33 750 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2014

Nr. 48 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 maart 2014

De vaste commissie voor Defensie heeft mij 6 februari jl. schriftelijk verzocht om alle doorlopende toezeggingen op te nemen in een nieuwe versie van het overzicht van periodieke rapportages en verslagen (Kamerstuk 32 733, nr. 140 van 6 september 2013). U treft het bijgewerkte overzicht hierbij aan. De doorlopende toezeggingen zijn daarin als voetnoot bij de desbestreffende rapportages vermeld.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert

Overzicht van periodieke rapportages en verslagen Defensie

Algemeen

Als uitgangspunt geldt dat Defensie rapportages en verslagen zoveel mogelijk verstuurt op twee momenten: Prinsjesdag in september en Verantwoordingsdag in mei. Verder informeert de Minister de Kamer op de afgesproken rapportagemomenten, tenzij er ontwikkelingen zijn die aanleiding geven om de Kamer tussentijds te informeren. Informatie wordt openbaar verstrekt, tenzij er belangrijke redenen zijn om dit niet te doen, onder meer als operationele veiligheid of commerciële belangen in het geding zijn.

Begroting

In de begroting gaat Defensie in op de volgende specifieke onderwerpen:

  • de nationale inzet;

  • de Defensie Industrie Strategie1;

  • het verloop van de investeringsquote (met behulp van een grafiek);

  • het voorgenomen personeelsbeleid en de hierbij in te zetten middelen2;

  • de ontwikkeling van de personeelsformatie van de baten-lastenagentschappen van Defensie3.

Jaarverslag

In het jaarverslag gaat Defensie in op de volgende specifieke onderwerpen:

  • de bij de begroting genoemde specifieke onderwerpen;

  • de mate waarin Defensie heeft voldaan aan de inzetbaarheidsdoelstellingen;

  • het beheer;

  • de onderuitputting voor personeel, indien deze aan de orde is;

  • de voortgang van de maatregelen uit de beleidsbrief 2011;

  • integriteit;

  • de afhandeling van ontvangen burgerbrieven.

Verslagen en nota’s bij Verantwoordingsdag

In mei ontvangt de Kamer naast het jaarverslag Defensie diverse verslagen en nota’s:

  • het jaarverslag van de Inspecteur-generaal der Krijgsmacht, waarbij in de begeleidende brief ook wordt ingegaan op de adviezen die niet worden overgenomen4;

  • het jaarverslag van de Inspecteur Militaire Gezondheidszorg;

  • het jaarverslag van de Kustwacht Caribisch gebied;

  • de tussentijdse evaluatie van kleine missies, waarin vanaf 2013 ook gerapporteerd wordt over de inzet van Vessel Protection Detachments (VPD’s);

  • de Veteranennota over het veteranenbeleid, waarin onder andere aandacht wordt gegeven aan nazorg, veteranen uit Afghanistan en de rapporten van de Raad voor Zorg en Onderzoek5.

Jaarverslag MIVD

Het jaarverslag van de MIVD moet wettelijk uiterlijk 1 mei aan de Kamer zijn aangeboden. Het bevat ook een beoordeling van de samenwerking met de AIVD in het afgelopen jaar6.

Rapportage voortgang maatregelen beleidsbrief 2011

Ieder half jaar wordt gerapporteerd over de voortgang van de maatregelen uit de beleidsbrief 2011: in het voorjaar als onderdeel van het jaarverslag en in het najaar in een separate brief bij de begroting7. De voortgang van de hiermee samenhangende reorganisaties komt aan bod in de personeelsrapportages. Over de uitvoering van het bijbehorende Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie, inclusief de besparingen die daarmee zijn behaald, wordt halfjaarlijks per separate brief gerapporteerd8.

Personeel

In het voor- en najaar ontvangt de Kamer de Personeelsrapportage met de concrete personeelscijfers9. In deze rapportage wordt opgenomen hoeveel mensen bij de verschillende defensieonderdelen werken. Ook wordt ingegaan op werving en behoud, in- en uitstroom, vulling, numerus fixus, topfunctionarissen, de voortgang van reorganisaties en het reservistenbeleid10.

Inzetbaarheidsdoelstellingen

Ieder half jaar wordt gerapporteerd over de mate waarin Defensie kan voldoen aan de inzetbaarheidsdoelstellingen: in het voorjaar als onderdeel van het jaarverslag en in het najaar in een separate brief bij de begroting11.

Beheer

Naast de reguliere rapportage over het beheer in het jaarverslag, wordt elk najaar in een separate brief bij de begroting gerapporteerd over de voortgang bij het verbeterprogramma voor het beheer bij Defensie.

Defensie Materieel Proces

Als bijlage bij de begroting wordt het Materieel Projecten Overzicht (MPO) naar de Kamer gestuurd. Hierin worden strategische en politiek gevoelige materieelprojecten boven de € 25 miljoen beschreven. Het MPO bevat ook informatie over de afstoting van overtollige wapens en wapensystemen. Middelen voor ICT, reguliere bedrijfsvoering en infrastructuur worden niet tot strategisch materieel gerekend; daarover wordt de Kamer geïnformeerd met de begroting.

De Kamer ontvangt voor materieelprojecten brieven over de behoeftestelling (A-fase), de voorstudie (B-fase), de studie (C-fase), en de verwervingsvoorbereiding (D-fase) van projecten. Voor DMP-projecten met een financiële omvang van € 250 miljoen of meer volgt een evaluatiebrief (E-fase). Als er belangrijke tussentijdse ontwikkelingen zijn, zoals wijzigingen van de behoeftestelling of overschrijdingen boven de € 25 miljoen, informeert Defensie de Kamer hierover. DMP-projecten met een omvang tot € 100 miljoen kunnen na de A-fase gemandateerd worden uitgevoerd. Bij ICT- en vastgoedprojecten ontvangt de Kamer de A-brief met de behoeftestelling.

Grote materieelprojecten

Over materieelprojecten die door Kamer als grote projecten zijn aangemerkt, wordt periodiek apart gerapporteerd:

  • NH-90: elk najaar ontvangt de Kamer de voortgangsrapportage NH-90;

  • Pantservoertuigen: jaarlijks ontvangt de Kamer omstreeks 1 april een rapportage over de CV-90 en de Boxer;

  • Vervanging F-16: jaarlijks ontvangt de Kamer in de eerste week van juni een rapportage over het project Vervanging F-16. Deze datum is gekozen zodat de rapporten van het US Government Accountability Office (GAO) en het Selected Acquisition Report (SAR-rapport) bij de opstelling van het jaarverslag kunnen worden betrokken. De jaarrapportage bevat een overzicht van en een inhoudelijke reactie op de in het voorgaande jaar verschenen rapporten over de F-35, waaronder die van het US Congressional Budget Office (CBO) en van denktanks zoals het US Center for Strategic and Budgettary Assesments (CSBA).

Invoering ERP M&F

Over het verdere verloop van de basisimplementatie ERP M&F ontvangt de Kamer halfjaarlijks een voortgangsrapportage12. Na voltooiing van de basisimplementatie ontvangt de Kamer een evaluatie van de eindresultaten.

Sourcing

In oktober wordt de jaarlijkse voortgangsrapportage over sourcing verzonden13.

Inzet

  • In «artikel 100» en «stand van zaken»-brieven zal Defensie, wanneer van toepassing, ingaan op de civiele dienstverlening bij de missie14.

  • Per missie zal op voorhand een inschatting van de kosten voor de zorg worden aangegeven15. De kosten voor nazorg zullen ook worden meegenomen in de evaluatie van missies.

  • Na beëindiging van de Nederlandse inzet bij «artikel 100»-missies wordt conform het Toetsingskader binnen een half jaar een eindevaluatie naar de Kamer gestuurd. Daarin wordt ook ingegaan op de kosten voor nazorg. In bepaalde gevallen wordt bij de eindevaluatie afgesproken om de Nederlandse bijdrage na vijf jaar nogmaals te beoordelen (post-missie beoordeling)16.

Ministeriële bijeenkomsten

Voor zowel de Navo als de EU zijn er jaarlijks vier ministeriële bijeenkomsten (twee informele en twee formele). Een week voorafgaand aan het overleg met de Kamer wordt de geannoteerde agenda gestuurd, waarbij waar mogelijk wordt ingegaan op de standpunten van de (groepen van) lidstaten17. Na de ministeriële bijeenkomst ontvangt de Kamer een verslag.

Internationale defensiesamenwerking

De Kamer ontvangt aan het begin van elk jaar een beknopt overzicht van de voortgang van de defensiesamenwerking met partnerlanden18.


X Noot
1

Toezegging Staatssecretaris De Vries in algemeen overleg materieel van 1 oktober 2008 (Kamerstuk 25 928, nr. 32)

X Noot
2

Toezegging Minister Van Middelkoop in wetgevingsoverleg jaarverslag van 16 juni 2009 (Kamerstuk 31 924 X, nr. 16)

X Noot
3

Toezegging Minister Hillen in notaoverleg beleidsnota Defensie van 6 juni 2011 (Kamerstuk 32 733, nr. 31)

X Noot
4

Toezegging Minister Van Middelkoop in algemeen overleg jaarverslag IGK van 14 oktober 2009 (Kamerstuk 32 123, nr. 27)

X Noot
5

Toezegging Minister Hennis-Plasschaert in algemeen overleg personeel van 16 april 2013 (Kamerstuk 33 400 X, nr. 82)

X Noot
6

Toezegging Minister Hillen in algemeen overleg MIVD van 2 november 2011 (Kamerstuk 29 924, nr. 73)

X Noot
7

Toezegging Minister Hillen in notaoverleg beleidsnota Defensie van 6 juni 2011 (Kamerstuk 32 733, nr. 31)

X Noot
8

Toezegging Minister Hennis-Plasschaert in algemeen overleg vastgoed van 6 februari 2013 en in algemeen overleg vastgoed van 12 december 2013 (Kamerstuk 32 733, nr. 119 en Kamerstuk 33 763, nr. 35)

X Noot
9

Toezegging Staatssecretaris Van der Knaap in wetgevingsdebat Militaire Ambtenarenwet van 14 juni 2007 (Handelingen II 2007/08, nr. 81, blz. 4335–4345)

X Noot
10

Toezegging Minister Hillen in algemeen overleg personeel van 20 juni 2012 (Kamerstuk 33 000 X, nr. 102)

X Noot
11

Toezegging Minister Hillen in wetgevingsoverleg materieel van 7 november 2011 (Kamerstuk 33 000 X, nr. 30) en kamerstuk 32 733, nr. 116 van 14 februari 2013

X Noot
12

Toezegging Minister Hennis-Plasschaert in wetgevingsoverleg jaarverslag van 19 juni 2013 (Kamerstuk 33 605 X, nr. 10)

X Noot
13

Toezeggingen Minister Hillen in algemeen overleg sourcing van 21 juni 2012 (Kamerstuk 31 125, nr. 13) en Minister Hennis-Plasschaert in algemeen overleg sourcing van 26 maart 2014

X Noot
14

Toezegging Minister Van Middelkoop in algemeen overleg civiele dienstverlening van 23 oktober 2008 (Kamerstuk 31 700 X, nr. 58)

X Noot
15

Toezegging Staatssecretaris De Vries in algemeen overleg personeel van 25 maart 2009 (Kamerstuk 31 700 X, nr. 109)

X Noot
16

Toezegging Minister Hillen in algemeen overleg ISAF uitzendingen van 16 februari 2012 (Kamerstuk 27 925, nr. 454)

X Noot
17

Toezegging Minister Hennis-Plasschaert in algemeen overleg Navo defensieministeriële van 30 mei 2013 (Kamerstuk 28 676, nr. 184)

X Noot
18

Toezegging Minister Hennis-Plasschaert in algemeen overleg Europese defensiesamenwerking van 3 juli 2013 (Kamerstuk 33 279, nr. 8) en in begrotingsoverleg van 14 november 2013 (Handelingen II 2013/14, nr. 24, items 5 en 8)

Naar boven