29 517 Veiligheidsregio’s

Nr. 166 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 maart 2019

Met mijn brief van 15 oktober 2018¹ heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voorbereidingen voor de evaluatie van de Wet veiligheidsregio’s, die medio dit jaar van start gaat. Een onafhankelijke Evaluatiecommissie Wet veiligheidsregio’s zal de evaluatie uitvoeren.

Conform mijn aankondiging in bovenvermelde brief treft u bijgaand de concept evaluatie-opdracht met toelichting aan². Bij de formulering van deze concept evaluatie-opdracht heb ik gebruik gemaakt van de reacties naar aanleiding van mijn uitvraag van het Veiligheidsberaad, het bestuur van het Instituut Fysieke Veiligheid (IFV), de Kring van de Commissarissen van de Koning, de Vereniging van Nederlandse gemeenten, de Politie, de Unie van Waterschappen, het College van procureurs-generaal, de Commissie vitale infrastructuur van VNO-NCW, FNV Overheid, CNV Connectief, de CMHF, de Vakvereniging voor Brandweervrijwilligers en ministeries. Tevens heb ik zoals toegezegd tijdens het AO Veiligheids- en Justitieketen BES van 14 februari jl. (Kamerstuk 31 568, nr. 211) de gezaghebbers van Bonaire, Saba en Sint Eustatius en de wnd. Rijksvertegenwoordiger in Caribisch Nederland in de gelegenheid gesteld om punten in te brengen waarvan zij graag zouden zien dat de Evaluatiecommissie Wet veiligheidsregio’s deze in beschouwing neemt. Ik zal die punten onder de aandacht brengen van de evaluatiecommissie.

Tijdens de AO’s Nationale Veiligheid van 21 december 2017 (Kamerstuk 29 517, nr. 137) en 19 december 2018 (Kamerstukken 29 517 en 28 684, nr. 155) en het AO Brandweer van 18 oktober 2018 (Kamerstuk 29 517, nr. 148) zijn vanuit uw Kamer suggesties aangedragen voor aspecten die bij de evaluatie aandacht behoeven. Dit betreft «samenwerking met ketenpartners», «bovenregionale en landgrensoverschrijdende samenwerking», «samenwerking met het EU-beschermingsmechanisme», «omvang van de veiligheidsregio’s», «democratische legitimiteit en rol gemeenteraad», «positie brandweervrijwilligers» en «inrichting veiligheidsregio’s». Deze aspecten vallen binnen de reikwijdte van de concept evaluatie-opdracht.

De evaluatie-opdracht voor de evaluatiecommissie wordt opgenomen in het Instellingsbesluit Commissie evaluatie Wet veiligheidsregio’s, dat conform de Kaderwet adviescolleges door de ministerraad wordt vastgesteld. De bedoeling is dat de commissie in juni 2019 een aanvang kan maken met de evaluatie.

De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus

---

1 Kamerstuk 29 517, nr. 144.

2 Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl