23 Ondernemen en bedrijfsfinanciering

Ondernemen en bedrijfsfinanciering

Aan de orde is het tweeminutendebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering (CD d.d. 19/04).

De voorzitter:

Aan de orde is het tweeminutendebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering. Het commissiedebat vond plaats op 19 april 2023; dat is nogal een tijdje geleden. We hebben vier sprekers van de zijde van de Kamer. De eerste spreker is reeds op weg hiernaartoe. Dat is de heer Romke de Jong van de fractie van D66. Ik heet de minister nog even van harte welkom; fijn om u weer te zien. Dan gaat de heer Romke de Jong twee minuten tot ons praten. Het woord is aan hem.

De heer Romke de Jong (D66):

Voorzitter, dank u wel. Het voelt een beetje dubbel, omdat we de hele avond nog gaan spreken over de begroting van Economische Zaken en Klimaat, maar we hebben de minister mogen spreken in commissieverband over ondernemen en bedrijfsfinanciering en dat leidt voor mijn fractie nog tot twee moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het voor startende en groeiende mkb-ondernemingen moeilijk kan zijn om financiering te vinden;

overwegende dat particuliere investeerders een belangrijke financieringsbron kunnen zijn voor startende en groeiende ondernemingen;

constaterende dat de huidige financieringsmogelijkheden voor startende en groeiende mkb-ondernemingen beperkt zijn en er momenteel hoge rentepercentages gevraagd worden op bedrijfsleningen;

constaterende dat leningen verstrekt door bekende ondernemers meer toegang tot kapitaal bieden;

constaterende dat een durfkapitaalregeling waarbij bekenden geld aan bedrijven kunnen lenen met belastingvoordelen, de vroeger zogenaamde tanteagaathregeling, in België heeft bewezen een effectieve manier te zijn om particuliere investeerders aan te moedigen om te investeren in het mkb;

constaterende dat er in België duidelijke kaders zijn voor minimum- en maximuminvesteringen en dat hierbij een duidelijke wetgeving omtrent de fiscale voordelen bestaat;

verzoekt de regering om te onderzoeken wat nodig is om een nieuwe versie van de durfkapitaalregeling op te zetten waarbij particulieren met belastingvoordelen geld kunnen verstrekken aan mkb-bedrijven, en in kaart te brengen welke kosten hiermee gemoeid zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Romke de Jong, Van Strien, Amhaouch en Graus.

Zij krijgt nr. 580 (32637).

De heer Romke de Jong (D66):

Dan de volgende motie.

De voorzitter:

Er is een vraag van de heer Graus.

De heer Graus (PVV):

Ik begrijp dit gewoon niet. Ik heb deze motie al heel vaak ingediend. Iedere keer als ik ermee kwam, kreeg de minister er bijna spontaan buikloop van. Die motie is heel vaak niet gesteund door de mensen die 'm nu indienen. Dat kan ik dus niet goed begrijpen. Ik heb deze motie echt meerdere malen ingediend — dat kan de minister beamen — zonder enige steun. Ik vind het dus wel jammer. Jullie hadden mij op z'n minst kunnen laten meetekenen, want uiteindelijk heb ik al drie keer eerder zo'n motie ingediend. Ik vind dat niet sportief.

De heer Romke de Jong (D66):

Het klopt. Het is helemaal waar dat er veel vaker in deze Kamer is gevraagd naar deze regeling, bijvoorbeeld door de heer Graus maar ook de heer Amhaouch. Zelfs in de vorige periodes zijn daar vragen over gesteld. Het feit is dat we het afgelopen commissiedebat juist hebben gesproken over wat de belemmeringen zijn. De minister gaf heel duidelijk aan: wij kunnen nu niet zeggen wat dit kost, dus het is voor ons niet uit te voeren. Daarom vraag ik middels deze motie om in ieder geval in beeld te hebben wat nou die belemmeringen zijn, zodat een volgend kabinet aan de slag zou kunnen voor die regeling. Want we praten er lang over — daar heeft u helemaal gelijk in — maar op dit ogenblik is er nog geen oplossing. Als u wil meedoen, dan bent u van harte welkom om uw naam erbij te zetten.

De voorzitter:

Dan voegen we de naam Graus eraan toe. Dat is bij dezen geregeld, meneer Graus.

De heer Graus (PVV):

Dank u wel, meneer de voorzitter. Ook dank aan de heer De Jong en alle andere indieners, maar luister voortaan wat eerder naar mij, want dan hadden we al drie jaar vooropgelopen.

De voorzitter:

Het is heel belangrijk om vroeg te luisteren naar de heer Graus.

De heer Romke de Jong (D66):

Waarvan akte. Dat was een mooi een-tweetje met de voorzitter.

Voorzitter. Ik ga door. We waren bij de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat uit DNB-onderzoek blijkt dat er sprake is van marktmacht bij banken, waardoor kleine ondernemers meer rente moeten betalen dan grote bedrijven;

overwegende dat ondernemers moeite ondervinden om hun weg te vinden in het Nederlandse financieringslandschap;

constaterende dat er om tot het beste mkb-financieringsklimaat van Europa te komen inspanning van diverse partijen, zoals banken, bankenorganisaties, belangenorganisaties, investeerders en het ministerie van Economische Zaken en Klimaat, nodig is;

verzoekt de regering om bij totstandkoming van een mkb-financieringsakkoord met diverse van belang zijnde partijen zorg te dragen dat deelnemende partijen naar een zo hoog mogelijk ambitieniveau streven, om zo het mkb-financieringsklimaat voor de lange termijn te verbeteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Romke de Jong, Van Strien en Amhaouch.

Zij krijgt nr. 581 (32637).

Dank u wel. Dan de heer Amhaouch van het CDA.

De heer Amhaouch (CDA):

Voorzitter. Nu de heer Graus hier al bijna zestien jaar in de zaal zit, ben ik bang om iets op te lezen wat hij ook al een keer naar voren heeft gebracht.

De voorzitter:

Misschien kunt u naar hem toelopen om het even te checken bij hem.

De heer Amhaouch (CDA):

Maar volgens mij heeft de hele Kamer eerdere moties over dit onderwerp gesteund, met name de motie over de mkb-bank. In het commissiedebat Ondernemen en bedrijfsfinanciering van een tijdje geleden hebben we het inderdaad gehad over hoe we het mkb beter kunnen voorzien van financiering. Warempel, ook De Nederlandsche Bank, DNB, kwam vorige week met het bericht dat er marktfalen is, terwijl we volgens mij al drie, vier jaar bezig zijn om hier juist oplossingen voor te zoeken. Maar de minister zit in de juiste richting. Met een financieringshub heeft hij de steun van de Kamer. Het is jammer dat ons werkbezoek aan de British Business Bank in Engeland niet door is gegaan, maar ik hoop dat dat in een volgende periode wel kan. Daar kunnen we volgens mij namelijk veel van leren. Daarom is mijn verzoek aan de minister, aanvullend op de bij de Algemene Financiële Beschouwingen ingediende motie-Van Dijk/Amhaouch, om een aantal dingen te onderzoeken en daarover een toezegging te krijgen. Dat scheelt ons een motie en allerlei administratie. Ten eerste: hoe ziet het instrumentarium van de British Business Bank eruit en welke garanties, subsidies en/of andere regelingen kent die bank? Ten tweede: waar zitten de verschillen met Nederland en waar liggen voor Nederland dus kansen om het marktfalen aan te pakken? Zegt de minister ook toe om dit op een niet al te lange termijn met de Kamer te delen?

De voorzitter:

En u gaat over tot de orde van de dag. Toch?

De heer Amhaouch (CDA):

Nee, dit is geen motie, voorzitter.

De voorzitter:

O, daar leek het een beetje op.

De heer Amhaouch (CDA):

Dit is een verzoek om een toezegging. Nogmaals, ook voor de mensen die meekijken: sommigen zeggen dat we geen staatsbank moeten hebben, maar dit gaat niet over een staatsbank. Dit gaat over het mobiliseren van bestaande partners, banken, non-bancaire financiers, met hulp, privaat en publiek van de overheid.

De voorzitter:

Prima. De heer Amhaouch was tevens de laatste spreker van de zijde van de Kamer. Is de minister reeds in staat om de moties becommentariëren? Ik schors een paar minuten en dan gaan we naar de minister luisteren.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

Het woord is aan de minister.

Minister Adriaansens:

Voorzitter, dank. We hebben inderdaad een tijd geleden het debat gehad over ondernemen en financiering. Daarover gaan deze moties. De eerste motie, die op stuk nr. 580, is van de heer De Jong en gaat over de fiscale regeling mkb-financiering. Daar hebben we inderdaad een aantal keren over gesproken, zoals de heer Graus ook terecht zei, onder zijn aanvoering. Maar nu wordt gevraagd om dat te onderzoeken. Ik wil de motie graag oordeel Kamer geven.

De tweede motie van de heer De Jong, die op stuk nr. 581, gaat over het mkb-financieringsakkoord. Zoals ik al heb aangegeven in mijn brief van 29 september, zijn we met alle stakeholders bezig om te zorgen dat we daar goede afspraken over maken. Ik onderschrijf het hoge ambitieniveau dat wordt neergezet door de Kamer. Daarom zal ik deze motie ook oordeel Kamer geven, om te zorgen dat we dat voortvarend oppakken. Ik zal ook zorgen dat ik een onafhankelijke aanjager zal vinden om daar nog extra tempo en aandacht aan te geven.

Verder vroeg de heer Amhaouch om een toezegging. Die wil ik ook graag doen. Ik was blij dat de heer Amhaouch even aangaf dat het niet gaat over een echte bank die ook betalingsverkeer regelt. Het gaat hier juist over het bij elkaar brengen van de financiers, bancair en non-bancair. Het gaat om het zorgen dat we de kennis en expertise bundelen en dat we ondernemers die niet bij de banken aan de kredieten kunnen komen, helpen naar een goede andere landing. Maar het gaat er ook om dat we de banken stimuleren om toch datgene te doen wat zij kunnen doen. Ik wil dus graag de toezegging doen zoals gevraagd door de heer Amhaouch.

De voorzitter:

Prima. Tot zover dit debat.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Dinsdag stemmen wij over de moties. Ik schors een enkel ogenblik en dan gaan we over naar de begroting.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven