32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

AO VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 27 september 2022

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving1hadden kennisgenomen van een aantal brieven van de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening betreffende hyperscale datacenters.

De leden van de fracties van GroenLinks en de PvdD wensten de Minister naar aanleiding hiervan enkele vragen te stellen.

Naar aanleiding hiervan is op 12 juli 2022 een brief gestuurd aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening.

De Minister heeft op 26 september 2022 gereageerd.

De commissie brengt bijgaand verslag uit van het gevoerde schriftelijk overleg.

De griffier van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving, Dragstra

BRIEF VAN DE VOORZITTER VAN DE VASTE COMMISSIE VOOR INFRASTRUCTUUR, WATERSTAAT EN OMGEVING

Aan de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening

Den Haag, 12 juli 2022

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving hebben met belangstelling kennisgenomen van:

  • uw brief van 10 juni 20222 waarbij u de Kamer het ontwerpbesluit houdende wijziging van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening en het Besluit kwaliteit leefomgeving in verband met instructieregels voor hyperscale datacentra doet toekomen;

  • uw brief van 10 juni 20223 waarbij u de Kamer de toetsingsrapportage van TNO «Toets op het aangepaste plan van de gemeente Zeewolde voor de bouw van het datacenter van Meta» van 21 april 2022, alsmede een afschrift van de aanbiedingsbrief van de Minister voor VRO van 10 juni 2022 van bedoelde toetsingsrapportage aan het college van burgemeester en Wethouders van Zeewolde, aanbiedt, en

  • uw brief van 13 juni 20224 waarbij u ingaat op twee door de Kamer aangenomen moties-Koffeman c.s.5 over hyperscale datacenters.

De leden van de fracties van GroenLinks en de PvdD wensen u naar aanleiding hiervan enkele vragen te stellen.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van GroenLinks

De leden van de fracties van GroenLinks constateren dat de regering met een nieuw besluit beoogt om plaatsing van datacentra te coördineren en deze te laten vestigen op wenselijke plaatsen. De leden van de fractie van GroenLinks juichen toe dat het Rijk meer regie wenst te voeren op de plaatsing van deze enorme datacentra en deze leden hebben de volgende vragen ter verduidelijking.

  • 1. Gelet op de argumenten voor de realisatie van datacentra valt goed te onderbouwen dat ook de plaatsing van electrolysers voor waterstofproductie – die eveneens een grote impact op het landschap en op de aansluiting op het elektriciteitsnetwerk kunnen hebben – niet alleen aan de markt en decentrale overheden overgelaten moet worden. Is de regering van plan om ook voor deze categorie nadere instructieregels op te stellen zodat het Rijk meer regie kan voeren en ketenpartners zich goed kunnen voorbereiden op de aansluiting van electrolysers op het netwerk in Nederland? Zo ja, wanneer kunnen de leden van de fracties van GroenLinks deze instructieregels verwachten?

  • 2. De leden van de fractie van GroenLinks wijzen erop dat qua impact op het landschap voor grote distributiecentra hetzelfde geldt als voor de datatacentra. Ook deze hebben grote impact op de beschikbare ruimte voor woningbouw alsmede op het lokale landschap, en vragen daarnaast enorm veel de ruimte op de (soms al volle) wegen. Nu besluiten gemeenten en/of provincies over de plaatsing van deze centra, terwijl ook bij deze centra het lokale of provinciale belang vaak overstegen wordt. Immers, de distributiecentra bedienen met name een Europese markt. Ziet de regering, evenals de leden van de fractie van GroenLinks, aanleiding om ook op deze distributiecentra meer regie te gaan voeren? Zo ja, hoe en wanneer wil de regering hier ingrijpen? Zo nee, dan verzoeken deze leden de regering te onderbouwen waarom bij een datacentrum wel wordt ingegrepen maar bij distributiecentra niet.

  • 3. Waarom is in het Besluit houdende wijziging van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening en het Besluit kwaliteit leefomgeving in verband met instructieregels voor hyperscale datacentra in artikel 2.15.1 bij de begripsomschrijving van een «hyperscale datacentrum» de grens op 10 hectaren en 70 megawatt (MW) gelegd? Wat maakte dat 5 hectare of 15 hectare niet geschikt was? Daarbij merken de leden van de fractie van GroenLinks op dat ook 5 hectare een enorm beslag op de ruimte legt.

