6 Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden (stemmingen)

Regeling van werkzaamheden

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Ik stel voor zo dadelijk ook te stemmen over de volgende aangehouden moties:

  • -de motie-Dassen c.s. (21501-02, nr. 2805);

  • -de motie-Paulusma (36410-XVI, nr. 60);

  • -de moties-De Hoop c.s. (36410-XII, nrs. 36 en 37).

Ik zie de heer Van Baarle bij de interruptiemicrofoon staan.

De heer Baarle van (DENK)

De heer Van Baarle (DENK):

Dank u wel, voorzitter. Zou ik alstublieft mijn motie ...

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Onder welk agendapunt staat uw motie?

De heer Baarle van (DENK)

De heer Van Baarle (DENK):

Onder punt 10, de stemming over een motie ingediend bij het dertigledendebat over het Nationaal Programma tegen Discriminatie en Racisme. Het betreft de motie-Van Baarle c.s. (30950, nr. 357), over een voorstel voor hoe het instituut van de Nationaal Coördinator tegen Discriminatie en Racisme zal worden gecontinueerd. Zou ik die met uw welnemen mogen aanhouden?

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Prima, dan vervalt de stemming onder heel punt 10 op de stemmingslijst. De heer Gabriëls heeft nog een vraag.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA)

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

Dank u wel. U moet het toch echt gaan proberen met een zachte g.

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Dat kan ik echt niet; dat is aangeboren.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA)

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

De motie op stuk nr. 73 (36410-XII) van het WGO Water wordt een weekje aangehouden.

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Dat is die onder agendapunt 3, op de eerste pagina, over moties ingediend bij het wetgevingsoverleg over water.

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA)

De heer Gabriëls (GroenLinks-PvdA):

Ja, dat klopt.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Gabriëls stel ik voor zijn gewijzigde motie (36410-XII, nr. 73, was nr. 61) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

Om te beginnen wil ik nog even "dank je wel" zeggen tegen de Facilitaire Dienst. Die heeft dit weekend — wat zeg ik, vier dagen lang — honderden en honderden werkplekken verhuisd.

(Geroffel op de bankjes)

De heer Bosma (PVV)

De voorzitter:

We mochten dit gebouw vier dagen niet in. We telden de uren, natuurlijk. Bij terugkomst zaten we allemaal op een andere plek. Al onze spulletjes, schilderijtjes en prullenbakken staan gewoon weer op die nieuwe plek. Alleen met het papier is iets aan de hand, geloof ik. Maar daarover komt het Presidium in spoedzitting bijeen, kan ik u vertellen.

Vanmiddag gaan we praten over de begroting Defensie. Dat debat wordt natuurlijk voorgezeten door ondervoorzitter Kamminga, dus dat komt allemaal goed. We praten dan over oorlog en vrede. Daarom wil ik deze parlementaire week openen met het gedicht Vrede van Leo Vroman.

Komt een duif van honderd pond,

een olijfboom in zijn klauwen,

bij mijn oren met zijn mond

vol van koren zoete vrouwen,

vol van kirrende verhalen

hoe de oorlog is verdwenen

en herhaalt ze honderd malen:

alle malen zal ik wenen.

Sinds ik mij zo onverwacht

in een taxi had gestort

dat ik in de nacht een gat

naliet dat steeds groter wordt,

sinds mijn zacht betraande schat,

droogte blozend van ellende

staan bleef, zo bleef stilstaan dat

keisteen ketste in haar lenden,

ben ik te dicht en droog van vel

om uit te zweten in gebeden,

kreukels knijpend evenwel,

en 'vrede' knarsend, 'vrede, vrede'.

Kom vanavond met verhalen

hoe de oorlog is verdwenen,

en herhaal ze honderd malen:

alle malen zal ik wenen.

Aldus Leo Vroman, die deze maand tien jaar geleden is overleden. Wij denken aan hem.

Iets geheel anders. We hebben maar liefst acht pagina's stemmingsplezier voor u. Daar gaan we eens even goed voor zitten.

Naar boven