31 497 Passend onderwijs

31 839 Jeugdzorg

Nr. 468 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 oktober 2023

De vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft een brief ontvangen van de Sectorraad GO en Jeugdzorg Nederland. De commissie heeft mij per brief met kenmerk 2023D30580 verzocht een reactie te geven op de aan u gerichte brief. Met deze brief reageer ik op uw verzoek.

Allereerst, de transitie in de gesloten jeugdhulp vraagt veel van alle betrokkenen. Uiteraard van de betrokken jongeren zelf en hun ouders of verzorgers, van de hulpverleners, maar ook van het onderwijspersoneel. Ik heb dan ook veel waardering voor het feit dat de scholen zich tijdens de veranderingen en bijbehorende onzekerheid in het kader van de af- en ombouw onvermoeid blijven inzetten voor het continueren van het onderwijs. Gelet op die veranderingen begrijp ik de zorgen die de Sectorraad GO en Jeugdzorg Nederland uiten in hun brief van 23 juni. Daarom hebben we sindsdien de nodige stappen gezet waarover ik u in de afgelopen maanden geïnformeerd heb. Volledigheidshalve zet ik die stappen hieronder op een rijtje, waarna ik nog kort inga op de vragen waarmee de Sectorraad GO en Jeugdzorg Nederland hun brief afsluiten.

In de eerste plaats hebben op uw verzoek de Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap u in juli 2023 geïnformeerd over residentieel onderwijs en de subsidieregeling.1 Specifiek hebben zij toegelicht waarom de extra beschikbare middelen deels via een subsidieregeling verstrekt worden aan een samenwerkingsverband passend onderwijs. De voornaamste reden is de gekozen richting in de herbezinning op het residentieel onderwijs en de verdere af- en ombouw. De Subsidieregeling «onderwijscoalities af- en ombouw gesloten jeugdhulp» is op 3 juli gepubliceerd in de Staatscourant.2 Samenwerkingsverbanden konden tot en met 2 oktober 2023 namens een coalitie van scholen, mbo-instellingen en gemeenten een aanvraag indienen. Inmiddels hebben we 12 aanvragen ontvangen van onderwijscoalities, waarin alle samenwerkingsverbanden deelnemen.

Ten tweede heb ik op 20 september 2023 uw Kamer laten weten dat er eenmalig extra budget komt om het onderwijs verder te ondersteunen bij de af- en ombouw van de gesloten jeugdhulp.3 Ik verhoog het subsidieplafond van de subsidieregeling «onderwijscoalities af- en ombouw gesloten jeugdhulp» voor 2023 en 2024 samen eenmalig van € 12 miljoen naar € 24 miljoen euro. Het maximale bedrag per leerling wordt daarom niet langer naar beneden bijgesteld als er meer aanvragen worden ingediend dan eerder geschat. Hiermee kom ik tegemoet aan de huidige uitdagingen en de grote bereidheid om met de subsidieregeling aan de slag te gaan bij samenwerkingsverbanden, scholen en zorgpartners.

Ten derde wil ik scholen op het terrein van gesloten jeugdhulpinstellingen extra kunnen ondersteunen als zij niet uitkomen met de beschikbare middelen en hiermee de continuïteit van het onderwijs aan deze kwetsbare jongeren in gevaar komt. Hiervoor is dit jaar eenmalig € 3,5 miljoen beschikbaar. Inmiddels hebben we van één bestuur een aanvraag ontvangen die we de komende periode beoordelen. Zoals ook in de Kamerbrief aangekondigd kijk ik hierbij altijd goed naar het nut en de noodzaak hiervan.4

Met de bovenstaande beschreven stappen kom ik zo goed mogelijk tegemoet aan de zorgen en problematieken die in de brief worden geuit. Mijn ministerie heeft hier ook intensief met de betrokken partijen over gesproken en zal dat blijven doen. Gesprekken met het veld hebben, zoals eerder aan uw Kamer gecommuniceerd, geleid tot bijvoorbeeld aanpassingen en waarborgen in de subsidieregeling om zo goed mogelijk met de betrokkenheid van de scholen rekening te houden. Zo is er bijvoorbeeld toegevoegd dat een school bij een gesloten jeugdhulpinstelling niet mag worden geweigerd door een coalitie. De subsidie kan daarnaast al ingezet worden voor activiteiten die per juli 2023 zijn gestart, om zo beter aan te sluiten bij het schooljaar 2023–2024. De samenwerkingsverbanden en scholen zijn hier de afgelopen periode over voorgelicht via nieuwsbrieven en webinars, en dat zullen we blijven doen. Bovendien hebben we samen met experts uit het veld een handreiking ontwikkeld die partijen kunnen gebruiken bij het maken van de subsidieaanvraag. Ook zijn de regioregisseurs residentieel onderwijs nog beschikbaar om met aanvragers mee te denken en contacten te leggen.5

Tot slot wil ik nog ingaan op het verzoek van de Sectorraad GO en Jeugdzorg Nederland om een ophoging van de bekostiging per capaciteitsplek. Zoals ik eerder aan uw Kamer heb laten weten blijft voorlopig de huidige bekostigingssystematiek op basis van capaciteit doorlopen. De jaren 2023 en 2024 zijn bedoeld om verder ervaring op te doen en knelpunten en goede voorbeelden op te halen. Om zo te bepalen hoe de beschikbare middelen uit het coalitieakkoord in de periode na 2024 structureel ingezet kunnen worden. En ook om te bepalen hoe de bekostiging van scholen bij gesloten jeugdhulpinstellingen zo kan worden aangepast dat deze aansluit bij de situatie na de af- en ombouw.

Wij gaan hierover de komende periode met alle betrokkenen in gesprek en nemen daarbij alle zorgen mee die in de brief staan.

De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs, M.L.J. Paul


X Noot
1

Kamerstukken II, 2022–2023, 31 497 en 36 200 VIII, nr. 466

X Noot
3

Kamerstukken II 2023–2024, 31 497, nr. 467

X Noot
4

Kamerstukken II 2023–2024, 31 497, nr. 467

X Noot
5

Kamerstukken II 2022–2023, 31 289 en 24 587, nr. 542

Naar boven