8 JBZ-Raad d.d. 8 en 9 juni 2023 (vreemdelingen- en asielonderwerpen)

JBZ-Raad d.d. 8 en 9 juni 2023 (vreemdelingen- en asielonderwerpen)

Aan de orde is het tweeminutendebat JBZ-Raad d.d. 8 en 9 juni 2023 (vreemdelingen- en asielonderwerpen).

De voorzitter:

Aan de orde is thans het tweeminutendebat JBZ-Raad de dato 8 en 9 juni 2023 (vreemdelingen- en asielonderwerpen). Een hartelijk woord van welkom aan de staatssecretaris. Er zijn zes deelnemers van de zijde van de Kamer.

De eerste spreker is de heer Markuszower van de fractie van de PVV. Hij heeft, zoals iedereen, twee minuten spreektijd. Het woord is aan hem. We houden de vaart erin, omdat we weer snel terug moeten naar Groningen.

Het woord is aan de heer Markuszower.

De heer Markuszower (PVV):

Dat ga ik dan doen, voorzitter. Veel dank.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering onmiddellijk een asielstop in te voeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Markuszower.

Zij krijgt nr. 832 (32317).

De heer Markuszower (PVV):

Dank u wel.

De voorzitter:

Zo mogen we het horen.

Het woord is aan de heer Dassen van de fractie van Volt.

De heer Dassen (Volt):

Voorzitter. Ik heb één motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het VN-Kinderrechtencomité EU-lidstaten al meermaals heeft opgeroepen de detentie van migrantenkinderen af te schaffen en het ook niet als laatste redmiddel te gebruiken;

overwegende dat Duitsland zich in de Raad actief uitspreekt tegen het detineren van kinderen onder de 18 jaar en dat het Europese Commissievoorstel 12 jaar als grens heeft voor detentie;

verzoekt de regering zich in de Raad aan te sluiten bij Duitsland en te pleiten voor het uitzonderen van gezinnen met kinderen onder de 18 jaar en amv's van detentie,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Dassen, Piri, Futselaar, Kröger en Kuzu.

Zij krijgt nr. 833 (32317).

Dank u wel. Dank ook voor uw bondigheid.

Het woord is aan de heer Kuzu van DENK.

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Ik zal hetzelfde proberen te betrachten.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat bij de JBZ-Raad op 8 en 9 juni het kabinet streeft naar het aannemen van Raadsposities op de asielprocedureverordening (APR) en de asiel- en migratiemanagementverordening (AMMR);

constaterende dat de inzet van het kabinet zich voornamelijk richt op een snel en duidelijk onderscheid tussen kansrijke en kansarme asielverzoeken;

constaterende dat de inzet van het kabinet is om gezinnen met kinderen niet uit te zonderen van de voorgestelde grensprocedure;

overwegende dat dit voorstel ertoe gaat leiden dat kinderen in detentie gezet gaan worden;

van mening dat het opsluiten van kinderen niet past bij een beschaafd en humaan land als Nederland;

verzoekt de regering te waarborgen dat kinderen nooit en te nimmer kunnen worden vastgezet in detentie puur en alleen op basis van het inwilligingspercentage van het land van herkomst,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Kuzu, Piri, Kröger, Dassen en Futselaar.

Zij krijgt nr. 834 (32317).

Heel goed.

Het woord is aan de heer Brekelmans van de VVD.

De heer Brekelmans (VVD):

Voorzitter. Ik heb één motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat migratieafspraken tussen de EU en derde landen nodig zijn om grip te krijgen op migratie;

overwegende dat migratieafspraken met doorreislanden en derde landen ook betrekking moeten hebben op migranten met een andere nationaliteit, zoals de EU-Turkijeverklaring betrekking had op Syriërs;

overwegende dat het opnemen van een "bandencriterium" in het hervormde Gemeenschappelijk Europees Asielsysteem in de weg kan staan dat migratiedeals worden gesloten zoals de EU-Turkijeverklaring;

verzoekt de regering alles op alles te zetten om een eventueel bandencriterium zodanig ruim te formuleren in de asielprocedureverordening dat het sluiten van externe migratiedeals zoals de EU-Turkijeverklaring en terugkeer van asielzoekers naar veilige opvang in derde landen mogelijk blijft,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Brekelmans en Van den Brink.

Zij krijgt nr. 835 (32317).

Dank u wel. Het woord is aan de heer Van der Staaij van de Staatkundig Gereformeerde Partij.

De heer Van der Staaij (SGP):

Dank u, voorzitter. Ik treed even op als plaatsvervanger van onze Bisschop, die inmiddels in een ander debat zit.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat effectief terugkeerbeleid een essentieel onderdeel is van een goed functionerend Europees asiel- en migratiesysteem;

constaterende dat de Kamer de regering door middel van de motie-Van Toorenburg/Becker (32317, nr. 652) de opdracht heeft gegeven zich in te zetten voor het integreren van de herziening van de Terugkeerrichtlijn in de onderhandelingen over het migratiepact;

constaterende dat er tijdens de JBZ-Raad mogelijk een akkoord komt over een aantal onderdelen van het migratiepact, maar dat er nog altijd geen zicht is op een akkoord over herziening van de Terugkeerrichtlijn;

verzoekt de regering zich in Europees verband actief in te spannen voor het bereiken van een akkoord over aanscherping van de Terugkeerrichtlijn, waardoor bijvoorbeeld de mogelijkheden voor gedwongen terugkeer of vreemdelingendetentie worden verruimd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Staaij en Bisschop.

Zij krijgt nr. 836 (32317).

Heel goed. Mevrouw Podt van D66.

Mevrouw Podt (D66):

Voorzitter.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat op de JBZ-Raad zal worden gesproken over de mogelijkheid om de asielgrensprocedure ook te laten gelden voor minderjarigen;

overwegende dat het onwenselijk is om minderjarigen voor langere tijd op te vangen in een dergelijke onzekere situatie;

verzoekt het kabinet om, indien de JBZ-Raad in zijn positie toch opneemt dat amv's worden opgenomen in de asielgrensprocedure, hieraan voor alle lidstaten voorwaarden te verbinden ten aanzien van begeleiding, onderwijs, zorg, persoonlijke vrijheid en duidelijke afspraken voor maximale termijnen die de grensprocedure mag duren voor minderjarigen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Podt.

Zij krijgt nr. 837 (32317).

Prima. Mevrouw Piri van de Partij van de Arbeid.

Mevrouw Piri (PvdA):

Voorzitter. De staatssecretaris gaat vanavond naar een belangrijke JBZ-vergadering in Luxemburg. Ik vond het ten eerste te betreuren dat wij eigenlijk de brede Nederlandse inzet van een website moesten halen die Raadsdocumenten publiceert in plaats van dat wij die gewoon konden lezen in de geannoteerde agenda. Maar dat punt heb ik ook tijdens het commissiedebat gemaakt.

We hebben het lang gehad over de grensprocedure en de inzet van Nederland. Ik schaam mij eigenlijk kapot dat dit kabinet naar Luxemburg gaat om zich ervoor in te zetten dat niet alleen gezinnen met kinderen onder de 18, maar ook alleenreizende minderjarige asielzoekers voortaan tot drie maanden in niemandsland in detentie kunnen worden gezet. Ik zou er juist op hopen dat een land als Nederland zich ervoor inzet om een uitzondering te maken voor kwetsbare mensen, voor lhbti'ers uit een veilig land, voor zwangere vrouwen en voor die kinderen. Daarom heb ik de moties van de heren Dassen en Kuzu meeondertekend.

Er zijn heel veel punten uit dit belangrijke dossier waarover zeven jaar is onderhandeld, maar waarvoor we vandaag geen tijd hadden om het erover te hebben: de veilige landen, de derogatie. Hierbij doe ik in ieder geval de oproep aan ons in de Kamer — ik trek me dat zelf ook aan — om ervoor te zorgen dat we voor dit soort Europese wetsbehandelingen echt voldoende tijd nemen, want dit was eigenlijk een hele karige manier om de staatssecretaris te bevragen over de Nederlandse positie met betrekking tot wetgeving die mogelijk enorme impact zal hebben op het gemeenschappelijk asielbeleid.

De voorzitter:

De heer Futselaar van de Socialistische Partij.

