28 760 Meerjarenplan Alfabetisering

Nr. 70 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 maart 2018

Het kabinet hecht groot belang aan het verminderen en voorkomen van laaggeletterdheid. In Nederland hebben 1,3 miljoen mensen tussen de 16 en 65 jaar grote moeite met bijvoorbeeld het begrijpen van overheidscommunicatie, veiligheidsinstructies op het werk of bijsluiters van medicijnen. Ook hebben zij minder kansen op de arbeidsmarkt, komen zij vaker in de problemen door schulden en zijn zij minder goed in staat om hun kinderen te ondersteunen in hun school- en studieloopbaan. Samen met mijn collega’s van SZW en VWS zet ik mij daarom volop in voor extra kansen voor laaggeletterden op volwaardige deelname aan onze samenleving. Dat blijven wij de komende jaren gezamenlijk doen.

Op 24 november jl. hebben wij de Kamer geïnformeerd over de tussentijdse resultaten van ons gezamenlijke programma Tel mee met Taal.1 Dit programma is in 2016 gestart en is erop gericht om samen met tal van partners, waaronder gemeenten, werkgevers, bibliotheken, scholen, cursusaanbieders en vrijwilligersorganisaties, laaggeletterdheid terug te dringen en te helpen voorkomen.

De tussentijdse resultaten hebben de verwachtingen ruim overtroffen. Steeds meer gemeenten slagen erin om de aanpak van laaggeletterdheid onderdeel te maken van hun brede inzet in het sociaal domein. Op deze manier worden laaggeletterden sneller gevonden en kunnen zij meer gericht worden doorverwezen naar een aanbod dat past bij hun behoeften. In bijna alle arbeidsmarktregio’s komen samenwerkingsverbanden tot stand waarin lokale partijen hun krachten bundelen om laaggeletterden te ondersteunen.

De doelstelling om vóór eind 2018 in totaal 45.000 nieuwe cursisten te werven is al in september 2017 behaald. Een groot deel van de cursisten kan na afloop zijn of haar taalvaardigheid beter toepassen in de praktijk en is assertiever geworden. Bovendien investeerden vorig jaar ruim 200 werkgevers in taalscholing van hun laagtaalvaardige medewerkers met behulp van de «Tel mee met Taal» subsidieregeling. En ook de ambitie om in 2018 één miljoen kinderen tot en met de basisschoolleeftijd te bereiken met leesbevorderingsactiviteiten zal naar verwachting worden gehaald. Dit draagt eraan bij dat minder kinderen opgroeien tot laaggeletterde volwassenen.

In het Interbestuurlijk programma (IBP) van 14 februari jl. hebben gemeenten en het Rijk de ambitie uitgesproken om de komende jaren samen op te blijven trekken in de aanpak van laaggeletterdheid.2 Om gemeenten hierin te faciliteren, hebben mijn collega’s van SZW en VWS en ik besloten om Tel mee met Taal in 2019 voort te zetten en als transitiejaar te benutten om met gemeenten te bespreken hoe de aanpak van laaggeletterdheid de komende jaren een verdere impuls kan krijgen. Hierbij zal ik ook actief de inbreng en expertise betrekken van de diverse partijen die naast gemeenten een rol spelen bij de aanpak van laaggeletterdheid, zoals werkgevers, bibliotheken, scholen en maatschappelijke organisaties. Zo geef ik uitvoering aan de gewijzigde motie van de leden Rog en Bergkamp, die oproept om de brede expertise in het terugdringen van laaggeletterdheid te activeren en hierbij in overleg te treden met relevante organisaties.3

Ook betrek ik bij deze gesprekken de toekomst van het stelsel voor volwasseneneducatie. Op 28 juli jl. bent u geïnformeerd over de uitkomsten van de evaluatie van het gemeentelijke beleid voor volwasseneneducatie.4 Uit de evaluatie blijkt onder meer dat een grotere mate van bestedingsvrijheid voor gemeenten wenselijk is. Zo ontstaan nieuwe mogelijkheden voor trajecten waarin het vinden en opleidingen van laaggeletterden onderdeel is van de brede gemeentelijke inzet op (re-)integratie, participatie en maatschappelijke ondersteuning. Hiervoor zou de Wet Educatie Beroepsonderwijs per 2020 kunnen worden gewijzigd. Dat zou een logisch moment zijn om te bezien welke vorm van landelijke ondersteuning wenselijk is.

Om de aanpak van laaggeletterdheid op korte termijn te versterken, is in het Regeerakkoord bovendien afgesproken om het structurele budget voor de aanpak van laaggeletterdheid met € 5 miljoen per jaar te verhogen. Dit budget zal onder andere worden ingezet voor de veel gebruikte subsidieregeling voor taalscholingstrajecten voor laaggeletterden. Zo bereiken we nog meer laagtaalvaardige werknemers en laagtaalvaardige ouders, zodat zij bijvoorbeeld beter kunnen communiceren met collega’s op de werkvloer of hun kinderen beter kunnen ondersteunen tijdens hun schoolcarrière.

Het bereik en effect van de aanpak van laaggeletterdheid via het programma «Tel mee met Taal» worden doorlopend gemonitord. Begin 2019 zal ik u de resultaten toesturen. Tevens zal het kabinet u dan informeren over de vervolgaanpak van laaggeletterdheid.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, I.K. van Engelshoven

Naar boven