2 Vragenuur: Vragen Karabulut

Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van Orde.

Vragen van het lid Karabulut aan de minister van Buitenlandse Zaken over journalisten die doelwit zijn in Wit-Rusland.

De voorzitter:

We beginnen zoals gebruikelijk op dinsdag met het mondelinge vragenuur. Ik heet de minister van Buitenlandse Zaken van harte welkom. De eerste vraag is van mevrouw Karabulut namens de SP aan de minister van Buitenlandse Zaken over journalisten die doelwit zijn in Wit-Rusland. Mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Dank, voorzitter. Heel fijn om hier weer te zijn en het is ook heel fijn dat er gewoon weer mensen zijn in de zaal.

Voorzitter. Eerlijke verkiezingen, een einde aan het staatsgeweld en onmiddellijke vrijlating van alle politieke gevangenen. Dat zijn de heldere en krachtige eisen van de Belarussische bevolking, die wij hen de afgelopen weken dag in, dag uit, vreedzaam en geleid door vrouwen in het wit, hebben zien stellen en die ook door alle media tot ons zijn gekomen. Dat was als antwoord op oneerlijke verkiezingen van president Loekasjenko. Oneerlijk en frauduleus. Omdat het een man is die niet echt goed tegen zijn verlies kan, denkt hij dat hij bruut geweld mag toepassen. Dat is dan ook gebeurd: mishandeling, het oppakken van vreedzame demonstranten en zelfs marteling. Maar hij is onder de indruk. En wie kan nou op tegen dat vreedzame protest, dat geluid van die vrouwen? Zelfs Loekasjenko niet, ook al vertoont hij zich zo nu en dan karikaturaal met wapens in de hand op foto's.

Maar afgelopen zondag was het weer raak. Het geweld leek even af te nemen, maar er is weer bruut geweld toegepast. Er is een volle aanval op journalisten geopend. Zoals u weet, was ook een Nederlandse journalist slachtoffer van dat geweld. Ik wil de minister vragen: wat doet hij om de aanval op deze journalisten te stoppen? Heeft hij bijvoorbeeld de Belarussische ambassadeur al op het matje geroepen?

De Europese Unie heeft gerichte sancties voorbereid, die niet de bevolking treffen, maar wel degenen die frauderen en mensenrechten schenden. Dat was al twee weken geleden, maar we hebben nog steeds geen lijst gezien. Hoe staat het ermee?

Tot slot: degenen die mensenrechtenschendingen hebben begaan, mogen daar niet zomaar mee wegkomen. Dat is ook de wens van de Belarussische bevolking. Nu wil ik de minister vragen, omdat wij ook in de VN-Mensenrechtenraad zitten, of hij een onderzoek wil starten naar deze mensenrechtenschendingen, zodat we straffeloosheid kunnen bestrijden.

Dank u wel, voorzitter.

De voorzitter:

Dan geef ik het woord aan de minister van Buitenlandse Zaken.

Minister Blok:

Dank u wel, voorzitter. Nederland staat ferm achter de Wit-Russische, Belarussische, bevolking, die opkomt voor democratie, voor het recht om zelf een president te kunnen kiezen en voor een vrije pers. Nederland veroordeelt dus ook het geweld tegen onschuldige demonstranten en het geweld tegen journalisten, waar mevrouw Karabulut terecht aandacht voor vraagt.

Dat past in het beleid dat Nederland al heel lang heeft als het gaat om vrije pers. Nederland heeft bijvoorbeeld al heel lang een Matra-programma lopen, zoals dat heet, ter ondersteuning van Russischtalige pers. We kunnen nooit in het openbaar zeggen wie we daarmee precies steunen, maar voordat we die verschrikkelijke beelden uit Minsk zagen, liep dit programma al. Op zo'n moment realiseer je je weer hoe belangrijk het is dat je zo'n programma hebt lopen.

Toen de demonstratie in Minsk zo wreed werd neergeslagen, is er een extra Raad Buitenlandse Zaken van de Europese Ministers van Buitenlandse Zaken geweest, waar de Nederlandse inzet was het afkondigen van sancties, gericht op de verantwoordelijken voor het neerslaan van de demonstraties en het geweld tegen journalisten. Gelukkig is die oproep toen breed gesteund. Afgelopen vrijdag is die ook weer gesteund tijdens de informele Raad Buitenlandse Zaken. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan een lijst met namen. Ik deel het ongeduld van mevrouw Karabulut, maar zo'n lijst is ook een juridisch document. Er moeten worden onderbouwd waarom personen op die lijst staan. Mensen kunnen dat, zoals het in een rechtsstaat hoort, aanvechten bij een rechter. Vandaar dat dat zorgvuldig gebeurt, maar de Nederlandse inzet is dat dat mensen zijn op verantwoordelijke functies en dat het inderdaad degenen zijn die verantwoordelijk zijn voor het geweld tegen journalisten.

Mevrouw Karabulut vroeg of deze boodschap aan de ambassadeur van Belarus is overgebracht. Het gaat om een aankomend ambassadeur, maar die boodschap is overgebracht. Overigens heb ik tegelijkertijd ook de steun van de Nederlandse regering rechtstreeks overgebracht aan de oppositieleiders, waar ik de afgelopen dagen telefonisch contact mee heb gehad. Net zoals mevrouw Karabulut aangaf, is het ook mijn inzet om het Nederlandse lidmaatschap van de Mensenrechtenraad te gebruiken om Wit-Rusland op de agenda te krijgen en daar tot een resolutie te komen.

Mevrouw Karabulut (SP):

Ik ben mij er zeer wel van bewust dat de Europese Unie en deze minister nu wel hebben gehandeld, in tegenstelling tot andere onderwerpen en andere landen. Daar ben ik blij mee. Kan de minister misschien nog iets concreter maken, om te voorkomen dat we straks twee weken verder zijn, wanneer hij verwacht dat die namenlijst voor de gerichte sancties bekend zal worden? Dat zou ik graag als eerste nog van de minister willen horen.

Minister Blok:

De inzet is zo snel mogelijk, dus wat mij betreft morgen. Daarover is verder ook geen verschil van mening binnen de Europese Unie. Het gaat erom dat je de onderbouwing van de namen die op die lijst staan, waterdicht hebt, zodat je niet vervolgens sneuvelt bij een rechterlijke toets.

Mevrouw Karabulut (SP):

Ja, dat snap ik, en het is ook terecht dat je daarop let, zodat het niet mislukt. Nu wil het geval dat andere landen al wel sancties hebben ingezet, dus misschien kunnen we met de minister afspreken dat we daarover volgende week geïnformeerd worden, in ieder geval over de stand van zaken.

Mijn tweede punt is dit. Ik heb de minister gevraagd om onderzoek te doen naar de mensenrechtenschendingen en hij wil dat doen. Net als de minister ben ook ik van mening dat wij niet de toekomst van de Wit-Russische, de Belarussische bevolking kunnen bepalen — dat doen zij zelf, niet Rusland en niet de EU — maar dat wij wel de mensenrechtenschendingen moeten aanpakken. Kan ik de minister vragen op welke termijn hij ons over de stand van zaken van dit onderzoek kan informeren? En tot slot: hoe staat het met het inschakelen van het Moskoumechanisme via de OVSE, waarlangs ook dialoog wordt gestart en verder onderzoek wordt verricht?

Minister Blok:

Wat betreft de Europese sanctielijst: die zal openbaar zijn, dus daar kunnen we allemaal tegelijk kennis van nemen. De Mensenrechtenraad komt over twee weken bij elkaar en de Nederlandse inzet is om dan met een coalitie van landen Wit-Rusland én op de agenda te krijgen, én een resolutie aangenomen te krijgen. U kunt zich voorstellen dat andere landen weer coalities proberen te verzamelen om het tegendeel te bereiken. Ik heb goede hoop dat wij daar succes kunnen bereiken, maar ik kan nog niet voorspellen in welke vorm en wanneer.

Wat betreft de OVSE: Nederland hoort tot de landen die vanaf het begin het zogenaamde Moskoumechanisme, dus het bemiddelingsmechanisme, hebben gesteund. Ik heb ook in mijn contacten met de oppositie van hen vernomen dat ook zij die route steunen. Het voordeel van de OVSE is dat Belarus en Rusland lid zijn, maar ook daar moet je uiteindelijk voldoende steun krijgen voor die stap. Nogmaals, Nederland steunt dat van harte, maar ook hiervan kan ik u niet zeggen op welk moment dat gaat lukken. Wel dat wij het eens zijn over de inzet, ook op deze route.

De voorzitter:

Dank u wel. Mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Kan de minister de brief toezeggen die ik had gevraagd voor volgende week, inzake de sancties en de stand van zaken?

Minister Blok:

U kunt altijd een brief krijgen, zeker.

De voorzitter:

Dank u wel. De heer Koopmans, namens de VVD.

De heer Koopmans (VVD):

Steun voor de steun die het kabinet geeft aan de demonstranten voor democratie in Wit-Rusland of Belarus. We zien ook dat president Loekasjenko daar nepnieuws verspreidt als zou de NAVO dreigen eventueel binnen te vallen en dat hij zijn bevolking daartegen moet beschermen. Wat kunnen de Europese Unie en de NAVO doen om dat soort nepnieuws te bestrijden? En daar misschien nog bij: hoe staan de gesprekken met Rusland om te voorkomen dat zij, zoals zij dreigen, zich daar ook mee gaan bemoeien?

Minister Blok:

Er wordt inderdaad nepnieuws verspreid, namelijk dat de NAVO zou willen ingrijpen in Belarus. Dat is volstrekt bezijden de waarheid. Er bestaat geen enkel plan in die richting. De Europese Unie heeft, bij monde van mevrouw Merkel als fungerend voorzitter, contact opgenomen met de Belarussische president, die, althans tot op heden, de telefoon niet heeft opgenomen, en met president Poetin van de Russische Federatie. Zij heeft daar de boodschap overgebracht dat de inzet van de Europese Unie geen andere is dan dat de bevolking van Belarus zelf kan beslissen, en dat er geen plannen tot uitbreiding zijn, geen wens om via de EU wie dan ook te bedreigen. De bevolking van Belarus moet zelf kunnen beslissen. Dat is ook de boodschap die ik daar van de oppositie krijg en die ik bij hen terugleg: het gaat ons om úw vrijheid om te beslissen, niet om de invloed van de EU of de NAVO.

De heer Sjoerdsma (D66):

Het is terecht dat de bevolking van Belarus zelf mag beslissen over haar eigen toekomst. De inzet is ook terecht. Tegelijkertijd zien we dat Loekasjenko klaagt over buitenlandse inmenging, waaronder volgens hem ook Nederlanders. Dat is toch een beetje een broodjeaapverhaal. Dat roept wel de vraag op: als mevrouw Merkel heeft gebeld met Rusland en heeft gezegd "Belarus moet zelf over de eigen toekomst gaan", wat zegt de Europese Unie dan als Rusland dat niet doet? Welke maatregelen heeft Merkel in het vooruitzicht gesteld als Rusland, zoals het eerder heeft gedaan, bij Georgië, bij Oost-Oekraïne, bij al die andere landen, toch zijn invloed wil doen gelden in Belarus, hetzij indirect, hetzij zelfs militair?

Minister Blok:

De vraag van de heer Sjoerdsma wat Europa doet als in dit geval de Russische Federatie zich verregaand zou bemoeien met de situatie in Belarus, is een logische. Tegelijkertijd weet de heer Sjoerdsma als oud-diplomaat ook dat een gesprek in dit stadium niet geholpen is door daar op tafel te leggen: als u niet doet wat wij willen, dan volgt stap a, b of c, of zelfs militaire opties. De heer Sjoerdsma noemde die mogelijkheid. De boodschap nu richting het regime in Belarus is: er worden sancties ingesteld tegen de verantwoordelijken. Het is niet zonder consequenties. Die mensen kunnen straks niet meer bij hun geld in de Europese Unie en kunnen straks niet meer reizen binnen de Europese Unie. De boodschap richting grote buur Russische Federatie is: laten we via de OVSE, waar we beiden lid van zijn, een bemiddelingstraject instarten dat moet leiden tot een democratische transitie.

De voorzitter:

Dank u wel.

Naar boven