Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 27, item 6 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 27, item 6 |
Aan de orde is het VAO Ziekenhuiszorg (AO d.d. 21/11).
De voorzitter:
Het algemeen overleg dat gisteren is gevoerd over de ziekenhuiszorg krijgt nu een plenaire afronding met als eerste spreker de heer Van Gerven van de SP.
De heer Van Gerven (SP):
Voorzitter. We hadden gisteren een uitgebreid debat met de minister over het verdwijnen van de spoedeisnde hulp en de acute verloskunde bij de IJsselmeerziekenhuizen, waar de minister zijn belofte heeft gebroken. Dat dient te worden rechtgezet. Vandaar de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de minister heeft uitgesproken dat hij spoedeisende hulp en de acute verloskunde oerbelangrijk vindt en deze moeten blijven in de IJsselmeerziekenhuizen in Lelystad;
constaterende dat noch de spoedeisende hulp noch de acute verloskunde voor de IJsselmeerziekenhuizen in Lelystad behouden blijven in de voorstellen die thans voorliggen;
spreekt uit dat de minister zijn eigen belofte na dient te komen en er zorg voor dient te dragen dat spoedeisende hulp en acute verloskunde in Lelystad worden gerealiseerd,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Van Gerven (SP):
Dan de tweede motie en die gaat over de levensgevaarlijke situatie die ontstaat als de plannen zoals ze nu voorliggen, doorgaan.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat bij de huidige plannen voor de ziekenhuiszorg in Oost-Flevoland geen spoedeisende hulp en klinische verloskunde zijn voorzien;
overwegende dat hierdoor de volksgezondheid in het geding is en het risico op onnodige sterfgevallen en ernstige gezondheidsschade toeneemt;
spreekt uit dat elke patiënt uit Oost-Flevoland die overlijdt in de ambulance of ernstige gezondheidsschade oploopt binnen het uur na het bereiken van de omliggende ziekenhuizen in Almere, Harderwijk, Zwolle, Sneek en Heerenveen door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd dient te worden beoordeeld als zijnde een calamiteit,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Van Gerven (SP):
De laatste motie, voorzitter.
Dank u wel. Dan is het woord aan de heer Geleijnse van 50PLUS.
De heer Geleijnse (50PLUS):
Dank u wel, voorzitter. De faillissementen van het Slotervaartziekenhuis en de IJsselmeerziekenhuizen zijn een drama voor alle betrokkenen. Op diverse plaatsen zijn inmiddels oplossingen voorhanden, maar laten wij het leed dat is aangericht, niet snel vergeten. 50PLUS zal de minister en de aangekondigde onderzoeken kritisch volgen. 50PLUS wil net als veel andere partijen in onze Kamer de discussie voeren over het stelsel en de marktwerking. Wij zullen dat op een later tijdstip opnieuw agenderen.
Gisteren heeft de minister aangegeven dat hij in gesprek wil gaan met gemeenten en zorgverzekeraars over de extra reiskosten die mensen moeten maken in verband met de faillissementen. Ik ga ervan uit dat de minister zich hiertoe maximaal gaat inspannen. En over dit onderwerp ook een motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat patiënten vanwege de faillissementen van de IJsselmeerziekenhuizen onverwachts extra reiskosten moeten maken voor het bezoeken van andere ziekenhuizen;
overwegende dat het niet kunnen betalen van deze reiskosten geen reden mag zijn voor het stoppen van een behandeling of het niet starten van een behandeling;
verzoekt de regering om in overleg te treden met gemeenten en zorgverzekeraars om de mogelijkheden van een adequate regeling voor deze patiënten te bezien,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Geleijnse (50PLUS):
Tot slot nog een motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het voor ziekenhuizen, in het bijzonder voor de afdelingen spoedeisende hulp, nu moeilijk te achterhalen is waar een bed met de juiste specialistische zorg beschikbaar is;
overwegende dat het van groot belang is, zeker met de mogelijk naderende griepgolf, dat ziekenhuizen gemakkelijk kunnen achterhalen waar een bed met de juiste specialistische zorg beschikbaar is;
verzoekt de regering in gesprek te gaan met ziekenhuizen over het spoedig introduceren van een landelijk systeem dat het mogelijk maakt om informatie uit te wisselen over beschikbare bedden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank. Het woord is aan mevrouw Van den Berg van het CDA.
Mevrouw Van den Berg (CDA):
Voorzitter. Op de eerste plaats wil ik de minister danken voor de toezeggingen die hij heeft gedaan, met name dat hij aan de curator, de zorgverzekeraar en St Jansdal gaat doorgeven dat er uit de samenleving meldingen zijn dat het wel mogelijk zou zijn om een spoedeisende hulp open te houden in Lelystad. Daarom ook de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de minister aan heeft gegeven dat het op dit moment niet mogelijk is een voorziening voor spoedeisende hulp en acute verloskunde in Lelystad in stand te houden;
constaterende dat de minister heeft aangegeven dat voor een eventuele afdeling acute verloskunde of spoedeisende hulp zijn aanbod voor het ter beschikking stellen van een beschikbaarheidsbijdrage ook in de toekomst blijft gelden;
constaterende dat de zorgverzekeraar heeft aangegeven dat als de doorstart van het ziekenhuis in een stabiele fase is, bezien kan worden welke zorg er nog meer gerealiseerd kan worden in Lelystad, zoals een 24/7 geopende acute-opnameafdeling voor patiënten die meer zorg en/of observatie nodig hebben;
overwegende dat een onafhankelijke toekomstverkenner diverse partijen in de regio, waaronder bestuurders, patiëntenorganisaties en zorgpersoneel, samen kan brengen en hen actief kan consulteren;
overwegende dat dit een optie kan zijn om op korte termijn zowel meer draagvlak in de regio te creëren als mogelijke creatieve ideeën over de toekomst van de (acute) zorg in de regio te verkrijgen;
verzoekt de regering de optie van een onafhankelijke toekomstverkenner met partijen in de regio te bespreken, en indien hier behoefte aan is deze ook zo spoedig mogelijk aan te stellen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u wel. Het woord is aan de heer Rutte van de VVD.
De heer Arno Rutte (VVD):
Voorzitter. Als twee ziekenhuizen op één dag failliet gaan, dan raakt dat mensen enorm. Mensen maken zich ernstig zorgen: is de zorg er nog wel voor mij als ik die nodig heb? De minister is na de faillissementen heel hard aan de slag gegaan om te zorgen dat er zo veel mogelijk zorg kan terugkomen. Dat proces is nog niet afgerond; dat weten we inmiddels ook. Ik heb namens de VVD twee moties medeondertekend, eentje van de ChristenUnie en eentje van GroenLinks die beide toezien dat die maximale inspanning waar mogelijk ook echt moet leiden tot meer acute bevallingzorg en ook meer spoedeisende hulp in Lelystad.
Voorzitter. Dat is voor nu, maar we moeten ook echt terugkijken. De Kamer heeft na het vorige debat al uitgebreide steun gegeven aan een motie van de VVD, ondertekend door meerdere andere partijen, voor een diepgravend onderzoek. Mijn handtekening staat nu ook onder een motie van de Partij van de Arbeid om de Kamer in positie te brengen om op dat onderzoek stevige inbreng te kunnen leveren, want we moeten echt zorgen dat we alles grondig onderzoeken en daarna ook maatregelen nemen om herhaling van rommelige faillissementen in de zorg te voorkomen.
Tot slot — dat hoorden we net al — sta ik ook onder een motie van het CDA waarin staat dat we een goede verkenning moeten doen over de toekomst van de zorg in Flevoland en de omgeving van Flevoland, zodat we ook daar mensen kunnen garanderen dat goede zorg ook in de toekomst voor hen dichtbij bereikbaar is. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank. Het woord is aan mevrouw Ploumen van de PvdA.
Mevrouw Ploumen (PvdA):
Voorzitter. De chaos die is ontstaan door het faillissement van de twee ziekenhuizen heeft heel veel patiënten en medewerkers direct geraakt. Zij moeten er in het vervolg zeker van kunnen zijn dat de zorg in hun nabijheid beschikbaar is. Wij hebben de minister gevraagd zich daar maximaal voor in te zetten.
Voorzitter. De minister heeft ook aangegeven dat hij een onderzoek gaat doen naar de chaos die ontstaan is. Wie had wat moeten doen, wie deed niks en wat moet daaruit geleerd worden? Daarom de volgende motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat ongecontroleerde faillissementen zoals bij het Slotervaartziekenhuis en de IJsselmeerziekenhuizen voorkomen moeten worden;
van mening dat een gedegen onderzoek naar de gang van zaken kan voorkomen dat dit nog eens zo gebeurt;
verzoekt de regering bij de onderzoeksopdracht alle oorspronkelijke vragen te voegen waarvan de minister in mondelinge en schriftelijke beantwoording heeft aangegeven dat deze bij het onderzoek zullen worden betrokken;
verzoekt de regering de onderzoeksopdracht en deze vragen vooraf naar de Kamer te sturen zodat deze zich hierover kan uitspreken,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Ploumen (PvdA):
Voorzitter. Ik wilde daar nog aan toevoegen dat dat onderzoek natuurlijk van groot belang is, maar dat we niet willen wachten op de uitkomsten. Er moet nú actie ondernomen worden door de minister, er moeten nú concrete stappen gezet worden, zodat de minister zich niet meer laat verrassen en ingrijpt als het nodig is.
Dank u wel.
De voorzitter:
Dank. Het woord is aan de heer Kuzu van DENK.
De heer Kuzu (DENK):
Dank u wel, voorzitter.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de minister voor Medische Zorg heeft beloofd dat bij een doorstart van MC IJsselmeerziekenhuizen basiszorg, spoedeisende hulp en acute verloskunde behouden zouden blijven in Lelystad;
overwegende dat uit de gepresenteerde plannen voor een doorstart blijkt dat vooralsnog aan deze belofte niet wordt voldaan;
verzoekt de regering in samenwerking met de partijen die betrokken zijn bij de doorstart te bewerkstelligen dat het volledige pakket aan basiszorg, volwaardige spoedeisende hulp en acute verloskunde deel uitmaakt van het aanbod van het ziekenhuis in Lelystad,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de curator van MC Slotervaart heeft aangegeven dat een doorstart niet tot de mogelijkheden behoort;
van mening dat MC Slotervaart behouden moet blijven;
verzoekt de regering de curator een aanwijzing te geven om naast het scenario van een ontmanteling van MC Slotervaart het scenario van een eventuele doorstart alsnog te verkennen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat veel patiënten van de failliet verklaarde ziekenhuizen in onzekerheid verkeren over hoe hun zorg voortgezet zal worden;
constaterende dat dit de minister voor Medische Zorg spijt;
van mening dat deze spijtbetuiging gratuit is;
verzoekt de regering om samen met de zorgverzekeraars een crisisteam in te stellen, dat alle patiënten van de failliet verklaarde ziekenhuizen binnen een week duidelijkheid geeft over de voortzetting van hun zorg,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat veel patiënten van de failliet verklaarde ziekenhuizen onvoldoende geïnformeerd zijn over hoe zij hun medisch dossier kunnen opvragen;
overwegende dat patiënten recht hebben op inzage in hun medisch dossier en een kopie van het dossier mee kunnen krijgen;
verzoekt de regering alle patiënten actief te informeren over het recht op inzage in het medisch dossier en het recht om een kopie mee te krijgen van het medisch dossier en eventueel middelen ter beschikking te stellen om aan de vraag van patiënten te voldoen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Kuzu (DENK):
En dan wel de laatste, voorzitter. Ik heb het gered. Ik vroeg me af of het me zou lukken en het is me gelukt.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de minister voor Medische Zorg heeft aangegeven dat ziekenhuizen ook in de toekomst failliet kunnen gaan;
overwegende dat de minister voor Medische Zorg heeft aangegeven, conform de met algemene stemmen aangenomen motie-Kuzu over een early warning system, vroegtijdig in beeld te willen hebben of een ziekenhuis op omvallen staat;
overwegende dat een early warning system de regering handvatten kan bieden om vroegtijdig in te grijpen;
van mening dat ziekenhuizen nooit meer failliet mogen gaan;
verzoekt de regering vroegtijdig in te grijpen wanneer een faillissement dreigt en alles in het werk te stellen om in de toekomst een faillissement van een ziekenhuis af te wenden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u wel. Het woord is aan mevrouw Agema van de PVV.
Mevrouw Agema (PVV):
Dank u wel, voorzitter. De minister kreeg drie weken geleden een motie van wantrouwen. Het vertrouwen is niet hersteld. De Kamer dient vandaag een heleboel moties in. Ik hoop dat daar veel van wordt overgenomen door de minister.
Mijn moties, voorzitter.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat voor de problematiek op Urk, veroorzaakt door het sluiten van de spoedeisendehulppost en de afdeling acute verloskunde in Lelystad, een oplossing wordt gezocht in de vorm van het stationeren van een extra ambulance;
van mening dat een extra ambulance volstrekt onvoldoende is om de inwoners van Urk veilige en bereikbare zorg te bieden, bijvoorbeeld in het geval van complicaties tijdens een thuisbevalling;
verzoekt de regering te bewerkstelligen dat er een betere oplossing gevonden wordt,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het rijtijdenmodel uitgaat van theoretische rijtijden;
van mening dat minuten, zelfs seconden, van levensbelang kunnen zijn en de maximale wettelijke 45 minutennorm daarom nooit de standaard mag worden;
verzoekt de regering de 45 minutennorm te heroverwegen,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
van mening dat op voorhand niet is in te schatten of iemand een lichte of zware vorm van spoedeisende hulp nodig heeft;
van mening dat patiënten gebaat zijn bij een eenduidige en volwaardige vorm van spoedeisende hulp;
verzoekt de regering te bewerkstelligen dat nergens in ons land de glijdende schaal gekozen kan worden en een volwaardige spoedeisende hulppost niet afgeschaald kan worden tot een "lichte" spoedeisende hulppost,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het personeelstekort als belangrijkste argument wordt opgevoerd om de spoedeisende hulp en de acute verloskunde in Lelystad te sluiten;
van mening dat personeelstekorten nooit de reden mogen zijn voor het sluiten van spoedeisendehulpposten, maar dat daar te allen tijde een oplossing voor gevonden moeten worden, omdat het einde anders zoek is;
verzoekt de regering te bewerkstelligen dat personeelstekorten nooit de reden mogen zijn voor het sluiten van een spoedeisende hulppost,
en gaat over tot de orde van de dag.
Het woord is aan mevrouw Ellemeet van GroenLinks.
Mevrouw Ellemeet (GroenLinks):
Dank u wel, voorzitter. Ontluisterend noemde ik het gisteren in het debat, dat hele proces rond de faillissementen van deze ziekenhuizen en de aanloop daarnaartoe. Ontluisterend vond ik ook de rol van de minister daarin, want hij verzaakte om de partijen bij elkaar te brengen, al die instanties en toezichthouders die een deel van de informatie hadden, in hun eigen silo daarmee bezig waren en die informatie analyseerden. Gelukkig heeft de minister in het debat van gisteren ruiterlijk toegegeven dat dat anders had gemoeten en dat het in het vervolg anders gaat. Daar zal ik hem ook kritisch op blijven volgen.
Ik was blij met de toezegging van de minister dat hij de medische staf van de IJsselmeerziekenhuizen samen met St Jansdal en de curator aan tafel uitnodigt om te kijken wat er nog gedaan kan worden na het bericht van de medische staf dat er wél voldoende personeel zou zijn. Ik kijk uit naar de uitkomst van dat gesprek.
Ten slotte heb ik een motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er een grote wens is onder de inwoners van Flevoland om de acute verloskunde in Lelystad te behouden;
constaterende dat het huidige bod van St Jansdal daar niet in voorziet;
overwegende dat bij het wegvallen van de acute verloskunde de geldende aanrijtijd nog wel gehaald wordt maar deze voor vrouwen en verloskundigen niet altijd voldoende geruststelling biedt, waardoor thuisbevalling voor sommige vrouwen geen reële optie meer is;
verzoekt de regering bij het uitblijven van acute verloskunde in de overname van de IJsselmeerziekenhuizen met de overnemende partij te komen tot een gezamenlijke inspanningsverplichting om ook na overname alle mogelijkheden te blijven verkennen om alsnog tot de heroprichting van de afdeling acute verloskunde in Lelystad te komen;
verzoekt de regering tevens de Kamer hier jaarlijks over te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
Dank u, mevrouw Ellemeet. Het woord is aan de heer Bisschop van de SGP.
De heer Bisschop (SGP):
Voorzitter, dank u wel. Wat een ellende en wat een zorg brengt het faillissement van zo'n ziekenhuis met zich mee. En wat is het goed om te merken dat die zorg Kamerbreed gedeeld wordt en dat Kamerbreed gezocht wordt naar manieren om aan die zorg tegemoet te komen, om daar enige verbetering in aan te brengen, zodat het een leefbare situatie wordt.
Voorzitter. Ik kijk in het bijzonder naar de gemeente Urk, die het meest excentrisch in het geheel ligt en die bijzonder getroffen wordt door het faillissement. Daarnaast heeft de gemeente het hoogste geboortecijfer van Nederland. In plaats van acute verloskunde in de buurt te hebben moet men straks drie kwartier naar het ziekenhuis rijden. Ik heb al gezegd dat niemand de snelwegbaby's wil die dat oplevert.
Daarnaast is er de spoedeisende hulp. Ook hier geldt: hoe gevaarlijker de situatie is, hoe langer de reis wordt. In theorie wordt aan al die regeltjes voldaan: binnen drie kwartier op de plaats van bestemming enzovoorts. Maar dat is nog niet hetzelfde als de praktijk.
Daarom hebben wij de motie van mevrouw Ellemeet van harte meeondertekend. Dat is niet bedoeld als kritiek op de minister, maar als aansporing, als steun in de rug om er alles aan te doen om beide voorzieningen in Lelystad te behouden.
Voorzitter. De SGP waardeert de inzet van de minister absoluut positief. Wij waarderen het ook dat de ambulancepost in Urk in ieder geval een hoofdpost wordt. We danken de minister voor de toezegging om de aanrijtijden strikt te monitoren. Ook danken we hem voor de toezegging dat de beschikbaarheidspremie gereserveerd blijft als eventueel duwtje in de rug om toch over te gaan tot realisering van die afdelingen.
Voorzitter, daar wil ik het bij laten. Dank u wel.
De voorzitter:
Dank, meneer Bisschop. Tot slot het woord aan mevrouw Dik-Faber van de ChristenUnie.
Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Dank u wel, voorzitter. Ik heb drie moties.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de overnemende partij in Lelystad inzet op een spoedpost overdag en in de avonduren voor niet-complexe SEH-zorg;
constaterende dat, zodra de overname stabiel is, in Lelystad mogelijkheden lijken te zijn voor het realiseren van een acute-opnameafdeling met 48 uursverblijf;
constaterende dat er in de toekomst op basis van arbeidsmarkt- en/of demografische ontwikkelingen wellicht mogelijkheden zijn voor een 24/7 SEH en/of acute verloskunde;
overwegende dat het van het grootste belang is dat personeel zo lang mogelijk behouden blijft voor Lelystad;
overwegende dat de minister nader onderzoek zal doen naar mogelijke personeelstekorten voor de SEH in Lelystad;
verzoekt de regering in overleg met relevante partijen zoals de zorgverzekeraar na de doorstart te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om op de kortst mogelijke termijn een SEH met ok en zonder ic te realiseren, en de Kamer hierover jaarlijks te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de 45 minutennorm vanaf Urk door de excentrische ligging ternauwernood gehaald wordt;
overwegende dat de minister voor Medische Zorg heeft toegezegd de 45 minutennorm te evalueren, maar dat de inwoners op Urk daar niet op kunnen wachten;
overwegende dat Urk het hoogste geboortecijfer van Nederland kent;
spreekt uit dat Urk voor het cluster Noord van de RAV Flevoland de hoofdpost moet worden, zodat er altijd voldoende ambulances en personeel beschikbaar zijn,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Van Gerven heeft een vraag.
De heer Van Gerven (SP):
Die gaat over de vorige motie van mevrouw Dik-Faber over het vermeende personeelstekort in Lelystad om de spoedeisende hulp en de klinische verloskunde open te houden. Vindt de ChristenUnie ook niet dat dit eigenlijk een drogreden is? Als de aanrijtijden voor de verloskunde in Urk vier minuten langer zouden zijn geweest in het theoretische model van het RIVM dan zou het geen probleem zijn geweest, maar dat zou het wettelijk zijn gerealiseerd. Zo zijn de regels. Vindt de ChristenUnie met dat in het achterhoofd eigenlijk ook niet dat het personeelstekort geen goed argument is in de discussie die we tot nu toe hebben gehad?
Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Gisteren hebben wij hier een uitgebreid debat over gevoerd van wel vierenhalf of vijf uur lang, geloof ik. Deze elementen zijn door mij in het debat naar voren gebracht. Volgens mij zijn er door de minister een paar mooie toezeggingen gedaan, onder andere dat de 45 minutennorm nog eens goed tegen het licht wordt gehouden. Ik ben heel blij dat de minister dat wil doen. Het is inderdaad een heel harde grens. Als je op 43 of 44 minuten zit, voldoe je aan de norm, maar op 46 minuten niet. Is dat nog houdbaar in de toekomst? De minister heeft gezegd dat hij daarnaar wil gaan kijken. Daar ben ik heel blij mee. Ook heeft de minister gezegd dat hij de medische staf van de IJsselmeerziekenhuizen en St Jansdal met elkaar om de tafel zal zetten, met ook de curator erbij. Dan wordt bekeken wat er nu waar is van het personeelstekort. Ook wij hebben gehoord dat er wel degelijk personeelstekorten zijn bij de verloskunde, maar dat het een heel ander verhaal is bij de spoedeisende hulp. Ik kan het hele debat van gisteren gaan herhalen, maar volgens mij is dit uitgebreid aan de orde geweest en gaat de minister hier ook mee aan de slag.
De voorzitter:
Dat lijkt me geen goed idee. De heer Van Gerven kort.
De heer Van Gerven (SP):
Ja, afrondend. Het gaat mij erom dat, als het 46 minuten was geweest, het personeelstekort niet aan de orde zou zijn geweest. De minister had het dan gewoon uitgevoerd of laten uitvoeren of hoe dan ook. Is het met die constatering in het achterhoofd niet bizar dat het personeelstekort als argument wordt gebruikt, terwijl het zonneklaar is dat voor de leefbaarheid en de veiligheid de klinische verloskunde en de spoedeisende hulp in Lelystad overeind moeten blijven?
Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ik zie dat er in de breedte van de zorg een personeelstekort is. Gisteren hebben we met elkaar gewisseld dat dit op andere plekken zo is en dat dit ook in Lelystad aan de orde is. Ik heb namens mijn fractie naar voren gebracht dat dit niet hét argument kan zijn voor de spoedeisende hulp. Tegelijkertijd hebben we hier wel mee te dealen. We hebben er ook mee te dealen dat er een overnamekandidaat is die zegt: gezien de hele situatie zie ik daar op dit moment geen mogelijkheden voor. We kunnen wel heel stoer roepen dat het moet en het zal, maar vanuit de Kamer gaan we dat niet realiseren. Integendeel, als we hier met elkaar uitspreken dat het moet en het zal, is misschien de enige overnamekandidaat morgen van tafel en hebben we dankzij de heer Van Gerven straks helemaal geen doorstart van het ziekenhuis. Dat is toch niet wat mijn fractie wil.
De voorzitter:
Ik zie dat de verleiding groot is om dit deel van het debat opnieuw te voeren, maar dat gaan we niet doen, mede met het oog op de tijd. Er zijn bijna twintig moties ingediend, die nog moeten worden behandeld. Uw collega-woordvoerders Justitie en Veiligheid staan al te trappelen.
De heer Van Gerven (SP):
Ik werd persoonlijk aangesproken.
De voorzitter:
Dank. Mevrouw Dik-Faber, u hebt nog één motie voor te lezen?
Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):
Ja, nog één motie, voorzitter. Het moge duidelijk zijn dat ook mijn fractie de situatie betreurt, maar we doen wat we kunnen in deze Kamer om het maximale voor de mensen in Lelystad en ook op Urk te realiseren.
Dan mijn laatste motie.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat binnen het ziekenhuis in Lelystad sommige vormen van zorg zoals oogheelkunde, nierdialyse en revalidatie niet door het ziekenhuis zelf worden aangeboden, maar door derde partijen;
van mening dat binnen het ziekenhuis in Lelystad een zo compleet mogelijk palet aan zorg moet worden geleverd;
overwegende dat de curator zich alleen richt op het bod van de overnemende partij waar deze specialismen aangeboden door derden niet in zitten;
overwegende dat er belangstelling bestaat voor een eerstelijnsgeboortecentrum en een eerstelijnsverblijfvoorziening;
verzoekt de regering zich ervoor in te spannen dat deze aanvullende specialismen behouden blijven of zullen worden gerealiseerd in Lelystad en dat deze specialismen goed aansluiten op het bod van de overnemende partij,
en gaat over tot de orde van de dag.
Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de eerste termijn van de kant van de Kamer. Ik schors de vergadering voor vijftien minuten, en misschien zelfs voor iets korter.
De vergadering wordt van 11.34 uur tot 11.45 uur geschorst.
De voorzitter:
Het woord is aan de minister.
Minister Bruins:
Voorzitter. Er zijn twintig moties ingediend en er is één opdracht aan mij gegeven. Ik loop de moties en de opdracht graag even langs.
Ik ontraad de motie op motie op stuk nr. 151. Ik zal blijven bevorderen dat spoedeisende hulp en acute verloskunde in Lelystad worden gerealiseerd en ik doe dat onder meer met de meerdere malen besproken bijdrage. "Zorgdragen voor" gaat echter te ver en daarom ontraad ik de motie.
Ook de motie op stuk nr. 152 ontraad ik, aan de ene kant omdat de Inspectie voor de Gezondheidszorg haar taken uitvoert zoals ze dat nu doet en altijd zal blijven doen. Aan de andere kant ontraad ik de motie omdat in de tweede overweging van de motie staat dat hierdoor, terugverwijzend naar "plannen voor de ziekenhuiszorg in Oost-Flevoland geen spoedeisende hulp en klinische verloskunde zijn voorzien", het risico op onnodige sterfgevallen en ernstige gezondheidsschade toeneemt. Ik ben het daar niet mee eens en ontraad deze motie.
De heer Van Gerven (SP):
Dan wil ik de minister vragen op basis van welke gegevens hij de tweede overweging ontraadt.
Minister Bruins:
In de omgeving van Lelystad zijn er vijf ziekenhuizen, allemaal te bereiken binnen de normen die daarvoor gesteld zijn, met een 24/7 beschikbare SEH en acute verloskunde. Daar werken wij mee. "Het risico op onnodige sterfgevallen en ernstige gezondheidsschade toeneemt" gaat mij veels te ver.
De heer Van Gerven (SP):
Afrondend. Uit de Stuurgroep Zwangerschap en Geboorte is het advies gekomen binnen vijftien minuten een ziekenhuis te kunnen bereiken. De acute verloskunde is nu al weggevallen in Lelystad en daarmee neemt het risico op gezondheidsschade en zelfs overlijden bij moeder en kind gewoon toe. Dat zijn de wetenschappelijke feiten. Ik wil dat hier opgemerkt hebben. De minister denkt daar anders over. Ik constateer dat de minister op dit gebied afwijkt van het standpunt van de wetenschap.
Minister Bruins:
Ik blijf benadrukken dat een calamiteit altijd moet worden gemeld zodat die door de inspectie kan worden beoordeeld.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 153.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 153 spreekt uit dat er geen faillissementen van ziekenhuizen meer mogen plaatsvinden. Ik ontraad deze motie. Ik zou heel graag willen dat er nooit meer sprake is van een faillissement, maar ik kan dat niet garanderen. We hebben het gisteren met name gehad over het niet meer plaatsvinden van een ongecontroleerd faillissement. Ik ontraad dus deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 153 wordt ontraden.
Minister Bruins:
In de motie op stuk nr. 154 wordt de regering verzocht om in overleg te treden met gemeenten en zorgverzekeraars over een adequate regeling. Dat gaat over een reiskostenregeling. Ik heb gezegd dat ik me daarvoor wil inzetten en daarom geef ik deze motie oordeel Kamer mee.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 154 krijgt oordeel Kamer.
Minister Bruins:
Dan de motie op stuk nr. 155, over een landelijk systeem om informatie uit te wisselen over beschikbare bedden. Ik wil de aanvrager verzoeken om die motie aan te houden. Ik heb toegezegd een brief te maken, bij wijze van voorbereiding op het griepseizoen. Daarin kan ik ook nader ingaan op het systeem dat het mogelijk maakt om informatie uit te wisselen over beschikbare bedden. Het gevoelige, of het lastige, is dat ik meer streef naar regionale systemen die worden gedragen door regionale partijen. Ik hoop echter wel dat het een landelijk dekkend systeem is. Daarover gaat de brief en om die reden vraag ik de indiener om de motie aan te houden.
De voorzitter:
Meneer Geleijnse, bent u daartoe bereid?
De heer Geleijnse (50PLUS):
Ik wacht de brief af en ik houd de motie aan, voorzitter.
De voorzitter:
Op verzoek van de heer Geleijnse stel ik voor zijn motie (31016, nr. 155) aan te houden.
Daartoe wordt besloten.
Minister Bruins:
In de motie op stuk nr. 156 wordt verzocht om de optie van een onafhankelijke toekomstverkenner te bespreken en indien hier behoefte aan is, deze ook aan te stellen. Ik ga dat graag na. Daar hebben wij het gisteren in het debat over gehad. Ik geef deze motie daarom oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 156 krijgt oordeel Kamer.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 157 verzoekt de onderzoeksopdracht en vragen vooraf naar de Kamer sturen. Ook dat hebben wij gisteren gewisseld. Het lijkt me een goed idee om dat op die manier te doen. Ik hecht ook aan opvattingen uit uw Kamer over de onderzoeksvraag, dus oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 157 krijgt oordeel Kamer.
Minister Bruins:
Mevrouw Ploumen roept op om ook na het debat een actieve rol te blijven vervullen. Dat zeg ik toe. Ik vind dat belangrijk. Er is ook nog veel werk aan de winkel in de komende periode.
Voorzitter. De motie op stuk nr. 158 ontraad ik, omdat daar wordt gesproken over het bewerkstellingen van het volledige pakket aan basiszorg, spoedeisende hulp en acute verloskunde. Ik heb gister uitgeduid in het debat dat wij afhankelijk zijn van wat biedende partijen ons bieden, via de curator. Ik heb specifiek toegezegd dat ik, gehoord hebbend de opvattingen van het personeel, dat vierhoeksgesprek op gang breng. Dus ik ontraad deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 158 wordt ontraden.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 159 gaat over een eventuele doorstart van Slotervaart. We weten dat dat niet gaat gebeuren. Om die reden ontraad ik deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 159 wordt ontraden.
Minister Bruins:
Dan de motie op stuk nr. 160 over het instellen van een crisisteam dat alle patiënten duidelijkheid geeft over de voortzetting van hun zorg. Gisteren is al bekend gemaakt waar alle specialismen naartoe gaan. Door de curator van Slotervaart is ook toegezegd dat alle individuele patiënten de komende dagen een brief krijgen die aangeeft welke zorginstelling hun behandeling kan overnemen. Om die reden ontraad ik de motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 160 wordt ontraden.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 161 verzoekt de regering alle patiënten actief te informeren over het medisch dossier. Het is echt een rol voor curator en ziekenhuis om patiënten adequaat te informeren. Dat is niet aan de regering. Maar zoals gister gezegd in het debat houd ik wel de vinger aan de pols, want ik vind dat dat proces wel snelheid moet hebben, naast zorgvuldigheid. Ik ontraad deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 161 wordt ontraden.
Minister Bruins:
In het dictum van de motie op stuk nr. 162 gaat het over een faillissement van een ziekenhuis afwenden. Afwenden is voorkomen. Ik kan geen faillissement van een ziekenhuis voorkomen. Daarom ontraad ik deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 162 wordt ontraden.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 163 ontraad ik. De suggestie wordt gedaan dat het stationeren van een extra ambulance het enige is wat we doen om, via Antonius Zorggroep, extra inspanning te plegen op Urk. We hebben het gisteren ook gehad over de casemanager. Ik heb het gehad over een poliklinisch spreekuur, zowel op Urk, als daar behoefte is, als in Emmeloord. Het zijn onderdelen van de biedingen. Dus de betere oplossing — daar hebben we het gisteren over gehad — is echt meer dan de ambulance. Daarom ontraad ik deze motie.
De motie op stuk nr. 164 verzoekt de regering de 45 minutennorm te heroverwegen. Hier valt mijn oog op het woord "heroverwegen". Ik heb gisteren gezegd dat ik het wil onderzoeken. Dus als deze motie zo kan worden gelezen dat ik wil nagaan of de 45 minutennorm nog voldoet, met name naar de medische kant kijkend, en "heroverwegen" kan worden gelezen als "onderzoeken", dan is het oordeel Kamer.
De voorzitter:
Het lastige is dat de indiener, mevrouw Agema, op dit moment niet aanwezig is, dus daar geen reactie op kan geven. Maar als u de motie zo interpreteert, is "heroverwegen" hetzelfde als "onderzoeken" ...
Minister Bruins:
Exact.
De voorzitter:
... en dan krijgt die oordeel Kamer.
Minister Bruins:
Dat is in lijn met wat gisteren is besproken in het debat, voorzitter.
De motie op stuk nr. 165 ontraad ik. Er zijn verschillende vormen van spoedeisende en acute zorg, aan de ene kant SEH's, aan de andere kant spoedpoli's. Dat zal altijd zo zijn en blijven. Om die reden ontraad ik deze motie.
In de motie op stuk nr. 166 wordt de regering verzocht te bewerkstelligen dat personeelstekorten nooit de reden mogen zijn voor het sluiten van een spoedeisendehulppost. Dat "nooit" kan ik niet waarmaken. Ik ontraad daarom de motie op stuk nr. 166.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 166 wordt ontraden.
Minister Bruins:
Voorzitter. Dan de motie op stuk nr. 167, waarin de regering wordt verzocht bij het uitblijven van acute verloskunde in de overname van de IJsselmeerziekenhuizen met de overnemende partij te komen tot een gezamenlijke inspanningsverplichting om ook na overname alle mogelijkheden te blijven verkennen om alsnog tot de heroprichting van de afdeling acute verloskunde in Lelystad te komen en daarover de Kamer jaarlijks te informeren. Dat is de inspanning, dat is de inzet en ik vind het prima om, als ik die biedende partij heb, te kijken of wij in de komende jaren stapjes kunnen maken. Dat zou ik heel graag willen.
De voorzitter:
Dus de motie op stuk nr. 167 krijgt oordeel Kamer.
Minister Bruins:
Ook de motie op stuk nr. 168 krijgt oordeel Kamer. In de motie wordt de regering verzocht, in overleg met relevante partijen, zoals de zorgverzekeraar, na de doorstart te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om op de kortst mogelijke termijn een SEH met ok en zonder ic te realiseren en de Kamer daarover jaarlijks te informeren. Die motie zit in dezelfde lijn, het is dezelfde inzet, dus oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 168 krijgt oordeel Kamer. De motie op stuk nr. 169.
Minister Bruins:
De motie op stuk nr. 169. Gisteren hebben we het inderdaad gehad over een hoofdpost voor een ambulance op Urk. Ik ben met de Kamer van mening dat er op Urk altijd een parate ambulance moet zijn. Gisteren is het woord "hoofdpost" ook gevallen, dus oordeel Kamer voor deze motie.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 169 krijgt oordeel Kamer.
Minister Bruins:
En dan tot slot de motie op stuk nr. 170 over aanvullende specialismen. Daarbij wordt de regering gevraagd, het eerstelijnsgeboortecentrum en de eerstelijnsverblijfsvoorziening te behouden of te realiseren in Lelystad, opdat goed kan worden aangesloten op het bod van de overnemende partij. Ik wil dat heel graag nadrukkelijk onder de aandacht brengen van de overnemende partij aan de ene kant en de zorgverzekeraar aan de andere kant en daar ook een actieve rol bij vervullen. Als ik op die manier de motie mag lezen, geef ik haar oordeel Kamer.
De voorzitter:
De motie op stuk nr. 170 krijgt ook oordeel Kamer. Waarmee we aan het eind van dit VAO zijn gekomen.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
Ik dank de minister voor zijn komst naar de Kamer. Ik schors voor enkele ogenblikken, waarna wij verdergaan met de ... Excuses, voordat ik het helemaal afrond heeft de heer Van Gerven nog een vraag.
De heer Van Gerven (SP):
Het is eigenlijk een opmerking. Ik ga ervan uit dat vandaag over de moties wordt gestemd. Dat is het verzoek.
De voorzitter:
Ik was bezig dat te verifiëren bij de griffier. Het lijkt er wel op, maar honderd procent zeker weten doe ik dat niet. Dat hoort u nog van mij.
De heer Van Gerven (SP):
Want dat was bij de vooraankondiging van de week al aangegeven. En er zijn, heb ik begrepen, vanmiddag nog stemmingen.
De voorzitter:
Dat klopt. Dus dan worden ze daaraan toegevoegd. Dan schors ik nu de vergadering voor enkele ogenblikken, waarna we verdergaan met de begroting van Justitie en Veiligheid.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
Voorzitter: Arib
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20182019-27-6.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.