6 Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel de Kamer voor, mij te machtigen om tezamen met de Voorzitter van de Eerste Kamer de Nederlandse leden aan te wijzen voor de parlementaire vergaderingen van de Raad van Europa, de Noord-Atlantische Assemblee, de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa, de Benelux Interparlementaire Assemblee, de Unie voor de Mediterrane Regio en de Interparlementaire Commissie van de Nederlandse Taalunie. 

Ik deel de Kamer mee dat de parlementaire ondervragingscommissie Fiscale constructies tot haar voorzitter heeft gekozen het lid Nijboer en tot haar ondervoorzitter het lid Van der Lee. 

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 

32827-97; 31753-137. 

Ik stel voor, de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 

31311-180; 27017-103; 30950-107; 21501-02-1725; 21501-02-1722; 21501-04-194; 33625-243; 2017Z03945; 22831-127; 21501-20-1196; 34550-V-70; 29862-35; 34550-V-69; 26049-82; 26049-83; 21501-02-1724; 34550-V-71; 21501-32-993; 21501-32-995; 23987-169; 22660-66; 22660-65; 22718-37; 2017Z04140. 

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda: 

  • -het VSO Beleidsevaluatie van de Natuurschoonwet 1928 (33576, nr. 98), met als eerste spreker het lid Van Veldhoven namens D66; 

  • -het VSO Verslechterde situatie bij het Europees Octrooibureau (25883, nr. 288), met als eerste spreker het lid Hijink namens de SP. 

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten. 

De voorzitter:

Het woord is aan de heer De Graaf namens de PVV. 

De heer De Graaf (PVV):

Voorzitter. Vanmorgen kopte het Algemeen Dagblad op zijn voorpagina dat rooms-katholieke en christelijke scholen in Nederland langzaamaan het paasfeest aan het aanpassen zijn en misschien wel afschaffen. Dat komt er natuurlijk achteraan. Dat vinden wij een heel zorgwekkende ontwikkeling, want het paasfeest is voor het christelijke deel van de joods-christelijke traditie die wij hier hebben, het belangrijkste feest. 

De voorzitter:

U wilt dus een debat. 

De heer De Graaf (PVV):

Ik wil eerst een brief van het kabinet. Bij Lucas Onderwijs, waar het in het stuk om ging, schijnt namelijk onenigheid te zijn. De eerste quote in het stuk is van deze koepel, maar daarna hebben ze gezegd dat ze het niet gezegd hebben. Kan de regering daarop reageren? Daarna wil ik een debat, omdat wij het belangrijk vinden om het paasfeest te behouden. Daar moet het ook echt om gaan. 

De heer Bruins (ChristenUnie):

De ChristenUnie deelt de zorg over de maatschappelijke ontwikkelingen, maar we zien dit als een maatschappelijk en niet als een politiek probleem. Daarom steunen we het verzoek om een debat niet. In plaats daarvan stelt de ChristenUnie voor, iedereen op te roepen om als verzetsdaad tegen deze maatschappelijke problematiek aanstaande zondag in de dichtstbijzijnde kerkelijke gemeente het feest van de opgestane Heer te vieren. 

De voorzitter:

Dit is de regeling van werkzaamheden. Het gaat er echt om of dit voorstel wel of niet wordt gesteund. Alles wat er verder bij hoort, kunt u sparen voor een mogelijk debat. Mijnheer Dijkgraaf, geeft u eens het goede voorbeeld. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Toch, mevrouw de voorzitter, vond ik het een heel mooie bijdrage. 

De voorzitter:

Dus u sluit zich erbij aan. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Pasen is iets waar we zuinig op moeten zijn. Het is een geschenk waarvoor we dankbaar moeten zijn. We steunen deze aanvraag dus van harte. 

De heer Baudet (Forum voor Democratie):

Op vrijdag zou men ook de opera Parsifal kunnen bekijken. Die gaat ook over het paasfeest. Wij steunen dit verzoek van harte. 

Mevrouw Becker (VVD):

De VVD heeft schriftelijke vragen ingediend. Daar wil de VVD eerst antwoord op krijgen. Het is ook prima als er in een brief uitleg kan worden gegeven over wat er precies speelt. Op basis daarvan kunnen we alsnog besluiten om een debat te voeren, maar op dit moment steunen we een plenair debat niet. 

Mevrouw Westerveld (GroenLinks):

Hoe bepaalde dagen worden gevierd, is bij uitstek iets wat aan scholen zelf moet worden overgelaten. Daarom steunt GroenLinks dit verzoek niet. 

De heer Van Meenen (D66):

Het is misschien bijzonder, maar D66 moet dan maar de partij zijn die opkomt voor de vrijheid van onderwijs en inrichting, zoals we die in de Grondwet hebben geregeld. Volgens mij valt dit daaronder. We hebben er dus geen enkele behoefte aan om ons van hieruit te bemoeien met de wijze waarop het onderwijs in Nederland wordt vormgegeven. Geen steun dus. 

De voorzitter:

Dat heb ik begrepen. 

De heer Kuzu (DENK):

Geen steun. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Het debat is aangevraagd met de minister die gaat over integratie. Juist het paasfeest is een van de feesten die gaat over de grondslag van onze samenleving, met verbindingen naar bijvoorbeeld de verzorgingsstaat. Wil je dat mensen integreren, dan moet je wel weten waarin. Daarom is het zo belangrijk dat we dit hooghouden met elkaar. De CDA-fractie steunt dus het verzoek. 

De heer Kwint (SP):

Geen steun. 

De heer Krol (50PLUS):

Volgens mij is het aan de scholen en de ouders zelf, maar ik ben wel nieuwsgierig naar de brief. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Geen steun voor het debat. 

De voorzitter:

Er is geen meerderheid voor een debat, mijnheer De Graaf. 

De heer De Graaf (PVV):

Nee. Dat is jammer en ook wel zorgwekkend. Degenen die het verzoek wel gesteund hebben, dank ik daarvoor. De oproep van de ChristenUnie is natuurlijk hartstikke mooi, maar we moeten meer doen. Als ik nou zondag ... 

De voorzitter:

Nee, nee, nee! 

De heer De Graaf (PVV):

Ik zou toch graag een korte reactie geven, voorzitter. 

De voorzitter:

Nee. U hebt geen steun. En bedankt voor het feit dat u hier hebt gestaan. 

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan mevrouw Diks namens GroenLinks. 

Mevrouw Diks (GroenLinks):

Voorzitter. Hoezeer ik ook uitkijk naar mijn maidenspeech in dit huis, wil ik de Kamer toch voorstellen om het debat over de gevolgen van TTIP, dat voor morgenavond is gepland, te verplaatsen. Ik vind het geen geëigend moment voor een debat; er zijn ook verschillende maidenspeeches, waaronder die van mij, gepland. Mijn voorstel was om het debat te verplaatsen naar volgende week, maar later zag ik dat op 9 mei het AO RBZ Handel is gepland. Ik zou mij heel goed kunnen voorstellen dat dit debat daaraan vastgeplakt wordt. 

De voorzitter:

Procedureel kan dat niet, want het debat is aangevraagd door de Partij voor de Dieren. Die heeft het voortouw om het debat al dan niet van de agenda af te halen, maar uw verzoek is in ieder geval om het debat uit te stellen. 

De heer Wassenberg (PvdD):

Ik kan meteen reageren namens de Partij voor de Dieren. Dit debat gaat over de gevolgen van vrijhandelsverdragen op de landbouw. Het kabinet is misschien demissionair, maar de Kamer niet. De ontwikkelingen in de wereld gaan gewoon door. Binnenkort moeten we ook beslissen of we CETA ratificeren of niet. De Partij voor de Dieren wil dit debat door laten gaan; geen uitstel. Het verbaast mij een heel klein beetje dat GroenLinks dit verzoek doet, want GroenLinks was in het verleden altijd heel kritisch over deze ontwikkelingen. Het verbaast mij dus. 

De heer Baudet (Forum voor Democratie):

Vermoedelijk is het verzoek ook zo ingestoken vanwege het feit dat de onderhandelingen over TTIP volledig stil zijn komen te liggen. Ik weet niet of dit procedureel mag, maar zou het een idee zijn om het thema van het debat te verbreden naar multilaterale handelsverdragen? Ik denk namelijk dat het wel heel relevant is om daarover te spreken in algemene zin, niet specifiek toegespitst op TTIP. 

De voorzitter:

Nee, de vraag is gewoon of u uitstel steunt, mijnheer Baudet. 

Mevrouw Becker (VVD):

Het debat over TTIP is in 2015 aangevraagd. De TTIP-onderhandelingen liggen nu inderdaad stil. Als we de minister hierover willen bevragen, lijkt het mij een uitstekend idee om dat te doen in een AO. Wat ons betreft, wordt dit onderwerp dus van de plenaire agenda afgevoerd. Wij steunen het voorstel van GroenLinks. 

De heer Bouali (D66):

Ook D66 steunt het verzoek van GroenLinks. Ik doe een beroep op de Partij voor de Dieren om dit onderwerp bij het AO te laten opnemen. 

De heer Hijink (SP):

Ik vind het ietwat onbeschoft om het debat dat door de Partij voor de Dieren op de agenda is gezet, zo af te voeren. Het is een heel mooi onderwerp, zeker voor een maidenspeech. Ik zie dus geen enkele reden waarom we dat zouden moeten uitstellen. 

De heer Amhaouch (CDA):

Mijn fractie steunt het voorstel. Op 9 mei is er een AO dat hierover gaat. Dit onderwerp ligt er al sinds 2015. Om zo'n debat dan morgenavond te houden, zien wij niet helemaal zitten. Ook ik verzoek de Partij voor de Dieren dus om hier rekening mee te houden. 

Mevrouw Van Weerdenburg (PVV):

Als het voorstel zou zijn om het vanwege het late tijdstip volgende week in te plannen op een wat vroeger tijdstip, zouden we daar nog sympathiek tegenover staan. Dit voorstel is echter een uitstelvoorstel. Daar geeft de PVV geen steun aan. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Wij zijn voor uitstel. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Ik heb niet echt een inhoudelijke reden gehoord waarom het nu uitgesteld moet worden. Los daarvan vind ik het gewoon procedureel niet zo netjes. Een partij heeft een debat aangevraagd en vervolgens vraagt een andere partij om het debat vanwege voor mij onduidelijke redenen te verzetten. Als het allemaal geen probleem is, prima. Maar ik vind echt dat we hierbij primair even naar de partij die het verzoek indertijd heeft ingediend, moeten kijken, zodat die ook kan beoordelen of het kan doorgaan. Dat was de Partij voor de Dieren. 

De heer Kuzu (DENK):

Wij sluiten ons aan bij de Partij voor de Dieren. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Ik sluit me aan bij Carola Schouten van de ChristenUnie. 

De voorzitter:

Het debat is inderdaad gepland. Volgens mij stamt het verzoek uit 2014, en niet uit 2015. Toen is het debat aangevraagd. Een verzoek om uitstel is op zich legitiem. Dat kan iedereen doen. In dit geval heeft mevrouw Diks wel een meerderheid voor uitstel. Het debat wordt niet volgende week gehouden. Bij dit debat zijn twee bewindspersonen betrokken en bovendien zit een van die bewindspersonen volgende week in het buitenland. We gaan dus naar een ander moment zoeken. 

Het woord is aan de heer Kuzu. 

De heer Kuzu (DENK):

Voorzitter. Het CBS bracht vandaag een onderzoek naar buiten over de spanningen in de samenleving. Acht op de tien Nederlanders geven aan dat die spanningen bestaan, meer dan twee op de drie mensen geven aan dat er veel tot heel veel spanningen zijn tussen mensen met en mensen zonder een migratieachtergrond. Het is dan ook van groot belang om te werken aan een samenleving waarin men in harmonie met elkaar samenleeft. Daarom verzoeken wij om een reactie van het kabinet op het CBS-onderzoek en om een debat met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, die verantwoordelijk is voor het thema integratie. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

De heer Kuzu stelt terecht dat dit een van de grootste problemen van onze huidige tijd en samenleving is. Dus steun voor het verzoek om een debat. 

De heer Azmani (VVD):

Dat onderzoek is breder dan alleen de verschillen tussen Nederlanders met en zonder een migratieachtergrond. Het gaat ook over de verschillen tussen jong en oud en tussen rijk en arm. Ik zou in eerste instantie een kabinetsappreciatie van dit onderzoek van het CBS willen en vervolgens aan de hand daarvan bepalen met wie en in welke vorm we het debat voeren. 

De voorzitter:

Dus voorlopig geen steun? 

De heer Azmani (VVD):

Geen steun, wel steun voor het verzoek om een kabinetsreactie. 

Mevrouw Keijzer (CDA):

Ik zeg hetzelfde als de heer Azmani. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

50PLUS zegt ook hetzelfde. 

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Wij ook. 

De heer Bouali (D66):

Ook wij geven steun. 

De voorzitter:

Er is geen meerderheid. Ik zie de heer Hijink nog staan. 

De heer Hijink (SP):

Wij sluiten ons aan bij de woorden van de heer Azmani. 

De voorzitter:

Er is dus geen meerderheid. Ik zie ook de heer Hiddema nog staan. 

De heer Hiddema (Forum voor Democratie):

Geen steun. 

De voorzitter:

Dank u wel. 

De heer Kuzu (DENK):

Goh, jammer! Ik zie de reactie van de minister graag tegemoet. 

De voorzitter:

Met de heer Hiddema erbij had u veertien stemmen gehad. 

Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Geurts namens het CDA. 

De heer Geurts (CDA):

Voorzitter. Vanmorgen kreeg ik antwoorden op de schriftelijke vragen die ik gesteld had over fosfaatreductie. Ik bedank u voor het rappelleren van deze vragen. Dat heeft geholpen. Maar de beantwoording levert weer nieuwe vragen op, met name over de gevolgen. Ik ben blij dat het vleesvee vrijgesteld wordt van deze fosfaatperikelen. Er zit alleen nog meer aan vast. Er zijn van de week ook kort gedingen. Ik zou willen voorstellen om een plenair debat te houden over het fosfaatreductieplan en over de uitspraken die de kortgedingrechter in ons meireces zal doen. Dat debat zou dan na het meireces moeten worden gepland. 

Mevrouw Lodders (VVD):

Op zich steun voor het debat. Volgens mij is er nu alleen een aankondiging gedaan van een uitwerking van een regeling. Ik zou graag de uitwerking bij dat debat voorhanden hebben, inclusief een reactie van het kabinet op de uitspraak van de beide kort gedingen van vandaag en morgen. En dan steun voor het debat. Maar dat is wel een voorwaarde. 

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik steun de aanvraag zonder meer. Ik wil graag dat er in de reactie van het kabinet te zijner tijd een overzicht wordt gegeven van de stand van zaken met betrekking tot de knelgevallenregeling — hoe staat die regeling ervoor? — inclusief de afhandeling bij RVO. 

De heer De Groot (D66):

Ik steun het verzoek om een debat, maar ik wil wel eerst een brief over de gevolgen van de uitspraken en de uitwerking van de beantwoording van de Kamervragen en de regeling zelf. 

De heer Futselaar (SP):

Steun voor een brief en een debat. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Steun voor een brief en een debat. 

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Hetzelfde geldt voor GroenLinks. 

De heer Graus (PVV):

Steun voor het verzoek van de heer Dijkgraaf. Wij vinden het erg belangrijk dat met name het punt van de knelgevallen wordt opgenomen in de brief. Ik steun namens de heer Madlener ook het verzoek om het debat. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Steun voor een brief en een debat daarna. 

De voorzitter:

U hebt een meerderheid, mijnheer Geurts. We gaan daar rekening mee houden. Ik stel voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

Het woord is aan de heer Omtzigt namens het CDA. 

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Vandaag is het bericht naar buiten gekomen dat een buitenlandse investeerder niet alleen AkzoNobel wil overnemen maar ook de voorzitter van de raad van commissarissen onmiddellijk wil vervangen. Dat lijkt ons onwenselijk, ook gezien de bewegingen bij Unilever. Wij zouden graag een reactie van de regering willen hebben op de vraag op welke wijze zij met de corporate governance en de versnelde overname wil omgaan, zeker gelet op de lagerenteproblematiek, waarbij bedrijven die een ander bedrijf willen overnemen, zonder rente kunnen lenen. Misschien worden er nog een aantal vragen aan toegevoegd, maar na ontvangst van de brief zou de CDA-fractie graag een debat voeren met de minister van Financiën en de minister van Economische Zaken. 

De heer Paternotte (D66):

De heer Omtzigt heeft een uitstekend voorstel gedaan, al was het maar omdat wij hier eerder vandaag met collega Bruins van de ChristenUnie schriftelijke vragen over hebben gesteld. Het zou mooi zijn als die vragen voor het debat beantwoord kunnen worden. Ik heb begrepen dat de Partij van de Arbeid een rondetafelgesprek heeft aangevraagd over een vergelijkbaar onderwerp. Het zou mooi zijn als dat ook van tevoren plaats kan vinden. Dan kunnen we een buitengewoon kwalitatief hoogstaand debat voeren. 

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Ik steun het verzoek om een brief. Ik steun ook het verzoek om een debat met de minister van Financiën en de minister van Economische Zaken. Het gaat hier over een ongemeen belangrijke zaak. Wij hebben de indruk dat er een stroomversnelling kan komen en wij moeten tijdig met het kabinet hierover spreken. 

De heer Van der Lee (GroenLinks):

Ik steun het verzoek om een brief, maar ik zou toch ook graag wat meer duidelijkheid willen hebben. Gaat het een debat worden over lopende overnamepogingen die worden afgeslagen? Gaat het over incidenten of gaat het over de vraag wat we er in de toekomst meer structureel aan gaan doen? Zolang het mij niet duidelijk is waar het over gaat, steun ik alleen het verzoek om een brief. 

De voorzitter:

U steunt dus alleen het verzoek om een brief en niet het verzoek om een debat. 

De heer Hijink (SP):

De SP heeft een week of twee geleden al schriftelijke vragen ingediend over AkzoNobel. Ik steun het verzoek om een debat, maar ik wil graag dat die vragen beantwoord worden voordat het debat plaatsvindt. Ik steun de gedachte om het rondetafelgesprek dat de PvdA graag wil organiseren, ook vooraf te houden. Het is heel goed om daarna een debat te houden. 

De heer Graus (PVV):

De PVV zou het liever breder getrokken willen hebben. Het gaat niet alleen om deze bedrijven. Al sinds de verkoop van KLM is er iets heel ernstigs aan de hand. Er zou eigenlijk zelfs een parlementaire enquête over moeten worden gehouden. We hebben dat ook voorgesteld. 

De voorzitter:

Steunt u het verzoek? 

De heer Graus (PVV):

Uiteraard steunen wij dit second-beste voorstel. 

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

Ik snap de behoefte om hierover te praten, want het maakt natuurlijk veel los in het land. Ik zou er voorstander van zijn dat er in ieder geval een brief wordt gestuurd en dat het rondetafelgesprek plaatsvindt dat door de PvdA is aangevraagd. Laten we dan bekijken of er een debat nodig is, zeker ook omdat het punt waar het aan gerelateerd is, de Corporate Governance Code, controversieel verklaard is. 

De voorzitter:

Voorlopig steunt u het verzoek dus niet. 

De heer Azarkan (DENK):

Wij steunen het verzoek om een brief en het verzoek om een debat, maar wij willen graag dat het breder wordt getrokken dan alleen deze twee bedrijven. 

De heer Gijs van Dijk (PvdA):

Het voorstel over het rondetafelgesprek dat de Partij van de Arbeid heeft aangevraagd, is een uitstekend voorstel. Laten we dat rondetafelgesprek zo snel mogelijk houden. Laten we zo veel mogelijk feitelijke informatie op tafel krijgen, want het is een vrij technisch en juridisch onderwerp. Ik steun het verzoek om een brief en daarna een debat. 

De voorzitter:

U steunt dus ook het verzoek om een debat. 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Paternotte. Collega Bruins heeft inderdaad schriftelijke vragen gesteld. Het lijkt mij goed als die eerst worden beantwoord, samen met de andere schriftelijke vragen die gesteld zijn. Vervolgens kan er een rondetafelgesprek plaatsvinden en daarna een debat. Laten we dan ook even kijken welke leden van het kabinet uitgenodigd worden bij het debat. Dat onderwerp heeft inderdaad juridische, economische en fiscale consequenties. We moeten daarom even goed kijken wie er dan in vak-K komt te zitten. 

De heer Omtzigt (CDA):

Mag ik daarop even ... 

De voorzitter:

Nee, nee, daarop mag u niet reageren, want u hebt gewoon een meerderheid voor het houden van een debat. Verder stel ik voor, het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. 

De heer Omtzigt (CDA):

Dank voor die steun. Het is inderdaad goed om die volgorde te handhaven. De heer Van Dijk stelde terecht dat er nog wat technische vragen zijn. Wellicht kan via de commissies geïnventariseerd worden of de vragen, naast de Kamervragen die door de ChristenUnie, D66 en PvdA gesteld zijn, ... 

De voorzitter:

Dat moet u in de commissie doen. 

De heer Omtzigt (CDA):

Maar goed, dat werd hier gesteld en ik dacht: dat vraag ik even. 

Mij is het nu niet helemaal duidelijk. Ik deed hier het voorstel om de minister van EZ en de minister van Financiën uit te nodigen. Stelt mevrouw Schouten nu wel of niet voor om daar nog een derde aan toe te voegen? Het maakt mij niet uit, maar het is wel goed dat we dat hier besluiten. 

De voorzitter:

Oké. Mevrouw Schouten? 

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Misschien is het goed om dat vast te stellen na de rondetafel. Ik kan me indenken dat er ook juridische consequenties aan vastzitten en dan raakt het voor een deel ook V en J. 

De voorzitter:

En u wilt er later op terugkomen. 

De heer Omtzigt (CDA):

We komen er later op terug. 

De voorzitter:

Dank u wel. 

Daarmee zijn we gekomen aan het einde van de regeling van werkzaamheden. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven