21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 852 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 augustus 2015

Met deze brief informeer ik u over de onderwerpen op de agenda van de extra Landbouwraad van 7 september aanstaande en over mijn inzet tijdens deze bijeenkomst. Hiermee voldoe ik tevens aan het verzoek van de vaste commissie voor Economische Zaken, die mij om deze brief heeft verzocht. Daarnaast informeer ik u over de verlenging van de buitengewone maatregelen voor groenten en fruit.

Agenda extra Landbouwraad 7 september 2015

Marktontwikkelingen

(Informatie van de Europese Commissie en gedachtewisseling)

Het agrocomplex heeft een grote economische en maatschappelijke betekenis. Met een totale toegevoegde waarde van 52 miljard euro is het agrocomplex goed voor ongeveer 9% van de totale omvang van de Nederlandse economie. Het levert een belangrijke bijdrage aan de werkgelegenheid en aan het positieve handelssaldo. Ondanks de economische crisis is gebleken dat Nederland ook in 2014 de tweede plek op de wereldranglijst van grootste agro-exporteurs heeft weten te behouden. Dat is een prestatie van belang.

Op verzoek van onder andere Frankrijk is er een extra Landbouwraad ingelast om de recente marktontwikkelingen van met name de zuivel- en varkensvleessector te bespreken. Als gevolg van een samenloop van diverse factoren staat de prijsontwikkeling in deze sectoren onder druk. De Europese Commissie zal de Raad informeren over de ontwikkelingen op de markten in deze sectoren. Verder zal er een gedachtewisseling volgen over mogelijke maatregelen. Op dit moment zijn de stukken behorende bij de agenda (ST 3533/15) nog niet beschikbaar.

Deze zomer hebben boeren in Frankrijk en België op de wegen geprotesteerd tegen de huidige slechte marktsituatie en aandacht gevraagd voor de problemen die dit voor sommige boeren met zich meebrengt. Op 29 juli jl. heb ik een brief aan mijn Franse collega gestuurd om mijn grote zorgen uit te spreken over de acties van de boeren waardoor het vrije verkeer van goederen gehinderd wordt. Hoewel ik begrip heb voor het ongenoegen van de boeren, keur ik acties of nationale maatregelen die het vrije verkeer van goederen en de werking van de interne markt ondermijnen af. In lijn met de brief, zal ik dit tijdens de Raad benadrukken.

Zuivel

De zuivelmarktsituatie is sinds maart van dit jaar verslechterd. De melkprijzen zijn gedaald. In augustus 2015 is het melkgeld (maandelijks uitgekeerde garantieprijs vermenigvuldigd met het aantal geleverde kilo’s) van FrieslandCampina met een garantieprijs van € 28,50 per 100 kilo melk gemiddeld € 18.288 (uitgaande van een gemiddelde jaarproductie van 770.000 kilo melk). Dat is bijna € 10.000 en ruim 35% lager dan in december 2013. Dit raakt de Nederlandse producenten.

De slechte marktsituatie geldt voor de gehele Europese Unie. Diverse lidstaten zullen waarschijnlijk vragen om ingrijpen in de markt, bijvoorbeeld door het verhogen van de interventieprijs van magere melkpoeder, herintroductie van restituties of maatregelen ter stabilisatie van het inkomen. De Europese Commissie heeft besloten de aanvraagperiode van de particuliere opslagregeling voor boter en magere melkpoeder te verlengen tot en met februari 2016 om zo een helpende hand te bieden voor de zuivelproducenten. Tevens heeft zij besloten de openbare interventieregeling voor boter en magere melkpoeder open te stellen tot en met september 2016. Deze openbare interventieregeling staat normaal gesproken jaarlijks open van maart tot en met september. Met deze beslissing kunnen zuivelproducenten ook van oktober 2015 t/m februari 2016 gebruik blijven maken van de regeling. Ik steun de beslissing van de Europese Commissie.

Volgens de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en het Landbouw Economisch Instituut (LEI) zijn de vooruitzichten op de middellange en lange termijn nog steeds goed. De Nederlandse zuivelsector heeft aangegeven geen oplossing te zien het verhogen van de interventieprijs. Dit werd bevestigd in het constructieve gesprek dat ik recentelijk met LTO heb gehad over de actuele marktsituatie. Ik steun het standpunt van de Europese Commissie om vast te houden aan marktoriëntatie en ben derhalve tegen verhoging van de interventieprijs. Wel kan ik Europese maatregelen steunen die gericht zijn op verbetering van het concurrentievermogen, zoals het innovatief vermogen, marktkracht en het stimuleren van de export. Nederland is net als de Europese Commissie actief om markttoegang te bewerkstelligen in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven.

De Europese zuivelsector zal moeten gaan inspelen op de toegenomen marktwerking door de afschaffing van het melkquotum in april jl. Enkele lidstaten hebben op deze periode van lage melkprijzen gereageerd door te vragen naar het wederom invoeren van instrumenten die de vrije marktwerking verstoren. Dit is niet de weg die moet worden ingeslagen. Dergelijke oude instrumenten zullen niet bijdragen aan een concurrerende, gezonde sector. Ik vind echter wel dat er ruimte gezocht moet worden om de sector kansen te bieden met deze marktwerking om te gaan. Onderdeel daarvan is dat het bedrijfsleven de ruimte heeft om duurzaamheidsinitiatieven in de markt te ontplooien. Om het gewenste effect te creëren vergen zulke duurzaamheidsinitiatieven regelmatig de inzet van meerdere partijen. Ik zal in de Raad wederom aandacht vragen voor verruiming van de mededingingsregels zodat de sector zelf afspraken kan maken om de ketenaanpak te versterken.

Varkensvlees

Op 26 augustus jl. heb ik met alle partijen in de varkensketen en een afvaardiging van de actiegroep Eerlijke Prijs Agra gesproken over de huidige situatie in de sector. In het gesprek hebben we stil gestaan bij de zeer moeilijke situatie waarin de varkenssector zich bevindt.

In dat kader is met name stil gestaan bij de slechte marktsituatie voor varkensvlees en de gevolgen hiervan voor de varkenshouders. Op de Europese markt is een groot knelpunt waar het gaat om vraag en aanbod. Het gaat hierbij om een structureel probleem. De aanhoudend slechte marktsituatie is met name het gevolg van een toename van de Europese varkensvleesproductie bij een structureel dalende vraag. Het wegvallen van de afzet naar Rusland heeft het probleem nog pregnanter gemaakt.

Verschillende oplossingsrichtingen, zowel op de korte en langere termijn hebben we verkend.

Voorop staat de noodzaak om te komen tot een versnelde vitalisering van de Nederlandse varkenshouderij. Onderdelen daarvan zijn het richten van de productie op kwaliteit, herstructurering van de sector en het stimuleren van bedrijfsbeëindiging (stoppers). Dit traject is reeds ingezet, maar behoeft versnelling. Op initiatief van de Producentenorganisatie Varkenshouderij (POV) is een traject gestart onder leiding van de heer Rosenthal waarbij de Rabobank en mijn departement nauw zijn betrokken. De regiegroep vitale varkenshouderij zal op korte termijn met concrete voorstellen komen.

Een van de maatregelen op de korte termijn betreft het openen van nieuwe exportmarkten voor varkensvlees. Vanwege het belang van export van varkensvlees naar derde landen heb ik toegezegd dat ik, aanvullend op de lopende nationale en Europese activiteiten naar aanleiding van de Russische boycot, extra inzet zal plegen ten behoeve van de export van varkensvlees. Mijn geplande buitenlandse reizen aan onder andere China zal ik benutten voor het verruimen van de markttoegang en het versterken van de marktpositie van Nederlandse varkensvleesproducten. Verder zal ik op korte termijn een export-attaché voor varkensvlees aanstellen die in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven de mogelijkheden gaat verkennen van toegang op nieuwe markten voor varkensvlees in Azië en elders in de wereld.

De varkensketen heeft plannen opgesteld voor exportpromotie en afzetbevordering van Nederlands varkensvlees. Eerdere aanvragen voor een tegemoetkoming uit de Europese regeling betreffende voorlichting en afzetbevordering van landbouwproducten zijn afgewezen door de Europese Commissie omdat niet geheel voldaan werd aan de voorwaarden. In het kader van de aanstaande Raad zal ik de Europese Commissie vragen om extra middelen binnen de bestaande begroting beschikbaar te stellen voor exportpromotie en de voorwaarden van de regeling te verruimen. De sector heeft dan de gelegenheid om nieuwe aanvragen in te dienen waarbij ik de sector zal faciliteren.

Ten aanzien van de inzet van marktordeningsinstrumenten voor varkensvlees ben ik geen voorstander van het heropenen van een particuliere opslagregeling voor varkensvlees omdat dit geen oplossing biedt voor de structurele problemen van de sector, zoals ik uw Kamer al eerder heb gemeld in de geannoteerde agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 16 maart jl. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 833). De sector heeft mij verzocht om de Europese Commissie de mogelijkheden te laten onderzoeken van Europese aanbod regulerende maatregelen zoals het vervroegd of lichter slachten van varkens. Het is de vraag of dergelijke maatregelen een oplossing bieden voor de structurele problemen in de sector.

Ik wacht eventuele voorstellen van de Europese Commissie af.

Voor de vitalisering van de varkensketen is het van belang dat er meer ruimte komt voor ketenafspraken voor duurzaam geproduceerd varkensvlees. Ik zal in de extra Landbouwraad de Europese Commissie vragen om de mogelijkheden te onderzoeken van verruiming binnen de kaders van de Europese GMO-verordening. Wat betreft de ruimte voor duurzaamheid binnen de mededingingskaders heeft de Minister van Economische Zaken in zijn brief van 13 juli 2015 aangegeven dat in overleg met de Europese Commissie naar de ruimte hiervoor zal worden gekeken (Kamerstuk 30 196, nr. 354).

In het overleg is door het bedrijfsleven ook een pleidooi gehouden voor een versoepeling van boven Europeeswettelijke milieu, dierwelzijns- en voedselveiligheidseisen en een verlaging van de keuringskosten.

Bij het streven naar een duurzame toekomstbestendige varkenssector kunnen we geen concessies doen op wettelijke eisen op het gebied van milieu, dierenwelzijn en voedselveiligheid. Ik heb daarbij aangegeven dat ten aanzien van de mestregelgeving geen sprake is van bovenwettelijke eisen. De Nederlandse mestregelgeving is gericht op uitvoering van Europese milieurichtlijnen. Het versoepelen van dierenwelzijnsregels zou ingaan tegen de vraagontwikkeling in de markt naar meer diervriendelijker geproduceerd varkensvlees.

Als onderdeel van de voorgenomen herstructurering van de vleeskeuring zal ik de mogelijkheden onderzoeken om keuringskosten te kunnen verlagen. Dit in het licht van en onder de voorwaarde dat de sector beschikt over nieuwe, verbeterde ketenkwaliteitssystemen waarmee het consumentenvertrouwen en de gewenste kwaliteitsslag en vitalisering in de varkensketen geborgd worden.

Na de Raad zal ik vervolgoverleg voeren met alle betrokken partijen in de varkensketen, de Rabobank en de retail om nadere afspraken te maken over de vervolgaanpak.

Diversen

Afrikaanse varkenspest

(Informatie van de Estse delegatie)

Estland, gesteund door Litouwen, Letland en Polen, vraagt aandacht voor de uitbraken van Afrikaanse varkenspest in deze landen. Het bijbehorende document is momenteel nog niet beschikbaar. Deze landen hebben een gezamenlijke brief gestuurd aan Eurocommissaris Andriukaitis met daarin een aantal concrete voorstellen om de ziekte te bestrijden. Het betreft onder andere een voorstel om heldere criteria te geven voor het vaststellen van grenzen van besmette regio’s, maatregelen te nemen om de ziekte bij wilde zwijnen te bestrijden, maar ook om de maatregelen aan te passen, zodat de lasten voor varkenshouders wat worden verlicht. Daarnaast verzoeken zij om ophoging van het co-financieringspercentage van 75 naar 100%.

Er zijn sinds het begin van 2014 uitbraken van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen en bij gehouden varkens gerapporteerd in de drie Baltische staten en Polen. De getroffen lidstaten hebben maatregelen genomen om verdere verspreiding tegen te gaan. De situatie in de getroffen regio’s is echter nog altijd niet onder controle en de afgelopen weken zijn er geregeld nieuwe uitbraken geweest. Het zijn met name de kleine varkenshouderijen die worden getroffen. Ook bij wilde zwijnen zijn nog besmettingen geconstateerd.

De voorstellen in de brief aan Eurocommissaris Andriukaitis verdienen een zorgvuldige beoordeling door de Europese Commissie die daarbij gebruik dient te maken van alle beschikbare wetenschappelijke informatie en adviezen van deskundigen. Op basis daarvan kan worden besloten of, en zo ja, hoe de bestrijdingsstrategie kan worden aangepast om de ziekte te bestrijden en of het verzoek tot ophoging van de co-financiering kan worden ingewilligd.

Ik deel de zorg van de lidstaten over de verspreiding van Afrikaanse varkenspest in de regio en de risico’s voor verdere verspreiding naar andere EU-lidstaten. Tot nu toe heb ik het beleid van Europese Commissie in de bestrijding van deze ziekte gesteund. Hoewel de situatie zorgelijk is, wordt het risico op insleep naar Nederland op dit moment laag ingeschat. Nederland heeft als extra voorzorgsmaatregel een dubbele reiniging en desinfectie van vrachtwagens komend uit de besmette regio’s ingesteld. Ook is er in Nederland een monitoringsysteem bij wilde zwijnen en gehouden varkens. De voorstellen van de vier getroffen lidstaten dienen zorgvuldig te worden beoordeeld door de Europese Commissie en experts. Ik zal mede aan de hand daarvan mijn standpunt nader bepalen. Essentieel is dat de Afrikaanse varkenspest effectief wordt bestreden.

Overig

Verlenging buitengewone maatregelen groenten en fruit

Op 14 augustus jl. heb ik de wijziging van de uitvoeringsregeling buitengewone Europese maatregelen inzake de Russische boycot van groenten en fruit gepubliceerd in de Staatscourant. Vanaf dat moment kunnen telers hun product aanmelden voor steun. Deze wijziging volgt op de beslissing van de Europese Commissie om de steun voor groenten- en fruitproducenten voor uit de markt nemen, groen oogsten en niet oogsten van bepaalde groenten en fruit te verlengen1. In mijn brief met het verslag van de Raad van 13 juli jl. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 850) had ik u al geïnformeerd over dit voornemen van de Europese Commissie. De openstelling is tot en met 30 juni 2016.

De Staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma


X Noot
1

Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 2015/1369 van de Commissie van 7 augustus 2015 tot wijziging van Gedelegeerde Verordening (EU) nr. 1031/2014 tot vaststelling van verdere tijdelijke buitengewone maatregelen ter ondersteuning van producenten van bepaalde groenten en fruit.

Naar boven