19 637 Vreemdelingenbeleid

Nr. 3053 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 23 december 2022

Bij brief van 26 augustus jl.1 heb ik u geïnformeerd over de bestuurlijke afspraken tussen het kabinet, de VNG, IPO en het Veiligheidsberaad teneinde uit de asielcrisis te komen en te blijven. Deze afspraken geven perspectief voor een stabiel en toekomstbestendig asiellandschap. Naast deze inzet heb ik u geïnformeerd over het voornemen van het kabinet tot een fundamentele heroriëntatie op het huidige asielbeleid en de inrichting van het asielstelsel. Conform mijn toezegging, en mede gelet op het verzoek van het lid Markuszower in het ordedebat van de Vaste Kamercommissie voor Justitie en Veiligheid d.d. 21 december 2022, schets ik in deze brief de opzet van deze heroriëntatie.

Doel heroriëntatie

Met het doel migratie naar Nederland zoveel mogelijk gestructureerd te laten verlopen, ongewenste migratiestromen zoveel mogelijk te beperken en het draagvlak voor migratie in onze samenleving te behouden en te versterken2 zet ik in op een heroriëntatie asiel. Ik denk daarbij aan procesverbeteringen, waar nodig de aanpassing van staand beleid, maar voornamelijk over het geheel genomen de versterking en het robuuster maken van het gehele asielstelsel. Aldus vormen het beleid, de uitvoering van dat beleid en het stelsel de scope van de heroriëntatie. Onderstaand ga ik achtereenvolgend kort in op deze drie pijlers, die onderling ook invloed op elkaar hebben.

Reeds lopende trajecten die gericht zijn op verbetering van de asielketen (waaronder de Veranderopgave Migratieketen, de Uitvoeringsagenda Flexibilisering Asielketen, uitwerking van aanbevelingen commissie Van Zwol, evenals verscheidene op individuele ketenpartners gerichte verbeteropgaven) lopen parallel aan deze fundamentele heroriëntatie. De (uitkomsten van de) lopende trajecten en de heroriëntatie zullen uiteraard in elkaars verlengde en in samenhang worden bezien.

Pijler beleid

Binnen deze pijler wordt zowel internationaal als nationaal asielbeleid, evenals de interactie daartussen bezien. Conform het Coalitieakkoord staat Nederland voor een rechtvaardig, humaan en effectief asiel- en migratiebeleid. Wij willen migratie zoveel mogelijk in goede banen leiden en meer grip krijgen op migratie. Op wie er binnen komt, wie er mag blijven of terug moet. Het migratiebeleid stoelt op twee pijlers, die naast elkaar staan en gelijktijdig en in samenhang uitgevoerd worden: het verbeteren en versterken van legale migratie en parallel het beperken van irreguliere migratie, bestrijden van overlast en misbruik en bevorderen van terugkeer bij onrechtmatig verblijf. Ons doel is om migratie zoveel mogelijk gestructureerd te laten verlopen, ongewenste migratiestromen zoveel mogelijk te beperken en het draagvlak voor migratie in onze samenleving te behouden en te versterken. Dit conform internationale verdragen en EU-regelgeving.3 Aan de internationale kant wordt bij de verdere invulling onder meer rekening gehouden met een internationale migratiestrategie.4

Pijler uitvoering

De pijler uitvoering ziet onder meer op het minder complex maken en de inrichting van de uitvoeringsprocessen en flexibiliteit van organisaties in het asielstelsel. Ook wordt bekeken op welke manier deze partners en het asielstelsel als geheel flexibeler op fluctuaties in de asielinstroom, -doorstroom en -uitstroom kunnen inspelen.

Pijler stelsel

De pijler stelsel richt zich op inrichtingsvraagstukken, besturingsvraagstukken en mogelijke verbeteringen in ketenprocessen en -bekostiging. In het kader van de governance van het stelsel is reeds een start gemaakt met de Veranderopgave Migratieketen. Hierop zal deze pijler aansluiten.

Aanpak en planning

Binnen de huidige context staat de uitvoering extra onder druk. Uitvoerbaarheid van voorgenomen beleid is daarom een belangrijk aandachtspunt in deze heroriëntatie. Specifiek vanuit COA, IND en DT&V zijn de volgende uitgangs- en aandachtspunten benoemd, die ik omarm:

  • De heroriëntatie omvat een gedegen probleemanalyse, zodat helder is welke verbeteringen beoogd worden. Daarbij beperk ik de reikwijdte niet tot het asiel- en JenV-domein, maar kijk ik – vanuit het perspectief van asielmigratie – ook naar aanpalende beleidsterreinen en een interdepartementale aanpak. Onderdeel van de analyse is ook tegen welke (Europese) regelgeving wordt aangelopen en het verkennen van mogelijk nieuw handelingsperspectief hoe hiermee om te gaan.

  • De heroriëntatie houdt rekening met trajecten die al lopen en de onderlinge samenhang daarmee. Bijvoorbeeld de samenhang met de voorgenomen Wet gemeentelijke taak mogelijk maken asielopvangvoorzieningen, de follow-up van de Veranderopgave Migratieketen en de Staatscommissie Demografische Ontwikkelingen.

  • De heroriëntatie neemt het perspectief van de uitvoeringsorganisaties mee. De heroriëntatie omvat hiermee ook een impactanalyse op de uitvoering. Expliciet aandachtspunt is het absorptievermogen van de asielketen om veranderingen al dan niet tegelijkertijd te implementeren, terwijl de «winkel open blijft» en de opgaven fors zijn.

  • Bij de heroriëntatie betrek ik de knelpunten en dilemma’s die in de standen van de uitvoering worden benoemd.5

Voorts is het goed om de verwachte effecten van voorgenomen wijzigingen op basis van deze heroriëntatie in beeld te brengen en waar mogelijk op kleine(re) schaal als pilot te oefenen. Tevens moet lering getrokken worden uit eerdere ervaringen, zoals die met de opvang van Oekraïners en de wijze waarop is omgegaan met de asielcrisis.

De aanpak van de heroriëntatie is er een van buiten naar binnen. Dat betekent dat naast de ketenpartners, ook medeoverheden en stakeholders uit het maatschappelijk middenveld en de wetenschap betrokken worden bij de nadere opzet en uitwerking hiervan. Ook geleerde lessen in andere EU lidstaten worden betrokken waar relevant. Ik informeer uw Kamer vanzelfsprekend over het verloop van dit traject.

De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, E. van der Burg


X Noot
1

Kamerstuk 19 637, nr. 2992.

X Noot
2

Coalitieakkoord 2021–2025, p. 42 (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77).

X Noot
3

Coalitieakkoord 2021–2025, p. 42 (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77).

X Noot
4

Als toegezegd aan de Kamer door de Minister van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking in het commissiedebat van 28 september 2022 inzake de beleidsnota BHOS. (Kamerstuk 36 180, nr. 21).

X Noot
5

Zie bijvoorbeeld de Stand van de Uitvoering IND (mei 2022) en de Stand van de Uitvoering DT&V (mei 2022). (Bijlagen bij Kamerstuk 29 362, nr. 306).

Naar boven