21 501-20 Europese Raad

Nr. 1063 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 december 2015

Hierbij bied ik u aan, mede namens de Minister-President, het verslag van de EU-Turkije Top van 29 november 2015.

De Minister van Buitenlandse Zaken, A.G. Koenders

VERSLAG EU – TURKIJE TOP VAN 29 NOVEMBER 2015

Op 29 november jl. vond de bijeenkomst plaats van de EU staatshoofden en regeringsleiders met de Turkse premier Davutoğlu over het Actieplan migratie. Mede in vervolg op de kamerbrief over het EU-Turkije Actieplan [Kamerstuk 21 501-20, nr. 1028] en de brief over de kabinetsinzet voor de EU-Turkije Top [brief d.d. 24 november 2015, Kamerstuk 21 501-20, nr. 1053] informeer ik u, mede namens de Minister-President, over de uitkomsten van deze Top. Deze Top had als primair doel om overeenstemming te bereiken over de toepassing en uitvoering van het tussen Turkije en de EU medio oktober overeengekomen Actieplan1, in het bijzonder dat Turkije de instroom van vluchtelingen zichtbaar zal beperken.

Dit hoofddoel is geplaatst in een breder kader van onderlinge afspraken. De EU sprak het voornemen uit om in Turkije humanitaire bijstand te blijven verlenen aan vluchtelingen en zal tevens de algemene financiële steun aanzienlijk uitbreiden via een nieuwe faciliteit gericht op aanvullende steun aan Syriërs die tijdelijke bescherming genieten en aan gastgemeenschappen in Turkije [zie kamerbrief over de Turkey Grant Facility d.d. 25 november 2015, Kamerstuk 21 501-20, nr. 1054]. De EU heeft toegezegd hier initieel een bedrag van 3 miljard euro voor ter beschikking te stellen. De behoefte aan en de aard van deze financiering zal in het licht van de ontwikkelingen opnieuw worden bezien. In aanvulling op de in deze kamerbrief geschetste hoofdlijnen zal uw Kamer nader worden geïnformeerd zodra meer duidelijk is over de vormgeving van deze faciliteit. Beide partijen benadrukten ook de inzet van de EU en lidstaten ten aanzien van bestaande hervestigingsregelingen en programma's.

De EU en Turkije spraken af om het op 15 oktober jl. reeds ad referendum overeengekomen gezamenlijk Actieplan nu in werking te stellen. De samenwerking ten aanzien van Syriërs die tijdelijke bescherming genieten en de samenwerking op het gebied van migratiebeheersing worden versterkt, met als doel om de ontstane migratiecrisis te bezweren en concrete resultaten te boeken bij het indammen van de instroom van irreguliere migranten. Er zal per direct actief worden samengewerkt op de volgende terreinen: migranten die geen internationale bescherming behoeven, het voorkomen van het reizen naar Turkije en de EU, het toezien op de toepassing van bestaande bilaterale terug- en overnameovereenkomsten tussen Turkije en EU-lidstaten en het snelle terugsturen naar hun land van herkomst van migranten die geen internationale bescherming behoeven. De Minister-President benadrukte hierbij, mede in het licht van de toezegging gedaan tijdens het plenaire debat met uw Kamer op 19 november jl., dat deze samenwerking is gebaseerd op bestaande internationaalrechtelijke verplichtingen, inclusief het principe van non-refoulement. Turkije heeft eveneens toegezegd om onmiddellijk maatregelen te nemen voor de verbetering van de sociaaleconomische situatie van Syriërs in Turkije. Ook is afgesproken om de gezamenlijke strijd tegen criminele smokkelnetwerken op te voeren.

De aanwezige regeringsleiders en staatshoofden onderstreepten het belang van het overwinnen van de gezamenlijke uitdagingen. In dat verband herhaalden de EU en Turkije dat terrorismebestrijding een prioriteit blijft. Er is overeengekomen dat er een gestructureerde en regelmatige dialoog komt om de onderlinge relaties te versterken, die ondere andere vorm zal krijgen door het twee maal per jaar houden van een top. Ook wordt de politieke dialoog op niveau van Minister, de Hoge Vertegenwoordiger of lid van de Commissie versterkt, onder andere op het gebied van terrorismebestrijding.

In de verklaring wordt de aankondiging verwelkomd dat de intergouvernementele conferentie voor de opening van onderhandelingshoofdstuk 17 op 14 december 2015 zal worden gehouden, alsook de inzet van de Commissie om begin 2016 de voorbereidende werkzaamheden te voltooien voor de mogelijke opening van een aantal andere onderhandelingshoofdstukken. De Commissie werkt in dit verband aan hoofdstukken 15 (energie), 23 en 24 (rechtsstaat), 26 (onderwijs en cultuur) en 31 (gemeenschappelijk buitenlands- en veiligheidsbeleid). Op al deze hoofdstukken liggen echter bilaterale blokkades van Cyprus en deels Griekenland. Daarmee is voortgang op deze dossiers vooralsnog niet waarschijnlijk. Hierbij blijft het standpunt van de lidstaten en de rol van de Raad ten aanzien van de besluitvorming (met unanimiteit) ongewijzigd, in lijn met het kabinetsstandpunt zoals neergelegd in de brief over het openen van onderhandelingen met Turkije over hoofdstuk 17, d.d. 26 november 2015, Kamerstuk 23 987, nr. 153. Daarna zouden ook voorbereidende werkzaamheden over andere hoofdstukken kunnen beginnen, die op dit moment nog niet nader zijn gespecificeerd. De EU heeft vastgesteld dat de bestaande onderhandelingskaders van kracht blijven. De Minister-President benadrukte in dit verband het belang van gezamenlijke Europese waarden, waaronder mensenrechten en mediavrijheid. U ontvangt binnenkort een brief met de kabinetsappreciatie van het uitbreidingspakket dat de Commissie op 10 november jl. presenteerde.

Ten aanzien van het visumliberalisatietraject gaf Turkije aan zich in te zullen spannen om zo snel mogelijk aan de voorwaarden van de roadmap visumliberalisatie uit 2013 te voldoen. De Commissie zal begin maart 2016 een tweede voortgangsrapport over de Turkse implementatie van de roadmap publiceren. De EU en Turkije kwamen overeen dat de overnameovereenkomst tussen de EU en Turkije in juni 2016 volledig in werking zal treden. Indien Turkije aan alle voorwaarden van de roadmap voldoet, inclusief de inwerkingtreding van de overnameovereenkomst, dan zou de Commissie in het najaar van 2016, tegelijkertijd met het derde voortgangsrapport, een voorstel aan de Raad kunnen doen om Turkije toe te voegen aan de lijst van landen wiens burgers zonder visum naar het Schengengebied kunnen reizen.

Naast de samenwerking op het gebied van migratie is ook afgesproken om de economische dialoog te versterken en, op het gebied van energie nauwer contact te onderhouden en met betrekking tot deze twee onderwerpen op hoog niveau regelmatig bijeen te komen. Beide partijen namen nota van het voorbereidend werk ten aanzien van de modernisering van de douane-unie, waarbij formele onderhandelingen mogelijkerwijs eind 2016 van start kunnen gaan.

De EU en Turkije kwamen overeen dat op al deze afspraken tegelijkertijd voortgang moet worden gemaakt en dat hier nauw op zal worden toegezien. In Europees verband zullen hier nadere afspraken over worden gemaakt. Met dit Actieplan is in de ogen van het kabinet een belangrijke stap gezet in het proces van een integrale aanpak van de vluchtelingenproblematiek, in lijn met de kabinetsinzet zoals beschreven in de kamerbrief over de Europese asielproblematiek van 8 september jl. [Kamerstuk 19 637, nr. 2030].

Naar boven