Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 28089 nr. 266 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2023-2024 | 28089 nr. 266 |
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 september 2023
Een gezondere, schonere en veiligere leefomgeving voor iedereen: daar zet ik mij actief voor in. Het kabinet heeft een zorgplicht om ervoor te zorgen dat mensen in een gezonde omgeving kunnen leven. En dat de lucht die ze inademen schoon is. Dat geldt voor heel Nederland en dus ook voor de provincie Noord-Holland en het IJmond-gebied waar milieuproblemen zijn in de omgeving van Tata Steel. Met deze brief informeer ik u over een aantal ontwikkelingen.
Het eerste deel van deze brief gaat over het rapport «De bijdrage van Tata Steel Nederland aan de gezondheidsrisico's van omwonenden en de kwaliteit van hun leefomgeving» van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Voor het eerst zijn hierin de meest relevante gezondheidsgevolgen van de emissies van Tata Steel in kaart gebracht. Tot nu toe werden steeds onderdelen eruit gelicht, dit onderzoek betrekt de hele keten, dus de uitstoot van chemische stoffen, maar ook geluid, geur en stof. Met deze brief bied ik deze studie aan uw Kamer aan. Ook ga ik in op de vervolgstappen die ik mede op basis van dit rapport wil zetten.
Het tweede deel van deze brief gaat over een aantal andere relevante ontwikkelingen. Ik informeer u hierover langs de lijnen van het plan van aanpak Naar een gezonde leefomgeving in de IJmond1: ik ga in op vergunningverlening, toezicht en handhaving, op de voortgang van de Roadmap+, op monitoren en meten en op Europese en nationale regelgeving.
Ten slotte informeer ik u met deze brief de stand van zaken van een aantal moties en toezeggingen. Waar relevant is dit in de tekst vermeld.
Uitkomsten van de studie
Hieronder treft u de belangrijkste resultaten van de studie die het RIVM heeft uitgevoerd in opdracht van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat.
Hoofdboodschap
De huidige uitstoot vanaf het terrein van Tata Steel Nederland (TSN) zorgt voor extra gezondheidsrisico’s voor bewoners van de IJmond. De extra gezondheidsrisico’s zijn vooral toe te schrijven aan hinder door neergedaald stof, geur, geluid en blootstelling aan fijnstof en stikstofdioxide. Daarom kan de meeste gezondheidswinst worden behaald door de uitstoot van stof, geur, geluid, fijnstof en stikstofoxiden te verminderen die daadwerkelijk leidt tot verminderde blootstelling in de leefomgeving. Verder is er nog gezondheidswinst te halen door de uitstoot van PAK en lood te verminderen, zodat deze ook minder in de leefomgeving terechtkomen.
Het RIVM heeft inzichtelijk gemaakt wat voor bewoners van de IJmond de gezondheidsrisico’s zijn van een deel van de chemische stoffen die Tata Steel uitstoot en van geluid, geur en stof. Hiervoor is gekeken naar de keten van uitstoot, verspreiding, concentratie en blootstelling tot gezondheidsrisico’s. Voor de situatie van de leefomgeving rondom het terrein van TSN is dit als proof-of-concept gedaan door de effecten van meerdere stoffen en hinder door stof, geluid en geur in samenhang te bekijken. De gezondheidsrisico’s zijn berekend op basis van de huidige uitstoot.
Uit de analyses volgt dat huidige uitstoot vanaf het TSN-terrein aanzienlijk bijdraagt (tientallen procenten) aan luchtconcentraties en depositie van fijnstof, stikstofdioxide, PAK en metalen in de omgeving. Deze bijdrage zorgt voor hogere concentraties op leefniveau, waardoor bewoners van de IJmond extra aan deze stoffen worden blootgesteld. Het komt namelijk bovenop een blootstelling aan deze stoffen uit andere bronnen. Daarnaast ervaart een groot deel van de bewoners van de IJmond, (ernstige) hinder door stof, geur en geluid, evenals slaapverstoring en zorgen over de gezondheid in relatie tot de aanwezigheid van industrie.
De bijdrage van het TSN-terrein aan de gezondheidsrisico’s (astma bij kinderen, kanker, vroegtijdige sterfte, acute luchtwegklachten) is in dit onderzoek zoveel mogelijk in getallen uitgedrukt. Een groot deel van de bewoners van de IJmond (oplopend tot 80 procent in Wijk aan Zee) ervaart hinder door stof, geur en geluid. Door de blootstelling aan fijnstof en stikstofdioxide leven bewoners van Wijk aan Zee naar verwachting gemiddeld 2,5 maanden korter. Daarnaast veroorzaakt de uitstoot een grotere kans op longkanker. Er is berekend dat ongeveer 4 procent van de nieuwe gevallen van longkanker in Wijk aan Zee is toe te schrijven aan de blootstelling aan fijnstof door de uitstoot vanaf het TSN-terrein. De blootstelling aan stikstofdioxide vergroot de kans op astma bij kinderen tot 18 jaar. Ook hierbij is het effect het grootst in Wijk aan Zee: verwacht wordt dat ongeveer 3 procent van de toekomstige gevallen met de huidige uitstoot zal samenhangen.
De resultaten van het onderzoek kunnen gebruikt worden om de gezondheid en de leefomgeving in de IJmond te verbeteren. De ketenaanpak (proof-of-concept) kan ook voor andere situaties worden gebruikt om gezondheidsrisico’s in een gebied in samenhang te bekijken, waarbij elke situatie wel vraagt om maatwerk in keuzen voor onder andere stoffen en gezondheidseffecten die worden beschouwd.
Reflectie
De uitkomsten van de studie geven inzicht in de gezondheidsgevolgen van de emissies van het bedrijf voor de mensen die er in de buurt wonen. Dit rapport helpt met het overzien van de gehele situatie in de IJmond, zonder daarbij een vergelijking te maken met de rest van Nederland. De publicatie bevat met ruim 300 pagina’s bijzonder veel informatie. Daarom verdient het rapport nadere bestudering en een daaropvolgende reactie. Een eerste reflectie wil ik u echter niet onthouden.
Het beeld dat uit het onderzoek komt, is helder: de gezondheidssituatie in de IJmond moet echt beter. Ik kan me voorstellen dat omwonenden zich zorgen maken. Daar moeten het huidige én volgende kabinet dus mee aan de slag. Het RIVM-onderzoek biedt daarvoor ook nieuwe aanknopingspunten.
Ten eerste het belang van hinder. In het rapport laat het RIVM zien dat hinder door geur, geluid en stof serieuze consequenties voor de gezondheid kan hebben. Het rapport laat ook zien dat een groot deel van de hinder in de IJmond afkomstig is van Tata Steel of aanverwante bedrijven op het terrein. Daarmee heeft het bedrijf wat mij betreft ook de sleutel voor de oplossing in handen. Tata Steel zal dus maatregelen moeten nemen om de hinder verder in te perken.
Ten tweede valt op dat – waar het gaat om langdurige blootstelling – met name luchtemissies van belang zijn voor een gezonde leefomgeving en in het bijzonder fijnstof en stikstofoxiden. De gevolgen daarvan zijn – ten opzichte van polycyclische aromatische koolwaterstoffen en metalen – relatief groot. Daarbij geldt dat de luchtkwaliteit in de IJmond – naast de relatief grote bijdrage van Tata Steel2 – van meer factoren afhankelijk is, zoals scheepvaart, luchtvaart, wegverkeer, agrarische bronnen en andere industrieën. Dat betekent dat als het gaat om luchtkwaliteit, de oplossing zowel bestaat uit het nemen van maatregelen bij Tata Steel als het nemen van generieke maatregelen die een effect hebben op de achtergrondconcentratie3. Het Schone Lucht Akkoord waarin ik samen met 107 gemeenten en provincies aan een permanente verbetering van de luchtkwaliteit werk, is hier een voorbeeld van.
Ten derde is de IJmond niet het enige hoogbelaste gebied in Nederland. Weliswaar is in de IJmond sprake van cumulatie van factoren en een hoge blootstelling, maar ook elders in Nederland ontstaat gezondheidsverlies als gevolg van de luchtkwaliteit. Daarom zal ik in mijn nadere bestudering van het rapport ook de resultaten van het RIVM-rapport in perspectief plaatsen met de rest van Nederland. Verschillende economische activiteiten in Nederland beïnvloeden inherent de luchtkwaliteit. Zoals ik eerder aan uw Kamer heb gemeld, werk ik aan stapsgewijze verbetering daarvan4. Dat vraagt om een afweging, waarbij niet alles kan en waarbij wat mij betreft gezondheid volwaardig als criterium moet worden meegewogen.
Hierna ga ik in op de verschillende vervolgstappen die ik naar aanleiding van dit RIVM-rapport ga zetten.
Doelstelling voor gezondheid
Om de milieuproblematiek verder te kunnen aanpakken, is allereerst behoefte aan duidelijke gezondheidskundige beschermdoelen. De kwaliteit van de leefomgeving in de IJmond voldoet namelijk aan de geldende wettelijke kaders, maar is – zo blijkt ook uit de studie – nog voor verbetering vatbaar. Daarvoor moeten beschermdoelen worden vastgelegd en afspraken worden gemaakt over verbetermaatregelen. Hieronder beschrijf ik hoe ik dat wil gaan doen.
Ik heb eerder besloten tot de oprichting van een Expertgroep IJmond5. Op maandag 25 september vindt de formele kick-off van de expertgroep plaats, tijdens een openbare conferentie6 in de IJmond waar onder andere de uitkomsten van het RIVM-rapport worden toegelicht. De expertgroep krijgt hiermee een vliegende start.
De expertgroep zal mij onafhankelijk adviseren over de gezondheidsvraagstukken in de IJmond en ook advies geven over de vraag hoeveel milieu en gezondheidswinst nodig is om de gezondheidsrisico’s in te perken. Ik heb de expertgroep gevraagd om zo snel als haalbaar met een advies te komen. Deze adviezen worden openbaar en hebben geen bindend karakter.
Het kabinet zal de adviezen te zijner tijd voorzien van een bestuurlijke reactie. Hiermee geef ik invulling aan de door de Onderzoeksraad voor Veiligheid7 aanbevolen omslag van «gezondheid als resultante» naar «gezondheid als een uitgangspunt. Ook geef ik hiermee invulling aan de motie van het lid Bouchallikh c.s.8 en de toezegging aan uw Kamer op dit punt.
Op weg naar een oplossing
Om de beschermdoelen te halen is het nodig dat Tata Steel verbeteringen doorvoert. Op grond van de uitkomsten van de RIVM studie zullen dit met name maatregelen moeten zijn om de hinder (geur, stof en geluid) en luchtemissies (met name fijnstof en stikstofoxiden) in de leefomgeving verder terug te dringen. Ik wil dit op verschillende manieren opleggen aan het bedrijf.
Ten eerste, en dat gebeurt nu al, wil ik kijken wat ik in samenwerking met het bevoegd gezag (de provincie Noord-Holland) met het bestaande wettelijk instrumentarium voor vergunningverlening, toezicht en handhaving kunnen afdwingen. Ik zet ook bestuurlijke druk op het bedrijf om het bedrijf te prikkelen zelf bovenwettelijke maatregelen te nemen. Een deel van dit soort maatregelen krijgt op dit moment al vorm. Dit betreft in het bijzonder het windscherm bij de grondstoffenlogistiek, de ontstoffings- en DeNOX-installatie bij de Pelletfabriek en de tertiaire afzuiging bij de Oxystaalfabriek. Verderop in deze brief treft u een uitgebreider overzicht van de voortgang van de korte termijn (Roadmap+)-maatregelen.
Ten tweede wil ik de doelen, waar dat kan, verankeren in de eventuele maatwerkafspraak met het bedrijf. Hier ben ik, samen met de Minister van Economische Zaken en Klimaat op dit moment hard mee aan de slag. In dit kader heeft uw Kamer, in de gewijzigde motie van het lid Hagen c.s.9, gevraagd om te onderzoeken of vooruitlopend op het groenstaalplan extra milieu en gezondheidswinst te realiseren is, bijvoorbeeld door het al eerder sluiten van bedrijfsactiviteiten, zoals de Kooksfabriek 2, en/of het uitvoeren van extra maatregelen bovenop de Roadmap+. Deze afspraak is ook opgenomen in de Expression of Principles10 die met het bedrijf overeen is gekomen. Als onderdeel van de gesprekken over een eventuele maatwerkafspraak wordt in goed overleg een inventarisatie gemaakt van mogelijke maatregelen. Deze inventarisatie is nog niet volledig afgerond en de gesprekken hierover lopen nog.
Het uiteindelijke doel is om – als onderdeel van de maatwerkafspraken – te komen tot een pakket van bovenwettelijke milieu en gezondheidsmaatregelen gebaseerd op deze inventarisatie. De maatwerkafspraken dragen vanzelfsprekend ook bij aan de bredere doelstellingen t.b.v. klimaat en verbetering van de leefomgeving, waarbij in het bijzonder aandacht is voor stikstofreductie.
Hiermee beoog ik zowel invulling te geven aan de toezeggingen aan uw Kamer als aan de door uw Kamer expliciet geuite wens om binnen de maatwerkafspraken concrete afspraken te maken ten aanzien van gezondheidsverbeteringen voor de leefomgeving. Tata Steel stelt zich hierbij constructief op en lijkt bereid op dit punt verantwoordelijkheid te nemen.
De komende tijd is nog veel uitwerking nodig is om meer duidelijkheid te krijgen over de effecten van de maatwerkafspraak op het milieu, het klimaat en de leefomgeving. Tata Steel is hier op dit moment mee bezig. Zodra de uitwerking gereed is, zal de Commissie voor de milieueffectrapportage (Commissie m.e.r.) een second opinion uitvoeren op het totaalpakket aan plannen. Hiermee kan worden nagegaan in hoeverre de (nog vast te stellen) beschermdoelen op het gebied van gezondheid en milieu worden bereikt. Dit traject staat los van het formele m.e.r-proces in het kader van vergunningverlening (project Heracless).
Ten derde kijk ik of strengere normering kan helpen om het gezondheids- en milieuprobleem aan te pakken. Het gaat dan om het verbeteren of opstellen van wetgeving, bijvoorbeeld via de herijking van de Europese en nationale normen op het gebied van luchtkwaliteit en industriële emissies. Ook de provincie Noord-Holland en de IJmondgemeenten hebben hier eerder op aangedrongen. Deze processen lopen, maar kennen een lange adem. Zodra de nieuwe regelgeving van kracht is, leidt dat tot verbeteringen op landelijk niveau én dus ook bij Tata Steel. Dit sluit ook aan op een van de aanbevelingen van de Onderzoeksraad voor Veiligheid (OvV)11, om te zorgen voor uitvoerbare en eenduidige wetgeving.
De bijdrage van generiek beleid
Uit de studie komt ook naar voren dat er meer nodig is dan een bronaanpak op Tata Steel. In Nederland zijn in de afgelopen decennia flinke stappen gezet in het milieubeleid en hebben we successen geboekt in het verbeteren van de luchtkwaliteit. Tegelijkertijd worden we nog steeds geconfronteerd met hardnekkige problemen, waaronder in de IJmond, en ook dienen nieuwe problemen zich aan. Dat vraagt om bezinning ten aanzien van onder andere onze omgang met milieunormen, de afwegingen tussen korte en lange termijn belangen en afwenteling van milieuproblemen naar later of elders.
Om het milieu en de luchtkwaliteit in Nederland verder te verbeteren, zet ik verschillende stappen. Ik verken welke aanvullende gezondheidswinst in Nederland nog kan worden gerealiseerd met het Schone Lucht Akkoord en ik zet in op een aanscherping van de Europese richtlijn luchtkwaliteit. Over de voortgang hiervan heb ik uw Kamer recent geïnformeerd12. Daarnaast werk ik met het Nationaal Milieu Programma aan het gezonder, schoner en veiliger maken van de leefomgeving vanuit een integrale benadering: een transitie naar een duurzame economie en een brede welvaart voor iedereen13.
Vergunningverlening, toezicht en handhaving
Het actueel houden van de vergunningen aan de gewijzigde regelgeving en het toezicht houden op de naleving van vergunningen is een continue, autonoom en onafhankelijk proces. Voor de meeste vergunningen is de provincie Noord-Holland het bevoegd gezag. De bijbehorende taken worden uitgevoerd door de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG). Op het vlak van vergunningverlening, toezicht en handhaving valt ten opzichte van mijn vorige brief, het volgende te melden. Hierbij merk ik op dat de positieve effecten van de aangescherpte vergunningen nog niet in de RIVM studie zijn meegenomen.
• De definitieve vergunning voor aanpassingen aan de oxystaalfabriek is afgegeven. De OD NZKG eist hiermee dat Tata Steel de uitstoot van stof door dakemissies bij de oxystaalfabriek vanaf 1 januari 2024 met minimaal 50 procent vermindert. Ook is de onderzoeksverplichting voor toekomstige stofuitstoot aangescherpt ten opzichte van de ontwerpvergunning14.
• De OD NZKG heeft de definitieve vergunning voor de ontstoffingsinstallatie bij de Pelletfabriek afgegeven15. De toegestane uitstoot van stof en Zeer Zorgwekkende Stoffen (ZZS), waaronder lood (daling 80 procent) wordt daarmee fors verminderd. De door de OD NZKG gestelde uitstooteisen zijn strenger dan door Tata Steel aangevraagd. De OD NZKG legt een maximale uitstoot op van drie milligram stof per kubieke meter en loopt daarmee vooruit op de norm die gaat gelden voor nieuwe installaties onder de toekomstige Omgevingswet.
• De OD NZKG heeft een ontwerpbesluit genomen over de vergunning van Tata Steel’s schrootcatering16. Hiermee wordt vanaf het najaar minder geluidsoverlast voor omwonenden in de nacht verwacht. Schroothandelingen, zoals het laden en lossen van schroot, worden in de nacht verboden, met uitzondering van incidentele «frieten». «Frieten» zijn kleine geknipte metaaldeeltjes of kantschroot, die een ruisend geluid produceren.
• De OD NZKG is begin dit jaar gestart met een pilot met cameratoezicht bij Tata Steel17. Daarmee is het toezicht op de Kooksgasfabrieken van de staalproducent verbreed. Emissies van rauwe kooks worden zo vroegtijdig gesignaleerd. Tata Steel had een kort geding aangespannen om het cameratoezicht te stoppen18. De voorzieningenrechter heeft de vorderingen afgewezen en geoordeeld dat het cameratoezicht toelaatbaar is.
• OD NZKG heeft de Kooksgasfabrieken 1 en 2 van Tata Steel onder verscherpt toezicht geplaatst. Deze stap volgt op een toename van het aantal meldingen van ongewone voorvallen en het onvoldoende naleven van vergunningsvoorschriften en wet- en regelgeving. Onder het verscherpt toezicht moeten de twee fabrieken zo snel mogelijk aan de milieueisen voldoen en zo gezondheidswinst voor de IJmond-regio boeken19.
• De OD NZKG heeft geen aanwijzingen gevonden voor mogelijke constructiefouten bij de Kooksgasfabriek 2 van Tata Steel20.
• Het onderzoek van de OD NZKG naar het intrekken van de vergunning van de Kooksgasfabrieken loopt nog en wordt vooralsnog in het vierde kwartaal afgerond21. Het intrekken van de vergunning van de Kooksgasfabrieken is juridisch complex en heeft verstrekkende gevolgen. Eventuele intrekking van de vergunning van 1 of beide Kooksgasfabrieken vormt een juridisch verstrekkend besluit dat zorgvuldig moet worden overwogen, onder meer vanuit het oogpunt van proportionaliteit en juridische houdbaarheid. De proportionaliteit houdt in dat de rechter toetst of de maatregel die wordt opgelegd in redelijke verhouding is met de ernst van de overtreding. De OD NZKG bekijkt in haar onderzoek niet alleen de mogelijkheden van intrekking van de vergunning op basis van ongare kooks, maar onderzoekt alle mogelijkheden en neemt in het onderzoek ook de staat van de algehele veroudering van de Kooksgasfabrieken mee.
• In opdracht van de OD NZKG zijn op 26, 27 en 28 juni 2023 door een geaccrediteerd meetbureau de eerste diffuse emissiemetingen uitgevoerd aan de Kooksgasfabriek 2. De uitkomst van die metingen worden september/oktober 2023 verwacht.
Roadmap+
In mei 2021 heeft Tata Steel Nederland een Roadmap+-programma gepubliceerd, met daarin een grote hoeveelheid, deels bovenwettelijke maatregelen om de leefomgeving te verbeteren. Tata Steel heeft een nieuwe website gepubliceerd, waarin gedetailleerd de voortgang van de maatregelen uit de Roadmap+ te volgen is22. In de eerste helft van dit jaar zijn de volgende maatregelen opgeleverd.
• Smeersysteem treinrails
• Eerste afzuigkap Hoogoven 7
• Geluidsisolerende hal knippen schroot Koudbandwalserij
Verder zijn op dit moment de volgende projecten in realisatie.
• Ontstoffingsinstallatie Pelletfabriek
• Bouw Windscherm grondstofopslagen
• Extra afzuiginstallatie Oxystaalfabriek
• Afzuigkappen Hoogovens
• Droogstandinstallatie Oxystaalfabriek
• DeNOx-installatie Pelletfabriek
In mijn brief van 16 januari jl23 heb ik aangegeven dat eerdere reductieclaims voor PAK-stoffen uit de Roadmap+ naar verwachting deels gevalideerd zouden kunnen worden met behulp van het elektronisch milieujaarverslag over 2022. Het e-MJV over 2022 wordt momenteel door de OD NZKG beoordeeld. Dit heeft geleid tot verschillende verzoeken tot aanpassing en aanvullingen. Tata Steel werkt daar nu aan. Ik verwacht dat dit najaar de beoordeling van het e-MJV 2022 wordt afgerond.
Monitoren en meten
Onderzoek luchtkwaliteit
Via het luchtmeetnet wordt de luchtkwaliteit in de IJmond doorlopend gemeten. De uitvoering van de luchtkwaliteitsmetingen en het beheer van het luchtmeetnet wordt gedaan door de GGD-Amsterdam, in opdracht van de OD NZKG. Het meest recente rapport is in juli gepubliceerd24.
De ODNZKG gaat, samen met GGD-Amsterdam, proberen te achterhalen hoe het komt dat de concentraties van sommige stoffen zijn toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Er wordt bijvoorbeeld gekeken in hoeverre hier sprake is van een lokale situatie of juist een landelijk beeld. Het opheffen van maatregelen na de coronacrisis, de energiecrisis, de ontwikkeling van emissies van andere bronnen en bijvoorbeeld meteorologische omstandigheden kunnen hierbij van invloed zijn. Ook zal worden gekeken of er meer gezegd kan worden over welke bronnen zorgen voor bepaald type luchtverontreiniging. De resultaten van deze nadere analyse worden in het najaar verwacht.
Evaluatie en vervolg onderzoeken luchtkwaliteit, grofstof en gezondheid
Inmiddels is het RIVM in opdracht van de provincie Noord-Holland gestart met de evaluatie van het luchtmeetnet in de IJmond. Daarbij wordt bekeken wordt of aanpassingen van het huidige luchtmeetnet nodig zijn en of nog andere onderzoekmethodes beschikbaar zijn. Deze evaluatie zal ook de inzichten van de RIVM studie benutten.
Naast de luchtmetingen zijn eerder nog twee andere soorten onderzoek uitgevoerd. Het betreft de (grof)stofdepositieonderzoeken25 en de gezondheidsmonitor IJmond26. In het najaar zal in samenspraak met de gemeenten, de provincie Noord-Holland, de OD NZKG, de GGD en het RIVM worden besloten op welke manier deze studies een passend vervolg kunnen krijgen. Ook hierbij worden de inzichten uit de RIVM studie betrokken.
Vooruitlopend op deze keuze is recent besloten om als pilotproject op één punt in de IJmond en één punt in De Rijp (achtergrondlocatie) grofstof continue te gaan monitoren. De voorbereidingen hiervoor worden op dit moment getroffen door de OD NZKG en de GGD Amsterdam.
Europese en nationale regelgeving
De nationale en Europese regelgeving schetsen de kaders waarbinnen Tata Steel en de Nederlandse industrie in het algemeen moet opereren. Ook vormen deze het kader voor vergunningverlening en handhaving. Zoals in het eerste deel van deze brief is aangegeven, is het van belang dat nationale en Europese wetgeving voldoende scherp is. De volgende ontwikkelingen zijn in dit kader relevant.
Zoals in mijn Kamerbrief van 30 maart27 gemeld, heeft de Raad een algemene oriëntatie bereikt op de Richtlijn Industriële Emissies, waarmee het startschot wordt gegeven voor de onderhandelingen met het Europees Parlement (EP)28. Met dit compromisvoorstel wordt de nodige milieu en gezondheidswinst behaald door de uitstoot van industriële installaties verder te beperken, en doordat de link met de zeer zorgwekkende stoffen en de REACH-verordening wordt aangescherpt. Dit draagt niet alleen bij aan het realiseren van scherpere milieuverplichtingen in Nederland, maar ook in Europa waardoor ook het gelijke Europese speelveld gediend wordt.
Tijdens de Milieuraad vond het eerste beleidsdebat plaats over het voorstel tot herziening van de richtlijn luchtkwaliteit29. Alle lidstaten, waaronder Nederland, verwelkomden het voorstel en schaarden zich achter het doel om de luchtkwaliteit in de EU te verbeteren. Lidstaten verschilden echter wel van mening over de haalbaarheid van het ambitieniveau in het voorstel van de Commissie. Het streven is om nog dit jaar tot een algemene oriëntatie te komen, waarna het voorstel naar verwachting in 2024 kan worden afgerond. Ook het Europees Parlement heeft inmiddels een standpunt bepaald.
Dit voorjaar is het rapport van de OvV «Industrie en Omwonenden» gepubliceerd30. Met dit rapport heeft de OvV het onderzoek afgerond naar de wijze waarop burgers in Nederland worden beschermd tegen de risico’s van soms jarenlange schadelijke industriële uitstoot en lozingen. De situatie rondom Tata Steel was hierin één van de casussen. Het rapport bevat ook aanbevelingen over de nationale wet- en regelgeving. Uw Kamer wordt in een separate brief geïnformeerd over de opvolging van de aanbevelingen. De opvolging van deze aanbevelingen zal ook een bijdrage leveren aan het verbeteren van de leefomgeving in de IJmond.
Tot slot
Het kabinet is demissionair, maar het werken aan gezondheid in de IJmond en het beperken van de emissies van Tata Steel gaat door. De komende periode zal ik mij daarvoor blijven inzetten. Het met deze Kamerbrief aangeboden RIVM-rapport bevat daar goede handvatten voor. Daarnaast zie ik uit naar de adviezen van de expertgroep IJmond. Ik ben er van overtuigd dat deze van waarde zullen zijn om de leefomgeving verder te verbeteren.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, V.L.W.A. Heijnen
PM10 6–28% (bijdrage van 1,0–6,5 μg/m3); PM2.5 luchtconcentraties 3–17% (bijdrage van 0,3–1,7 μg/m3); NO2 luchtconcentraties 10–20% (bijdrage van 1,7–2,8 μg/m3); PAK luchtconcentraties 45–83% (bijdrage van 0,04–0,24 ng/m3); PAK depositie 0–64% (bijdrage van 0–0,54 μg/m2/d); Lood luchtconcentraties 14–50% (bijdrage van 0,56–3,3 ng/m3); Looddepositie 0–62% (bijdrage van 0–23 μg/m2/d). Zie verder pag. 17 van het rapport.
Zie voor meer informatie over de samenstelling van de achtergrondconcentratie https://www.rivm.nl/ggd-richtlijn-medische-milieukunde-luchtkwaliteit-en-gezondheid/toelichting-en-tools-luchtkwaliteit/toelichting-en-tools-luchtkwaliteit/Bronnen-per-component.
https://odnzkg.nl/app/uploads/sites/4/2023/06/Aankondiging-plaatsing-onder-verscherpt-toezicht.pdf.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-28089-266.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.