32 317 JBZ-Raad

36 045 Situatie in de Oekraïne

Nr. 746 BRIEF VAN DE MINISTER EN STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 28 februari 2022

Op 25 februari jl. besloot het Franse EU-Voorzitterschap om 27 februari een JBZ-Raad in te lassen over de situatie in Oekraïne. De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid nam hier namens Nederland aan deel. Met deze brief doen wij uw Kamer verslag over deze bijeenkomst.

De Raad sprak in gemengd comité-verband (inclusief Schengenlanden IJsland, Liechtenstein, Noorwegen, Zwitserland) over civiele bescherming en hulp aan de Oekraïense bevolking, over nationale opvang en solidariteit, over de buitengrenzen en veiligheidskwesties, over visummaatregelen en over hybride dreigingen.

Het Voorzitterschap opende de vergadering met het onderstrepen van de Europese solidariteit richting Oekraïne en haar burgers. De aanwezige landen sloten zich aan bij deze boodschap en keurden unaniem het Russische geweld af.

Civiele bescherming en hulp

Commissaris Lenarčič voor Crisisbeheer schetste de stand van zaken in Oekraïne, ging in op de humanitaire inspanningen van de Commissie en sprak zijn waardering uit voor de steun die de EU en de EU-lidstaten onder meer via EU-mechanismen al leveren aan Oekraïne. Commissaris Lenarčič legde de nadruk op de omvang van de humanitaire noden en de noodzaak die maximaal te helpen lenigen. Hij benadrukte daarbij het belang van EU-coördinatie. De daarvoor bestemde mechanismen werken goed.

Nederland veroordeelde de Russische invasie in Oekraïne in de sterkst mogelijke bewoordingen en onderstreepte het belang van hulp aan Oekraïne, via de Verenigde Naties en het Rode Kruis, maar natuurlijk ook via de Commissie. Nederland riep de EU op om alle beschikbare instrumenten voor civiele bescherming en hulp in te zetten om Oekraïne en Oekraïense bevolking te ondersteunen. Nederland heeft via het Union Civil Protection Mechanism van het Emergency Response Coordination Centre medicijnen en medische beschermkleding aangeboden en stelde open te staan voor verzoeken van Frontex of het EU-asielagentschap (EUAA). Ook lichtte Nederland toe dat de Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking op 27 februari jl. bekend maakte 20 miljoen euro extra vrij te maken voor het aankomende appeal van de Verenigde Naties en een half miljoen euro om Moldavië te ondersteunen.

Nationale opvang en solidariteit

Commissaris Johansson en de lidstaten stelden allen dat de EU een veilige haven moet bieden aan alle Oekraïners die dat nodig hebben. Een groot aantal lidstaten schetste, net als Nederland, de inspanningen die worden verricht voor de eerste opvang van Oekraïners en om tijdelijk verblijf van Oekraïners in een EU-lidstaat mogelijk te maken. Nederland beziet voorts de mogelijkheden om voor hen die al in Nederland verblijven ruimhartig te reageren op verzoeken om verstrekte visa te verlengen. De Commissie verwelkomde de inspanningen die lidstaten reeds leveren en gaf aan dat het EUAA klaar staat om ondersteuning te bieden waar nodig. Nederland onderstreepte eveneens de steun aan de lidstaten aan de grenzen met Oekraïne, en gaf aan open te staan voor verzoeken van het EUAA om bij te dragen waar nodig.

De Commissie bracht voorts de mogelijkheid naar voren om de richtlijn tijdelijke bescherming (2001/55/EG) te activeren. Deze richtlijn is weliswaar nog nooit gebruikt, maar de zeer uitzonderlijke situatie in Oekraïne noopt hiertoe, aldus Commissaris Johansson. Zij onderstreepte dat alle Oekraïners die dat nodig hebben op deze wijze over een tijdelijke beschermde status in de Unie zouden kunnen beschikken. Het voorstel van de Commissie kreeg veel weerklank onder de leden van de Raad, al gaven de buurlanden van Oekraïne allen aan de situatie op dit moment het hoofd te kunnen bieden. Naar verwachting zal het Voorzitterschap activering van de richtlijn aan de agenda van de JBZ-Raad van 3 en 4 maart toevoegen en zal de Commissie hiervoor nog met een voorstel komen.

De betreffende richtlijn omschrijft een uitzonderlijke procedure om onverwijld tijdelijke bescherming te bieden aan ontheemden die vluchten voor oorlog en geweld. De richtlijn kan worden ingeroepen indien er sprake is van massale toestroom van ontheemden. De massale toestroom van ontheemden wordt vastgesteld bij besluit van de Raad, op voorstel van de Commissie. De tijdelijke bescherming duurt in beginsel één jaar. Daarna kan de tijdelijke bescherming nog twee keer met zes maanden en vervolgens nog eenmaal met een jaar worden verlengd. De geboden bescherming onder de richtlijn betekent niet automatisch dat iemand een asielstatus krijgt, al staat het de betrokkene te allen tijde vrij om een asielaanvraag te doen. Personen die tijdelijke bescherming genieten hebben rechten die veelal overeenkomen met de rechten die asielzoekers op grond van de Opvangrichtlijn ontvangen.

Het kabinet is van oordeel dat activering op dit moment niet direct noodzakelijk is, gezien het feit dat Oekraïners nu niet op grote schaal asiel aanvragen. Inwoners van Oekraïne met een biometrisch paspoort kunnen visumvrij het Schengengebied inreizen. Zonder dit document kunnen zij een visum aanvragen. Desalniettemin begrijpt het kabinet de wens van diverse lidstaten tot activering van deze richtlijn, nu er sprake is van zeer uitzonderlijke omstandigheden. Ook deelt het kabinet de wens te komen tot een gelijkluidend Europees antwoord op de situatie. Het kabinet zet er daarbij op in om ook op andere wijze te kunnen blijven voorzien in veilig, tijdelijk en ruimhartig verblijf.

Buitengrenzen en veiligheidskwesties

De Raad besprak de veiligheidsaspecten die verbonden zijn aan de huidige omvangrijke instroom van personen die vanuit Oekraïne de Unie inreizen. Lidstaten onderstreepten het belang van voortdurend effectief grensbeheer. In een crisissituatie als deze is het extra lastig om de veiligheid van de grenzen te waarborgen, maar net als Nederland riepen de meeste lidstaten ertoe op dat de bestaande controles aan de buitengrenzen die zijn afgesproken binnen het Schengenacquis met het oog op de veiligheid gehandhaafd blijven. Met Frontex heeft de EU de mogelijkheid om lidstaten onder andere hierbij te ondersteunen indien nodig.

Visummaatregelen

De Raad onderschreef het belang van een gecoördineerde aanpak van visummaatregelen tegen Rusland. Een voorstel van de Commissie waarmee een gedeelte van de bestaande visumfacilitatie met Rusland wordt opgeschort en waarmee specifieke groepen als diplomaten en zakenmensen worden geraakt, kon op brede steun rekenen.

Hybride dreigingen

De Raad stond kort stil bij hybride dreigingen. Nederland riep op tot waakzaamheid voor hybride dreigingen. Nederland is hierbij vooral alert op cyberaanvallen, het risico op verstoring van vitale infrastructuur en verspreiding van desinformatie. Ook als de EU-lidstaten zelf geen direct doelwit zijn in een hybride conflict, kunnen zij de gevolgen van de nevenschade toch ondervinden. Daarom moet rekening worden gehouden met het feit dat de Russische invasie in Oekraïne de nationale veiligheidsbelangen van Nederland en andere lidstaten kan raken. Nederland riep, mede om deze reden, op tot voortgang met de aanname van de EU Hybride Toolbox.

Integrated Political Crisis Response

Het Voorzitterschap kondigde tenslotte aan de crisisstructuur van de Raad, het zogeheten Integrated Political Crisis Response (IPCR) mechanisme, te activeren ten aanzien van de migratie-aspecten van deze crisis. Dit coördinatiemechanisme brengt de Commissie, de Europese Dienst voor Extern Optreden, EU-Agentschappen, getroffen lidstaten en andere belanghebbenden bij elkaar om snelle geïnformeerde politieke besluitvorming mogelijk te maken.

De Minister van Justitie en Veiligheid, D. Yeşilgöz-Zegerius

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg

Naar boven