  • 4. De gemeente Hollands Kroon heeft aangegeven niet onverdeeld gelukkig te zijn met de locatiekeuze van de regering voor grote datacenters in de toekomst. Kan de regering schetsen hoe deze gemeente betrokken is geweest bij de besluitvorming over de plaatsing?

  • 5. Waarom heeft de regering niet meteen ook instructieregels ten aanzien van het energiegebruik, de energieopwekking, het gebruik van restwarmte en biodiversiteit opgenomen in voormeld besluit?

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PvdD

De leden van de fractie van de PvdD hebben met belangstelling kennisgenomen van het besluit van het Amerikaanse technologiebedrijf Meta om af te zien van de bouw van een hyperscale datacenter in Zeewolde. Deze leden hebben de regering de volgende vragen te stellen:

  • 1. Kan de regering aangeven welke gevolgen dit besluit heeft op de uitvoering van de twee aangenomen moties-Koffeman c.s.?6

  • 2. Kan de regering het Rijksvastgoedbedrijf opdracht geven om de gronden die gereserveerd waren voor het hyperscale datacenter in de gemeente Zeewolde definitief niet aan Meta of enige andere partij met substantiële bouwplannen te verkopen? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?

  • 3. Is de regering bereid om de wijziging van het bestemmingsplan Trekkersveld IV Zeewolde7 bij de Kroon voor te dragen voor vernietiging, nu Meta geen gebruik maakt van de voorgestelde mogelijkheid en alternatieve grootschalige bouwplannen op breed maatschappelijk en bestuurlijk verzet zouden stuiten? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

  • 4. Deelt de regering de mening van de leden van de PvdD-fractie dat de gewijzigde omstandigheden van zowel de bestuurlijke samenstelling van de gemeenteraad in Zeewolde, als het verzet in provinciale staten van Flevoland, als het zich terugtrekken van Meta, als het verzet in zowel de Tweede als de Eerste Kamer aanleiding vormen tot vernietiging van het raadsbesluit tot wijziging van bedoeld bestemmingsplan? Zo nee, waarom niet?

  • 5. Deelt de regering de mening van de leden van de fractie van de PvdD dat grootschalige bouwplannen niet passen in de gewenste bestemming van het Bedrijventerrein Trekkersveld IV, ook niet door een koper van de gronden die reeds door Meta verworven waren? Zo nee, waarom niet?

  • 6. Is het waar dat Meta al gronden verworven had tegen een niet-marktconforme prijs en met voorrang is aangesloten op het netwerk? Is de regering bereid om na de terugtrekking van Meta de gronden onder soortgelijke condities te onteigenen, omdat voorkomen moet worden dat de niet marktconforme voorwaarden tot speculatieve winst voor Meta zouden leiden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

  • 7. Is de regering met de leden van de fractie van de PvdD van mening dat het Bedrijventerrein Trekkersveld IV geen andere infrastructurele bestemming moet krijgen, maar zou moeten worden ingezet voor landbouw en/of natuurontwikkeling? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

De leden van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving zien uw reactie met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag voor het einde van het zomerreces van de Kamer.

De voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving, H.J. Meijer

BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VOLKSHUISVESTING EN RUIMTELIJKE ORDENING

Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 september 2022

Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de schriftelijke vragen die zijn gesteld door de leden van de fracties van Groen Links en de Partij voor de Dieren (PvdD). Deze vragen werden ingezonden op 12 juli jl., met kenmerk 171510.02U

De Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening, H.M. de Jonge

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van GroenLinks

1.

Gelet op de argumenten voor de realisatie van datacentra valt goed te onderbouwen dat ook de plaatsing van elektrolysers voor waterstofproductie – die eveneens een grote impact op het landschap en op de aansluiting op het elektriciteitsnetwerk kunnen hebben – niet alleen aan de markt en decentrale overheden overgelaten moet worden. Is de regering van plan om ook voor deze categorie nadere instructieregels op te stellen zodat het Rijk meer regie kan voeren en ketenpartners zich goed kunnen voorbereiden op de aansluiting van elektrolysers op het netwerk in Nederland? Zo ja, wanneer kunnen de leden van de fracties van GroenLinks deze instructieregels verwachten?

Antwoord

De Ministeries van EZK en BZK werken gezamenlijk aan het Programma Energiehoofdstructuur dat zich richt op de ruimtelijke planning richting 2050 van de energie infrastructuur die van nationaal belang is. In het programma wordt ook nagedacht over de gewenste ruimtelijke sturing op de vestiging van elektrolysers.

Het programma wordt opgeleverd in het voorjaar van 2023. De discussie over deze inpassing zal ook bij de Aanscherping NOVI worden gevoerd. De wijze waarop we tot instructieregels dan wel andere regulering komen zal nader worden bepaald.

2.

De leden van de fractie van GroenLinks wijzen erop dat qua impact op het landschap voor grote distributiecentra hetzelfde geldt als voor de datacentra. Ook deze hebben grote impact op de beschikbare ruimte voor woningbouw alsmede op het lokale landschap, en vragen

daarnaast enorm veel de ruimte op de (soms al volle) wegen. Nu besluiten gemeenten en/of provincies over de plaatsing van deze centra, terwijl ook bij deze centra het lokale of provinciale belang vaak overstegen wordt. Immers, de distributiecentra bedienen met name een

Europese markt. Ziet de regering, evenals de leden van de fractie van GroenLinks, aanleiding om ook op deze distributiecentra meer regie te gaan voeren? Zo ja, hoe en wanneer wil de regering hier ingrijpen? Zo nee, dan verzoeken deze leden de regering te onderbouwen waarom bij een datacentrum wel wordt ingegrepen maar bij distributiecentra niet.

Antwoord

Zowel datacenters als logistieke complexen zijn in principe gevestigd op bedrijventerreinen. Voor de logistieke distributiecentra gelden andere vraagstukken, zoals een goede ontsluiting, dan voor datacenters waarvan het energieverbruik aanzienlijk hoger is. Daarnaast zijn distributiecentra met name gericht op de Nederlandse markt zoals ook in de ruimtelijke ordeningsbrief8 verwoord. Vanuit de distributiecentra worden bijvoorbeeld onze dagelijkse boodschappen en pakketten bezorgd.

Het coalitieakkoord9 verwoordt mijn regiefunctie voor het ruimtelijk beleid ten aanzien van opgaven met een sterke ruimtelijke component. De Minister van EZK en ik hebben op 8 april jl. tijdens een bestuurlijk overleg met de provincies afspraken gemaakt over de invulling van deze regie voor nieuwe grootschalige (logistieke) complexen. De afspraken betreffen het maken van behoefteramingen door provincies, stimuleren van hergebruik van bestaande bedrijventerreinen en ruimtelijke clustering van grootschalige nieuwe bedrijven. Daarnaast werkt het kabinet aan mogelijkheden om de inpassing van bedrijven te verbeteren, onder meer in het programma Mooi Nederland. Het kabinet gaat meer nationale regie voeren waar grote bedrijfsvestigingen wel en niet gewenst zijn. In dat verband begin ik met het in de startpakketten vragen aan provincies om met voorstellen voor clustering te komen. In het voorjaar bespreek ik vervolgens met provincies hoe deze keuzes kunnen worden geïnstrumenteerd en geborgd. Ik kies voor deze aanpak om afwenteleffecten tussen provincies te voorkomen.

3.

Waarom is in het Besluit houdende wijziging van het Besluit algemene regels ruimtelijke ordening en het Besluit kwaliteit leefomgeving in verband met instructieregels voor hyperscale datacentra in artikel 2.15.1 bij de begripsomschrijving van een «hyperscale datacentrum» de grens op 10 hectaren en 70 megawatt (MW) gelegd? Wat maakte dat 5 hectare of 15 hectare niet geschikt was? Daarbij merken de leden van de fractie van GroenLinks op dat ook 5 hectare een enorm beslag op de ruimte legt.

Antwoord

De AMvB betreft een verbod op hyperscale datacentra. Deze leggen een onevenredig groot beslag op de beschikbare duurzame energie in verhouding tot de maatschappelijke en/of economische meerwaarde. Door hun omvang hebben deze daarnaast lokaal ook een grote ruimtelijke impact.

De AMvB dient daarom onderscheid te maken tussen hyperscale datacenters en andere datacenters. De voor dit onderscheid gehanteerde grenzen zijn gesteld op 10 ha. bebouwd oppervlak en een stroomaansluiting van 70MW. Omdat er geen hard gedefinieerde grenzen bestaan is hiervoor gekeken naar datacenters in Nederland. De omvang van de in Nederland aanwezige hyperscale datacentra is doorgaans groter dan 10 hectare. Daarnaast beschikken deze meestal over een grotere stroomaansluiting dan 70 MW. Daarom is dit een te onderscheiden categorie die in de AMvB als «hyperscale datacenter» wordt omschreven.

De impact op het landschap van datacentra met een omvang van bijvoorbeeld 5 hectare kan inderdaad ook groot zijn. Daarom worden deze datacentra betrokken bij de onder antwoord 2 genoemde gesprekken met provincies over inpassing van grootschalige (logistieke) complexen.

4.

De gemeente Hollands Kroon heeft aangegeven niet onverdeeld gelukkig te zijn met de locatiekeuze van de regering voor grote datacenters in de toekomst. Kan de regering schetsen hoe deze gemeente betrokken is geweest bij de besluitvorming over de plaatsing?

Antwoord

In de AMvB Hyperscale datacentra noemt het kabinet twee uitzonderingsgebieden, waaronder de gemeente Hollands Kroon. Het aangeven van deze uitzonderingsgebieden betreft geen locatiekeuze van het kabinet voor hyperscale datacentra maar biedt medeoverheden in deze gebieden ruimte voor een eigen afweging hierin.

Met de gemeente Hollands Kroon is diverse keren goed en constructief ambtelijk contact geweest over de afbakening van het gebied. In overleg is gekozen het uitzonderingsgebied in de gemeente Hollands Kroon verder in te perken ten opzichte van het uitzonderingsgebied in het voorbereidingsbesluit, waarbij gelet is op de ruimte voor hyperscale datacenters in vigerende gemeentelijke plannen. In het uitzonderingsgebied in de gemeente Hollands Kroon, meer specifiek de locaties Agriport A7 en B1, is enkel uitbreiding van reeds bestaande hyperscale datacentra mogelijk. De afbakening die gekozen is in de AMvB is daarmee niet ruimer of enger dan de ruimte die het lokale bevoegd gezag zelf geeft. Het bevoegd gezag kan binnen haar bevoegdheden nadere regels stellen voor de locatie.

5.

Waarom heeft de regering niet meteen ook instructieregels ten aanzien van het energiegebruik, de energieopwekking, het gebruik van restwarmte en biodiversiteit opgenomen in voormeld besluit?

Antwoord

Het vorige kabinet gaf aan dat Tennet en de NFIA informatie hadden dat er 20 á 25 projecten lopen voor de vestiging en uitbreiding van datacenters10. Het ging om datacenters van uiteenlopende grootte, in verschillende fases van voorbereiding en ook in verschillende regio’s. Daarom heb ik voorrang gegeven aan het via het voorbereidingsbesluit en een AMvB eerst ruimtelijk regelen dat er geen nieuwe hyperscale datacentra meer gevestigd kunnen worden buiten de uitzonderingsgebieden.

Vervolgens zal ik, samen met onder andere de Minister van EZK, ook de door u genoemde aspecten energiegebruik, -opwekking, het gebruik van restwarmte en biodiversiteit bekijken. Deze zijn ook van belang voor de vestiging van (hyperscale) datacenters. In landelijke regels voor bouwen, milieu, water en natuur worden nu al normen gesteld waar datacentra op deze onderdelen aan moeten voldoen. Die normen komen ook terug in de omgevingsvergunning als het gaat om een hyperscale datacentrum. Ook provincies en gemeenten spelen hier met lokale regelgeving een rol in. Het kabinet maakte in het traject GRIP reeds bestuurlijke afspraken met de provincies om onder andere te komen tot meer uniforme handreikingen voor vestiging van grootschalige bedrijfsvestigingen. De discussie over de impact van bedrijven op de leefomgeving en wijze van sturing komt ook aan de orde in het programma werklocaties en de Aanscherping NOVI.

Vragen en opmerkingen van de leden van de fractie van de PvdD

1.

Kan de regering aangeven welke gevolgen dit besluit (het besluit van het Amerikaanse technologiebedrijf Meta om af te zien van de bouw van een hyperscale datacenter in Zeewolde) heeft op de uitvoering van de twee aangenomen moties-Koffeman c.s.11?

Antwoord

Op 13 juni jl. stuurde ik u een brief over hoe ik uitvoering geef aan de genoemde moties-Koffeman c.s.12 Het besluit van Meta heeft geen gevolgen voor de in deze brief beschreven uitvoering. Zie eveneens hierna mijn met deze vraag verband houdende antwoorden op de vragen 2, 3 en 4.

2.

Kan de regering het Rijksvastgoedbedrijf opdracht geven om de gronden die gereserveerd waren voor het hyperscale datacenter in de gemeente Zeewolde definitief niet aan Meta of enige andere partij met substantiële bouwplannen te verkopen? Zo ja, op welke termijn en wijze? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Het Rijk is niet voornemens geweest gronden aan Meta te verkopen voor het betreffende datacenter in Zeewolde. De gemeente Zeewolde heeft op grond van de Wet voorkeursrecht gemeenten een voorkeursrecht op de gronden gevestigd. Dat betekent dat het Rijk de gronden bij eventuele verkoop aan de gemeente moet aanbieden. Het terugtrekken van Meta heeft geen directe gevolgen voor het voorkeursrecht en de gemaakte afspraken met de gemeente. Ik treed met de gemeente nog in overleg om de gevolgen van het besluit van Meta te verkennen.

3.

Is de regering bereid om de wijziging van het bestemmingsplan Trekkersveld IV Zeewolde bij de Kroon voor te dragen voor vernietiging, nu Meta geen gebruik maakt van de voorgestelde mogelijkheid en alternatieve grootschalige bouwplannen op breed maatschappelijk

en bestuurlijk verzet zouden stuiten? Zo ja, op welke termijn? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Op grond van artikel 132, vierde lid, van de Grondwet, kan de Kroon een besluit van een gemeentelijk of provinciaal bestuursorgaan vernietigen indien het besluit in strijd is met het recht of het algemeen belang.

Daarbij is van belang dat op grond van artikel 10:38, tweede lid, van de Awb, een besluit waartegen bezwaar of beroep openstaat of aanhangig is, niet kan worden vernietigd. Feitelijk betekent dat dus dat vernietiging van het onderhavige vaststellingsbesluit op z’n vroegst zou kunnen plaatsvinden ná het afronden van de lopende beroepsprocedure bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State en nu niet aan de orde is. Echter, zoals ik u in de eerder genoemde brief van 13 juni jl. aangaf, ben ik op basis van een juridische analyse tot de conclusie gekomen dat er geen grond is voor voordracht voor vernietiging van het bestemmingsplan Trekkersveld IV door de Kroon. Zo waren er voorafgaand aan de vaststelling van het bestemmingsplan door de gemeenteraad geen Barro-regels over de vestiging van hyperscale datacenters geformuleerd, was de besluitvorming van de gemeenteraad over het datacentrum ook niet in strijd met een andere rechtsregel en was er ook geen voldoende concreet, specifiek (locatiegericht) Rijksbeleid vastgesteld. Dat Meta heeft aangegeven geen gebruik te willen maken van de voorgestelde mogelijkheden en alternatieve grootschalige bouwplannen, omdat dit op breed maatschappelijk en bestuurlijk verzet zou stuiten, maakt dit niet anders.

4.

Deelt de regering de mening van de leden van de PvdD-fractie dat de gewijzigde omstandigheden van zowel de bestuurlijke samenstelling van de gemeenteraad in Zeewolde, als het verzet in provinciale staten van Flevoland, als het zich terugtrekken van Meta, als het verzet in zowel de Tweede als de Eerste Kamer aanleiding vormen tot vernietiging van het raadsbesluit tot wijziging van bedoeld bestemmingsplan? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

Nee, zie ook het antwoord op vraag 3. Alleen als een besluit in strijd is met het recht of het algemeen belang kan de Kroon een besluit vernietigen. Weliswaar zijn er gewijzigde omstandigheden in de vorm van een andere bestuurlijke samenstelling van de gemeenteraad in Zeewolde, het verzet in provinciale staten van Flevoland, het zich terugtrekken van Meta en het verzet in zowel de Tweede als de Eerste Kamer. Deze geven echter geen juridische gronden wegens strijd met het recht of het algemeen belang om het raadsbesluit tot wijziging van het bestemmingsplan voor te dragen voor vernietiging door de Kroon. Bij het vaststellen van het raadsbesluit is gehandeld in overeenstemming met de toen geldende regels.

5.

Deelt de regering de mening van de leden van de fractie van de PvdD dat grootschalige bouwplannen niet passen in de gewenste bestemming van het Bedrijventerrein Trekkersveld IV, ook niet door een koper van de gronden die reeds door Meta verworven waren? Zo nee, waarom niet?

Antwoord

De gemeente Zeewolde en niet het Rijk is bevoegd gezag voor de bestemming van de gronden en het daarvoor geldende bestemmingsplan.

6.

Is het waar dat Meta al gronden verworven had tegen een niet-marktconforme prijs en met voorrang is aangesloten op het netwerk? Is de regering bereid om na de terugtrekking van Meta de gronden onder soortgelijke condities te onteigenen, omdat voorkomen moet worden

dat de niet marktconforme voorwaarden tot speculatieve winst voor Meta zouden leiden? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke termijn en wijze?

Antwoord

Het Rijk heeft geen gronden aan Meta of aan gemeente verkocht voor realisatie van het datacenter. Het Rijk heeft ook geen inzicht in condities van evt. andere grondaankopen door Meta.

7.

Is de regering met de leden van de fractie van de PvdD van mening dat het Bedrijventerrein Trekkersveld IV geen andere infrastructurele bestemming moet krijgen, maar zou moeten worden ingezet voor landbouw en/of natuurontwikkeling? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op

welke termijn en wijze?

Antwoord

De gemeente Zeewolde is verantwoordelijk voor de bestemming van de gronden (zie ook het antwoord op vraag 5).


X Noot
1

Atsma (CDA), De Boer (GL), Van Dijk (SGP), Pijlman (D66), Klip-Martin (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), arbouw (VVD), Bezaan (PVV), Fiers (PvdA), Dessing (FVD), Geerdink (VVD), Janssen (SP), Kluit (GL), Van der Linden (Fractie-Nanninga), Meijer (VVD) (voorzitter), Moonen (D66), Nicolaï (PvdD), Prins (CDA), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), vacant (GL), Verkerk (CU), De Vries (Fractie-Otten), Van Pareren (Fractie-Nanninga), Raven (OSF) en Karakus (PvdA) (ondervoorzitter).

X Noot
2

Kamerstukken I 2021/22, 32 813, AI.

X Noot
3

Kamerstukken I 2021/22, 32 813, AJ.

X Noot
4

Kamerstukken I 2021/22, 32 813, AK.

X Noot
5

Kamerstukken I 2021/22, 35 925 XIV, H en 35 925 XIV, K.

X Noot
6

Kamerstukken I 2021/22, 35 925 XIV, H en 35 925 XIV, K.

X Noot
8

Kamerstukken I 2021/2022, 34 682, nr. L.

X Noot
9

Kamerstuk II 2021D50025, Coalitieakkoord 2021–2025, Omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst.

X Noot
10

Kamerstukken II 2021/22,32 813, nr. 968.

X Noot
11

Kamerstukken I 2021/22, 35 925 XIV, H en 35 925 XIV, K.

X Noot
12

Kamerstukken I 2021/22, 32 813, nr. AK.

Naar boven