15 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Dan de regeling van werkzaamheden.

Ik deel aan de Kamer mee dat de fractie van JA21 bij de stemmingen op 15 februari over de motie-Dobbe c.s. (36410-V, nr. 65) geacht wenst te worden vóór deze motie te hebben gestemd.

Ik stel voor toestemming te verlenen aan de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid voor het houden van een wetgevings- c.q. notaoverleg met stenografisch verslag:

  • -op maandag 27 mei 2024 van 13.30 uur tot 16.30 uur over de initiatiefnota-Ellian/Bikker inzake de aanpak van antisemitisme (36272);

  • -in 2025 op de maandagen 20 januari, 27 januari, 3 februari, 10 februari, 17 februari, 10 maart, telkens van 10.00 uur tot 17.00 uur, over het nieuwe Wetboek van Strafvordering (36327).

Ik deel aan de Kamer mede dat voor de volgende debatten de termijn voor toekenning is verlengd:

  • -het debat over de afbouw van complexe zorg voor gehandicapten;

  • -het debat over het bericht dat de ic-capaciteit nog lang niet op crisissterkte is;

  • -het debat over het mijden van zorg vanwege te hoge zorgkosten;

  • -het debat over de (on)toegankelijkheid van zorg;

  • -het debat over de arbeidsmarktkrapte en regeldruk in de zorg;

  • -het debat over de deelrapporten van het onderzoek naar de inkoop van persoonlijke beschermingsmiddelen.

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 31524-594; 33529-1205; 35863-2; 36410-XVI-33.

Ook stel ik voor de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 29675-228; 33009-139; 25268-221; 29675-227; 32813-1315; 21501-32-1595; 29675-225; 32627-63; 21501-32-1566; 29664-208; 29675-224; 21501-32-1573; 21501-32-1559; 31532-285; 36200-XIV-125; 21501-32-1553; 27428-398; 27428-399; 36200-XIV-124; 32627-61; 36200-XIV-121; 27428-397; 21501-32-1520; 27428-396; 32627-45; 36410-VI-17; 26643-1102; 29279-824; 36410-VI-15; 36410-VI-5; 36410-IV-39; 36032-(R2162)-8; 36410-IV-30; 36410-IV-28; 33340-32; 36459-4; 26643-1121; 36410-I-12; 29893-263; 29893-265; 33652-90; 29893-264; 29385-137; 29665-491; 36410-XIV-22; 31293-702; 31293-716; 36410-X-38; 34843-96; 30234-383; 30234-384; 29515-485; 30234-379; 30234-377; 35561-57; 30234-386; 2024Z01560; 36410-XVI-113; 35788-235; 31865-240; 30234-388; 36378-8.

Ik stel voor toe te voegen aan de agenda:

  • -het tweeminutendebat Landbouw, klimaat en voedsel (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Nijhof-Leeuw van de PVV;

  • -het tweeminutendebat Circulaire economie (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Bamenga van D66;

  • -het tweeminutendebat Gevangeniswezen en tbs (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Ellian van de VVD;

  • -het tweeminutendebat Belastingdienst (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Idsinga van Nieuw Sociaal Contract;

  • -het tweeminutendebat Wet open overheid (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Palmen van Nieuw Sociaal Contract;

  • -het tweeminutendebat Verdienvermogen van Nederland (CD d.d. 15/02), met als eerste spreker het lid Thijssen (GroenLinks-PvdA).

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan geef ik nu graag het woord aan mevrouw Palmen van de fractie van Nieuw Sociaal Contract. Het woord is aan haar. Ik verzoek om enige stilte.

Mevrouw Palmen (NSC):

Dank u wel, voorzitter. Dit verzoek doe ik mede namens mijn collega's van GroenLinks-PvdA. Grensoverschrijdend gedrag en een giftige werksfeer bij het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zijn zeer verontrustende conclusies uit het FNV-onderzoek en het manifest met de titel "De vis begint te stinken bij de kop". Dit in combinatie met het vertrek van een topambtenaar vanwege grensoverschrijdend gedrag bij hetzelfde ministerie afgelopen december maakt dat wij ons deze bevindingen erg aantrekken. Als het gaat om de veiligheid van medewerkers en als het gaat om macht en tegenmacht als waarborg voor effectieve rechtsbescherming voor burgers staat het welbevinden van mensen op het spel. Daarom vragen wij een debat aan met de minister van VWS en, als het planningtechnisch mogelijk is, ook met de staatssecretaris van BZK. Zowel Nieuw Sociaal Contract als GroenLinks-PvdA hebben reeds schriftelijke vragen hierover gesteld en de beantwoording daarvan wensen wij te betrekken bij dit debat. Wij verzoeken het debat te plannen binnen zes weken. Graag steun van mijn collega's. Dank u wel.

De heer Van Kent (SP):

Van harte steun, voorzitter.

Mevrouw Agema (PVV):

In de procedurevergaderingen van 17 januari en 14 februari heb ik hierover al een brief verzocht aan het ministerie. Die brief is vandaag gekomen. Daarin schrijven ze dat de bestuursraad besloten heeft om een thematisch medewerkersonderzoek uit te zetten. Ook wordt erin beschreven dat het vertrek van de heer Boereboom, de secretaris-generaal, hier niet mee te maken heeft. Dat zou ik dan toch even willen benadrukken. Hij is gestopt wegens ziekte.

De voorzitter:

Ja, maar we moeten niet zo over ambtenaren praten.

Mevrouw Agema (PVV):

Dat hoorde ik net mevrouw Palmen namelijk zeggen. Dus ik wilde even benadrukken dat in die brief staat dat de heer Boereboom vanwege ziekte is weggegaan.

De voorzitter:

Maar steunt u nou het debat of niet? Dat is eigenlijk de vraag.

Mevrouw Agema (PVV):

Nee. Aangezien het thematisch medewerkersonderzoek nu wordt uitgezet, zou ik dat graag willen afwachten.

De voorzitter:

Kortom, geen steun.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Je merkt aan de korte reactie van mevrouw Agema wat voor ongemak er gelijk is om over dit soort zaken te praten. Dat is ook precies de reden waarom het CDA zegt dat we dit soort debatten niet moeten doen, dus niet over ambtenaren spreken en helemaal niet op het moment dat het gewoon herleidbaar is.

De voorzitter:

En dus?

De heer Krul (CDA):

Geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun voor het debat.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Met dank aan collega Agema, die de brief al gelezen heeft: geen steun.

De heer El Abassi (DENK):

Steun voor het debat.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Op zich steun, maar ik zou het thematisch onderzoek waar mevrouw Agema naar verwees, willen afwachten en ook alle andere werknemerstevredenheidsonderzoeken bij het debat willen betrekken, als dat kan.

De voorzitter:

Maar wat betekent dat? Dat betekent steun? Dat betekent steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

Mevrouw Tielen (VVD):

Geen steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

Dan de heer Van Baarle van DENK.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. VN-experts spreken over verschrikkelijke mensenrechtenschendingen van vrouwen en meisjes door het Israëlische leger. Ze spreken over het willekeurig opsluiten van vrouwen en meisjes of doden, het vernederend behandelen en zelfs verkrachtingen. Het is schokkend. Daarnaast zien we dat een invasie dreigt in Rafah waarbij 1,5 miljoen mensen dreigen te worden verplaatst door het Israëlische leger. We moeten hier zo snel mogelijk over spreken en daarom verzoek ik zo spoedig mogelijk een debat in te plannen met de minister van Buitenlandse Zaken.

De heer Baudet (FVD):

Een heel belangrijk onderwerp, temeer omdat als Israël hiermee doorgaat, deze mensen allemaal naar Europa gedreven gaan worden en er dus weer een migratiecrisis gaat komen. Dus volop steun voor dit onderwerp en steun voor dit debat.

De heer Van Kent (SP):

Namens de SP steun voor dit verzoek.

De heer Krul (CDA):

Geen steun.

De heer Brekelmans (VVD):

We hebben hier heel regelmatig al debatten over, dus geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Wel steun aan Israël, geen steun voor dit verzoek.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Steun voor het verzoek.

De heer Veldkamp (NSC):

Geen steun voor het verzoek.

De heer Tuinman (BBB):

Geen steun, voorzitter.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter, op zich steun voor een apart debat, breder over de situatie in het Midden-Oosten.

De heer De Roon (PVV):

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Paternotte.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Geen steun.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer Van Baarle (DENK):

Free Palestine!

De voorzitter:

Dan de heer Flach van de SGP.

De heer Flach (SGP):

Dank u, voorzitter. Op 8 februari hebben we een debat gehad over de visserij. Dat ging onder andere over de voorgenomen sluiting van de Voordelta, een zeer ingrijpend besluit dat ook echt van grote betekenis is voor de visserijfamilies in dat gebied. We werken met een aantal fracties aan een motie op dat punt, maar we hebben daar een week langer voor nodig. Het verzoek is dus om dit tweeminutendebat met een week uit te stellen.

De voorzitter:

Ik kijk even of daar enig bezwaar tegen bestaat. Daar bestaat geen bezwaar tegen. Nou, van het lid Kostić wel. Blijft u nog even staan, meneer Flach? We waren nog niet klaar, al had ik de hamer al bijna laten vallen!

Kamerlid Kostić (PvdD):

Normaal gesproken gunnen wij andere partijen dit soort dingen, maar er staat ook nog iets anders belangrijks op het spel, namelijk wetgeving over gentech. Daardoor komen onze boeren en veredelaars misschien ook in gevaar. Het is belangrijk dat de Kamer zich daarover uitspreekt. Als we daar nog een week voor nemen, is de kans groot dat we te laat zijn in Europa. Van ons dus geen steun hiervoor.

De voorzitter:

Meneer Flach, u heeft een meerderheid nodig om het uit te stellen, dus ik las even een ordedebatje in. Daarbij breng ik uw voorstel in stemming. Dan is het de bedoeling dat u een meerderheid krijgt. En als u een meerderheid krijgt, gaan we het uitstellen.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ik steun het voorstel.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun. Misschien kunnen we het volgende week dinsdag al ingepland krijgen.

De voorzitter:

Dat denkt u!

De heer Idsinga (NSC):

Steun.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Steun, voorzitter.

De heer Meulenkamp (VVD):

Steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun.

Mevrouw Vedder (CDA):

Steun.

Mevrouw Nijhof-Leeuw (PVV):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De voorzitter:

Dan heeft u een meerderheid. Dan gaan we het desondanks gewoon een week uitstellen.

Dan de heer El Abassi van DENK. Het woord is aan u. O, mevrouw Palmen. Wat kan ik voor u betekenen?

Mevrouw Palmen (NSC):

Ik had zonet geen volledige steun voor een debat, maar ik zou het graag willen omzetten naar een dertigledendebat.

De voorzitter:

Dat zullen we doen.

Het woord is aan de heer El Abassi.

De heer El Abassi (DENK):

Voorzitter. De manier waarop de overheid omgaat met burgers die een terrorismeregistratie hebben, is ernstig. Ik heb dit bij verschillende debatten aangekaart, maar het is nog steeds niet duidelijk waarom mensen geregistreerd staan, maar ook niet wie de registraties doet en hoe iemand die registraties kan aanvechten. Veel mensen weten niet eens dat een CTER-registratie aan hun naam is gekoppeld. Ondertussen maakt ook de Nationale ombudsman zich zorgen. Hij is een onderzoek gestart. De resultaten van dit onderzoek zien we graag tegemoet, maar laten we daar vooral niet op wachten. We willen deze zomer natuurlijk niet weer zien dat iemand ten onrechte in een gevangenis in het buitenland belandt. Graag wil ik dan ook zo snel mogelijk hierover in debat met de minister van Justitie en Veiligheid.

De voorzitter:

Heel goed. We gaan kijken of daar een meerderheid voor is.

De heer Markuszower (PVV):

Geen steun.

De heer Krul (CDA):

Geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Six Dijkstra (NSC):

Geen steun, wel graag een kabinetsreactie.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Steun.

Mevrouw Michon-Derkzen (VVD):

Geen steun.

Mevrouw Helder (BBB):

Geen steun.

De voorzitter:

Ten slotte, de heer Joost Sneller van D66.

De heer Sneller (D66):

Geen steun, voorzitter, maar we gaan dit wel tijdens een commissiedebat bespreken. Dit zijn namelijk zorgelijke signalen.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Geen steun voor het debat, wel voor een brief.

De heer Van Kent (SP):

Geen steun. Dit kan bij de commissie.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De voorzitter:

Geen meerderheid.

De heer El Abassi (DENK):

Geen meerderheid, maar ik tel wel 30 leden, dus ik zou 'm graag willen noteren als dertigledendebat.

De voorzitter:

Dat doen wij voor u.

De heer El Abassi (DENK):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dan mevrouw Piri van de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Dank, voorzitter. We weten allemaal dat het kabinet is gevallen op migratie. Heel specifiek werd door een aantal hoofdrolspelers aangegeven dat het de duizenden gevallen van nareis op nareis betrof. Nou blijkt volgens meerdere onderzoeken dat dat ging om 70 gevallen per jaar. Vandaar dat ik graag een debat wil aanvragen met de minister van Justitie en Veiligheid. Ik ben blij dat de heer Markuszower al vooraan staat om dat te steunen.

De voorzitter:

Het woord is aan hem. Nog even een kleine bevestiging, alleen formeel.

De heer Markuszower (PVV):

We moeten er zeker over praten, maar dat kunnen we veel sneller doen in een commissiedebat, dat er volgens mij al heel snel is.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ja, er is een commissiedebat op 7 maart, meen ik. Dan kan het daarbij betrokken worden.

De heer Krul (CDA):

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Brekelmans (VVD):

Geen steun. Commissiedebat.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun. Het is belangrijk dat mensen goed geïnformeerd worden en we het debat voeren op basis van feiten.

De heer Veldkamp (NSC):

Geen steun voor een debat, maar ik heb wel behoefte aan informatie over wat er in mei, juni, juli in memo's van het kabinet stond over nareis op nareis. Die informatie zou ik graag tegemoetzien.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Dat vind ik ook interessant. Voor de verandering: wel steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun.

De heer Eerdmans (JA21):

Voorzitter. Ik heb de PVV nog nooit een asieldebatverzoek horen afwijzen. Ik vind dit wel een moment om even bij stil te staan, na al die jaren. JA21 blijft consequent. Wij zullen dit omarmen, want nareis is een serieus probleem voor Nederland en wij willen daar graag de degens over kruisen met mevrouw Piri.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Als er een kabinet is gevallen, lijkt het me heel belangrijk dat we precies weten wat daar de achtergronden van zijn. Steun dus voor het verzoek van de heer Veldkamp en ook steun voor dit debatverzoek van mevrouw Piri.

De heer Van Kent (SP):

Ik sluit me daarbij aan.

De voorzitter:

Er is geen meerderheid.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Nee, voorzitter. Mag ik het in ieder geval op de lijst met dertigledendebatten zetten? Tegen de leden die eraan refereerden dat er een commissiedebat gepland staat, zeg ik: jazeker. Zoals elk commissiedebat is dat met de staatssecretaris voor Asiel en Migratie, terwijl dit natuurlijk specifiek gaat over alle uitspraken van de minister van Justitie en Veiligheid, met wie geen enkel commissiedebat over dit onderwerp gepland staat.

De voorzitter:

Prima.

Dan gaan we luisteren naar de heer Sneller van D66.

De heer Sneller (D66):

Dank, voorzitter. Vorige week heeft het Centraal Planbureau het Centraal Economisch Plan gepresenteerd met de economische cijfers voor dit jaar en de komende jaren. Die zijn zorgelijk als het gaat om de koopkracht voor middeninkomens en werkenden de komende jaren. Het laat ook zien dat de overheidsfinanciën er nu nog goed voor staan, maar dat er keuzes nodig zijn om dat zo te houden. Ik wil daarover graag in debat met de ministers van Financiën en van Sociale Zaken.

De heer Aartsen (VVD):

Geen steun. Er is al een plenair debat gepland over bestaanszekerheid. De rest kan volgens mij bij de Voorjaarsnota.

De heer Krul (CDA):

Steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun. Het kan bij het debat over de Voorjaarsnota.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Van harte steun.

De voorzitter:

De heer Grinwis, CDA. Eh, Grinwis, ChristenUnie.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Dat mag ook, voorzitter. Dat mag ook.

De voorzitter:

Ja?

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Ja, zeker.

De voorzitter:

O, dan hebben we een nieuwtje.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Nee, dat laatste mag.

Wat mij betreft alleen steun als de minister van Financiën er ook bij wordt gevraagd, want het lijkt me een beetje onzinnig om dit debat alleen te voeren met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat. Anders geen steun.

De voorzitter:

Dat is wel een beetje een moeilijke.

De heer Sneller (D66):

Nou nee. Misschien mag ik reageren?

De voorzitter:

Nee, nee, nee.

De heer Sneller (D66):

Dat is namelijk precies wat ik heb gevraagd.

De voorzitter:

Oké. Dan noteer ik het als steun.

De heer Sneller (D66):

Hij heeft een oude versie van de regeling van werkzaamheden.

De voorzitter:

Ja, de heer Grinwis loopt een beetje achter.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Nou, dan steun, hoor.

De heer Van Oostenbruggen (NSC):

Ja, exact. Wij lazen het natuurlijk ook als een verzoek aan de SZW-minister. Dat is een beetje vreemd als het over de overheidsfinanciën gaat. We vinden het wel een beetje bijzonder dat een D66-persoon, een D66-collega, zo'n debat aanvraagt en hier de D66-minister naar voren vraagt, dus geen steun.

De voorzitter:

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun, voorzitter.

De heer Dijk (SP):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De voorzitter:

Dan geef ik weer het woord aan de D66-persoon.

De heer Sneller (D66):

Een onnavolgbare inbreng van de NSC-fractie.

De voorzitter:

Ja, maar wel origineel.

De heer Sneller (D66):

Maar ik heb de PVV niet gehoord.

De voorzitter:

Nee, en DENK ook niet.

De heer Sneller (D66):

Die gaan we nu horen.

De voorzitter:

Ja, die gaan we nu horen.

De heer El Abassi (DENK):

Steun.

De heer Vermeer (BBB):

Geen steun.

De voorzitter:

Daar blijft het bij, meneer Sneller. Daar moet u het mee doen.

De heer Sneller (D66):

Ja. Zet het dertigledendebat maar op de lijst, voorzitter. Ik had gehoopt dat de grootste fractie ook naar voren zou komen om zich uit te spreken.

De voorzitter:

Dat zal een ijdele hoop blijken te zijn.

Mevrouw Van der Plas van de fractie van BBB.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Voorzitter. Naar aanleiding van de binnengekomen stukken over het pandemieverdrag en het vaststellen hiervan in mei wil ik graag een debat op korte termijn en vóór de vaststelling in mei, met de minister van VWS. Wij zijn geschrokken van de wijzigingen, over het schrappen van de term "niet bindend", het vervangen van de term "publieke gezondheid" door "alle risico's met een potentiële impact", en het vervangen van de zin "met volledige eerbiediging van de waardigheid, mensenrechten en de fundamentele vrijheden van personen". Wij zijn er ook van geschrokken dat de Wereldgezondheidsorganisatie, de WHO, de vereiste hoeveelheid gezondheidsproducten gaat bepalen en vervolgens de landen gaat dwingen om te zorgen dat fabrikanten deze tijdig leveren. We maken ons hier heel erg veel zorgen over en willen zoals gezegd op korte termijn, vóór mei in ieder geval, een debat over de mogelijke effecten en de verstrekkende gevolgen van dit pandemieverdrag.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun, met de nadruk op korte termijn, want dit moet voor mei.

Mevrouw Van Eijk (VVD):

Eerst de technische briefing, dus vooralsnog geen steun.

Mevrouw Daniëlle Jansen (NSC):

Steun.

Mevrouw Paulusma (D66):

Het stuk waar mevrouw Van der Plas naar verwijst, staat morgen ook op de agenda van de procedurevergadering, inclusief een aanbod voor een technische briefing. Dat willen wij eerst afwachten.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Krul (CDA):

Wij denken dat die technische briefing prima voor mei gehouden kan worden. Dan kan het debat ook voor mei gehouden worden. Dus steun.

De voorzitter:

Dat is steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun voor het debat, na de technische briefing.

De heer El Abassi (DENK):

Steun voor het debat.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Van harte steun uiteraard.

Mevrouw Westerveld (GroenLinks-PvdA):

Ik sluit me aan bij de woorden van mevrouw Paulusma.

De voorzitter:

En dat was geen steun?

Mevrouw Westerveld (GroenLinks-PvdA):

Geen steun, en morgen de procedurevergadering en dan de technische briefing.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Hetzelfde geldt voor de Partij voor de Dieren: geen steun.

De heer Van Kent (SP):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid. We gaan het inboeken.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Heel mooi.

De voorzitter:

Dan had u nog een verzoek.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Ja, ik heb nog een verzoek. Dat gaat over een procedure die ik gisteren ben gestart: een spoedprocedure om openbaarmaking van een rapport, dat zo goed als af of af is, over de effecten op Nederland van de Natuurherstelverordening die vandaag in Europa is aangenomen. Wij hadden dit rapport het liefst gezien voor de stemming in het Europees Parlement van vandaag, maar minister Van der Wal heeft dit geweigerd. Vanochtend stuurde zij daarover een weigerbrief. Wat ons betreft treedt minister Van der Wal, de minister voor Natuur en Stikstof, artikel 68 van de Grondwet hiermee met voeten, want dat artikel zegt: de regering is verplicht om ieder individueel Kamerlid de inlichtingen te geven waar hij of zij om vraagt. Alleen als het belang van de Staat in het geding is, mag de regering weigeren de informatie te verschaffen. Volgens mij was er helemaal geen staatsbelang in het geding en had de minister gewoon moeten voldoen aan de opdracht tot informatievoorziening. Daarom wil ik op zeer korte termijn, het liefst vandaag nog maar in elk geval deze week, een interpellatiedebat met de minister voor Natuur en Stikstof. Daar vraag ik steun voor.

De voorzitter:

We gaan kijken of die bestaat.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Steun voor dit verzoek.

Mevrouw Bromet (GroenLinks-PvdA):

Geen steun.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Geen steun, voorzitter.

Mevrouw Hertzberger (NSC):

Wij vinden ook dat dit impactassessment echt gisteren naar de Kamer had moeten komen, dus van harte steun voor dit debat.

Mevrouw Nijhof-Leeuw (PVV):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Wij hebben bedenkingen bij de vorm, namelijk een interpellatiedebat. Volgens mij kunnen wij hier ook gewoon een regulier debat over voeren. Desondanks steun voor het verzoek, want als mevrouw Van der Plas vindt dat haar informatierecht met voeten is getreden, vind ik dat zij de mogelijkheid moet hebben om hierover te spreken.

De heer Van Campen (VVD):

Ik deel de frustratie van mevrouw Van der Plas, dus ik begrijp zo'n verzoek om een interpellatie. Daar heeft zij inmiddels voldoende steun voor. De urgentie van vandaag deel ik niet per se. Ik wil er met name op wijzen dat ik het belangrijk vind dat de Kamer nog het debat kan voeren over het impactassessment voordat er in Raadsverband in Brussel wordt besloten over de uiteindelijke verordening die voorligt. In het verlengde van wat de heer Van Baarle zegt, zou ik mevrouw Van der Plas willen voorstellen om het als volgt te doen. Als het impactassessment er komt te liggen, wat mij betreft binnen een week, voeren wij daarover snel een plenair debat, zodat de Kamer het kabinet opdrachten kan meegeven.

De voorzitter:

Maar ik wil gewoon van u horen of u haar aanvraag steunt, ja of nee.

De heer Van Campen (VVD):

Ze heeft al een meerderheid. Alleen, op een gegeven moment gaat het er ook om wat we ermee gaan doen. Ik wil gewoon graag het debat voeren met de minister voor Natuur en Stikstof.

De voorzitter:

Maar probeer het simpel te houden voor mij: ja of nee?

De heer Van Campen (VVD):

Ze heeft 30 leden, dus steun voor een interpellatiedebat. Maar dat hoeft wat mij betreft niet per se vandaag. Die urgentie deel ik dus niet.

De voorzitter:

Maar steun. Om een lang verhaal kort te maken: steun. We komen er wel!

Kamerlid Kostić (PvdD):

Goodwill van de Partij voor de Dieren: steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik begrijp de frustratie. De minister schrijft op zeer korte termijn alsnog het impactassessment naar de Kamer te sturen. Ik vraag de minister om dat uiterlijk voor het weekend te doen. Dan is wat mij betreft een interpellatie niet nodig, maar een gewoon debat op termijn. Dus geen steun voor het verzoek van mevrouw Van der Plas.

De voorzitter:

Geen steun.

Mevrouw Vedder (CDA):

Steun. Ik sluit mij aan bij de oproep van zowel de VVD als de ChristenUnie om het stuk alsnog deze week naar ons toe te sturen.

Mevrouw Beckerman (SP):

Informatierecht is cruciaal, dus in die lijn steun ik het verzoek. Ik kan mij deels vinden in wat de collega's zeggen: zorg ervoor dat het zo snel mogelijk naar de Kamer wordt gestuurd. Een andere vorm is ook prima, maar laat ik het gewoon steunen.

De voorzitter:

Prima. Er is voldoende steun voor een interpellatiedebat. Er is ook voldoende steun om dat snel in te boeken.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Deze week, hoop ik, als het kan. Of vanavond!

De voorzitter:

Nee, vanavond heb ik al iets.

De heer Bamenga van D66.

De heer Bamenga (D66):

Dank u wel, voorzitter. Vorig jaar kwam de OVV met een rapport met de conclusie dat omwonenden van industrie onvoldoende worden beschermd tegen de schadelijke uitstoot van de industrie. Een meerderheid van de Kamer stemde in met ons voorstel om daar een plenair debat over te voeren. Dit debat staat voor aankomende donderdag ingepland. Echter, we missen op dit moment nog twee cruciale stukken om een goed debat te kunnen voeren over dit rapport, namelijk de actieagenda industrie en omwonenden en het rapport van de expertgroep IJmond. Zonder deze twee stukken kunnen we geen constructief debat voeren. Daarom is ons voorstel om een plenair debat uit te stellen tot na ontvangst van deze twee stukken. Natuurlijk doen we daarbij de oproep aan de staatssecretaris om zo snel mogelijk met deze stukken naar de Kamer te komen, vooral aangezien deze stukken eind vorig jaar al in de Kamer hadden moeten liggen.

De voorzitter:

Een verzoek tot uitstel dus.

Mevrouw Veltman (VVD):

Voorzitter, dit kunnen we zeker steunen. Maar die snelheid is inderdaad van belang. Het rapport zelf is al bijna een jaar geleden uitgekomen. Steun om dit in samenhang te bekijken, maar op korte termijn.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik vind het een redelijk verzoek van collega Bamenga, dus steun. Ik heb één aanvullend verzoek, namelijk om vóór dat debat een brief te krijgen met daarin de stand van zaken wat betreft de uitvoering van de moties die bij het laatste commissiedebat Externe veiligheid zijn ingediend. Toen ging het namelijk ook al over dat rapport.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Zo ontstaat er zowaar een koppelkans met het verzoek van mevrouw Van der Plas van net. In ieder geval steun om dit plenaire debat uit te stellen.

De heer Vermeer (BBB):

Geen koppelkansen, alsjeblieft. Volledig steun. Ik ben het ook eens met wat de heer Grinwis inbracht.

De heer Olger van Dijk (NSC):

Voorzitter, steun voor het verzoek. Het is goed om wat snelheid te maken, want het rapport ligt er al te lang.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

Het is schandalig dat die actieagenda überhaupt nog niet door het kabinet naar de Kamer is gestuurd. Als we dit willen steunen, moet wel echt binnen nu en een paar weken dat debat plaatsvinden. Het is namelijk een jaar geleden. Mensen kunnen niet wachten. Dus steun, met tegenzin, maar we moeten wel binnen twee à drie weken dat debat voeren.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Voorzitter. Ik moet wel zeggen: dit is een heel gek figuur. We wachten inderdaad al een jaar op het debat, we wachten al een jaar lang op actie, terwijl het OVV-rapport keihard was. De overheid heeft de mensen te lang in de wachtrij gezet. En nu stelt D66 voor dat wij onze agenda aanpassen op die van de staatssecretaris en haar nog meer tijd geven om haar stukken op orde te krijgen. Wij zijn ervoor dat die stukken er liggen, maar ik roep bij dezen D66 en de staatssecretaris op om gewoon vrijdag, na de ministerraad, waar de stukken sowieso zouden moeten liggen … Vrijdagavond wil ik die stukken in mijn inbox. Ik neem aan dat D66 met de Griffie gaat regelen dat binnen twee weken het debat wordt gehouden, want we zijn het wachten zat. Dus als ik die zekerheid niet heb en niet hoor: geen steun.

De voorzitter:

Ik wist het wel!

De heer Dassen (Volt):

Steun voor het verzoek.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Steun voor uitstel, maar wel de snelheid erin houden.

De heer El Abassi (DENK):

Steun.

De heer Van Kent (SP):

Voorzitter, in principe steun, want die informatie willen we ook hebben, maar dan wel het verzoek om die informatie binnen een week te sturen en het debat binnen twee, drie weken alsnog op de agenda te zetten. Het is al lang uitgesteld en het moet snel besproken worden.

De voorzitter:

Dan schrijf ik op: steun.

De heer Boutkan (PVV):

Ik houd het kort, voorzitter. Steun.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid. We stellen het uit.

Dan gaan we luisteren naar de heer Van Kent van de fractie van de SP.

De heer Van Kent (SP):

Dank, voorzitter. Er is geen goede regeling voor mensen om op tijd te kunnen stoppen met werken. Mensen met zwaar werk werken daarom door tot ze er soms letterlijk bij neervallen. Daarom willen we een debat met de minister voor Armoedebeleid en Pensioenen over een regeling voor mensen met zwaar werk.

De voorzitter:

We gaan kijken of daar een meerderheid voor bestaat.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Ontzettend belangrijk. Van harte steun namens GroenLinks-Partij van de Arbeid.

Mevrouw Joseph (NSC):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter, geen steun.

De heer Aartsen (VVD):

Volgens mij hebben we over een kleine maand een commissiedebat Pensioenonderwerpen. Dat is sneller dan een debat, dus geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Steun voor dit verzoek.

Mevrouw Nijhof-Leeuw (PVV):

Steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De heer Bamenga (D66):

Geen steun. Volgens mij is er een commissiedebat.

De heer Krul (CDA):

Geen steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun. Kan ook in de commissie.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun.

De voorzitter:

Er is een meerderheid.

De heer Van Kent (SP):

Dank u wel.

De voorzitter:

We gaan het inplannen.

De heer Van Kent (SP):

Top.

De voorzitter:

Dan de heer Dijk van de SP.

De heer Dijk (SP):

Dank u wel, voorzitter. Zo meteen is er een debat over democratische zeggenschap over publieke voorzieningen. Dat is anderhalf jaar geleden aangevraagd. In de aanvraag was heel duidelijk verwoord dat het debat met de minister-president zou verlopen. Onlangs, iets langer dan anderhalf jaar geleden, op 20 juni 2023, heeft mevrouw Marijnissen nogmaals een hoofdlijnendebat met de minister-president over ditzelfde onderwerp aangevraagd. Wij willen dus graag de minister-president bij dit debat aanwezig hebben.

De voorzitter:

Ik ga kijken of er een meerderheid bestaat voor dat verzoek.

De heer Dijk (SP):

En als ik dan toch bezig ben, voorzitter, nog even het volgende, want anders moet het in twee keer. De spreektijd is vier minuten. Nou kan ik heel veel zeggen over publieke voorzieningen en democratische zeggenschap, maar vier minuten is vrij weinig.

De voorzitter:

Nou, u kunt heel veel, hoor.

De heer Dijk (SP):

Ik wil dus ook verzoeken om de spreektijd te verdubbelen naar acht minuten.

De voorzitter:

Nou … Ja, maar dan wordt het wel nachtwerk.

De heer Dijk (SP):

Nou, daar ben ik wel van. Dat is prima.

De voorzitter:

Zullen we eerst even uw eerste verzoek sonderen, over de minister-president? Dan knippen we het even in tweeën, want anders wordt het iets te ingewikkeld.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter, van harte steun voor het uitnodigen van de minister-president.

Mevrouw Postma (NSC):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter. Het kabinet gaat over zijn eigen afvaardiging. Geen steun.

De heer Erkens (VVD):

Wat de heer Grinwis zegt.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Vermeer (BBB):

Geen steun.

De heer Krul (CDA):

Wat de heer Grinwis zegt, klopt, maar we mogen 'm wel uitnodigen. Daarvoor wel steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Sneller (D66):

Begrijpelijk verzoek. Dat was ook het oorspronkelijke voorstel, maar het kabinet gaat er uiteindelijk zelf over.

De voorzitter:

Daar heeft u honderd procent gelijk in.

De heer Kops (PVV):

Geen steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun voor het verzoek om de min-pres uit te nodigen. Acht minuten vind ik wel wat gortig. We kunnen het misschien iets ophogen, maar acht vind ik iets te gortig.

De voorzitter:

Ja, dan komt u net een beetje op stoom, hè?

Er is geen meerderheid voor uw eerste verzoek. We gaan nu even kijken naar uw tweede verzoek. Daarbij teken ik wel meteen aan dat als u zegt dat we van vier naar acht minuten gaan, de voorzitter gaat zeggen: om het nog een beetje behapbaar te houden, ga ik het aantal interrupties danig inkorten. Dat vind ik nooit zo leuk, want ik vind het veel leuker als u debatteert. Het is een beetje aan u.

De heer Dijk (SP):

Kunnen we ergens in het midden uitkomen? Ik vind …

De voorzitter:

Ja, dat is vijf.

De heer Dijk (SP):

… vier wel erg weinig …

De voorzitter:

Het midden is vijf.

De heer Dijk (SP):

Het midden is zes.

De voorzitter:

Vierenhalf. Ja, vierenhalf. Ik heb het nog eens nagerekend.

De heer Dijk (SP):

De voorzitter kan rekenen toch, of niet?

De voorzitter:

Als de beste! Zal ik vijf in stemming brengen?

De heer Dijk (SP):

Laten we vijf doen. Ik ben vandaag in een goede bui.

De voorzitter:

Vijf, dus. Dat vind ik eigenlijk wel goed. Zullen we dat gewoon doen, vijf? Ja? Dan doen we vijf. De meeste mensen zijn het ermee eens. Bij dezen.

De heer Dijk (SP):

Dank u wel.

De voorzitter:

U heeft 'm in de pocket. Democratie, ik ben er gek op.

Dan de heer Baudet van de fractie van Forum voor Democratie.

De heer Baudet (FVD):

Dank u wel, meneer de voorzitter, ambtsgenoten. Er zijn twee gebeurtenissen rondom wat ik denk dat het belangrijkste thema van nu is die, denk ik, nopen tot een debat. Natuurlijk gaan beide over Oekraïne en de oorlog daar; dat is volgens mij het hoofdthema van nu.

Het eerste is een debat met de minister van Buitenlandse Zaken over het bericht dat er een overeenkomst voor tien jaar zou zijn aangegaan met Oekraïne om dat land te gaan steunen. De tekst van die overeenkomst is niet naar de Kamer gestuurd en is hier niet besproken. Afgelopen dagen werd wel bericht, in de mainstreammedia nota bene, dat Oekraïne hoogstwaarschijnlijk betrokken is geweest bij de Amerikaanse bombardementen op de Nord Streampijplijn. Dus Oekraïne — het land waar we nu schijnbaar voor de komende tien jaar een veiligheidsovereenkomst mee hebben afgesloten, die wij als Kamer niet eens hebben gezien — heeft ons gewoon aangevallen en heeft onze pijplijn gebombardeerd samen met de Amerikanen. Dat is natuurlijk wel een heel wonderlijk figuur, zeker in een demissionaire regeerperiode. Kan de Kamer daar zomaar mee instemmen? Moet dat niet worden besproken? Ik vind dat we dat niet over onze kant kunnen laten gaan.

De voorzitter:

U wilt een debat, neem ik aan?

De heer Baudet (FVD):

Zo is het.

De voorzitter:

Dan gaan we even kijken of daar een meerderheid voor bestaat.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Wij pakken elk moment dat we hebben om onze steun aan Oekraïne uit te spreken. Dat is belangrijk. Dat is overduidelijk niet de insteek die de heer Baudet hier kiest. Dat vinden wij jammer, maar goed, dat zijn we inmiddels wel gewend. Met die insteek: absoluut geen steun. De heer Paternotte heeft hierover recentelijk nog een debat aangevraagd waarvoor wij onze steun al hebben uitgesproken. Voor dit verzoek absoluut geen steun.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Dit debatverzoek vanuit een spreekbuis van het Kremlin is buitengewoon onverstandig en wat ons betreft ook nog een beetje lui, want samen met de heer Veldkamp is er al een debat aangevraagd over Oekraïne. Dat staat over twee weken in de agenda. Dit debatverzoek is dus totaal onnodig.

De heer Brekelmans (VVD):

Over tweeënhalve week is er een groot Oekraïnedebat. Dan zullen wij onze steun aan Oekraïne weer volop uitspreken en kan de heer Baudet ook zijn onzin weer herhalen.

De heer Van Baarle (DENK):

Los van de argumentatie van de heer Baudet vind ik wel dat we onszelf als Kamer serieus dienen te nemen en dat het nogal wat is dat een demissionair kabinet een veiligheidsovereenkomst voor tien jaar sluit. Ik vind zelf dat we best een debat over dat feit kunnen voeren. Vanuit die optiek steun, voorzitter.

De heer Dassen (Volt):

Over twee weken is er een groot debat over Oekraïne, waarin we allemaal kunnen aangeven dat we Oekraïne voor een langere termijn moeten blijven steunen. Daar kan dit ook bij betrokken worden.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun voor Oekraïne. Steun voor het al ingeplande debat. Dus geen steun voor dit debat.

De heer Veldkamp (NSC):

Voorzitter. NSC is voor stevige steun, militair en civiel, aan Oekraïne. Daarbinnen is zo'n bilateraal veiligheidsarrangement zeker voorstelbaar, maar het zou een demissionair kabinet hebben gepast om daarvoor eerst steun in de Kamer te vragen.

De heer Baudet (FVD):

Precies. Dat is mijn punt.

De voorzitter:

Sst.

De heer Veldkamp (NSC):

Voorzitter. Op 14 maart hebben we een groot debat over de materie.

De voorzitter:

Dus geen steun.

De heer Veldkamp (NSC):

Geen steun voor dit debat.

De heer Tuinman (BBB):

Nee, ook geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Binnen twee weken hebben we inderdaad een serieus debat over Oekraïne, dus nu geen steun.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Geen steun.

De heer De Roon (PVV):

We praten heel regelmatig met de minister van Buitenlandse Zaken over Oekraïne. Daar kan dit ook wel bijgevoegd worden op enig moment in de komende tijd.

De heer Baudet (FVD):

Dus? Geen steun?

De voorzitter:

De heer Dijk, SP.

De heer Dijk (SP):

Wij hebben een totaal andere argumentatie dan Forum voor Democratie heeft. Leuk dat er een debat is gepland over Oekraïne, maar volgens mij is het een grote oorlog en een groot onderwerp en doet het er niet toe of je Oekraïne wel of niet steunt. Volgens mij steunen heel veel partijen in deze Kamer Oekraïne wel. Ik denk dat het erg goed is om wel een debat te voeren over een tienjarig verdrag; daar is helemaal niks geks aan.

De voorzitter:

Dat is steun, neem ik aan. U heeft geen meerderheid, meneer Baudet.

De heer Baudet (FVD):

Nee, maar ik heb wel 30 leden.

De voorzitter:

Nee, ook dat niet.

De heer Baudet (FVD):

Nou.

De voorzitter:

Neeneenee.

De heer Baudet (FVD):

De woorden van de heer De Roon waren lastig te verstaan. Bestonden die uit "geen steun"?

De voorzitter:

Samengevat zou ik dat willen zeggen, ja.

De heer Baudet (FVD):

Is dat zo? De PVV geeft geen steun?

De voorzitter:

Dat klopt. Dus u heeft geen 30 leden, meneer Baudet.

De heer Baudet (FVD):

Kijk, ik wil één ding zeggen. Ik erken mijn verlies hier, maar het is wel heel merkwaardig om te verwijzen naar een debat over een paar weken als de Kamer gewoon gepasseerd wordt bij een verdrag dat wordt gesloten. Dan mogen we er misschien allemaal een plasje over doen over een paar weken, maar het gaat erom dat u allen geschoffeerd bent doordat de regering zegt "wij sluiten wel even een verdrag van tien jaar", zonder dat wij dat verdrag zelfs maar hebben kunnen zien. Daar gaat het om. Kennelijk leeft dat helemaal niet.

Dan het tweede punt waarover ik een debat wil.

De voorzitter:

Juist.

De heer Baudet (FVD):

Het tweede onderwerp waarover ik een debat wil, sluit hier heel erg op aan. Het gaat ook over Oekraïne en de levensgevaarlijke route die wij nu in deze oorlogshitserij opgaan. Rutte, de premier, is in de race voor het secretaris-generaalschap van de NAVO. Hij heeft nogmaals hele harde oorlogstaal gesproken en gezegd dat ook een nieuw kabinet die steun niet mag herroepen en dat dit ook niet gaat gebeuren. Dat is op zich al vreemd, maar toen kwam later op diezelfde dag naar buiten dat Rutte ook van mening is dat als hij secretaris-generaal zou worden op 4 april aanstaande, hij dan ook nog tegelijkertijd premier kan blijven. Wat je ook maar vindt van de oorlog, de NAVO en zijn ambities, de Kamer zou toch moeten onderkennen, denk ik, dat dit een schoffering is van het ambt, het premiersambt, en dat wij als Kamer moeten reageren op dit nieuwsbericht, hierover een debat moeten houden en moeten zeggen: luister vriend, als je weg wilt naar de NAVO, moet je dat misschien maar doen. Ik ben zelf voor een afkoelingsperiode. Ik vind dat je überhaupt niet vanuit je positie in Nederland in één keer door kan springen, want dat heeft altijd de schijn van belangenverstrengeling. Maar je kan het in elk geval niet combineren. Wij laten onze premier toch niet dat premierswerk als een soort parttimebaantje doen? Dat kan toch niet? Er moet hier snel over gesproken worden.

De voorzitter:

U wilt een debat …

De heer Baudet (FVD):

De Kamer moet zich laten horen.

De voorzitter:

… en ik ga kijken of daar een meerderheid voor is.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Als mijn oma wielen had, was zij een fiets.

De voorzitter:

Is dat zo?

De heer Krul (CDA):

Jazeker. Daarmee wil ik zeggen: al dit gedoe over "als dit", "als dat" en "ik heb op Twitter gelezen zo" … Kom op, zeg. Absoluut geen steun voor dit debat. Laten we even volwassen blijven met elkaar.

De heer Van Baarle (DENK):

Voorzitter. Ons lijkt het wel zinvol om hierover te spreken om zo meer duidelijkheid te krijgen over de ambities van de heer Rutte en ook omdat ik wil reconstrueren of de opstelling van de Nederlandse regering in de afgelopen periode daar misschien wat mee te maken heeft gehad. Dus steun, voorzitter.

De heer Brekelmans (VVD):

Geen steun en sowieso zit Stoltenberg er nog tot het najaar, dus treedt er tot die tijd geen nieuwe sg aan, wie het ook is. Geen steun voor dit debat.

De heer Paternotte (D66):

Voorzitter. Volgens mij is er nog nooit een kandidaat-secretaris-generaal zo transparant geweest over zijn ambities als de huidige premier. Verder sluit ik me aan bij wat de heer Brekelmans net zei.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Geen steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Idem. Geen steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

De heer Tuinman (BBB):

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Geen steun.

De heer Veldkamp (NSC):

Geen steun voor deze debataanvraag, voorzitter.

De voorzitter:

Net niet, net niet.

De heer Tjeerd de Groot van D66.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Dank u, voorzitter. We werden deze week opgeschrikt door het niet eens zo verrassende nieuws dat het herstel van de natuur, in de woorden van de minister voor Natuur, een "enorme opgave" zal zijn. Eigenlijk wordt steeds duidelijker dat we de gestelde doelen, zoals het water schoonmaken en de natuur herstellen, niet gaan halen; niet voor 2030 en niet voor 2035. Het lijkt mij toch goed om hier een debat over te voeren, niet alleen met de minister voor Natuur en Stikstof, maar ook met de minister van LNV, omdat het stikstoftreintje toch aan het vastlopen is. Hierdoor worden uiteindelijk ook de woningbouw en onze economie geschaad. Het lijkt mij goed om hier met elkaar plenair over van gedachten te wisselen.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter. Dit vinden wij inderdaad een belangrijk onderwerp, hoewel misschien met een iets andere argumentatie dan die van de fractie van D66. Steun voor het debat …

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Krul (CDA):

… dat we dan hopelijk ook met de heer De Groot voeren. Maar dat zullen we zien.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter. Het lijkt mij dat we eerst maar eens moeten gaan uitvoeren alvorens weer eens te gaan praten. Dus geen steun voor een plenair debat.

De heer Van Campen (VVD):

Voorzitter. Er is 17 april een commissiedebat, dus geen steun.

Mevrouw Bromet (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Het lijkt mij een hartstikke goed verzoek. Ik had ook mondelinge vragen hierover aangemeld, dus van harte steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Voorzitter. De mythe dat de woningbouw op z'n gat ligt door de stikstof is al 6.000 keer doorgeprikt, dus dat slaat nergens op.

Het tweede punt is dat er op 17 april een commissiedebat Stikstof, natuur en NPLG staat. Ik denk dat dat eerder is dan dit gewenste debat.

Ten derde is het zo dat wat in dat rapport staat helemaal niks nieuws onder de zon is. De sector, deskundigen en wij als BBB roepen al jaren dat de doelen onhaalbaar zijn, maar niemand heeft willen luisteren. Maar dat is eerder te bespreken in het commissiedebat op 17 april dan hier plenair, denk ik.

De voorzitter:

Mag ik raden dat u geen steun geeft aan het verzoek?

Mevrouw Van der Plas (BBB):

U heeft bingo.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Geen steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

De Nederlandse overheid is inmiddels wereldkampioen geworden in met heel veel belastinggeld problemen doorschuiven, dus van harte steun voor dit debat.

Mevrouw Nijhof-Leeuw (PVV):

Geen steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

Mevrouw Hertzberger (NSC):

Wij vinden het een belangrijk onderwerp, ook omdat we zien dat het naar voren halen van de doelen absoluut niet heeft geholpen bij het dichterbij halen van het behalen van die doelen, dus steun voor dit debat.

De heer Van Baarle (DENK):

Wat ons betreft kan het sneller in de commissie, dus geen steun, voorzitter.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

Dan de heer De Hoop van de fractie van GroenLinks-Partij van de Arbeid.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. De klimaatcrisis brengt grote risico's met zich mee voor onze volkshuisvesting, van wateroverlast en overstromingen tot aan hittestress en funderingsproblematiek. Daarom lijkt het mij goed om in de Kamer een debat te voeren met de minister van Binnenlandse Zaken over de risico's van klimaatschade voor huiseigenaren en kopers.

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Krul (CDA):

Steun.

De heer Paternotte (D66):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Steun.

De heer Peter de Groot (VVD):

De heer De Hoop wordt op zijn wenken bediend, want over drie weken hebben wij een commissiedebat Koopsector, waarin dit prima zou passen. Dus graag daar. Geen steun voor een plenair debat.

De heer Madlener (PVV):

Eens met de laatste spreker.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Eens met de laatste twee sprekers.

Mevrouw Welzijn (NSC):

Dit is een ontzettend belangrijk onderwerp, ook een heel kennisintensief onderwerp. Ik zou het graag in de commissie willen bespreken. Voor dit plenaire verzoek geen steun.

De heer El Abassi (DENK):

Lekker kort: steun.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

Mevrouw Van der Plas (BBB):

Geen steun. Dit kan besproken worden in diverse commissies, maar ik zou wel graag een brief willen.

De heer Dijk (SP):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun, voorzitter.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid.

De heer De Hoop (GroenLinks-PvdA):

Voorzitter. Ik zou het wel willen toevoegen aan de lijst met dertigledendebatten. Het zou inderdaad onderdeel kunnen zijn van een te voeren commissiedebat, maar ik vind het echt belangrijk om hier los een plenair debat met elkaar over te voeren.

De voorzitter:

Prima. We zetten het op de lijst.

Dan de heer Idsinga van de fractie van NSC.

De heer Idsinga (NSC):

Voorzitter. Ongeveer 1.800 oorlogsveteranen ontvangen een relatief klein bedrag aan smartengeld omdat zij invalide zijn geraakt op een van hun missies. Op dit smartengeld wordt sinds jaar en dag belasting ingehouden, maar in een recent arrest van de Hoge Raad is bepaald dat smartengeld onbelast is. Toen ik een halfjaar geleden vragen hierover stelde aan de staatssecretaris van Financiën, werden door hem verwachtingen gewekt om dit te regelen. Hij moest eerst overleg voeren met het ministerie van Defensie. Nu blijkt dat de twee ministeries daar niet uit gekomen zijn. Sterker nog, ze lijken ruzie te hebben gemaakt over wie de rekening zou moeten oppakken. Het resultaat is dat de helden en heldinnen met lege handen staan, en dat daarvoor een dunne, juridische onderbouwing is opgetuigd. Ik vind het onacceptabel. Ik wil een debat met de staatssecretaris van Financiën en de staatssecretaris van Defensie, het liefst voor het meireces.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Warme steun voor dit verzoek.

De heer Krul (CDA):

Steun.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Inderdaad, onacceptabel en dus van harte steun.

De voorzitter:

Mevrouw Piri, GroenLinks-D66.

Mevrouw Piri (GroenLinks-PvdA):

Steun.

U zei: GroenLinks-D66.

De voorzitter:

O ja, dat is weer een andere fusie.

Mevrouw Van Eijk (VVD):

Graag eerst een brief van de staatssecretaris. Vooralsnog geen steun.

De heer Vermeer (BBB):

Van harte steun, want het is geen inkomen. En graag een brief van de staatssecretaris.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Eerdmans (JA21):

Steun.

De heer Vlottes (PVV):

Ook steun.

De heer Van Houwelingen (FVD):

Steun.

De heer Dijk (SP):

Steun.

De heer Van Baarle (DENK):

Steun, voorzitter.

De voorzitter:

U heeft een meerderheid.

De heer Idsinga (NSC):

Dank u wel.

De voorzitter:

Dan mevrouw Postma van de fractie van Nieuw Sociaal Contract.

Mevrouw Postma (NSC):

Dank, voorzitter. We hebben het net al even kort in het vragenuurtje gehad over biomassa, maar daar is nog veel met elkaar over te debatteren. Ik zou graag een debat willen aanvragen over biomassa. Allereerst kunnen we daarin kijken naar welke kolencentrales we nou wel of niet gaan ombouwen na 2030; moet dat alles zijn of moet dat een beetje zijn? Daarnaast kunnen we het in dit debat hebben over de BECCS, maar ook over wat nu wel de reststromen zijn die je meeneemt, en wat niet. Hoeveel reststromen zijn er überhaupt vanuit Nederland mogelijk om als biomassa mee te stoken? Eigenlijk heeft dit debat als grootste doel om te kijken waar we aan toe zijn en waar het bedrijfsleven aan toe is. Ook is het doel om ervoor te zorgen dat we inderdaad kijken of de stromen die we gebruiken voor biomassa duurzaam genoeg zijn.

De heer Tjeerd de Groot (D66):

Voorzitter. De indiener zegt het zelf al: we hebben het er vanmiddag bij het vragenuurtje over gehad. Geen steun dus.

De heer Grinwis (ChristenUnie):

Voorzitter. Om het voor u makkelijker te maken, zeg ik mede namens het CDA: geen steun. We hebben het hier al heel vaak over gehad en we gaan het hier nog vaak over hebben in de commissie.

De heer Erkens (VVD):

Voorzitter. We hebben vorige week ook over de kolencentrales gepraat in deze Kamer en we stemmen er volgende week over. Over twee weken is er ook een commissiedebat Klimaat en energie. Het is dus prima om er verder over te debatteren, maar geen steun voor dit verzoek.

Kamerlid Kostić (PvdD):

Van harte steun.

De heer Dassen (Volt):

Steun.

De heer Diederik van Dijk (SGP):

Dit kan inderdaad bij een komend commissiedebat, dus nu geen steun.

De heer Vermeer (BBB):

Steun, en dan graag ook meenemen de definitiekwestie "houtige biomassa".

Mevrouw Kröger (GroenLinks-PvdA):

Steun, en ook met die toevoeging van de BBB. Dat willen wij ook. Steun.

De heer Kops (PVV):

Dit kan bij het commissiedebat, dus geen steun.

De heer Dijk (SP):

Steun.

De heer El Abassi (DENK):

Steun, zonder toevoegingen.

De voorzitter:

U heeft geen meerderheid, mevrouw Postma.

Mevrouw Postma (NSC):

Dank. Als ik goed geteld heb, uit mijn hoofd, heb ik wel ruimte voor een minderheidsdebat.

De voorzitter:

Een dertigledendebat.

Mevrouw Postma (NSC):

Een dertigledendebat. Zo heet het. Dank. Dat zou ik graag willen toevoegen. Hartelijk dank.

De voorzitter:

Dat voegen wij toe aan de lijst, die verder bijna leeg is, dus dat kan prima.

Mevrouw Dobbe van de SP wordt vervangen door de heer Dijk van de SP. Of niet? Een beetje enthousiasme voor uw eigen verzoek, hè, meneer Dijk.

De heer Dijk (SP):

Voorzitter. Het is een vooraankondiging, dus we willen dit gewoon vooraf aankondigen. Het is niet iets waar ik steun voor vraag.

De voorzitter:

En wat "voorkondigt" u aan?

De heer Dijk (SP):

Dat is: vooraankondiging tweeminutendebat Ontplooiing Nederlands fregat naar de Golfregio en Indo-Pacific, volgende week te houden inclusief stemmingen.

De voorzitter:

Kijk, dat wilde ik even horen, voor de eeuwigheid.

De heer Krul (CDA):

Voorzitter, toch één opmerking daarover. Als er een Nederlands fregat ontplooid wordt, volgt er altijd een artikel 100-procedure en komt er dus altijd ook een debat. Ik begrijp dus best dat de SP het bericht ziet en denkt "daar wil ik een tweeminutendebat over houden", maar daarvoor is in de procedure sowieso een debat voorzien. Het zou zonde zijn als we dat twee keer zouden gaan doen.

De voorzitter:

Prima. Daar houden we rekening mee. Tot zover de regeling van werkzaamheden. Ik schors voor enkele minuten.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven