Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda van volgende week:

  • - het wetsvoorstel Naleving Europese regelgeving publieke entiteiten (32157);

  • - het wetsvoorstel Regeling van de tijdelijke vervanging van wethouders en gedeputeerden wegens zwangerschap en bevalling of ziekte (32209);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van de wijziging van de Overeenkomst inzake de verwerking in Frankrijk van bestraalde splijtstofelementen (32042);

  • - het wetsvoorstel Kleine wijzigingen en reparaties in diverse wetten op het terrein van volkshuisvesting, ruimtelijke ordening en milieubeheer (32277).

Aangezien voor de stukken 32330 (1910)-1 en 32329 (1910)-1 de termijnen zijn verstreken, stel ik vast dat wat deze Kamer betreft de daarbij ter stilzwijgende goedkeuring overlegde stukken zijn goedgekeurd. Ik stel voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen.

Conform de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Vermeij.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Voorzitter. De Partij van de Arbeid-fractie heeft met verbijstering kennisgenomen van de uitspraken van de voorzitter van de raad van bestuur van het UWV. Hij zei dat er geen WAO'er meer aan het werk wordt geholpen, tenzij hij of zij zijn of haar vinger opsteekt. Twee weken geleden hebben we nog een spoeddebat gehouden over het opraken van de re-integratiemiddelen voor WW'ers. En nu blijkt er al geen geld meer te zijn om WAO'ers aan het werk te helpen. Hoe kan dit?

De voorzitter:

Wat is uw voorstel, mevrouw Vermeij?

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Mijn voorstel is om hierover een debat te voeren met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Ik wil dus een gewoon debat.

De voorzitter:

Wie van de leden wil hierover het woord?

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ik ben hier ook door geschokt. Wij krijgen steeds verschillende berichten. Eerst zijn er juichende persberichten en vervolgens komt dit weer. Het lijkt mij daarom heel goed om hier snel een debat over te houden.

De heer Blok (VVD):

De VVD-fractie steunt het verzoek.

De heer Van Hijum (CDA):

De CDA-fractie steunt het verzoek ook.

Mevrouw Van Velzen (SP):

De SP-fractie steunt het verzoek ook.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Ook de fractie van de ChristenUnie steunt het verzoek om een debat.

De voorzitter:

Mevrouw Vermeij, u hebt steun voor uw verzoek. Straks stelt de heer Van Hijum een vergelijkbaar verzoek aan de orde. Interviews gaan altijd mis, hè?

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Ja, als je politieke uitspraken doet ...

De voorzitter:

Dat snap ik. Ik heb alleen het probleem van de agenda van de Kamer. Dat weet u. U hebt ruim voldoende steun. Ik kan het debat dus inplannen.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Wellicht kunnen we de debatten combineren.

De voorzitter:

Combineren zou mijn voorstel zijn. Maar u moet vooral ook overwegen om een algemeen overleg te plannen. Er zijn acht debatten voor u. Snapt u?

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Ik snap u heel goed. U kunt rekenen op mijn begrip. Wij zullen er alles aan doen om zaken te combineren. Ik maak u er echter op attent dat mijn voorstel ruime steun in de Kamer heeft en dat er forse uitspraken zijn gedaan. Ik ben ook niet degene die hier het vaakst staat.

De voorzitter:

Dat maakt niet uit. Ik maak gewoon een lijst. Door de manier waarop u allemaal reageert, zie ik dat u het debat spoedeisend vindt. Daarom geef ik u in overweging om op de kortst mogelijke termijn een algemeen overleg te organiseren. Anders komt uw verzoek gewoon, zoals dat van iedereen, op de lijst. Alle voorstellen voor debatten zijn met meerderheden aangenomen. Ik weet dus ook niet waar ik dan uit moet kiezen. Als het debat in de Kamer wordt gevoerd, is de spreektijd vier minuten.

Mevrouw Vermeij, u had nog een rappel. Dat mag u meteen doen.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Een rappel op onbeantwoorde vragen, neem ik aan?

De voorzitter:

Ja. Het lijkt nu wel of dit mijn probleem is.

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Nee, het was een verrassing dat dit punt op de regeling stond. Vragen van mij aan de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer zijn nog niet beantwoord. Inmiddels is om uitstel gevraagd, maar dit is ook alweer een maand geleden. Ik vraag daarom om een zo spoedig mogelijk antwoord op mijn vragen, voordat er gebouwd gaat worden.

De voorzitter:

We zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet, op uw dringend verzoek.

Het woord is aan de heer Van Hijum.

De heer Van Hijum (CDA):

Voorzitter. Ook de CDA-fractie verzoekt om een debat naar aanleiding van hetzelfde interview van de directeur van het UWV, ditmaal over de uitlating dat de aanpak van de jeugdwerkloosheid heeft gefaald, dat de registratie compleet mislukt is en duizenden jongeren zoek zijn. Ik herinner er graag nog even aan dat de staatssecretaris in maart een brief over deze kwestie aan de Kamer zou sturen. Die brief zou ik graag voorafgaand aan het debat willen ontvangen.

De voorzitter:

Wenst een van de leden het woord?

Mevrouw Vermeij (PvdA):

Naar aanleiding van het vorige gesprek lijkt het me handig om beide verzoeken in één debat te plannen. Het lijkt me ook heel zinnig om die brief van de minister te vragen voorafgaand aan het debat. Wellicht kan hij daarin ook ingaan op de politieke geaardheid van de uitspraken van de voorzitter van de raad van bestuur. Ik ga er eigenlijk van uit dat hij daar zeer chagrijnig van is geworden. Het kan toch niet zo zijn ...

De voorzitter:

Nee, nu gaan wij een beetje naar de inhoud. We gaan het allemaal plannen.

De heer Van Hijum (CDA):

Ik heb er geen bezwaar tegen om het te combineren. Ik ben het eens met de opmerking van mevrouw Vermeij. Misschien kunnen we aan het verzoek toevoegen dat de minister reageert op het feit dat de directeur van het UWV zich bij herhaling van inhoudelijke kwalificaties bedient over situaties en over voorstellen van de Kamer. Dat kan namelijk niet.

De voorzitter:

Iedereen is het ermee eens, zie ik. We gaan het plannen. Ik geef u dus ook iets in overweging; dat heb ik zojuist gedaan. Ik neem aan dat ik daarop een vervolg terughoor.

Het woord is aan mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. We hebben gisteren een brief gekregen van de demissionaire ministers van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarin staat dat zij de motie-Van Velzen/Van Dam over het verbieden van investeringen in clustermunitie niet gaan uitvoeren. Ik wil daarover een debat aanvragen. Ik kan natuurlijk ook zeggen: graag een brief waarin staat dat de motie alsnog wordt uitgevoerd. Dan hoeft het debat geen doorgang te vinden.

De voorzitter:

Wenst een van de leden het woord over dit verzoek? Steunen de leden het verzoek?

Mevrouw Van Velzen (SP):

Het verzoek is uiteraard mede gedaan namens de PvdA-fractie.

De voorzitter:

Dan heeft u nog geen meerderheid.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Ik steun het verzoek.

De voorzitter:

U vraagt om een debat, mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Ja, natuurlijk.

De voorzitter:

Ik zie nog niet voldoende steun voor een debat.

Mevrouw Blanksma-van den Heuvel (CDA):

De CDA-fractie steunt het verzoek niet, omdat in de brief heel nadrukkelijk wordt gevraagd om de motie weer ter discussie te stellen. Het is een controversieel onderwerp dat wij met een nieuw kabinet verder kunnen bediscussiëren.

De voorzitter:

Dan zie ik nog geen steun voor het verzoek, mevrouw Van Velzen. Het is niet anders.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Ik ben ontgoocheld door de houding van het CDA. Maar goed, daar komen we nog op terug. Kan ik nog een verzoek doen voor een spoeddebat hierover?

De voorzitter:

Dat kunt u doen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Bij dezen dan.

De voorzitter:

Daarvoor hebt u voldoende steun. Uw verzoek komt op een lijst.

Het woord is aan de heer Cramer.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik wil graag rappelleren over onbeantwoorde vragen aan de minister van Verkeer en Waterstaat over grensoverschrijdend spoorvervoer uit Venlo. Het zijn vragen van 24 december 2009.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Koopmans.

De heer Koopmans (CDA):

Voorzitter. Ik wil daaraan toevoegen dat het heel goed zou zijn als de minister die vragen beantwoordt voor de door de vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat aangemelde plenaire behandeling van de initiatiefnota van de heer Cramer en de heer Koopmans.

De voorzitter:

Wij zullen ook dat deel van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Ik ga volgende week proberen een heleboel debatten en spoeddebatten af te werken op de agenda, maar we hebben ook wetgeving. De Kamer kent mijn standpunt – het is ook haar standpunt – dat wetgeving die kan worden behandeld, met voorrang wordt behandeld. Ik zal proberen om een zeer volle agenda te plannen, anders vrees ik dat we veel van de zaken niet eens voor het zomerreces kunnen afdoen. En dat, terwijl in de samenleving de indruk bestaat dat wij weinig doen. Het zou toch jammer zijn als we dat beeld niet kunnen ontkrachten. We gaan dus drukke weken tegemoet. De Kamer houdt er maar rekening mee.

Naar boven