verbetering van de informatievoorziening die voorheen uit programmamiddelen werden gefinancierd (€ 1,4 miljoen).

In samenhang met de forse beleidsopgave uit het regeerakkoord en de daarmee samenhangende uitvoering en ondersteuning van de strategische agenda van de bewindspersonen is € 4,3 miljoen extra beschikbaar gesteld. De extra capaciteit is noodzakelijk om een aantal sleuteldossiers (HLZ, jeugd, fraudebestrijding in de zorg, de voorbereiding van het EU-voorzitterschap in 2016 en de verbetering van de informatievoorziening in de zorg) vorm te geven.

2. Materiële uitgaven kerndepartement

Bij de eerste suppletoire begroting heeft er per saldo een mutatie plaatsgevonden van € 20,5 miljoen. Daarvan heeft € 18,2 miljoen betrekking op de materiële uitgaven van de tijdelijke projectdirectie ALT.

3a en 3b. Personele en materiële uitgaven inspecties

Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)

Bij de IGZ heeft een herverdeling van de middelen over de budgetten plaatsgevonden. Vanuit de bijdrage aan SSO’s is 2,4 miljoen overgeboekt naar externe inhuur.

Ontvangsten

In verband met verwachte ontvangsten van de projectdirectie ALT, onder meer uit onderlinge dienstverlening met het RIVM is de ontvangstenraming met € 23,6 miljoen verhoogd.

4a en 4b. Personele en materiële uitgaven SCP en raden

CCMO

Het betreft onder andere een technische mutatie van € 1,1 miljoen ten behoeve van apparaatsuitgaven bij het CCMO in verband met Verantwoord Begroten van artikel 1 naar artikel 10 apparaatsuitgaven.

Artikel 11 Nominaal en onvoorzien

Budgettaire gevolgen van beleid, niet-beleidsartikel 11 Nominaal en onvoorzien (bedragen x € 1.000).
 

Stand ontwerp begroting 2014

Mutaties via NvW en amendementen

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie 2015

Mutatie 2016

Mutatie 2017

Mutatie 2018

Verplichtingen

– 36.814

0

22.562

– 14.252

– 19.487

27.131

12.136

12.073

                 

Uitgaven

– 36.814

0

22.562

– 14.252

– 19.487

27.131

12.136

12.073

                 

1. Loonbijstelling

0

0

12.200

12.200

11.948

11.604

11.452

11.480

2. Prijsbijstelling

297

0

2.267

2.564

1.860

1.695

1.750

1.590

3. Onvoorzien

0

0

0

0

0

0

0

0

4. Taakstelling

– 37.111

0

8.095

– 29.016

– 33.295

13.832

– 1.066

– 997

                 

Ontvangsten

5.000

0

2.297

7.297

0

0

0

0

Toelichting mutaties 1e suppletoire begroting

Uitgaven

1. Loonbijstelling

De loonbijstelling tranche 2014 bestaat uit kader Rijksbegroting in enge zin (R) € 11,5 miljoen, kader Zorg (Z) € 0,7 miljoen en € 0,04 kader Niet behorend tot enige ijklijn (N).

2. Prijsbijstelling

De prijsbijstelling tranche 2014 bestaat uit kader Rijksbegroting in enge zin (R) € 1,4 miljoen, kader Zorg (Z) van € 0,8 miljoen en € 0,04 miljoen kader Niet behorend tot enige ijklijn (N).

4. Taakstelling

Ova-compensatie

De meerjarige nullijn voor de collectieve sector heeft erin geresulteerd dat VWS het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) compenseert voor het toekennen van ova-compensatie voor Academische Ziekenhuizen. Het gaat hier om de structurele doorwerking van de tranche 2014 (€ 5,7 miljoen).

Aanpassen taakstellende onderuitputting

Ten einde de taakstellende onderuitputting terug te brengen, wordt deze in 2014 (en structureel vanaf 2016) verlaagd met € 10 miljoen.

Ontvangsten

Het eigen vermogen van de agentschappen CIBG, de jeugdinstellingen De Lindenhorst-Almata en Almata Ossendrecht bedraagt meer dan de toegestane maximumomvang conform de regeling baten-lastendiensten en wordt daarom afgeroomd. Voor het CIBG betreft dit een bedrag van circa € 0,7 miljoen en voor de jeugdinstellingen circa € 1,6 miljoen.

3. Financieel Beeld Zorg

1. Inleiding

In de 1e suppletoire begroting 2014 worden de budgettaire ontwikkelingen voor 2014 vanaf de ontwerpbegroting 2014 binnen de Zorgverzekeringswet (Zvw), de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) en de begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven afzonderlijk toegelicht.

Deze paragraaf geeft een actueel beeld van de uitgaven onder het Budgettair Kader Zorg (BKZ). Naast de doorwerking van de voorlopige zorguitgaven 2013 (zoals gepresenteerd in het jaarverslag 2013, dat op

15 mei is verschenen), geeft deze paragraaf de mutaties weer die voortkomen uit in gang gezet beleid en onvermijdelijke knelpunten die voor 2014 worden voorzien.

Dit deel van de 1e suppletoire begroting 2014 bestaat uit de volgende paragrafen:

  • 1. Inleiding

  • 2. Ontwikkeling van het Budgettair Kader Zorg en de netto-BKZ-uitgaven 2014

  • 3. Ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

    3.1. Verticale ontwikkeling van de totale BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

    3.2. Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2014

    3.3. Verticale ontwikkeling van de AWBZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

    3.4. Verticale ontwikkeling begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

  • 4. Mutaties per sector

  • 5. Verdieping in de BKZ-sectoren

    5.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

    5.2. Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)

2. Ontwikkeling van het Budgettair Kader Zorg en de netto-BKZ-uitgaven 2014

Het Budgettair Kader Zorg legt aan het begin van de kabinetsperiode de ontwikkeling van de uitgaven vast voor elk van de komende vier jaren. Gedurende de kabinetsperiode wordt het kader aangepast voor de jaarlijkse prijsstijging. Hiervoor wordt de CPB-raming van de prijsindex van de nationale bestedingen (pNB) gebruikt.

Het Budgettair Kader Zorg is bij de start van het kabinet-Rutte-Asscher voor de periode 2013–2017 vastgesteld bij Startnota (TK 33 400, nr. 18).

Op deze stand zijn de maatregelen uit het aanvullend beleidspakket en de macro-economische doorwerking conform de MEV verwerkt. Deze wijzigingen hebben geleid tot de nieuwe stand ontwerpbegroting 2014. De stand netto-BKZ-uitgaven ontwerpbegroting 2014 (TK 33 750 XVI, nr. 1en 33 750 XVI, nr. 2) vormt het herijkte uitgavenkader voor de kabinetsperiode van het kabinet-Rutte-Asscher.

Tabel 1 laat de ontwikkeling zien van het BKZ en de netto-BKZ-uitgaven over de 1e suppletoire begroting 2014. Als gevolg van een neerwaartse bijstelling van de prijs nationale Bestedingen (pNB) naar aanleiding van het Centaal Economisch Plan (CEP) en verschuivingen tussen de uitgavenkaders (ijklijnmutaties) is het BKZ ten opzichte van de stand ontwerpbegroting 2014 met € 375 miljoen verlaagd.

Tabel 1 Ontwikkeling van het BKZ en de netto-BKZ-uitgaven 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

20141

BKZ stand ontwerpbegroting 2014 (na herijking)

67.826

Prijs nationale bestedingen (pNB)

– 346

IJklijnmutaties

– 30

Bijstelling BKZ

– 375

BKZ stand 1e suppletoire 2014

67.451

Netto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire 2014

66.829

Onderschrijding BKZ

– 622

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

De onderschrijding van het BKZ van € 622 miljoen in 2014 is voornamelijk het gevolg van een neerwaartse bijstelling van het BKZ met € 375 miljoen (zie tabel 1) en een forse verlaging van de netto-BKZ-uitgaven met € 997 miljoen (zie tabel 3). De verlaging van de netto-BKZ-uitgaven doet zich voornamelijk voor bij de Zvw (€ 1.094 miljoen) en is het gevolg van fors lagere uitgaven bij de genees- en hulpmiddelen (€ 752 miljoen) en de eerstelijnszorg (€ 119 miljoen). Verder zijn de Zvw-uitgaven neerwaarts bijgesteld als gevolg van de macro-bijstellingen (€ 222 miljoen).

Bij de start van het kabinet-Rutte-Asscher zijn de uitgavenkaders herijkt en is de stand ontwerpbegroting 2013 (TK 33 400 XVI, nr. 1 en 33 400 XVI, nr. 2) als uitgangspunt genomen. Voor het BKZ betekende dit voor het jaar 2014 een neerwaartse aanpassing met € 1.365 miljoen.

Na de Startnota zijn de uitgavenkaders opnieuw herijkt en is de stand ontwerpbegroting 2014 (TK 33 750 XVI, nr. 1 en 33 750 XVI, nr. 2) als uitgangspunt genomen. Voor het BKZ betekende dit opnieuw een neerwaartse aanpassing voor het jaar 2014 met € 1.040 miljoen. Zonder deze herijkingen zou de onderschrijding van het BKZ circa € 3 miljard bedragen.

Tabel 2 geeft een overzicht van de kadertoetsing van het BKZ in 2014 vanaf de stand vastgesteld bij herijking van het kader. Sinds de herijking van het kader bij ontwerpbegroting 2014 is het kader onderschreden met € 622 miljoen.

Tabel 2 Kadertoets BKZ 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Kadertoets BKZ Ontwerpbegroting 2014 (na herijking)

0

Mutatie 1e suppletoire begroting 2014

– 622

Kadertoets BKZ 1e suppletoire begroting 2014

– 622

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

3. Ontwikkelingen van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

Paragraaf 3 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 de verticale ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten per financieringsbron zien. In paragraaf 3.1 is de verticale ontwikkeling van de totale BKZ-uitgaven en -ontvangsten op hoofdlijnen te zien. De verdieping per sector vindt plaats in de paragrafen 3.2, 3.3 en 3.4 en in de verdiepingsparagraaf 5.

3.1. Verticale ontwikkeling van de totale BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014

Tabel 3 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 de verticale ontwikkeling van de totale BKZ-uitgaven en -ontvangsten op hoofdlijnen zien.

Tabel 3 Verticale ontwikkeling van de totale BKZ-uitgaven en -ontvangsten 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Bruto-BKZ-uitgaven ontwerpbegroting 2014

72.895,0

   

Mutaties Zvw-uitgaven

– 1.093,5

Mutaties AWBZ-uitgaven

75,5

Mutaties begrotingsgefinancierde-uitgaven

62,2

Totaal mutaties

– 955,7

   

Bruto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

71.939,3

   

BKZ-ontvangsten ontwerpbegroting 2014

5.068,6

   

Mutaties Zvw-ontvangsten

0,0

Mutaties AWBZ-ontvangsten

41,5

Mutaties begrotingsgefinancierde-ontvangsten

0,0

Totaal mutaties

41,5

   

BKZ-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2014

5.110,1

   

Netto-BKZ-uitgaven ontwerpbegroting 2014

67.826,4

Mutatie in de netto-BKZ-uitgaven

– 997,2

Netto-BKZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

66.829,2

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

Ten opzichte van de ontwerpbegroting 2014 nemen de Bruto-BKZ-uitgaven af met € 956 miljoen en nemen de BKZ-ontvangsten toe met € 42 miljoen. Daarmee nemen de netto-BKZ-uitgaven ten opzichte van ontwerpbegroting 2014 per saldo af met € 997 miljoen. De daling van de BKZ-uitgaven wordt veroorzaakt door de daling van de Zvw-uitgaven met € 1.094 miljoen, een stijging van de AWBZ-uitgaven met € 76 miljoen en een stijging van de begrotingsgefinancierde uitgaven met € 62 miljoen.

De daling van de Zvw-uitgaven wordt grotendeels verklaard door de daling van de uitgaven voor genees- en hulpmiddelen (€ 752 miljoen) en de eerstelijnszorg (€ 119 miljoen). Verder zijn de Zvw-uitgaven neerwaarts bijgesteld als gevolg van de macro-bijstellingen (CEP-2014) van het CPB met € 222 miljoen (zie tabel 4).

De stijging van de AWBZ-uitgaven is voornamelijk het gevolg van de toename van de uitgaven voor de zorg in natura (€ 55 miljoen) en overige mutaties (€ 49 miljoen). Verder zijn de AWBZ-uitgaven neerwaarts bijgesteld als gevolg van de macro-bijstellingen (CEP-2014) van het CPB (€ 12 miljoen) en een beleidsmatige mutatie van € 13 miljoen (zie tabel 5).

De stijging van de begrotingsgefinancierde-uitgaven is voornamelijk het gevolg van de uitbetalingen van tegemoetkomingen Wtcg van € 66 miljoen (zie verder toelichting bij tabel 6). Verder is er sprake van een daling van de uitgaven als gevolg van de macro-bijstellingen (CEP-2014) van het CPB (€ 9 miljoen) en een stijging van de uitgaven als gevolg van overige beleidsmatige mutaties van € 6 miljoen).

In de paragrafen 3.2, 3.3 en 3.4 is de ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten per financieringsbron verder toegelicht.

3.2. Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2014

Tabel 4 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 de verticale ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten van de Zvw zien. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar de verdiepingsparagraaf 5.1.

Tabel 4 Verticale ontwikkeling van de Zvw-uitgaven en -ontvangsten 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Bruto-Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2014

42.556,8

Mee- en tegenvallers

 

Actualisering zorguitgaven (zie tabel 4A)

– 882,1

Extra ruimte geneesmiddelen

– 15,1

   

Beleidsmatige mutaties

 

Bevorderen van patiëntenparticipatie

3,0

Experiment topklinische ziekenhuizen

– 6,0

Aanpassen kasritme opleidingen

– 2,4

TBC-zorg

2,2

Voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg (intramuraal)

12,5

Overig

16,0

   

Technische en macro-economische mutaties

 

Macro-bijstellingen

– 221,5

   

Totaal mutaties

– 1.093,5

   

Bruto-Zvw-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

41.463,3

   

Zvw-ontvangsten ontwerpbegroting 2014

3.125,1

   

Totaal mutaties

0,0

   

Zvw-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2014

3.125,1

   

Netto-Zvw-uitgaven ontwerpbegroting 2014

39.431,7

Mutatie in de netto-Zvw-uitgaven

– 1.093,5

Netto-Zvw-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

38.338,2

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

Uitgaven

Mee- en tegenvallers

Actualisering Zvw-uitgaven

Tabel 4A Actualisering Zvw-uitgaven (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Eerstelijnszorg

– 118,8

Ziekenvervoer

– 11,8

Genees- en hulpmiddelen

– 751,6

Overig

0,1

Totaal

– 882,1

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

Zoals aangegeven in tabel 4 bevat deze post alle mutaties vanaf de stand ontwerpbegroting 2014. Onderdeel hiervan is de actualisering van de zorguitgaven op basis van voorlopige realisatiegegevens 2013 van de NZa en het Zorginstituut Nederland (zie tabel 4A). Voor de curatieve ggz en de medisch-specialistische zorg zijn vooralsnog geen volledige en betrouwbare realisatiecijfers over 2013 beschikbaar. Daarbij is relevant dat de financiële kaders die ontleend zijn aan de hoofdlijnenakkoorden van 16 juli 2013 uitgangspunt zijn voor 2014. De belangrijkste mutaties worden hieronder nader toegelicht. In de verdiepingsbijlage is de actualisering van de Zvw-uitgaven per sector verder toegelicht.

  • Eerstelijnszorg

    De onderschrijding bij de eerstelijnszorg van circa € 119 miljoen doet zich voor bij de tandheelkundige zorg Zvw, de paramedische zorg, de verloskunde en de kraamzorg.

    Tandheelkundige zorg Zvw

    Over 2013 is een onderschrijding te zien van circa € 38 miljoen met structurele doorwerking. De onderschrijding heeft een technische oorzaak; 2012 was het jaar met de vrije prijzen waardoor de uitgaven in dit jaar extra zijn gestegen. In 2013 is de oude systematiek met de maximumprijzen weer van kracht. Ten opzichte van 2011 is er in 2013 een beperkte stijging.

    Paramedische zorg

    Bij de paramedische zorg is voor het jaar 2013 een onderschrijding van circa € 53 miljoen te zien met structurele doorwerking. Deze onderschrijding doet zich in belangrijke mate voor bij de fysiotherapie en de logopedie.

    Bij de fysiotherapie is over 2014 een structurele onderschrijding van circa € 37 miljoen te zien. Het achterblijvende niveau is het gevolg van de doorwerking van de beleidsmaatregelen 2012: het aantal zittingen voor eigen rekening is verhoogd naar 20 en er zijn aandoeningen geschrapt van de chronische lijst. Het Zorginstituut Nederland heeft als mogelijke aanvullende verklaringen aangegeven dat voor de gehele paramedische zorg een scherpere beoordeling van aanvragen geldt en wellicht ook een verminderde vraag als gevolg van verhoogd eigen risico.

    Bij de logopedie is er over 2013 een structurele onderschrijding van € 16 miljoen. Na het kostenonderzoek van de NZa zijn de tarieven, en daarmee ook het beschikbare budget, over 2012–2014 stapsgewijs verhoogd. Een verklaring van de achterblijvende uitgaven kan zijn dat de zorgverzekeraars tegen lagere tarieven contracteren dan de nieuwe maximumtarieven.

    Verloskunde en kraamzorg

    De belangrijkste oorzaak voor de structurele onderschrijdingen bij de verloskunde en kraamzorg van circa € 28 miljoen is het dalende geboortecijfer.

  • Geneesmiddelen (€ 606,6 miljoen)

    Het geneesmiddelenbeleid gaat uit van een eenduidige en consistente visie, die in lijn is met de uitgangspunten en verantwoordelijkheidsverdeling in het zorgstelsel. Door een samenhangend geheel van eerdere maatregelen (waaronder het afsluiten van convenanten met het veld, het geven van bevoegdheid tot het voeren van preferentiebeleid en vrij onderhandelbare tarieven voor apotheekhoudenden), het uit patent lopen van geneesmiddelen en het inkoopbeleid van zorgverzekeraars zijn de zorguitgaven beduidend lager dan geraamd. Voor 2014 zijn de voorlopige uitgaven € 606,6 miljoen lager dan bij ontwerpbegroting 2014 geraamd. Deels komt dat doordat de eerder gerapporteerde onderschrijding uit 2012 structureel is doorgetrokken, waar de VWS-raming rekening hield met enige groei en nominale bijstelling ten opzichte van 2012. Bovendien vielen de uitgaven in 2013 lager uit dan in 2012. Dit kwam omdat de vergoedingen voor geneesmiddelen lager waren door een lagere volumegroei in combinatie met een nog verdere daling van de gemiddelde geneesmiddelenprijzen onder druk van patentverlies en het door zorgverzekeraars gevoerde preferentiebeleid. Daarnaast groeide het aantal uitgiftes minder dan verwacht. De onderschrijding 2013 werkt structureel door.

  • Hulpmiddelen (€ 145 miljoen)

    Voor 2013 is sprake van een onderschrijding die gedeeltelijk doorwerking heeft naar 2014. Hiervoor kan nog geen eenduidige verklaring worden gegeven. De wijziging in de vergoedingssystematiek voor hoorhulpmiddelen heeft geleid tot een piek in het gebruik in het laatste kwartaal van 2012. In 2013 is in het eerste kwartaal een enorme daling zichtbaar, terwijl ook in de twee kwartalen daarna de uitgaven 25% lager zijn dan in 2012. Verder zijn de gevolgen van de overheveling van bruikleenhulpmiddelen vanuit de AWBZ nog niet volledig zichtbaar in de cijfers over 2013, omdat in het eerste halfjaar ook nog ten laste van de AWBZ kon worden gedeclareerd. Daarnaast zet de daling in het gebruik van verbandmiddelen door.

Extra ruimte geneesmiddelen (€ 15,1 miljoen)

Aanvullend op de bijstelling van de geneesmiddelenraming in verband met de actualiseringscijfers over 2013 vindt binnen de raming een bijstelling plaats welke wordt ingezet ter dekking van onder andere de voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg.

Beleidsmatige mutaties

Bevorderen van patiëntenparticipatie

In het akkoord medisch-specialistische zorg 2014 tot en met 2017 is door VWS met de sector afgesproken dat er in deze periode middelen beschikbaar komen voor patiëntenparticipatie. De benodigde € 3 miljoen is onderdeel van de reeks van het bestuurlijk akkoord en vervolgens is dit geld op de begroting van VWS gereserveerd. In de uitwerking is ervoor gekozen de financiering via de premie (verzekeraars) te laten plaatsvinden, zodat een overheveling van de begroting naar het BKZ nodig is.

Experiment topklinische ziekenhuizen

In 2013 is voor de periode 2014–2017 financiering beschikbaar gesteld voor een experiment waarmee een combinatie van zeer specialistische zorg en onderzoek in een aantal (topklinische) ziekenhuizen gefinancierd kan worden. Het gaat hier om ziekenhuizen die geen aanspraak kunnen maken op de beschikbaarheidbijdrage academische zorg. In de begroting 2013 zijn hiervoor middelen gereserveerd binnen de premiegelden. In de uitvoering is ervoor gekozen de bekostiging via de begroting te laten lopen zodat een ijklijnmutatie nodig is.

Aanpassen kasritme opleidingen

In het najaar van 2013 is met veldpartijen een aantal afspraken gemaakt over de invulling van de taakstelling op de duur van de opleiding tot medisch specialist. Deze mutatie betreft een wijziging van het kasritme voor de middelen die beschikbaar zijn gesteld om het sneller doorlopen van de opleiding mogelijk te kunnen gaan maken opdat de taakstelling ook daadwerkelijk gerealiseerd kan worden.

TBC-zorg

Het Zorginstituut Nederland heeft TBC- en andere infectieziektezorg geduid als Zvw-zorg met als reden dat het individuele zorg betreft. Om in de praktijk mogelijk te maken dat de GGD-en deze zorg kunnen declareren heeft de NZa een beleidsregel opgesteld die per 1 juli 2013 in werking is getreden. Daartoe is structureel € 2,2 miljoen aan het BKZ toegevoegd.

Voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg (intramuraal)

Zoals aangegeven in het regeerakkoord wordt het instrument voorwaardelijke toelating ingezet. Daarmee wordt bewerkstelligd dat een (beperkt) aantal potentieel waardevolle interventies, waarvan de effectiviteit nog niet vaststaat, via voorwaardelijke toelating de patiënt bereikt. Dekking hiervoor is beschikbaar vanuit de ramingsbijstelling geneesmiddelen. Voor de zomer van 2014 zal de Tweede Kamer hierover nader worden geïnformeerd.

Overig

Deze post is het saldo van verschillende beleidsmatige mutaties.

Technische en macro-economische mutaties

Macro-bijstellingen

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2014) van het Centraal Planbureau (CPB).

3.3. Verticale ontwikkeling van de AWBZ-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 5 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 de verticale ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten van de AWBZ zien. Voor verdere toelichting wordt verwezen naar de verdiepingsparagraaf 5.2.

Tabel 5 Verticale ontwikkeling van de AWBZ-uitgaven en -ontvangsten 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Bruto-AWBZ-uitgaven ontwerpbegroting 2014

28.116,7

Mee- en tegenvallers

 

Actualisering zorguitgaven (zie tabel 5A)

100,6

   

Beleidsmatige mutaties

 

pgb-trekkingsrechten

– 12,8

   

Technische en macro-economische mutaties

 

Macro-bijstellingen

– 12,3

   

Totaal mutaties

75,5

   

Bruto-AWBZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

28.192,2

   

AWBZ-ontvangsten ontwerpbegroting 2014

1.943,5

Mee-en tegenvallers

 

Actualisering zorgontvangsten

41,5

   

Totaal mutaties

41,5

   

AWBZ-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2014

1.985,0

   

Netto-AWBZ-uitgaven ontwerpbegroting 2014

26.173,2

Mutatie in de netto-AWBZ-uitgaven

34,0

Netto-AWBZ-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

26.207,2

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

Uitgaven

Mee- en tegenvallers

Actualisering AWBZ-uitgaven

Tabel 5A Actualisering AWBZ-uitgaven (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Zorg in natura

54,6

Mee-instellingen

– 2,6

Overige

48,6

Totaal

100,6

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

Op basis van gegevens van de NZa en het Zorginstituut Nederland zijn de uitgaven van deze deelsectoren geactualiseerd. Uit deze actualisering volgt per saldo een overschrijding van circa € 101 miljoen. De belangrijkste mutatie heeft betrekking op de zorg in natura. Deze wordt hieronder nader toegelicht. In de verdiepingsbijlage worden de overige sectoren verder toegelicht.

Zorg in natura door AWBZ-instellingen

De tegenvaller van € 55 miljoen op de zorg in natura wordt vooral verklaard door een tegenvaller op de kapitaallasten. Op de productie is per saldo sprake van een meevaller.

Beleidsmatige mutaties

Pgb-trekkingsrechten

De overboeking is bedoeld voor de initiële aanloop- en uitvoeringskosten van de SVB voor de trekkingrechten van het pgb. De bedoeling is om de structurele uitvoeringskosten vanaf 2015 te financieren uit het beschikbare beheerskosten-budget binnen het BKZ.

Technische en macro-economische mutaties

Macro-bijstellingen

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2014) van het Centraal Planbureau (CPB).

Ontvangsten

Actualisering zorgontvangsten

Op basis van jaarcijfers van het Zorginstituut Nederland doet zich in 2014 een structurele ontvangstenmeevaller voor bij de eigen bijdragen AWBZ.

3.4. Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven en -ontvangsten

Tabel 6 laat vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 de verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven en -ontvangsten zien.

Tabel 6 Verticale ontwikkeling van de begrotingsgefinancierde-uitgaven en -ontvangsten 2014 (bedragen x € 1 miljoen)
 

2014

Bruto-begrotingsgefinancierde-uitgaven ontwerpbegroting 2014

2.221,5

Mee- en tegenvallers

 

Wtcg

65,7

   

Beleidsmatige mutaties

 

Overige

5,8

 

Technische en macro-economische mutaties

 

Macro-bijstellingen

– 9,2

   

Totaal mutaties

62,2

   

Bruto-begrotingsgefinancierde-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

2.283,7

   

Begrotingsgefinancierde-ontvangsten ontwerpbegroting 2014

0,0

   

Totaal mutaties

0,0

   

Begrotingsgefinancierde-ontvangsten stand 1e suppletoire begroting 2014

0,0

   

Netto-begrotingsgefinancierde-uitgaven ontwerpbegroting 2014

2.221,5

Mutatie in de netto-begrotingsgefinancierde-uitgaven

62,2

Netto-begrotingsgefinancierde-uitgaven stand 1e suppletoire begroting 2014

2.283,7

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

De netto-begrotingsgefinancierde uitgaven nemen ten opzichte van ontwerpbegroting 2014 toe met circa € 62 miljoen.

Uitgaven

Mee- en tegenvallers

Wtcg

De voor december 2013 voorziene uitbetaling van tegemoetkomingen Wtcg is deels over de jaargrens heengegaan als gevolg van het inkomensafhankelijk maken van de Wtcg.

Beleidsmatige mutaties

Overige

Deze post is het saldo van verschillende beleidsmatige mutaties.

Technische en macro-economische mutaties

Macro-bijstellingen

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de meest recente macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2014) van het Centraal Planbureau (CPB).

4. Mutaties per sector

Tabel 7 geeft de mutaties vanaf de stand ontwerpbegroting 2014 tot aan de 1e suppletoire begroting 2014 op sector niveau weer. De mutaties van de Zvw en AWBZ over 2014 worden in de verdiepingsparagraaf 5 verder toegelicht.

Tabel 7 BKZ-uitgaven en -ontvangsten per sector 2014 (bedragen x € 1 miljoen)1
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1 e suppletoire begroting

Stand 1e begroting

Mutaties

Mutaties

Mutaties

Mutaties

 

2014

2014

2.014

2015

2016

2017

2018

Zorgverzekeringswet (Zvw)

             

Eerstelijnszorg

4.521,5

– 118,8

4.402,7

– 118,8

– 118,8

– 118,8

– 118,8

Medisch-specialistische zorg

22.487,6

9,6

22.497,2

9,7

9,8

9,8

9,8

Ziekenvervoer

638,6

– 11,8

626,8

– 11,8

– 11,8

– 11,8

– 11,8

Geneesmiddelen

5.088,2

– 626,0

4.462,2

– 729,3

– 682,0

– 696,0

– 698,1

Hulpmiddelen

1.722,7

– 145,0

1.577,7

– 118,6

– 47,0

0,0

0,0

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

4.334,0

0,0

4.334,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Opleidingen

1.189,8

– 2,4

1.187,4

0,7

1,7

0,0

0,0

Overige2

1.203,5

0,0

1.203,5

0,0

0,0

0,0

0,0

Nominaal en onverdeeld

1.371,0

– 199,0

1.171,9

– 347,7

– 480,7

– 600,9

– 612,6

Bruto-Zvw-uitgaven

42.556,7

– 1.093,5

41.463,3

– 1.315,8

– 1.328,8

– 1.417,7

– 1.431,5

Eigen risico Zvw

3.098,1

0,0

3.098,1

0,0

0,0

0,0

0,0

Eigen bijdrage Zvw

27,0

0,0

27,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Zvw-ontvangsten

3.125,1

0,0

3.125,1

0,0

0,0

0,0

0,0

Netto-Zvw-uitgaven

39.431,7

– 1.093,5

38.338,2

– 1.315,8

– 1.328,8

– 1.417,7

– 1.431,5

               

Algemene Wet Bijzonder Ziektekosten (AWBZ)

             

Volksgezondheid

137,9

0,0

137,9

0,0

0,0

0,0

0,0

Zorg in natura

23.705,1

489,2

24.194,3

400,4

366,7

356,7

356,7

Persoonsgebonden budgetten

2.417,6

– 65,0

2.352,6

0,0

0,0

0,0

0,0

Mee-instellingen

178,6

– 2,6

176,0

– 25,0

– 25,0

– 25,0

– 25,0

Opleidingen

26,4

0,0

26,4

0,0

0,0

0,0

0,0

Overige3

275,5

– 8,1

267,3

4,7

4,7

4,7

4,7

Nominaal en onverdeeld

1.375,8

– 338,0

1.037,8

– 511,8

– 522,6

– 544,8

– 553,1

Bruto-AWBZ-uitgaven

28.116,7

75,5

28.192,2

– 131,7

– 176,2

– 208,4

– 216,7

Eigen betalingen AWBZ

1.943,5

41,5

1.985,0

41,5

41,5

41,5

41,5

AWBZ-ontvangsten

1.943,5

41,5

1.985,0

41,5

41,5

41,5

41,5

Netto-AWBZ-uitgaven

26.173,2

34,0

26.207,2

– 173,2

– 217,7

– 249,9

– 258,2

               

Begrotingsgefinancierd

             

Wmo (Gemeentefonds)

1.659,6

6,3

1.665,9

– 435,1

– 434,3

– 432,3

– 432,4

Zorgopleidingen (begroting VWS)

111,8

– 0,5

111,3

– 0,7

– 0,7

– 0,7

– 0,8

Wtcg (begroting VWS)

354,9

65,7

420,7

0,0

0,0

0,0

0,0

Zorg Caribisch Nederland (begroting VWS)

84,2

– 0,1

84,1

0,0

0,0

0,0

0,0

Loon- en prijsbijstelling (begroting VWS en Financiën)

11,0

– 9,2

1,8

– 30,8

– 44,3

– 57,2

– 25,5

Bruto-begrotingsgefinancierde-uitgaven

2.221,5

62,2

2.283,8

– 466,6

– 479,3

– 490,3

– 458,7

Terugontvangsten opleidingsfonds

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Begrotingsgefinancierde-ontvangsten

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

0,0

Netto-begrotingsgefinancierde-uitgaven

2.221,5

62,2

2.283,8

– 466,6

– 479,3

– 490,3

– 458,7

               

Totaal Bruto-BKZ-uitgaven

72.895,0

– 955,7

71.939,3

– 1.914,0

– 1.984,3

– 2.116,4

– 2.106,9

Totaal BKZ-ontvangsten

5.068,6

41,5

5.110,1

41,5

41,5

41,5

41,5

Totaal netto-BKZ-uitgaven

67.826,4

– 997,2

66.829,2

– 1.955,5

– 2.025,8

– 2.157,9

– 2.148,4

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens Zorginstituut Nederland over (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

X Noot
1

Door afronding kan de som der delen afwijken van het totaal

X Noot
2

Bij de Zvw zijn onder de post overige opgenomen de deelsectoren; grensoverschrijdende zorg en multidisciplinaire zorgverlening

X Noot
3

Bij de AWBZ zijn onder de post overige opgenomen de deelsectoren; beheerskosten/diversen AWBZ, tandheelkundige zorg AWBZ, Medisch specialistische zorg AWBZ en overige curatieve zorg AWBZ langdurige zorg onverdeeld.

De mutaties in de jaren 2015 tot en met 2018 hangen vooral samen met de verwerking van actualiseringcijfers. De oplopende reeks onder nominaal en onverdeeld bij de Zvw en AWBZ betreffen voornamelijk mutaties van de raming van de loon- en prijsbijstelling. De reeks bij de Wmo betreft voornamelijk mutaties van de gereserveerde middelen op de aanvullende post bij Financiën.

5. Verdieping in de BKZ-sectoren

In deze verdiepingsparagraaf wordt een overzicht gegeven van de ontwikkelingen van de uitgaven onder het BKZ. Deze verdiepingsparagraaf is opgedeeld in de Zorgverzekeringswet (Zvw) en de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ). De mutaties zijn per deelsector toegelicht. Dit geeft een overzichtelijker en gedetailleerder beeld van de budgettaire ontwikkelingen binnen de afzonderlijke onderdelen van de zorg. De mutaties zijn weergegeven ten opzichte van de ontwerpbegroting 2014. De toelichtingen zijn onderverdeeld in verschillende categorieën: nominaal, mee- en tegenvallers, intensiveringen, maatregelen en technisch.

Onder de nominale bijstelling wordt de loon- en prijsbijstelling verantwoord. De vergoeding voor de loon- en prijsontwikkeling wordt voor alle zorgsectoren in eerste instantie gereserveerd op de deelsectoren nominaal en onverdeeld. Daar staat de raming voor de jaren 2014 tot en met 2018. De tranche 2014 is nog niet toegedeeld aan de sectoren.

De mee- en tegenvallers bevat onder meer de actualisering van de zorguitgaven op basis van de meest recente cijfers van de NZa en het Zorginstituut Nederland. Intensiveringen en maatregelen betreffen de mutaties die het gevolg zijn van politieke prioriteitstelling.

De technische mutaties betreffen voornamelijk herschikkingen en financieringsmutaties. Herschikkingen betreffen budgetneutrale verschuivingen tussen verschillende deelsectoren. Bij financieringsmutaties is sprake van een zeker tijdsverloop tussen het moment waarop de NZa de productieafspraken van partijen ontvangt en de verwerking daarvan in de budgetten en de bevoorschotting/declaraties van de instellingen. Als gevolg daarvan is het gebruikelijk dat de financiering binnen een jaargrens afwijkt van de uitgaven (budgetten) in dat jaar. Zo ontstaan zogeheten financieringsachterstanden of -voorsprongen. Deze verschillen worden in het daaropvolgende jaar verrekend. Tussen de jaren doen zich daardoor incidentele financieringsschuiven voor. Meerjarig gezien volgt de financiering echter altijd de uitgaven.

5.1. Zorgverzekeringswet (Zvw)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de Zvw. In de onderstaande tabellen wordt het totaal van de mutaties tussen de ontwerpbegroting 2014 en de 1e suppletoire begroting 2014 voor de Zvw per deelsector weergegeven en toegelicht.

Eerstelijnszorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Huisartsenzorg

2.528,1

0,0

2.528,1

Tandheelkundige zorg Zvw

750,9

– 38,1

712,8

Paramedische zorg

679,9

– 53,2

626,7

Verloskundige zorg

212,0

– 8,3

203,7

Kraamzorg

303,8

– 19,2

284,6

Dieetadvisering

46,9

0,0

46,9

Totaal

4.521,5

– 118,8

4.402,7

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Tandheelkundige zorg Zvw – 38,1

Over 2013 is een onderschrijding te zien van circa € 38 miljoen met structurele doorwerking. De onderschrijding heeft een technische oorzaak; 2012 was het jaar met de vrije prijzen waardoor de uitgaven in dit jaar extra zijn gestegen. In 2013 is de oude systematiek met de maximumprijzen weer van kracht. Ten opzichte van 2011 is er in 2013 een beperkte stijging.

Paramedische zorg – 53,2

Bij de fysiotherapie is over 2013 een onderschrijding van € 36,9 miljoen te zien met structurele doorwerking. Het vermoeden is dat het achterblijvende niveau het gevolg is van de doorwerking van de beleidsmaatregelen 2012: het aantal zittingen voor eigen rekening is verhoogd naar 20 en er zijn aandoeningen geschrapt van de chronische lijst. Het Zorginstituut Nederland heeft als mogelijke aanvullende verklaringen aangegeven dat voor de gehele paramedische zorg een scherpere beoordeling van aanvragen geldt en wellicht ook een verminderde vraag als gevolg van verhoogd eigen risico.

Bij de logopedie is er over 2014 een structurele onderschrijding van € 15,6 miljoen. Na het kostenonderzoek van de NZa zijn de tarieven, en daarmee ook het beschikbare budget, over 2012–2014 stapsgewijs per jaar verhoogd. Een verklaring van de achterblijvende uitgaven kan zijn dat de zorgverzekeraars lagere tarieven contracteren dan de nieuwe maximumtarieven.

Bij de ergotherapie is er een structurele overschrijding over 2014 van € 1,2 miljoen. De uitgaven passen in de stijgende trend van de uitgaven in de afgelopen jaren.

Bij de oefentherapie is er over 2014 een structurele onderschrijding van € 1,9 miljoen. Dit beeld past bij de onderschrijding bij fysiotherapie.

Verloskunde en kraamzorg – 27,5

Over 2014 is er bij de verloskundige zorg een structurele onderschrijding van € 8,3 miljoen en bij kraamzorg een structurele onderschrijding van € 19,2 miljoen. De belangrijkste oorzaak van deze onderschrijdingen zijn de dalende geboortecijfers.

Medisch-specialistische zorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Instellingen voor medisch-specialistische zorg

18.269,2

7,3

18.276,5

Vrijgevestigde medisch specialisten

2.172,8

0,0

2.172,8

beschikbaarheidbijdrage overig medisch-specialische zorg

73,1

0,0

73,1

beschikbaarheidbijdrage kapitaallasten academische zorg

43,5

0,0

43,5

beschikbaarheidbijdrage academische zorg

693,2

0,0

693,2

Geriatrische revalidatiezorg

802,6

0,0

802,6

Overig curatieve zorg

347,4

4,2

351,6

Mondziekten en kaakchirurgie

85,8

– 1,9

83,9

Totaal

22.487,6

9,6

22.497,2

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Mondziekten en kaakchirurgie – 1,9

Overig curatieve zorg 2,0

Intensiveringen

Instellingen voor medisch-specialistische zorg

Bevorderen van patiëntenparticipatie 3,0

In het akkoord medisch-specialistische zorg 2014 tot en met 2017 is door VWS met de sector afgesproken dat er in deze periode middelen beschikbaar komen voor patiëntenparticipatie. De benodigde € 3 miljoen is onderdeel van de reeks van het bestuurlijk akkoord en vervolgens is dit geld op de begroting van VWS gereserveerd. In de uitwerking is ervoor gekozen de financiering via de premie (verzekeraars) te laten plaatsvinden, zodat een ijklijnmutatie nodig is.

Overig curatieve zorg

TBC-zorg en andere infectieziekten 2,2

Het CVZ heeft TBC- en andere infectieziektezorg geduid als Zvw-zorg met als reden dat het individuele zorg betreft. Om in de praktijk mogelijk te maken dat de GGD-en deze zorg kunnen declareren heeft de NZa een beleidsregel opgesteld die per 1 juli 2013 in werking is getreden en dient er extra financiële ruimte te komen in het BKZ. Sinds 2006 werd de dekking voor GGD-en voor het leveren van infectiezorg uit het Gemeentefonds betaald. Dekking hiervoor uit het gemeentefonds is niet haalbaar gebleken; voor 2006 betrof dit een onderdeel van het ziekenfonds en er zijn na 2006 hiervoor geen gelden overgeboekt naar het Gemeentefonds.

Technische en macro-economische mutaties

Instellingen voor medisch-specialistische zorg

Overheveling fertiliteitshormonen 4,3

Met ingang van 1 januari 2014 zijn de fertiliteitshormonen integraal en exclusief onder de bekostiging van instellingen voor medisch-specialistische zorg gebracht. Deze specialistische geneesmiddelen vallen voortaan uitsluitend onder de Zvw-aanspraak geneeskundige zorg en niet langer onder de aanspraak farmaceutische zorg. Kort gezegd beoogt de overheveling te komen tot een eenduidige aanspraak op zorg met deze specialistische geneesmiddelen. Met deze mutatie worden extra middelen aan het kader «Instellingen voor medisch-specialistische zorg» toebedeeld, omdat er een extra geneesmiddel (Triptoreline) is overgeheveld.

Ziekenvervoer (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Ambulancevervoer

499,6

0,0

499,6

Overige ziekenvervoer

139,0

– 11,8

127,2

Totaal

638,6

– 11,8

626,8

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Overige ziekenvervoer – 11,8

Bij het overig ziekenvervoer is sprake van een relatief forse structurele onderschrijding. Rekening houdend met deze bijstelling blijft de meerjarige ontwikkeling van de uitgaven over de jaren redelijk stabiel.

Genees- en hulpmiddelen (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Geneesmiddelen

5.088,2

– 626,0

4.462,2

Hulpmiddelen

1.722,7

– 145,0

1.577,7

Totaal

6.810,9

– 771,0

6.039,9

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Geneesmiddelen – 606,6

Het geneesmiddelenbeleid gaat uit van een eenduidige en consistente visie, die in lijn is met de uitgangspunten en verantwoordelijkheidsverdeling in het zorgstelsel. Door een samenhangend geheel van eerdere maatregelen (waaronder het afsluiten van convenanten met het veld, het geven van bevoegdheid tot het voeren van preferentiebeleid en vrij onderhandelbare tarieven voor apotheekhoudenden), het uit patent lopen van geneesmiddelen en het inkoopbeleid van zorgverzekeraars zijn de zorguitgaven beduidend lager dan geraamd. Voor 2013 zijn de voorlopige uitgaven € 606,6 miljoen lager dan bij tweede suppletoire begroting geraamd. Deels komt dat doordat de eerder gerapporteerde onderschrijding uit 2012 weliswaar structureel is doorgetrokken, echter de VWS-raming hield wel rekening met enige groei en nominale bijstelling ten opzichte van 2012. Bovendien vielen de uitgaven in 2013 lager uit dan in 2012. Dit kwam omdat de vergoedingen voor geneesmiddelen lager waren door een lagere volumegroei in combinatie met een nog verdere daling van de gemiddelde geneesmiddelenprijzen onder druk van patentverlies en het door zorgverzekeraars gevoerde preferentiebeleid. Daarnaast groeide het aantal uitgiftes minder dan verwacht. De onderschrijding 2013 werkt structureel door.

Hulpmiddelen – 145,0

Voor 2013 is sprake van een onderschrijding die gedeeltelijk doorwerking heeft naar 2014. Hiervoor kan nog geen eenduidige verklaring worden gegeven. De wijziging in de vergoedingssystematiek voor hoorhulpmiddelen heeft geleid tot een piek in het gebruik in het laatste kwartaal van 2012. In 2013 is in het eerste kwartaal een enorme daling zichtbaar, terwijl ook in de twee kwartalen daarna de uitgaven 25% lager zijn dan in 2012. Verder zijn de gevolgen van de overheveling van bruikleenhulpmiddelen vanuit de AWBZ nog niet volledig zichtbaar in de cijfers over 2013, omdat in het eerste halfjaar ook nog ten laste van de AWBZ kon worden gedeclareerd. Daarnaast zet de daling in het gebruik van verbandmiddelen door.

Extra ruimte geneesmiddelen – 15,1

Aanvullend op de bijstelling van de geneesmiddelenraming in verband met de actualiseringscijfers over 2013 vindt binnen de raming een ramingsbijstelling plaats welke wordt ingezet ter dekking van onder andere de voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg.

Technische en macro-economische mutaties

Overheveling fertiliteitshormonen – 4,3

Met ingang van 1 januari 2014 zijn de fertiliteitshormonen integraal en exclusief onder de bekostiging van instellingen voor medisch-specialistische zorg gebracht. Deze specialistische geneesmiddelen vallen voortaan uitsluitend onder de Zvw-aanspraak geneeskundige zorg en niet langer onder de aanspraak farmaceutische zorg. Kort gezegd beoogt de overheveling te komen tot een eenduidige aanspraak op zorg met deze specialistische geneesmiddelen. Met deze mutatie worden extra middelen aan het kader «Instellingen voor medisch-specialistische zorg» toebedeeld, omdat er een extra geneesmiddel (Triptoreline) is overgeheveld.

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

4.334,0

0,0

4.334,0

Totaal

4.334,0

0,0

4.334,0

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

N.v.t.

Opleidingen (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Opleidingen

1.189,8

– 2,4

1.187,4

Totaal

1.189,8

– 2,4

1.187,4

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Technische en macro-economische mutaties

Gewijzigd kasritme – 2,4

In het najaar van 2013 is met veldpartijen een aantal afspraken gemaakt over de invulling van de taakstelling op de duur van de opleiding tot medisch specialist. Deze mutatie betreft een wijziging van het kasritme voor de middelen die beschikbaar zijn gesteld om het sneller doorlopen van de opleiding mogelijk te kunnen gaan maken opdat de taakstelling ook daadwerkelijk gerealiseerd kan worden.

Overige Zvw (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Grensoverschrijdende zorg (buitenland in mpb)

784,8

0,0

784,8

Multidisciplinaire zorgverlening

418,7

0,0

418,7

Totaal

1.203,5

0,0

1.203,5

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

N.v.t.

Nominaal en onverdeeld Zvw (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Nominaal en onverdeeld Zvw

1.371,0

– 199,0

1.171,9

Totaal

1.371,0

– 199,0

1.171,9

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Ramingsbijstelling 10,0

Op deze sector vindt een ramingsbijstelling plaats die onder andere het gevolg is van de overheveling van de gereserveerde middelen voor het experiment topklinische ziekenhuizen van de premie naar de begrotingsgefinancierde uitgaven.

Intensiveringen

Voorwaardelijke toelating geneeskundige zorg (intramuraal) 12,5

Zoals aangegeven in het regeerakkoord wordt het instrument voorwaardelijke toelating ingezet. Daarmee wordt bewerkstelligd dat een (beperkt) aantal potentieel waardevolle interventies, waarvan de effectiviteit nog niet vaststaat, via voorwaardelijke toelating de patiënt bereikt. Dekking hiervoor is beschikbaar vanuit de ramingsbijstelling geneesmiddelen. Voor de zomer van 2014 zal de Tweede Kamer hierover nader worden geïnformeerd.

Technische en macro-economische mutaties

Macro bijstellingen – 221,5

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2014) van het Centraal Planbureau (CPB).

Zvw-ontvangsten (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Eigen risico Zvw

3.098,1

0,0

3.098,1

Eigen bijdrage Zvw

27,0

0,0

27,0

Totaal

3.125,1

0,0

3.125,1

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

N.v.t.

5.2. Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)

In deze paragraaf wordt ingegaan op de financiële ontwikkelingen binnen de AWBZ. In de onderstaande tabellen wordt het totaal van de mutaties tussen de ontwerpbegroting 2014 en de 1e suppletoire begroting 2014 voor de AWBZ per deelsector weergegeven en toegelicht.

Volksgezondheid (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Preventieve zorg (Rijksvaccinatieprogramma)

137,9

0,0

137,9

Totaal

137,9

0,0

137,9

Toelichting uitgaven-mutaties 1esuppletoire begroting

N.v.t.

Zorg in natura (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Intramurale ggz

1.568,6

15,6

1.584,2

Intramurale ghz

5.275,6

51,0

5.326,6

Intramurale v&v

8.407,1

124,2

8.531,3

Extramurale zorg

4.131,7

126,8

4.258,5

Dagbesteding en vervoer

1.101,7

21,6

1.123,3

Kapitaallasten

1.949,7

135,7

2.085,4

Overige zorg in natura

1.270,6

14,3

1.284,9

Totaal

23.705,1

489,2

24.194,3

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

De mutatie van € 399 miljoen op de zorg in natura betreft de bijstelling van de uitgaven aan onderstaande sectoren exclusief de mutatie op de groei en maatregelen van € 301 miljoen (zie de post nominaal en onverdeeld).

Intramurale ggz 15,6 «

Intramurale ghz 51,0

Intramurale v&v 124,2

Extramurale zorg 36,8

Dagbesteding en vervoer 21,6

Kapitaallasten 135,7

Overige zorg in natura 14,3

Maatregelen

Verdeling onverdeelde maatregel pgb naar ZIN 90,0

In de aanwijzing contracteerruimte 2014 staat dat er € 90 miljoen vanwege extra instroom en doorstroom bij de zorg in natura terecht komt als gevolg van wijzigingen in de toegang tot het persoonsgebonden budget. Deze middelen zijn toegedeeld aan de sector en slaan neer bij extramurale zorg.

Persoonsgebonden budgetten (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Persoonsgebonden budgetten

2.417,6

– 65,0

2.352,6

Totaal

2.417,6

– 65,0

2.352,6

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Maatregelen

Tariefskorting – 65,0

Dit betreft het verwerken van het pgb-deel van de taakstelling uit de ontwerpbegroting 2014.

Mee-instellingen (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Mee-instellingen

178,6

– 2,6

176,0

Totaal

178,6

– 2,6

176,0

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Mee-instellingen – 2,6

Opleidingen (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Opleidingen

26,4

0,0

26,4

Totaal

26,4

0,0

26,4

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

N.v.t.

Overige AWBZ (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Beheerskosten/ diversen AWBZ

231,4

– 12,8

218,6

Tandheelkundige zorg AWBZ

18,9

4,7

23,6

Medisch-specialistische zorg AWBZ

25,1

0,0

25,1

Totaal

275,5

– 8,1

267,3

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Tandheelkundige zorg AWBZ 4,6

De tegenvaller op de uitgaven tandheelkundige zorg AWBZ wordt veroorzaakt door een stijging van het aantal behandelingen. Daarnaast zijn de gemiddelde tarieven voor tandheelkundige zorg AWBZ gestegen.

Intensiveringen

Groeiruimte tandheelkundige zorg (AWBZ) 0,1

Deze mutatie betreft de toedeling van de groeiruimte tranche 2013.

Beheerskosten Pgb-trekkingsrechten – 12,8

De overboeking is bedoeld voor de initiële aanloop- en uitvoeringskosten van de SVB voor de trekkingrechten van het pgb. De bedoeling is om de structurele uitvoeringskosten vanaf 2015 te financieren uit het beschikbare beheerskosten budget binnen het BKZ.

Nominaal en onverdeeld AWBZ (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Nominaal en onverdeeld AWBZ

1.375,8

– 338,0

1.037,8

Totaal

1.375,8

– 338,0

1.037,8

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Groeiruimte en maatregelen – 300,6

Deze mutatie betreft de toedeling van de tranche 2013 van de groei en maatregelen aan de sectoren behorende tot de zorg in natura.

Maatregelen

Verdeling onverdeelde maatregel pgb naar ZIN – 90,0

In de aanwijzing contracteerruimte 2014 staat dat er € 90 miljoen vanwege extra instroom en doorstroom bij de zorg in natura terecht komt als gevolg van wijzigingen in de toegang tot het persoonsgebonden budget. Deze middelen zijn toegedeeld aan de sector en slaan neer bij extramurale zorg.

Tariefskorting 65,0

Dit betreft het verwerken van het pgb-deel van de taakstelling uit de ontwerpbegroting 2014.

Uitdelen groeiruimte tandheelkundige zorg AWBZ – 0,1

Deze mutatie betreft de toedeling van de groeiruimte tranche 2013.

Technische en macro-economische mutaties

Macro bijstellingen – 12,3

De raming van de loon- en prijsbijstelling is aangepast op basis van de macro-economische inzichten in het Centraal Economisch Plan (CEP 2014) van het Centraal Planbureau (CPB).

AWBZ ontvangsten (bedragen x € 1 miljoen)
 

Stand ontwerpbegroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

 

2014

2014

2014

Eigen betalingen AWBZ

1.943,5

41,5

1.985,0

Totaal

1.943,5

41,5

1.985,0

Toelichting uitgaven-mutaties 1e suppletoire begroting

Mee- en tegenvallers

Actualisering zorguitgaven

Eigen bijdrage AWBZ 41,5

De eigen bijdragen komen € 41,5 miljoen hoger uit dan geraamd. De stijging kan worden verklaard door een stijging van de eigen bijdrage bij zorg zonder verblijf en een hogere opbrengst door de vermogensinkomensbijstelling.

Naar boven