4 Vragenuur: Vragen Aartsen

Vragen van het lid Aartsen aan de minister van Economische Zaken en Klimaat, bij afwezigheid van de staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, over het faillissement van D-reizen.

De voorzitter:

Dan geef ik nu het woord aan de heer Aartsen namens de VVD voor zijn vragen over het faillissement van D-reizen. De vraag is eigenlijk aan de staatssecretaris gericht, maar zij kon hier niet bij zijn. Vandaar dat de minister van Economische Zaken en Klimaat de vragen gaat beantwoorden. Die heet ik ook van harte welkom. De heer Aartsen namens de VVD.

De heer Aartsen (VVD):

Dank u wel, voorzitter. Vanmorgen werden we opgeschrikt door het faillissement van D-reizen. Dat is verschrikkelijk zuur. Niet vanwege het mooie logo van dat bedrijf, maar vanwege de meer dan 1.000 mensen die nu op straat komen te staan. We stellen met allerlei steunpakketten alles in het werk om te voorkomen dat bedrijven omvallen en dat mensen hun baan verliezen. Daar hadden we het net over. Het ziet er nu naar uit dat deze mensen toch ook moeten vrezen voor hun baan.

Voorzitter. Ik wil hier niet graag ingaan op een individueel bedrijf of op één casus, maar er rijst wel een aantal vragen. Het steunpakket had tot doel om snel het geld op de rekening van de ondernemers te krijgen, zodat ze niet in liquiditeitsproblemen komen. D-reizen geeft aan dat het voucherfonds dat was aangekondigd er te laat is gekomen. Ik vraag mij af: hoe zit dat, meneer de minister? Deze Kamer heeft op 29 oktober een motie over dat voucherfonds aangenomen. Pas afgelopen vrijdag, maar liefst vijf maanden later, werd de uitwerking hiervan naar de Kamer gestuurd en gaat het pas open. Hoe kan dit, vraag ik de minister.

Daarnaast geven zij aan dat de eisen die in het fonds gesteld zijn veel te streng zijn, waardoor ze daarop geen aanspraak hadden kunnen maken. Hoe zit dat, en waarom is voor deze eisen gekozen?

Voorzitter. Ik vind het belangrijk om dit te weten. Het zou zonde zijn als wij hier allerlei steunpakketten presenteren, maar ondernemers vervolgens maanden moeten wachten tot ze dat geld een keer op de rekening krijgen, en er ook nog eens allerlei bureaucratische eisen aan worden gesteld, waardoor ondernemers hier geen gebruik van kunnen maken. Het laatste wat je op dit moment wil, is een domino-effect van deze faillissementen.

De voorzitter:

Dank u wel. Het woord is aan de minister.

Van 't Wout:

Dank u wel, voorzitter. Ik sluit me helemaal aan bij het begin van het betoog van de heer Aartsen dat dit natuurlijk vreselijk nieuws is voor de mensen die daar werken en voor de eigenaren. U zegt terecht dat wij in Nederland heel grote steunpakketten hebben. Wij lopen daarmee echt voorop in Europa, als je kijkt naar de omvang daarvan. Over het algemeen doen die ook heel goed werk, als je ziet dat het aantal faillissementen eigenlijk bijna historisch laag is op dit moment. Wij hebben ook altijd gezegd dat wij nooit helemaal kunnen voorkomen dat er een keer een bedrijf omvalt. Het past mij ook niet — maar dat deed u ook niet — om heel specifiek op één bedrijf in te gaan en na te gaan wat precies de redenen van het faillissement van dat bedrijf zouden zijn.

U vraagt naar de voucherkredietfaciliteit. Daarover is afgelopen vrijdag door de staatssecretaris een brief gestuurd. Vandaag ligt de begroting aan u voor. Dit betekent dat in de komende weken de regeling ook tot uitbetaling kan leiden.

Waarom heeft het zo lang geduurd? Daaronder ligt haast de suggestie alsof mensen hier onnodig aan het vertragen zijn. Dat is natuurlijk niet zo. Er wordt echt op alle fronten — ook bij de TVL, de heer Koolmees heeft daar zojuist op gewezen — ongelofelijk hard gewerkt om zo veel mogelijk ondernemers zo snel mogelijk te ondersteunen. In dit geval is er gewoon sprake van een heel ingewikkelde regeling. De staatssecretaris heeft daar vol aan getrokken. Op 9 december zijn de contouren bekendgemaakt. Toen moest de regeling met de SGR nog verder vormgegeven worden. Daarmee moet je nog langs Brussel. Die heeft op 30 maart akkoord gegeven. En vrijdag lag de brief hier. Ik weet niet of een-op-een de koppeling gelegd kan worden: als de regeling er nu een paar weken eerder had gelegen, dan was dat faillissement er niet geweest. Dat durf ik echt niet zomaar te zeggen. Maar alleen al het feit dat de regeling er nu ligt, kan naar mijn mening heel behulpzaam zijn voor heel veel bedrijven in de reisbranche. Tegelijkertijd zullen wij, net als in andere branches, onmogelijk kunnen voorkomen dat er bedrijven failliet gaan, hoe triest dat ook is.

De heer Aartsen (VVD):

Dat laatste is helaas waar. Maar ik wil wel voorkomen dat ondernemers in de problemen komen doordat er een bepaalde vertraging op de lijn zit tussen de aankondiging van de regeling, het besluit erover en de uitbetaling. We moeten eerlijk zijn: het probleem zit natuurlijk ook bij meerdere regelingen van de steunpakketten. De TVL voor Q2, dit huidige kwartaal, gaat pas eind mei open. Ik zou graag wat meer urgentie willen zien, eigenlijk de urgentie die wij hebben gehad bij het eerste deel van de coronacrisis, want iedere week, iedere dag, iedere maand dat een ondernemer moet wachten, wordt het risico op faillissement groter. Ik ben heel benieuwd wat de minister gaat doen om ervoor te zorgen dat als wij hier in de Kamer dingen beslissen, er ook heel snel voor wordt gezorgd dat de gelden ook daadwerkelijk op de rekening van de ondernemer terechtkomen.

Dan ten aanzien van de reissector. Kan de minister aangeven of hij nog wel in gesprek gaat met deze sector? Er valt nu hoogstwaarschijnlijk een grote jongen om. Ik hoop dat er nog een doorstart mogelijk is, maar het laatste wat je wil, is een domino-effect. Ik denk dat het goed is als de minister of de staatssecretaris in gesprek gaat met deze sector. Wat kunnen wij doen om dat effect te voorkomen? Hoe kunnen wij voorkomen dat er straks nog meer bedrijven failliet gaan in deze sector?

Van 't Wout:

Toch even terugkomend op het eerste. Ik sta er echt voor dat alles op alles gezet wordt, en in groten getale, om zo snel mogelijk onze regelingen bij de ondernemers te krijgen. Het is echt ongekend wat er bijvoorbeeld bij de RVO gedaan wordt. Er zit daar niemand met de intentie om dat niet zo snel mogelijk te doen. Wat wel ingewikkeld is, is dat wij — overigens om goede redenen — vaak een regeling weer aanpassen, ook gedurende de looptijd. Dat heeft enorme effecten daar. Maar de RVO zet echt alles op alles om alle regelingen die wij hier met ons allen verzinnen, zo snel mogelijk daar te krijgen. Ook RVO denkt continu na over mogelijkheden om het sneller en eerder te doen. Maar niet altijd alles kan, ook als je kijkt naar de enorme hoeveelheden waar het hier om gaat. En laten wij overigens ook niet vergeten dat het in heel veel gevallen ook heel goed gaat. Ik vind het wel belangrijk om dat beeld ertegenover te blijven zetten.

Dan vraagt u of er sprake zou kunnen zijn van een domino-effect van dit faillissement. De ANVR heeft vanochtend laten weten dat zij dat niet meteen zo ziet. U weet dat wij in zijn algemeenheid met heel veel branches en koepels continu in gesprek zijn.

De heer Aartsen (VVD):

Uiteraard gaat er — gelukkig — veel goed, maar het is aan ons als volksvertegenwoordigers om aan te geven waar dingen knellen, want anders zou het hier een goednieuwsshow worden. Heel veel ondernemers geven aan juist die snelheid niet meer te kunnen hebben. Dat kon vorig jaar misschien nog, maar de potten, de buffers en de liquiditeit zijn bij heel veel ondernemers op. Het is dan heel erg vervelend dat, als je een vergoeding krijgt over het tweede kwartaal van 2021, de regeling pas eind mei opengaat. Dat is echt een enorm lange periode voor heel veel ondernemers. We moeten ons daarvan wel bewust zijn. Nogmaals, het is nog steeds crisis. Iedere dag, iedere week, iedere maand dat we die regeling eerder open kunnen zetten, kan voor een ondernemer het verschil maken tussen failliet of niet failliet. Op dat besef moeten we blijven hameren. Ik hoop dan ook dat deze minister, samen met de ambtenaren die echt goed werk doen, continu blijft kijken hoe dingen sneller kunnen. Het laatste wat je wil, is dat we hier straks staan en moeten concluderen dat er nog meer bedrijven failliet zijn gegaan omdat een regeling te laat is opengegaan.

Van 't Wout:

Eens. De heer Aartsen heeft natuurlijk gelijk dat het uw rol als volksvertegenwoordiger is, maar overigens ook die van ons als bewindspersonen, om continu te kijken waar dingen niet goed gaan en of ze sneller kunnen. U kunt er echt van uitgaan dat we daar alles doen wat kan. Tegelijkertijd ben ik ook reëel. Er zitten soms grenzen aan wat we kunnen doen. Maar we doen met z'n allen onze stinkende best. Ik denk dat dit echt een succesvol steunpakket is als je ziet dat het aantal faillissementen tot nu toe laag is. U heeft het net met de heer Koolmees ook al gehad over het feit dat wij binnenkort met een brief zullen komen over hoe nu verder. Maar ik snap helemaal wat u bedoelt en ik doe er niks aan af dat het voor ondernemers een ongelooflijk zware rottijd is.

De heer Stoffer (SGP):

Heel erg spijtig dat D-reizen failliet is. Dat is echt zeer pijnlijk. Het klopt dat we goede steunregelingen hebben. Zeker in het begin van de crisis ging het allemaal vlot en snel. Je ziet twee redenen waarom D-reizen failliet is. Een: het voucherfonds is niet op tijd. Twee: er is gewoon te weinig geld op de rekening. Dat probleem hoor ik de afgelopen maanden van heel veel ondernemers: er is geen geld meer op de rekening. De reserves zijn op en zelfs de pensioenpotjes zijn opgemaakt. Er moet gewoon liquiditeit naartoe. Ik begrijp dat er bij RVO hard wordt gewerkt en dat niet alles kan, maar wil de minister hier nog heel specifiek naar kijken om te zorgen dat ondernemers die liquide middelen, dat geld, gewoon op de rekening krijgen? Want anders krijgen we straks wel veel faillissementen. Ik heb heel veel ondernemers gesproken bij wie dat speelt. Dus specifiek de vraag: wil de minister ervoor zorgen dat er geld op de rekeningen van de ondernemers komt?

Van 't Wout:

Wat ik net aangaf, is dat wij met de TVL — daarover kan ik spreken — echt ons best doen om alles zo snel mogelijk uit te betalen. Voor Q1 gaat dat voor heel veel ondernemers gelukkig ook echt in een heel hoog tempo. Ik kan niet vooruitlopen op wat er allemaal landt in de brief die wij binnenkort zullen sturen, maar ook wij hebben oog voor dit soort vraagstukken. Of ik die zomaar kan oplossen, durf ik nu nog niet toe te zeggen. Wat ik wel kan zeggen, is dat wij continu alles op alles zetten en dat het tempo bij de TVL in heel veel gevallen echt heel hoog ligt om, als we een regeling hebben, de ondernemer daarvan te kunnen laten profiteren in die zin dat het ook op de bankrekening staat.

De heer Van Kent (SP):

Het is een bedrijf met een lange historie. Het is in 1966 opgericht en er werken bijna 1.200 mensen. Is deze minister bereid om met de brancheorganisatie en met de curator te kijken of de overheid zich dienstbaar kan opstellen om een doorstart mogelijk te maken en daarin, in het belang van al die mensen die daar hun baan dreigen te verliezen, een rol te spelen?

Van 't Wout:

Ik heb in de media gelezen dat er misschien sprake zou zijn van een doorstart. Ik weet niet precies wat het plan is. Het is ook niet zo dat bij een faillissement — ook buiten corona komen faillissementen, hoe triest ook, helaas meer voor — de overheid automatisch een rol heeft. We moeten het proces eerst maar rustig zijn eigen werk laten doen, en ook wat men daar nu van plan is.

De voorzitter:

Dank u wel.

Naar boven