17 Regeling van werkzaamheden (vervolg)

De voorzitter:

Ik benoem in de vaste commissie voor Infrastructuur en Milieu het lid Houwers tot lid in plaats van het lid Bosman en het lid Bosman tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Tellegen. Voorts benoem ik in de vaste commissie voor Economische Zaken het lid Houwers tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Harbers.

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor om de interpellatie over het uitblijven van de AMvB over de Wet verantwoorde groei melkveehouderij van de lijst af te voeren.

Op verzoek van de aanvrager stel ik voor om het VAO ESF van de agenda af te voeren.

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor de volgende moties opnieuw gaat lopen: 31135, nr.43; 31135, nr. 42; 31135, nr. 41; 29628, nr. 438 en 24077, nr. 332.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • -het VAO Belastingdienst naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 21 mei, met als eerste spreker de heer Van Vliet;

  • -het VSO over de verkenning van de randvoorwaarden voor een recht op doordecentralisatie van huisvestingsmiddelen (32764, nr. 12), met als eerste spreker de heer Rog van het CDA;

  • -het VAO Loondoorbetaling bij ziekte naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 21 mei, met als eerste spreker de heer Van Weyenberg van D66.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Ik geef, als het iets stiller kan zijn in de zaal, graag het woord aan de heer Merkies van de SP. Hij wil namelijk een verzoek doen aan de Kamer en dan is het handig als de Kamerleden dat verzoek kunnen verstaan.

De heer Merkies (SP):

Voorzitter. Rust en vertrouwen herstel je niet in een paar weken, vooral niet als er zo veel mis is bij een bank en bij het bestuur daarvan. Toch wil het kabinet overhaast ABN AMRO naar de beurs brengen, terwijl er nog niet eens een goed maatschappelijk debat is gevoerd over de toekomst van de bank, ook al is daar wel behoefte aan. Daarom vraag ik nu een debat aan over de toekomst van ABN AMRO.

De voorzitter:

Wie kan ik hierover het woord geven?

De heer Nijboer (PvdA):

Steun voor dit debat. Het lijkt mij goed om dit nog voor het zomerreces te voeren. De fractie van de Partij van de Arbeid is er daarnaast voorstander van om als commissie een hoorzitting of rondetafelgesprek te organiseren. Dit zou nog voor die tijd moeten plaatsvinden. Ik neem aan dat de collega's dit zullen steunen.

De voorzitter:

Ik zie de heer Merkies instemmend knikken. Ook hij vindt dat het voor de zomer moet. Dus dit wordt onderdeel van het verzoek.

Mevrouw Aukje de Vries (VVD):

We praten al sinds 2013 over het terugbrengen van ABN AMRO naar de markt. Wat ons betreft steun voor een snel debat dat ruim voor de zomervakantie plaatsvindt. Als er nog een rondetafel voor nodig is, dan is dat ook prima.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Ook namens de PVV steun, ook voor een eventuele rondetafel. Dus steun voor het debat.

De heer Koolmees (D66):

Steun.

De heer Grashoff (GroenLinks):

Steun voor het debat en de rondetafel.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Namens de ChristenUnie steun voor het debat en de rondetafel.

De heer Omtzigt (CDA):

Over een nationalisatie van 30 miljard die ongedaan gemaakt wordt, dient gesproken te worden. Dus steun voor het debat en voor de rondetafel.

De heer Öztürk (Groep Kuzu/Öztürk):

Steun voor het debat.

De heer Van Klaveren (Groep Bontes/Van Klaveren):

Steun voor het verzoek.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Steun.

De voorzitter:

Mijnheer Merkies, u hebt ruim steun van de Kamer. Er is aan toegevoegd dat er behoefte is aan een rondetafel. Ik zeg hier nog maar eens ten overvloede dat, ook al is daar ruim steun voor uitgesproken, u dit echt in de procedurevergadering met elkaar moet regelen. Het debat wordt ingepland voor de zomer met vier minuten spreektijd per fractie.

De heer Merkies (SP):

Mijn voorstel is om het in ieder geval voor de zomer te doen, ongeacht een rondetafel.

De voorzitter:

Dat is wat we hebben afgesproken. Er komt voor de zomer een debat. De Kamer zal in de procedurevergadering afspreken of er een rondetafel komt.

Het woord is aan de heer Graus van de PVV.

De heer Graus (PVV):

Mevrouw de voorzitter. De Telegraaf en Het Financieele Dagblad kopten op 22 mei 2015 "Machtsgreep overheid bij noodlijdende vliegmaatschappij", "Fransen zetten KLM klem" en "Franse staat versterkt greep op Air France-KLM". Ik weet dat ik hier voor de vierde of vijfde keer sta, maar het begint een zeer ernstige situatie te worden. Ik maak me echt ongerust als lid van de Staten-Generaal. Ik weet ook dat er binnen twee weken een algemeen overleg plaatsvindt, maar dat gaat, zoals het woord al zegt, over algemene zaken. We moeten hier echt een apart debat over voeren. Mijn verzoek is om met de minister van Financiën en met de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu een debat te voeren over die zaak en over de vraag wat we kunnen doen om te voorkomen dat het misgaat met een van de grootste particuliere werkgevers van ons land, de KLM. Dat is van nationaal belang.

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor het houden van een debat over de invloed van de Fransen op de KLM in aanwezigheid van de minister van Financiën en de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu.

Mevrouw Hachchi (D66):

D66 zou graag een brief willen hebben van de staatssecretaris alvorens te kunnen beslissen of we er een apart debat over moeten houden.

De voorzitter:

Geen steun dus voor een debat, maar u hebt wel behoefte aan een brief.

Mevrouw Karabulut (SP):

Steun voor het debat en gegeven het nationale belang zouden wij graag zien dat de minister-president aanwezig is bij dit debat.

De voorzitter:

U spreekt steun uit voor het debat en u zou graag willen dat de minister-president daarbij aanwezig is.

De heer Leenders (PvdA):

Geen steun voor een debat, wel steun voor een brief. Volgende week hebben we een AO Luchtvaart en daar kan het prima bij betrokken worden.

De voorzitter:

Steun dus voor een brief, niet voor een debat.

Mevrouw Visser (VVD):

Geen steun voor het debat. Wij hebben hierover samen met de PvdA vorige week vragen gesteld met het verzoek om die voor beide AO's, Staatsdeelneming en Luchtvaart te beantwoorden. Op basis daarvan kunnen we besluiten in hoeverre dit een plek kan krijgen in het AO dan wel of er een debat nodig is.

De voorzitter:

Dus geen steun voor het debat.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

Als de heer Graus een slecht voorgevoel heeft, komt dat meestal uit. Alleen daarom al steun.

De heer Graus (PVV):

Dank u wel.

De heer Bisschop (SGP):

Ik heb natuurlijk geen ervaring met de voorgevoelens van de heer Graus. Steun voor de brief. Mogelijk kan de inhoud van de brief geïncorporeerd worden in de beantwoording van de vragen van de Kamer.

De voorzitter:

Maar geen steun voor het debat.

De heer Bisschop (SGP):

Geen steun voor het debat.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Geen steun voor het debat. Een brief vind ik altijd prima. We hebben dat AO en daarin kan dit uitstekend aan de orde komen.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat dus.

De heer Geurts (CDA):

Steun voor het debat en de brief.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief. Ik begrijp dat er ook Kamervragen zijn gesteld. Die kunnen prima aan de orde komen bij het AO. Dus geen steun voor het debatverzoek.

De voorzitter:

Mijnheer Graus, u hebt niet de steun van de meerderheid van de Kamer voor het houden van een plenair debat. Er is veel behoefte aan een brief. Dus ik stel voor dat we dat laten weten aan de regering in de vorm van een stenogram. Er is in ieder geval steun van voldoende leden om een dertigledendebat te houden.

De heer Graus (PVV):

Ik zou het graag preventief willen agenderen. Mocht het niet nodig blijken, kunnen we het er altijd nog af halen. Als u het dus zou willen agenderen: graag. Ik wil ook de Socialistische Partij bedanken voor het verzoek om de minister-president erbij aanwezig te laten zijn. Dat heb ik een paar weken geleden ook geprobeerd, maar daar kreeg ik geen meerderheid voor; nu dus ook niet. Ook wil ik het lid Bontes en het CDA hartelijk bedanken voor de steun.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. De spreektijd bij het geagendeerde dertigledendebat is drie minuten per fractie.

Ik geef het woord aan mevrouw Van Tongeren van GroenLinks.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Al sinds de grote beving in 2012 leven Groningers in toenemende onzekerheid: in eerste instantie financiële druk, maar de psychische druk begint nu ook op te lopen. De bouwnormen voor wanneer een gebouw of huis veilig is, zouden al veel eerder klaar zijn, maar wij werden zeer onaangenaam getroffen door het bericht dat ze waarschijnlijk pas aan het einde van het jaar hier zullen zijn. Dit jaar zou de minister 3.000 huizen versterken. Wij willen dus zo snel mogelijk een debat voeren met minister Kamp over de problematiek van de Groningers. Wij willen dit keer niet dat er meer onderzoeken komen, maar dat er daadwerkelijk ingegrepen wordt zodat de Groningers snel weer veilig zijn in hun eigen huizen en gebouwen.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Er komen eigenlijk wekelijks berichten in de krant waardoor wij met elkaar zeggen: het is belangrijk dat wij over Groningen, en alles wat daar plaatsvindt met die aardgaswinning, debatteren. Maar misschien zouden wij dit onderwerp kunnen combineren met het debat over de gaswinning en het gasbesluit dat we als het goed is al voor de zomer in de planning hebben staan. Dit is namelijk een heel belangrijk onderwerp dat daar wat het CDA betreft ook echt bij hoort. Dat is dus ons voorstel. Misschien kunnen wij vooraf een brief van de minister ontvangen waarin hij specifiek ingaat op de vraag hoe hij dit allemaal ziet. Want als alles iedere keer opschuift, is geen Groninger daar natuurlijk mee geholpen.

De voorzitter:

Voor de zekerheid: u bedoelt het debat over het gaswinningsbesluit dat we nog moeten houden, waarschijnlijk in de laatste week voor het zomerreces.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Dat klopt, dus daar moeten we dan ook voldoende minuten voor hebben.

De voorzitter:

Oh dear, oh dear, oh dear, maar het is nog niet zover.

Mevrouw Klever (PVV):

De minister blijft de zaken maar voor zich uit schuiven en de Groningers zijn de dupe. Mijn fractie steunt het debatverzoek dus van harte.

De voorzitter:

Ik moet nog even zeggen dat mevrouw Mulder voorstelt om het onderwerp te betrekken bij het andere debat. Zij steunt een apart debatverzoek dus niet.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek om de brief en het debat, maar het ligt het meest voor de hand om dit te koppelen aan het debat dat voor het zomerreces gehouden wordt. Dan weten we ook zeker dat we dit hier voor de zomer met elkaar bespreken.

De voorzitter:

U wilt het dus graag koppelen, maar steunt een apart debatverzoek evenzogoed. Want dat is het verzoek dat nu voorligt.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Want we weten niet zeker of dat andere debat er komt.

De voorzitter:

Nee, ik vraag het eerlijk gezegd aan mevrouw Dik.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik steun het debatverzoek en geef de suggestie mee om het te koppelen.

De voorzitter:

Dat betekent dat u het debatverzoek steunt.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik steun het verzoek om het debat en de brief. Als het zou kunnen op de manier die mevrouw Mulder zojuist heeft gesuggereerd, heeft dat de voorkeur. Maar als dat niet lukt, spreek ik nu steun uit voor dit debatverzoek.

De heer Schouw (D66):

Ik steun het debatverzoek, maar eigenlijk steun ik de combinatiedeal nog meer, dus het grote debat, de brief en — maar dan moet ik u altijd heel lief aankijken, voorzitter — uitbreiding van de spreektijd.

De voorzitter:

Hm ... in de laatste week voor het reces, hè?

De heer Smaling (SP):

Er is elke week wel reden voor een debat over dit dossier; pas zijn er ook weer een hoop vragen van de heer Vos en mij beantwoord. Maar uit praktisch oogpunt ben ik ook voor het voorstel van mevrouw Mulder om voor het reces een groot debat over dit onderwerp te voeren.

De voorzitter:

U spreekt dus geen steun uit voor een apart debat.

De heer Jan Vos (PvdA):

"Te weinig en te laat" zijn de woorden die al eerder zijn gevallen in dit dossier. Dat geldt natuurlijk ook voor dit onderwerp. Daarom steunen wij het voorstel van het CDA om dit onderwerp bij het debat van voor het reces te betrekken. Graag ontvangen wij ook een brief van de regering. Vooruitlopend, zo zeg ik tegen mevrouw Van Tongeren, steunen wij uitbreiding van de spreektijd ook.

De heer Bosman (VVD):

We moeten oppassen dat we te snel conclusies trekken. Daarom is het verstandig dat we dat doen met behulp van een brief van de minister. Ook is het natuurlijk verstandig om het te betrekken bij het andere debat, zoals mevrouw Mulder voorstelde. Wij steunen een verzoek om een apart debat dus niet.

De voorzitter:

Mevrouw Van Tongeren, ik heb allang begrepen dat we in het debat over het gaswinningsbesluit dat we moeten inplannen, niet genoeg hebben aan vier minuten spreektijd. Ik heb dat destijds wel geconcludeerd, maar daar moeten we dus naar kijken. U hebt in principe steun voor een dertigledendebat, maar ik wil toch echt een beroep op u doen. We hebben 46 dertigledendebatten in portefeuille. De suggestie volgen die door veel Kamerleden vandaag is gedaan, namelijk om dit punt te betrekken bij het debat over het gaswinningsbesluit, zou echt een heel verstandig besluit zijn. Ik ga in overleg met de commissie kijken wat daarvoor een redelijke spreektijd is. Ik snap uw behoefte, maar u snapt ook dat in de laatste week voor het reces de druk op de agenda groot is. We moeten daarom met elkaar kijken of we daarvoor een oplossing kunnen vinden. Eerder ben ik daar met deze commissie op een goede manier uitgekomen, dus ik heb daar alle vertrouwen in.

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, met de opmerking dat de brief tijdig naar de Kamer moet komen, zodat de Kamer ook conclusies kan trekken en niet alleen even snel de brief kan lezen. Zullen we het op die manier doen?

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Als het debat inderdaad in de laatste week voor het reces kan worden gehouden, ben ik het helemaal eens met deze oplossing. Ik heb er echter de grootste zorgen bij, want de minister heeft gezegd: ik ga dit proberen. Hij heeft niet gezegd: ik zorg ervoor dat de informatie tijdig bij de Kamer is om het debat nog voor het reces te kunnen houden. Hij heeft gezegd in juli een besluit te nemen. Ik zou het debat dus eigenlijk op de lijst met dertigledendebatten willen hebben, totdat het debat over het gaswinningsbesluit is ingepland. Dan mag het dertigledendebat wat mij betreft vervallen. Ik heb er echter niet voor 100% vertrouwen in dat de informatie tijdig bij de Kamer is.

De voorzitter:

Dat lijkt me eigenlijk een prima deal; zo gaan we het doen. Ik plaats het op de lijst met dertigledendebatten, met drie minuten spreektijd per fractie. Als het lukt om het debat over het gaswinningsbesluit voor die tijd te plannen, vervalt het dertigledendebat. Dank voor uw medewerking.

Het woord is aan de heer Bontes.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

Voorzitter. Tijdens het vragenuurtje hadden we het al over het geweld van criminele motorbendes. We zagen de minister, die een slap verhaal hield en die niet met snelle en krachtige oplossingen kwam. De huidige aanpak werkt gewoon niet. De wet moet zo snel mogelijk worden veranderd om criminele motorbendes te kunnen verbieden. Er moet structureel meer politiecapaciteit komen en dus geen sigaar uit eigen doos door te schuiven met politiemensen van de ene regio naar de andere regio. Daarom is een aanvullend debat noodzakelijk en dat is dan ook mijn vraag.

De heer Oskam (CDA):

Steun voor het debat. Ik teken daar wel bij aan dat er een evaluatie aankomt volgende maand. Het is goed om die evaluatie bij dit debat te betrekken.

De voorzitter:

Ik vrees dat die evaluatie er eerder is dan dat we dit debat kunnen inplannen.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Ik vind ook dat we erover moeten spreken. Ik vrees alleen dat als we een debat gaan plannen, het over het zomerreces heen wordt getild. Ik wil de heer Bontes meegeven om er een apart algemeen overleg van te maken of het mee te nemen bij het algemeen overleg over politieaangelegenheden. Geen steun voor een plenair debat dus.

Mevrouw Helder (PVV):

Wel steun voor een plenair debat. Het zou mooi zijn als de minister de toezegging die hij tijdens het vragenuurtje heeft gedaan, namelijk dat hij gaat kijken naar de Duitse aanpak, gestand kan doen en de Kamer daarover voorafgaande aan het debat kan informeren. Maar dus wel degelijk steun voor dit plenaire debat.

Mevrouw Kooiman (SP):

Een paar weken geleden heb ik een debat aangevraagd, dat ook is ingepland, over de gezagsondermijnende criminaliteit, maar dan in Noord-Brabant. Laten we niet over elke provincie een apart debat hebben, maar dat integraal aanpakken. Dat lijkt me handiger. Vooralsnog dus geen steun voor dit debat, maar wel steun voor uitbreiding van dat debat. Laten we in ieder geval een brief aan de minister vragen waarin hij uitlegt waar al die agenten vandaan komen over wie hij sprak in het mondelinge vragenuur.

De voorzitter:

Was dat een dertigledendebat? Daarbij kunnen we niet aan uitbreiding van spreektijd doen; dat kan ik u alvast meegeven. Maar ik begrijp dat u het daarbij gaat betrekken.

Mevrouw Tellegen (VVD):

Ook de VVD vindt dat we hier snel over moeten praten. Daarvoor is dit onderwerp belangrijk genoeg. Daarom geen steun voor een plenair debat. Liever hebben we een apart AO of een AO Georganiseerde criminaliteit dat al op de lijst staat om gepland te worden voor het reces.

De voorzitter:

U zegt dus dat u dat AO voor het zomerreces steunt.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik sluit mij geheel aan bij de positie zoals D66 die keurig verwoord heeft.

De heer Marcouch (PvdA):

We moeten erover debatteren. Ik sluit mij ook aan bij het voorstel van collega Berndsen om er zo snel mogelijk in een AO over te spreken; dat moeten wij dan elders regelen.

De voorzitter:

Maar ook voor het reces?

De heer Marcouch (PvdA):

Graag voor het reces inderdaad.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie sluit zich daarbij aan.

De heer Van der Staaij (SGP):

Dat geldt ook voor de SGP.

De voorzitter:

Mijnheer Bontes, ik stel vast dat u, als u het gaat proberen in de procedurevergadering, waarschijnlijk nog voor het zomerreces dit AO gaat krijgen. We regelen dat in principe hier niet, maar er is op dit moment in ieder geval niet voldoende steun voor het houden van een plenair debat over dit onderwerp.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

Mijn ervaring om het dan wel in een AO te doen is ook niet altijd even positief. Ik heb verschillende keren meegemaakt dat het dan toch ook niet lukte. Een politie-AO wordt volgens mij niet eens gepland voor het zomerreces. Bovendien gaat het hier om een veel te groot onderwerp om het er even bij te doen. Volgens mij is er wel genoeg steun voor een dertigledendebat.

De voorzitter:

Nee, die hebt u niet. Ik heb echt heel veel mensen horen zeggen: we moeten het voor de zomer bespreken in een AO. Dus tel uw zegeningen en probeer het nog een keer.

De heer Bontes (Groep Bontes/Van Klaveren):

We gaan het proberen maar ik ben er wel sceptisch over.

De voorzitter:

Dan wens ik u daar veel succes bij.

Ik geef het woord aan mevrouw Ouwehand van de Partij voor de Dieren.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Natuur is geen luxe maar de basis van ons bestaan. Nu is er een rapport uitgekomen waaruit blijkt dat het met de Europese natuur niet heel goed gaat, en dan druk ik mij nog voorzichtig uit. In Nederland gaat het behoorlijk slecht. Er is nog maar een klein percentage natuurgebieden dat "in goede staat van instandhouding" verkeert, zoals je dat noemt, en met de rest van de gebieden gaat het niet goed. Mede namens D66, GroenLinks en de SP vraagt de Partij voor de Dieren hierover een debat aan. Voorafgaand aan dat debat zouden we graag een reactie van de staatssecretaris van EZ ontvangen op het verkregen rapport, waarbij ze wat ons betreft ook ingaat op de internationaal afgesproken biodiversiteitsdoelen in VN-verband en op de vraag hoe we die dan gaan halen.

De voorzitter:

U doet dit verzoek namens GroenLinks en de SP?

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

En D66.

De heer Leenders (PvdA):

Het is een heel belangrijk punt. Een debat duurt mij veel te lang. Ik zou het graag aanstaande donderdag willen bespreken in het AO Natuurbeleid. Dus geen steun voor dit verzoek.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie vindt het ook heel belangrijk om hierover te spreken maar ik zie inderdaad dat we de komende tijd op verschillende momenten al over natuurwetgeving komen te spreken. Zo hebben we aanstaande donderdag het grote AO in de avond waarin we ook uitvoerig hierover kunnen spreken. Ik deel de zorgen over de natuur maar wil dit onderwerp graag snel bespreken, dus in een van beide debatten die al gepland zijn. Dus geen steun voor dit verzoek.

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Ik vind het wel interessant om van de regering haar appreciatie van het rapport te vernemen. Overigens lijkt het mij niet verstandig om nu in te gaan op de inhoud. Ik steun het verzoek om een debat niet. We kunnen er namelijk inderdaad prima overmorgen over spreken.

De voorzitter:

U wilt een appreciatie van de regering in de vorm van een brief?

De heer Rudmer Heerema (VVD):

Er werd voorgesteld om een reactie van de regering te krijgen. Daar ben ik ook benieuwd naar, want volgens mij is het redelijk veel onzin.

De heer Geurts (CDA):

Ik steun de vorige drie sprekers, dus geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Maar wel voor de brief.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Als ik goed geteld heb, heb ik voldoende steun voor een dertigledendebat. Dat zou ik dan ook graag willen laten staan. Er is aanstaande donderdag inderdaad een AO maar dit rapport vraagt om een kabinetsreactie. Bovendien: zo'n groot AO is het niet, want er zijn dingen samengevoegd. Ik hecht er dus aan om dit apart te bespreken na ommekomst van een kabinetsreactie. Mijn verzoek om een dertigledendebat wil ik dan ook graag handhaven.

De voorzitter:

Dan ga ik dit dertigledendebat toevoegen aan de lijst, waarbij de spreektijd per fractie drie minuten is. Bovendien zal ik het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Ik geef het woord aan mevrouw Karabulut van de SP.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Vandaag werd weer duidelijk dat afgelopen jaar meer mensen te maken kregen met hogere schulden en dat dit niet alleen te maken heeft met de manier waarop de overheid omgaat met het incasseren van achterstallige rekeningen, maar zeker ook met de verarmingspolitiek van het kabinet. Ik zou daarover dan ook een debat willen voeren met de staatssecretaris van Sociale Zaken, die er naar mijn mening nog altijd niet van doordrongen is hoe gigantisch groot dit probleem is, wat het betekent voor de mensen die ermee te maken hebben en, vooral, dat er heel snel actie nodig is.

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor het houden van een debat over schuldenproblematiek bij huishoudens.

De heer Pieter Heerma (CDA):

Volgens mij hebben wij hierover in de Kamer al heel veel gesproken en is er ook al in verschillende overleggen aangegeven dat de staatssecretaris niet voldoende voorgang boekt. Steun voor het verzoek.

De heer Van Weyenberg (D66):

Het is tijd dat we echt meters maken met het beleid. Dat komt helaas te traag op gang. Daarom steun voor het verzoek. Ik zou voorafgaand aan een debat ook graag een brief van het kabinet ontvangen waarin staat hoe het nu reageert op dit onderzoek, dat veel vragen oproept.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

GroenLinks kan ook zowel met dit verzoek als met het verzoek van mevrouw Karabulut instemmen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek om een brief en om een debat.

De heer Moors (VVD):

Volgens mij kunnen wij dit prima bespreken in het volgende AO Armoede en schuldenbeleid. Geen steun voor een plenair debat.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Steun voor een brief. Als we dit snel willen behandelen, kunnen we het volgens mij het best betrekken bij een te plannen AO, dus geen steun voor een plenair debat.

De heer De Graaf (PVV):

Steun voor een debat.

De voorzitter:

Mevrouw Karabulut, u hebt niet de steun van de meerderheid voor het houden van een plenair debat. U hebt wel ruime steun voor het houden van een dertigledendebat. Er is ook behoefte aan een brief. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, zodat u die brief kunt betrekken bij een AO of anders bij het debat.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Ik verzoek u graag om dat minderheidsdebat in te plannen.

De voorzitter:

Dat ga ik zeker doen, met drie minuten spreektijd per fractie.

Hiermee is een einde gekomen aan de regeling van werkzaamheden.

De vergadering wordt van 15.51 uur tot 16.34 uur geschorst.

Voorzitter: Arib

Naar boven