De heer Futselaar (SP):

Dank u, voorzitter. De nood als het gaat om Europese afspraken over asiel is hoog, zowel wat betreft controle bij de grens als wat betreft de verdeling over Europa. Er zijn lidstaten die veel doen, er zijn lidstaten die weinig doen en er zijn ook lidstaten die zeggen: wij willen niet opvangen. Inmiddels is Hongarije een beetje de gemeente Bloemendaal van Europa aan het worden.

In dat kader is het toch teleurstellend hoe moeilijk het in de praktijk is om het Nederlandse standpunt als Kamer te controleren. Het overgrote deel van het overleg ging over de eventuele detentie van minderjarigen, maar eigenlijk was dat nauwelijks terug te vinden in de geannoteerde agenda en de onderliggende stukken die wij toegestuurd hebben gekregen. Sterker nog, de coalitiepartijen waren het onderling al oneens over wat de inzet van Nederland nu eigenlijk gaat zijn. Dat is teleurstellend en dat is niet hoe het in het vervolg zou moeten gaan bij dit soort Raden.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan de heer Eerdmans van de fractie van JA21.

De heer Eerdmans (JA21):

Dank, voorzitter. Wij wensen de staatssecretaris veel succes in Luxemburg, maar JA21 houdt zijn hart vast voor de migratiedeal die daar morgen uit lijkt te komen, als er al een deal volgt. Wij zullen dat heel kritisch volgen.

Over de minderjarigen. Wij weten — dat is net ook gewisseld — heel duidelijk dat mensen bewust kinderen vooruitsturen naar Nederland, of in ieder geval naar de buitengrens van Europa, in de hoop dat de kinderen asiel krijgen en vervolgens de hele familie over kan komen. Dat is een bekend punt van misbruik. Daar is ook op gewezen door de regering. Daar zijn de linkse praatjes vandaag helaas debet aan. Maar het punt is dat dat juist moet worden bestreden. JA21 vindt het dus goed dat ook minderjarigen worden tegengehouden aan de buitengrens van Europa om ze te controleren en dat ze bij misbruik dus worden teruggestuurd naar waar ze vandaan zijn gekomen.

Voorzitter. Dat gezegd hebbende, hebben wij één motie voor de staatssecretaris.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat middels grensbewaking illegale migratie kan worden tegengegaan en dat grensbewaking tevens een ontmoedigend effect op de asielinstroom kan hebben;

constaterende dat Nederland de Marechaussee momenteel slechts incidenteel en in beperkte mate grenscontroles laat uitvoeren;

constaterende dat diverse EU-lidstaten het niveau van grensbewaking hebben opgeschroefd, onder andere middels patrouilles langs de landsgrenzen;

verzoekt de regering de Nederlandse grensbewaking te intensiveren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Eerdmans.

Zij krijgt nr. 838 (32317).

De heer Eerdmans (JA21):

Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel. De laatste spreker van de zijde van de Kamer is de heer Van den Brink van het CDA.

De heer Van den Brink (CDA):

Voorzitter, dank u wel. Het CDA heeft de volgende motie.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er een aanhoudende migratiedruk is op de Europese Unie met grote, irreguliere migratiestromen;

overwegende dat de onderhandelingen tot een fundamentele herziening van het Gemeenschappelijk Europees Asielsysteem, GEAS, nog volop gaande zijn in de Unie;

overwegende dat een screeningsprocedure, asielgrensprocedure, naleving van het Dublinstelsel, inzetten op partnerschappen met derde landen en een gebalanceerd solidariteitsmechanisme belangrijk zijn om grip op migratie te krijgen;

overwegende dat er een groot belang is om uit de impasse rond het Europees Migratiepact te komen;

verzoekt de regering alles op alles te zetten om een pakket met wetsvoorstellen over de hervorming van het Asiel- en Migratiepact af te ronden voor de Europese verkiezingen van 2024,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van den Brink en Ceder.

Zij krijgt nr. 839 (32317).

Dank u wel. Er is nog een laatste spreker van de zijde van de Kamer. Dat is de heer Ceder van de fractie van de ChristenUnie. Daarna schors ik een paar minuutjes en dan gaan we luisteren naar de staatssecretaris.

De heer Ceder (ChristenUnie):

Dank u wel. We hebben net een uitgebreid debat gehad over de amv'ers. Dat heeft er volgens mij met name mee te maken dat dat in de geannoteerde agenda onvoldoende duidelijk naar voren kwam. Ook andere partijen hebben dat volgens mij zo beoordeeld. Dit vraagt volgens mij om een pact dat ook echt een fundamentele herziening gaat betekenen, met tal van wetgevingswijzigingen. Dus de vraag is om dit voortaan toch echt op een andere manier met elkaar te doen. Voor mij is de gezamenlijke inzet hier dat we tot een Europese aanpak komen. We verschillen over op welke wijze, maar het had volgens mij ook anders gekund en gemoeten, omdat we het ook wat meer hadden kunnen hebben over de andere onderwerpen die ook in het pact staan, waar wij ook wat van vinden.

Over de interpretatie heb ik lang gediscussieerd met de staatssecretaris. Maar ik lees de stukken zo dat wij al in 2020 gezegd hebben dat wij dit zo interpreteren dat wij zo min mogelijk uitzonderingen willen, en tegelijkertijd dat amv'ers daar wel een onderdeel van zijn. En ik lees het ook zo. Ik heb de brief er weer bij gepakt waarin dat staat en waar de staatssecretaris naar verwees. Die geeft aan dat wij moeten voorkomen dat op voorhand expliciet groepen uitgezonderd worden zodat calculerend gedrag aangemoedigd wordt, wat kan leiden tot systematisch misbruik van procedures. Dat systematische misbruik, dat vindt toch allemaal niet plaats? Daarom ook mijn vraag, die niet beantwoord is, over het inwilligingspercentage. Volgens mij wordt het merendeel van de amv'ers die in Nederland asiel hebben aangevraagd gewoon ingewilligd. Het zijn geen misbruikers. Er is geen sprake van een gigantisch misbruik van de capaciteit die we hebben. Dus het argument valt weg. Ik snap het wel, maar in de praktijk is het niet zo en daarmee valt dit weg. Graag een reactie van het kabinet daarop.

Ik heb nog één motie. Die gaat over de pushbacks. Ik ben blij dat de staatssecretaris wil aangeven dat ze dat veroordelen als kabinet. Ik denk dan ook dat het belangrijk is om nu door te pakken. Daarom:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat pushbacks door verschillende EU-lidstaten door blijven gaan;

verzoekt de regering in de Raad deze pushbacks te veroordelen en de Europese Commissie ertoe op te roepen passende maatregelen te treffen tegen de lidstaten waar het om gaat,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Ceder.

Zij krijgt nr. 840 (32317).

Heel goed. Tot zover de termijn van de Kamer. Als u de motie nog even inlevert, meneer Ceder. We hebben 'm niet zo snel uit ons hoofd geleerd, vandaar.

Ik schors twee à drie minuten, en dan gaan we luisteren naar de staatssecretaris.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

De voorzitter:

We willen graag door met het debat over Groningen, tenzij u allemaal voor de JBZ-Raad bent gekomen; dat weet ik niet. Ik sta alleen vragen toe van de eerste ondertekenaars van de moties. Ik hoop dat de staatssecretaris er kort en puntig doorheen gaat. Het woord is aan de staatssecretaris.

Staatssecretaris Van der Burg:

Voorzitter. De moties. De motie op stuk nr. 832 geef ik een negatief advies. Het kan niet. Deze motie is eerder ingediend en ik blijf ertegen.

De voorzitter:

Die wordt dus ontraden?

Staatssecretaris Van der Burg:

Ja, ontraden. De moties op de stukken nrs. 833 en 834 zijn vergelijkbare moties. Die wil ik ook ontraden. Wij hebben daar net een uitgebreid debat over gehad in de commissievergadering. Daarin heb ik ook aangegeven dat wij dit niet moeten doen; we moeten ook amv'ers in de grensprocedure hebben, want dat zorgt ervoor dat mensen die kwetsbaar zijn minder gaan reizen, met alle gevolgen van dien, en het voorkomt misbruik. Ik wil dus zowel de motie op stuk nr. 833 als de motie op stuk nr. 834 ontraden.

De motie op stuk nr. 835 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 836 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 837 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 838 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 839 krijgt oordeel Kamer.

De motie op stuk nr. 840 krijgt oordeel Kamer.

De voorzitter:

Kijk. Jongens, jongens … U mag vaker terugkomen.

Staatssecretaris Van der Burg:

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Tot zover dit debat. Dank aan de staatssecretaris.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik schors tien minuten en dan gaan we stemmen.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven