5 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel aan de Kamer voor, de Eerste Kamer te laten weten dat mevrouw Kuiken de plaats zal innemen van de heer Van Laar bij de verdediging van het Voorstel van wet houdende de invoering van een zorgplicht ter voorkoming van de levering van goederen en diensten die met behulp van kinderarbeid tot stand zijn gekomen (Wet zorgplicht kinderarbeid) (34506). 

Op verzoek van de PvdA-fractie benoem ik in de contactgroep Duitsland het lid Van den Hul tot lid. 

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, deze voor kennisgeving aan te nemen: 

31409-155; 34550-A-60. 

Ik stel voor, de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 

32637-281; 25087-153; 25087-152; 25087-151; 2017Z04179; 25087-150; 21501-33-640; 28684-497; 28684-498; 32605-208; 27830-200; 29614-59; 30139-176; 2017Z05896; 29362-262; 2017Z06670; 34550-V-76; 34376-15; 2017Z06379; 31497-241; 2017Z06591; 21501-02-1749; 21501-02-1745; 2017Z06604; 34550-VIII-135; 31409-157; 31409-154; 31409-152; 31409-156; 31409-134; 31409-151; 32861-23; 32861-22; 2017Z06931. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VAO Scheepvaart, met als eerste spreker het lid Van Helvert namens het CDA; 

  • -het VAO Formele Raad Werkgelegenheid en Sociaal Beleid van 15 juni 2017, met als eerste spreker het lid Wiersma namens de VVD. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Bruins Slot, namens het CDA. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Voorzitter. Gisteren kreeg de Tweede Kamer een brief van de minister van Binnenlandse Zaken met de mededeling dat 7.600 stemmen die tijdens de Tweede Kamerverkiezingen zijn uitgebracht in Boxmeer, niet zijn meegenomen in de stemmingsuitslag. Dat had natuurlijk niet mogen gebeuren. Dit is een aanzienlijk verschil in stemmen. Het is van belang dat ons verkiezingsproces correct en vooral ook betrouwbaar is. In de afgelopen periode zijn wij achter meerdere incidenten gekomen. Daarom wil het CDA over dit geheel, dus over de totale evaluatie van de verkiezingsuitslag, een plenair debat voeren. Daarnaast wil het CDA een brief krijgen, omdat de brief van de minister nog onduidelijkheden oproept. Ten eerste wil het CDA graag een overzicht hebben: wanneer is deze melding bekend geworden en wat is daarna gedaan? Vorige week hebben we immers het verslag van de Kiesraad al gekregen. Ten tweede zegt de minister dat de uitslag van de verkiezingen niet is veranderd, maar is dat alleen op basis van deze 7.600 stemmen of heeft hij alle telverschillen meegenomen? Tot slot heb ik ook een vraag aan de Voorzitter. De processen-verbaal van de verkiezingen liggen hier en moeten volgens mij op basis van de Kieswet binnen enige tijd vernietigd worden. Ik wil dus een debat, voorafgegaan door een brief. 

De voorzitter:

Wat de laatste vraag, de vraag aan mij als Voorzitter, betreft: de leden kunnen de processen-verbaal tot 22 juni inzien. 

De heer Krol (50PLUS):

Ik zou nog één vraag beantwoord willen zien in de brief waarom wordt gevraagd. Wij zijn eraan gewend dat op de website van de Kiesraad meteen na de verkiezingen de complete uitslag bekend wordt gemaakt. We zijn nu weken verder en die uitslag staat nog steeds niet op de website. Ik zou graag willen weten waarom niet. 

De heer Koopmans (VVD):

Wij steunen dit verzoek als we het goed begrijpen, namelijk als het gaat om een plenair debat dat komt na het door de minister al aangekondigde evaluatierapport. Wij steunen ook het verzoek om een brief. Daarbij vragen wij speciale aandacht voor de problemen met stemmen in het buitenland. 

Mevrouw Van Engelshoven (D66):

Ook steun voor dit verzoek. Ook wij maken ons zorgen over het feit dat dit soort verschillen nu aan het licht kan komen. Het heeft geen gevolgen voor de zetelverdeling, maar tegen mevrouw Bruins Slot zou ik willen zeggen dat ook aantallen stemmen er in dit huis toe kunnen doen. Ook het gebrek aan publicatie van de gegevens, ook op stembureauniveau bij gemeenten, baart ons zorgen. Wij willen dus graag een debat en wij krijgen op die punten graag een toelichting in een brief. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Het is van het grootste belang dat ons kiesproces zorgvuldig verloopt. Er worden misschien altijd fouten gemaakt, maar als zich dat op deze schaal voordoet, roept dat wel vragen op. Ik sluit mij verder aan bij de vraag van de heer Koopmans over het stemmen in het buitenland. Daarmee zijn echt problemen geregistreerd. Ook daar moeten we een oplossing voor vinden. Ik spreek daarom steun uit voor het debat en voor de brief. 

De heer Özdil (GroenLinks):

Ik sluit mij aan bij mijn collega's. Ons democratisch proces is essentieel. Dat moet vanaf het begin goed gaan. Namens GroenLinks: steun voor zowel de brief als het debat. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik ben het eens met alle voorgaande sprekers. Dat wordt dus een heel boeiend debat. Dit is zeer belangrijk. Steun daarvoor en voor de brief. 

De heer Kuzu (DENK):

Wij steunen het houden van een debat van harte, met alle welkome aanvullingen die reeds door collega's zijn gedaan. Het verkiezingsproces moet zorgvuldig verlopen, maar ook controleerbaar zijn. Het controlegehalte laat nogal te wensen over op dit moment. Van harte steun. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

De gemeenteraadsverkiezingen zijn al in maart volgend jaar. Het lijkt mij daarom heel goed dat wij hierover een debat voeren waaraan een brief is voorafgegaan. 

De heer Hijink (SP):

Steun voor de brief en het debat. 

Mevrouw Agema (PVV):

Steun. 

De voorzitter:

Er is brede steun vanuit de Kamer, mevrouw Bruins Slot. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Dank. U concludeerde zonet dat de processen-verbaal tot 22 juni kunnen worden ingezien. Ik heb ook gevraagd of de berekening van het stemverschil alleen is gebaseerd op de 7.600 of ook op andere telverschillen die er kunnen zijn. Daarom is het van belang dat het antwoord van de minister op deze vraag er begin volgende week ligt. 

De voorzitter:

Dank u wel. Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Ik geef nu het woord aan mevrouw Westerveld, die spreekt namens GroenLinks. 

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Voorzitter. Als we niets doen, hebben we in 2025 alleen al in het basisonderwijs een lerarentekort voor het vervullen van maar liefst 10.000 voltijdbanen. Schoolbesturen merken dat lerarentekort nu al. Daarom zetten ze noodgedwongen onbevoegde docenten en zelfs studenten voor de klas. Anders moeten ze kinderen naar huis sturen. Wij hebben in deze Kamer eerder gedebatteerd over de werkdruk in het onderwijs. Het lerarentekort kwam in het debat zijdelings aan bod, maar omdat het tekort zo urgent is, wil GroenLinks hierover graag in debat met de staatssecretaris. Het gaat er mij specifiek om dat wij op korte termijn met elkaar en met de staatssecretaris van gedachten wisselen over de vraag op welke manier meer jongeren kunnen worden aangemoedigd voor dit beroep te kiezen. 

De heer Beertema (PVV):

Ik begrijp de nood en er zijn structurele maatregelen nodig. Daarom zou ik dit debat ook willen steunen. Ik wil het debat echter niet onder dit kabinet. Laten we het doorschuiven naar een volgend kabinet, want de demissionaire bewindslieden kunnen hier echt niets meer mee. 

De voorzitter:

Kan ik daaruit concluderen dat u voorlopig dit verzoek niet steunt? 

De heer Beertema (PVV):

Ik geef wel steun, maar ik wil het doorschuiven tot wat mij betreft de eerste week van de zittingsperiode van het nieuwe kabinet. Want het is een heel urgent probleem. 

De heer Van Meenen (D66):

Voordat we dit debat gaan houden, zou ik graag een uitgebreide brief van het kabinet hebben waarin ingegaan wordt op alle achtergronden, op alle suggesties en op alle mogelijkheden. Mevrouw Westerveld heeft er ook al iets over gezegd. Daarna zou ik een debat willen. Ik steun dus het debat, maar dat moet wel voorafgegaan worden door een kloeke brief. 

De heer Kwint (SP):

Het kabinet is demissionair, maar wij niet. Volgens mij krijgen wij veel te veel geld betaald om op een nieuw kabinet te wachten. Ik geef dus buitengewoon veel steun voor de debataanvraag van mevrouw Westerveld. Wat mij betreft hoeft daar geen brief bij. We hebben de aanpak lerarentekort en daar staat praktisch niks in. Dus volgens mij kunnen we gewoon met elkaar het debat aangaan. 

Mevrouw Becker (VVD):

We moeten uitkijken dat we niet over ieder bericht dat in het nieuws verschijnt hier in de zaal een plenair debat aanvragen. Er komt nog een nieuwe brief van de staatssecretaris over het lerarentekort. Laten we die eerst afwachten. We kunnen misschien vragen of hij in die brief wil ingaan op het nieuws. Maar de VVD geeft op dit moment geen steun voor een plenair debat. 

De heer Rog (CDA):

In de afgelopen periode is in de Tweede Kamer zeer regelmatig over dit thema gedebatteerd. Ik wil aansluiten bij de suggestie om op dit punt nader in te gaan in de brief die al toegezegd is door de staatssecretaris en die hij gaat sturen naar de Kamer. Ik geef nu geen steun voor dit debat. 

De heer Kuzu (DENK):

Dit is niet zomaar een bericht. Dit gaat over de toekomst, over onze toekomst. Daarom willen wij het debat van harte steunen. 

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Ik geef steun voor een brief en ook voor een debat. Wellicht is het een suggestie om hierbij niet alleen de staatssecretaris, maar ook de minister te betrekken. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun voor een brief en een debat. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Steun voor beide. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

De SGP steunt het ook. We praten hier al jaren over. Het moet nu maar eens gebeuren dat er gewoon meer bevoegde mensen voor de klas staan. 

De voorzitter:

Mevrouw Westerveld, u hebt een meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Dank u wel allemaal voor de steun. 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Ik geef nu mevrouw Popken het woord namens de PVV. 

Mevrouw Popken (PVV):

Voorzitter. De afgelopen dagen hebben we in meerdere kranten de plannen van Juncker kunnen lezen voor een Europese defensie. We mogen het allemaal geen echt EU-leger noemen, omdat we vooral onze burgers blijkbaar een rad voor de ogen willen blijven draaien. Maar als we stoppen met deze woordspelletjes, zien we dat er vergaande plannen zijn voor een EU-defensiefonds en een geïntegreerd EU-defensiebeleid en dat materieel gezamenlijk ingekocht zal worden. Mijn partij is daar mordicus tegen. Daarom wil de PVV zo snel mogelijk een plenair debat met de minister, voorafgegaan door een brief. 

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Ik geef steun voor een debat, dat inderdaad voorafgegaan moet worden door een brief. 

Mevrouw Karabulut (SP):

We moeten en zullen Europees samenwerken voor onze veiligheid, maar ook de SP wil geen Europees superleger. Daarom geven wij steun voor de brief en het debat. 

De heer Ten Broeke (VVD):

Het debat hebben we al gehad, want iedereen heeft hier zijn mening al gegeven. Een brief over een opinieartikel van mijnheer Juncker kan natuurlijk nooit kwaad. Voor de rest ken ik geen plannen op dit vlak. Laten we eerst een brief afwachten en dan bekijken of we dit ergens kunnen combineren met de debatten die al voorgesteld zijn. 

Mevrouw Belhaj (D66):

Een brief lijkt mij een goed idee en een debat lijkt mij fantastisch, aangezien er heel veel mensen zitten te wachten op helderheid van deze Kamer. Waar wil Nederland precies naartoe? D66 staat daarbij tegenover de PVV. Het lijkt me goed dat Nederland weet waar iedereen staat. Het is helder waar wij staan. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

In voorgaande debatten heeft de minister van Defensie altijd aangegeven niets te zien in een Europees leger. Ik zou dat graag in die brief nog een keer zwart-op-wit hebben. Als dat bevestigd is, zie ik niet zozeer noodzaak voor een debat. Ik houd mijn steun dus nog even aan. 

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Steun voor een brief, maar nog even niet voor een debat. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Steun voor een brief en het debat. 

De heer Öztürk (DENK):

Ik geef steun voor een brief. Naar aanleiding van de brief kunnen we bekijken of het debat nodig is. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Het lijkt mij belangrijk om hierover tijdig met de Kamer te spreken. Dus steun voor de brief en steun voor een debat. 

De heer Özdil (GroenLinks):

Namens GroenLinks steun voor een brief en dan kunnen wij bekijken of een debat nodig is. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun. 

Mevrouw Popken, u hebt desalniettemin een meerderheid voor het houden van een debat. 

Mevrouw Popken (PVV):

Mooi! 

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Van Rooijen namens 50PLUS. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Voorzitter. Vorige week werd er een principeakkoord bereikt door Eurocommissaris Margrethe Vestager en de Italiaanse overheid over preventieve staatssteun aan de noodlijdende bank Monte dei Paschi. Vanochtend lazen wij in Het Financieele Dagblad dat de noodlijdende Spaanse bank Banco Popular geen gebruikmaakt van deze zelfde uitzonderingsclausule en zich heeft onderworpen aan de tucht van de Single Resolution Board. Wij willen weten waarom Monte dei Paschi wel gebruikmaakt van de uitzonderingsclausule en Banco Popular niet en of het Italiaanse beroep op de uitzonderingsclausule wel legitiem is. Daarom vraag ik graag een debat aan met de minister van Financiën. 

De heer Harbers (VVD):

Dit zijn belangrijke onderwerpen. Ik heb ook schriftelijke vragen gesteld over de Banco Popular. Desalniettemin steun ik de vraag om een debat niet, want volgens mij is het algemeen overleg over de Ecofin, dat is gepland voor volgende week, op 14 juni, de snelste manier om dit debat te voeren. 

De heer Omtzigt (CDA):

Ook ik steun het informatieverzoek van harte. Ik zie ook het verschil tussen de Monte dei Paschi en de Banco Popular. Bij de laatste lijkt wel de koninklijke route te worden gevolgd. Dat is op zichzelf goed nieuws. Wij hebben volgende week een algemeen overleg. Ik wil best in de vaste commissie voor Financiën voorstellen om dat overleg een halfuur of een uur langer te maken indien dat noodzakelijk is om dit goed te behandelen. In dat AO zal waarschijnlijk ook het Griekenlandreddingspakket op tafel liggen en een poging om schuldafschrijving te doen. Het lijkt mij beter om het tijdens dat overleg te bespreken en de plenaire agenda hiermee niet te belasten. 

De voorzitter:

Wat fijn dat u met mij meedenkt over de plenaire agenda. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Voorzitter, wij willen altijd met u meedenken. Ik sluit mij aan bij de vorige sprekers. De snelste manier is om dit te betrekken bij het algemeen overleg over de Ecofin. Wel steun voor het verzoek om een brief. Misschien kunnen daarnaast meteen de schriftelijke vragen van de heer Harbers worden beantwoord. Dan kunnen wij die daar ook bij betrekken. Als het overleg dan iets langer moet duren, zullen wij dat wel regelen in de commissie. Dus wel steun voor de suggestie om dit te betrekken bij de Ecofin. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Steun voor het onderwerp en steun voor de brief. Het lijkt me goed om dit te betrekken bij het algemeen overleg volgende week. 

De heer Özdil (GroenLinks):

In aansluiting op de collega's: het lijkt me heel goed om dit mee te nemen in het algemeen overleg. Dus voorlopig geen steun voor een debat. 

De heer Tony van Dijck (PVV):

Steun voor de brief en steun voor een debat. 

De heer Koolmees (D66):

Ik sluit me aan bij mevrouw Schouten en de heer Harbers, dus geen steun voor een debat. Volgende week kunnen het betrekken bij het algemeen overleg. Wel steun voor een brief en het antwoord op de vragen. 

De heer Kuzu (DENK):

Ik sluit me aan bij de heer Koolmees. 

Mevrouw Van den Hul (PvdA):

Ik sluit me aan bij het voorstel om aan te haken bij het algemeen overleg en de brief. Geen debat. 

De heer Hijink (SP):

De SP steunt de brief en een debat. 

De voorzitter:

U hebt geen meerderheid voor het houden van een debat, mijnheer Van Rooijen. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Maar wel voor een brief en volgende week een overleg. Wij denken ook mee over de plenaire agenda. 

De voorzitter:

Dank u wel. Dat is geruststellend. 

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Ik geef tot slot het woord aan de heer Wiersma namens de VVD. 

De heer Wiersma (VVD):

Voorzitter. Ik vraag graag een VAO aan voor morgen over de Europese Raad voor Werkgelegenheid. De stemmingen zouden dinsdag moeten plaatsvinden, opdat de minister dit nog in zijn grote tas kan meenemen naar die Raad. 

De voorzitter:

Prima. Wij zullen daarmee rekening houden in de planning. Hiervoor is geen meerderheid nodig, mijnheer Özdil. 

Volgens mij zijn wij hiermee aan het einde van de regeling van werkzaamheden gekomen. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

De voorzitter:

De heer Voordewind blijkt ook nog een verzoek te hebben voor de regeling van werkzaamheden. Het woord is aan hem. 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. Wij kwamen net uit het AO over de JBZ-Raad aangelopen, dus vandaar dit verlate verzoek. Ik zou graag een VAO willen aanvragen naar aanleiding van het AO dat we net hebben gehad over de JBZ-Raad, het onderdeel asiel. 

De voorzitter:

Dat VAO wilt u vandaag gehouden hebben? 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Zo snel mogelijk inderdaad, want de JBZ-Raad vindt morgen plaats, geloof ik. 

De voorzitter:

En daarbij worden stemmingen verwacht? 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik heb in ieder geval één motie. Ik weet niet wat de collega's doen. 

De voorzitter:

Dan zullen we dit VAO straks ook plannen. Dank u wel. 

Naar boven