21 501-28 Defensieraad

Nr. 237 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 maart 2022

Inleiding

Hierbij ontvangt u de geannoteerde agenda voor de Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) die op 21 maart aanstaande in Brussel zal plaatsvinden met de Ministers van Defensie. Ik ben voornemens om aan deze Raad deel te nemen.

Tijdens de RBZ zal het Strategisch Kompas worden aangenomen in een gezamenlijke sessie met de Ministers van Buitenlandse Zaken. Verder spreken de Ministers van Defensie over de situatie in Oekraïne tijdens een werkdiner. Hierbij zal naar verwachting ook de Oekraïense Minister van Defensie aansluiten.

Strategisch Kompas

Het Strategisch Kompas zal op 21 maart 2022, tijdens een gezamenlijke Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) met de Ministers van Buitenlandse Zaken en Defensie, worden aangenomen en vervolgens worden bekrachtigd tijdens de Europese Raad van 24–25 maart 2022. De aanname van het Strategisch Kompas door de Raad vormt het sluitstuk van de onderhandelingen over de tekst, die sinds november 2021 zijn gevoerd.

De EU Hoge Vertegenwoordiger (hierna HV) deelde de derde conceptversie van het Strategisch Kompas op 18 februari jl. met de lidstaten, daags voor de Russische inval in Oekraïne. In het licht van de Russische agressie was deze derde conceptversie, waarvan uw Kamer nog geen appreciatie heeft ontvangen, achterhaald. Op aandringen van een groot aantal lidstaten, waaronder Nederland, heeft de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO) daarom een nieuw concept van het Strategisch Kompas geschreven. Deze vierde conceptversie is op 5 maart jl. met de lidstaten gedeeld. Beide documenten zijn voor uw Kamer beschikbaar via EU delegates portal en zijn tevens als vertrouwelijke bijlage1 toegevoegd. In navolging van de weergave en kabinetsappreciatie van de eerste2 en tweede3 conceptversies van het Strategisch Kompas, komt het kabinet hierbij tegemoet aan het verzoek van uw Kamer om een kabinetsappreciatie van de belangrijkste wijzigingen in de derde en vierde conceptversies ten opzichte van de eerdere versies.

Het is evident dat de terugkeer van oorlog in Europa door de ongekende en illegale Russische agressie in Oekraïne een enorme impact heeft op de veiligheid in Europa en daarmee ook het Strategisch Kompas. Het is ook duidelijk dat er een grotere verantwoordelijkheid op de Europese schouders rust om bij te dragen aan de veiligheid van onze burgers. De ontwikkelingen in Oekraïne onderstrepen de noodzaak van een versterkt Gemeenschappelijk Veiligheid en Defensiebeleid (GVDB) van de EU, alsook het belang van de trans-Atlantische betrekkingen en eenheid. Een sterker Europa en een sterkere NAVO gaan hand in hand.

De recente conceptversie van het Strategisch Kompas reflecteert deze nieuwe realiteit op een goede manier. Zo is een uitgebreide referentie opgenomen naar de onderliggende principes van de Europese veiligheidsarchitectuur, met duidelijke verwijzingen naar het belang van soevereiniteit, territoriale integriteit en de vrijheid van staten om te kiezen voor hun eigen veiligheidsarrangementen. De beginselen van deze veiligheidsordening zijn vastgelegd in een aantal sleuteldocumenten, zoals de Slotakte van Helsinki (1975), het Handvest van Parijs (1990) en de NATO Russia Founding Act (1997).

Daarnaast bevat de nieuwste conceptversie van het Strategisch Kompas een aanzienlijk verstevigde tekst ten aanzien van Rusland als grootste bedreiging voor de Europese veiligheid in het licht van de militaire agressie tegen Oekraïne. Met de eerdere annexatie van de Krim, voortdurende steun aan gewapende separatisten, hybride dreigingen, cyberaanvallen, desinformatie en nu ook de inval in Oekraïne en agressieve nucleaire retoriek, plaatst Rusland zichzelf buiten de internationale rechtsorde.

In het licht van dit geopolitieke kantelmoment, onderstreept het Strategisch Kompas de urgentie van een intensivering van het EU-defensiebeleid, een verhoging van de defensie-uitgaven door de EU en de lidstaten alsook het belang van een snelle en daadkrachtige uitvoering van de in het Kompas geformuleerde doelstellingen. Gezien de situatie in Oekraïne, maar ook vanwege toenemende instabiliteit elders aan de Europese buitengrenzen, investeert het kabinet de komende jaren fors in de krijgsmacht. Dat is nodig om bij te kunnen dragen aan de verhoogde waakzaamheid, versterkte verdediging en bondgenootschappelijke afschrikking als gevolg van de huidige Russische agressie. Conform motie van het lid Sjoerdsma c.s. (Kamerstuk 36 045, nr. 4) beziet het kabinet wat op korte termijn nodig en mogelijk is om de voorziene toename van het defensiebudget eerder te laten plaatsvinden en welke eventuele extra investeringen in de krijgsmacht en de internationale samenwerking noodzakelijk zijn. Uw Kamer wordt hierover binnenkort geïnformeerd.

De nieuwe conceptversie van het Strategisch Kompas refereert tevens aan het belang van de Europese Vredesfaciliteit, aan de hand waarvan de EU o.a. militair materiaal kan financieren en – mogelijk via lidstaten – beschikbaar kan stellen aan strategische partners, waaronder recent ook aan Oekraïne.

Daarnaast komt het belang van het strategische partnerschap met de NAVO en de collectieve verdediging die het aan de bondgenoten biedt, prominent naar voren. De Russische aanval op de Europese veiligheidsordening maakt hechte EU-NAVO samenwerking belangrijker dan ooit voor onze Euro-Atlantische veiligheid. De recente ontwikkelingen onderstrepen de noodzaak van het uitgangspunt dat capaciteiten die in EU-verband worden ontwikkeld ook in NAVO-verband kunnen worden ingezet. Daarvan is per definitie sprake omdat landen beschikken over een «single set of forces» die in welk verband dan ook inzetbaar zijn.

Deze veranderende veiligheidscontext vraagt ook om een herziene dreigingsanalyse. De frequentie voor het updaten van de dreigingsanalyse is verkort van vijf naar drie jaar en er wordt nu voorgesteld om al in 2022 een eerste update te doen in het licht van de inval in Oekraïne.

Tevens gaat er in deze conceptversie significant meer aandacht naar militaire mobiliteit, een onderwerp waarop Nederland een leidende rol speelt en dat zeker in tijden van crisis van eminent belang is. Zo wordt voorgesteld om dual use transport infrastructuur te versterken, in nauwe samenwerking met NAVO. Het kabinet onderschrijft deze voorstellen.

Op het gebied van crisisbeheersing («Act») steunt het kabinet de uitgebreidere tekst met betrekking tot de Rapid Deployment Capacity (RDC). Belangrijke randvoorwaarden voor een effectieve inzet van deze snelle interventie capaciteit zijn verder uitgewerkt. Dit moet zorgen voor verbetering op de bestaande EU Battle Groups (EUBG) en bouwt hierop voort. Zo worden gezamenlijke trainingen en oefeningen in EU-verband opgezet, wordt de stand-by periode van deelnemende lidstaten verlengd naar een jaar en wordt er gewerkt met verschillende niveaus van gereedstelling. Tevens is het modulaire karakter van de interventiemacht nader toegelicht: afhankelijk van de crisissituatie kan er een combinatie van militaire capaciteiten benut worden (bestaande uit land-, lucht- en maritieme elementen). Daarmee zal de EU over een flexibeler instrument beschikken, vergeleken met de huidige EUBG’s. Verschillende scenario’s voor de inzet van de RDC worden tijdens de implementatiefase van het Strategisch Kompas verder uitgewerkt. In eerste instantie zal prioriteit worden gegeven aan scenario’s die toegespitst zijn op evacuatie-operaties en een inzet tijdens de eerste fase van stabilisatie-operaties. Uiteindelijk dient de snelle EU interventiemacht in alle fases van een conflict inzetbaar te zijn. Het kabinet verwelkomt de nadruk op het belang van interoperabiliteit met de NAVO door te verwijzen naar NAVO-standaarden. Voorts is Nederland voorstander van het, op termijn, gebruikmaken van de Military Planning and Conduct Capability (MPCC) als primair operationeel militair hoofdkwartier voor alle EU-missies en -operaties, inclusief de inzet van de RDC. Nederland ziet dit graag expliciet terugkomen in het Strategisch Kompas en zal zich hiervoor de komende weken verder inzetten.

Ten aanzien van missies en operaties verwelkomt het kabinet de voorgestelde verbetering van de effectiviteit van militaire EU-missies en -operaties, het onderzoeken van mogelijkheden voor meer gerichte adviestaken richting partnerlanden, en het voornemen de strategische communicatie omtrent missies en operaties te versterken.

Op het gebied van weerbaarheid («Secure») is de ambitie ten aanzien van de hybride toolbox, die mede op Nederlands initiatief in het Strategisch Kompas is opgenomen, behouden. Ook blijft de aandacht voor terrorisme en non-proliferatie gehandhaafd. Wat dit laatste betreft onderschrijft het kabinet het belang van het non-proliferatieverdrag als hoeksteen van de internationale nucleaire ontwapenings- en non-proliferatie architectuur. Daarnaast is de tekst op het gebied van cyber verder uitgebreid, met een sterkere referentie naar EU respons opties, gericht tegen kwaadwillende actoren die met cyberactiviteiten schade willen toebrengen aan de veiligheidsbelangen van de EU en haar partners. In het licht van de situatie in Oekraïne is dit voor het kabinet van groot belang. Het kabinet verwelkomt de intensievere aandacht voor maritieme veiligheid en voor het luchtruim vanwege de (blijvende) dreigingen die uitgaan van zowel statelijke als niet-statelijke actoren. Op het gebied van de ruimte voorziet het Strategisch Kompas nu in instrumenten ter vergroting van de weerbaarheid, zoals een capaciteit om ruimteobjecten te kunnen volgen (zogenaamde Space Surveillance & Tracking). Daarnaast zullen mogelijkheden worden onderzocht voor het activeren van crisis respons mechanismen in het geval van aanvallen in en vanuit de ruimte of op satellieten. Het kabinet verwelkomt de hiertoe voorgestelde EU-ruimtestrategie voor veiligheid en defensie die de inzet op politiek, operationeel, diplomatiek en regulerend vlak verder vorm zal geven.

Ten slotte, in het hoofdstuk over capaciteitsontwikkeling («Invest») zijn in deze recente conceptversies van het Strategisch Kompas verwijzingen opgenomen naar de (1) Mededeling over de bijdrage van de Europese Commissie aan het versterken van de Europese Defensie van 15 februari jl.4; en (2) De gepresenteerde routekaart over kritische technologie in de EU defensie en veiligheidssector.5 Over beide documenten wordt uw Kamer middels BNC-fiches binnen de daarvoor geldende termijn geïnformeerd. Ten behoeve van de versterking van de concurrentiepositie van de Europese Defensie-industrie wordt in dit kader verwezen naar het streven tot meer gezamenlijke verwerving van defensiemateriaal. Daarnaast is er aandacht voor de mogelijkheden om exportcontrole van wapens in EU-verband verder te stroomlijnen, met inachtneming van nationale besluitvorming. Daarnaast wordt het belang onderstreept om als EU kritische technologie op het gebied van veiligheid en defensie te beschermen en strategische afhankelijkheden tegen het licht te houden en waar nodig af te bouwen. Tot slot wordt in dit hoofdstuk de noodzaak onderstreept om meer en beter te investeren in Defensie.

Concluderend is het kabinet tevreden met de huidige versie van het Strategisch Kompas waarin de urgentie en het belang van een intensivering van het EU defensiebeleid, in nauwe afstemming met internationale partners en in de context van de Russische inval in Oekraïne, goed naar voren komt.

Oekraïne

Tijdens het diner zal worden gesproken over de situatie in Oekraïne, mogelijk in aanwezigheid van de Oekraïense Minister van Defensie dhr. Oleksiy Reznikov via een digitale verbinding. De EU heeft op 28 februari jl. via de Europese Vredesfaciliteit twee urgente steunmaatregelen aangenomen. Hiermee is in totaal EUR 500 miljoen gereserveerd, waarvan EUR 450 miljoen voor letale steun en EUR 50 miljoen voor niet-letale steun. Hiermee kan onder andere brandstof, medisch materiaal en beschermende kleding worden geleverd, alsook wapens, munitie en luchtverdedigingssystemen. De Ministeries van Defensie van de lidstaten zijn verantwoordelijk voor de implementatie van de steunmaatregelen en het leveren van het materiaal. De EU heeft een coördinatieplatform (Clearing House Cell – CHC) opgezet om informatie over de behoeften van Oekraïne samen te brengen met wat de EU-lidstaten aan militaire steun kunnen leveren. Inmiddels zijn ook partnerlanden (VS, VK, Canada, Noorwegen, Australië, Nieuw-Zeeland, Zuid-Korea) aangesloten bij de CHC.

Nederlandse positie

Nederland is voorstander van het bieden van steun aan Oekraïne, waaronder het leveren van militaire goederen,6 en is dan ook positief over de snelle aanname van de EPF steunmaatregelen. Daarbij wordt ingezet op het gebruik van de maatregelen voor additionele steun ten opzichte van wat reeds door lidstaten aan Oekraïne is geleverd. Nederland zal steun uitspreken voor de rol die de EU speelt in de coördinatie van de levering van militaire goederen door EU-lidstaten en partners aan Oekraïne, waardoor deze steun zo goed mogelijk kan worden aangesloten op de behoeften van Oekraïne. Verder is voor Nederland van belang dat de bijzonder grote eensgezindheid tussen de lidstaten, en met internationale partners – in het bijzonder de NAVO en de VS behouden blijft.

Verslag informele RBZ Defensie van 28 februari jl.

Graag maak ik van deze brief gebruik om u te informeren over de ingelaste (digitale) RBZ Defensie van 27 februari jl. (Kamerstukken 32 317 en 36 045, nr. 746) over de situatie in Oekraïne. Dit was de eerste bijeenkomst van de EU Ministers van Defensie sinds de Russische invasie in Oekraïne. De twee urgente EPF steunmaatregelen van in totaal EUR 500 miljoen voor letale en niet-letale steun aan Oekraïne, die kort voor de bijeenkomst waren aangenomen, werden verwelkomd. Vrijwel alle lidstaten lieten weten Oekraïne met militaire en humanitaire goederen te steunen, zo ook Nederland. Ook is er gesproken over de impact van de huidige situatie op het EU Strategisch Kompas. Lidstaten waren het eens dat de tekst moet worden aangepast om de huidige realiteit te reflecteren. Nederland heeft het belang en de urgentie van de aanname van het EU Strategisch Kompas tijdens de RBZ van 21 maart (Kamerstuk 21 501-02, nr. 2467) aanstaande benadrukt.

De Minister van Defensie, K.H. Ollongren


X Noot
1

Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

X Noot
2

Kamerstukken 21 501-28 en 21 501-02, nr. 229, d.d. 10 december 2021.

X Noot
3

Kamerstuk 21 501-28, nr. 231 d.d. 13 januari 2022.

X Noot
4

COMM/2022/60.

X Noot
5

COMM/2022/61.

X Noot
6

Kamerstukken 22 054 en 36 045, nr. 359 d.d. 3 maart 2022.

Naar boven