Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan agenda van een van de volgende weken:

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Mededingingswet ter invoering van regels inzake ondernemingen die deel uitmaken van een publiekrechtelijke rechtspersoon of die hiermee zijn verbonden (aanpassing Mededingingswet ter invoering van gedragsregels voor de overheid) (31354);

  • - het voorstel van wet van de leden Van Velzen en Waalkens houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij) (30826);

  • - het wetsvoorstel Instelling van een College voor examens, alsmede houdende wijziging van de Wet op het onderwijstoezicht en de Wet op het voortgezet onderwijs (Wet College voor examens) (31411);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet op de rechterlijke organisatie in verband met de aanwijzing van de nevenvestigingsplaatsen Wageningen, Gorinchem, Winschoten, Groenlo en Oude IJsselstreek als nevenzittingsplaats (31503);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van twee op 12 februari 2004 te Parijs tot stand gekomen Protocollen houdende wijziging onderscheidenlijk van het Verdrag van Parijs van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie en van het Verdrag van Brussel van 31 januari 1963 tot aanvulling van het Verdrag van Parijs, beide verdragen zoals gewijzigd bij Aanvullend Protocol van 28 januari 1964 en bij Protocol van 16 november 1982 (31118);

  • - het wetsvoorstel Wijziging van de Wet aansprakelijkheid kernongevallen ter uitvoering van het Protocol van 12 februari 2004 houdende wijziging van het Verdrag van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie en ter uitvoering van het Protocol van 12 februari 2004 houdende wijziging van Verdrag van 31 januari 1963 tot aanvulling van het Verdrag van 29 juli 1960 inzake wettelijke aansprakelijkheid op het gebied van de kernenergie (31119);

  • - het wetsvoorstel Goedkeuring van de regeling van de staatssecretaris van Financiën van 23 november 2007, nr. DB2007/00637 (Stcrt. 230) tot buitentoepassingstelling voor een gedeelte van 2007 van de willekeurige afschrijving milieubedrijfsmiddelen, de energie-investeringsaftrek en de milieu-investeringsaftrek (31361).

Voorts stel ik voor om de algemene financiële beschouwingen te houden in de week van 30 september en 1 en 2 oktober en de behandeling van de overige begrotingen voor 2009 als volgt te agenderen:

  • - in de week van 7 oktober: de begrotingen van Algemene Zaken, van de Hoge Colleges van Staat en van de Staten-Generaal;

  • - in de week van 21 oktober: de begrotingen van Koninkrijksrelaties en van Economische Zaken;

  • - in de week van 4 november: de begrotingen van Justitie en van VWS;

  • - in de week van 11 november: de begrotingen van Buitenlandse Zaken en voor Jeugd en Gezin;

  • - in de week van 18 november: de begrotingen van VROM en van BZK;

  • - in de week van 25 november: de begrotingen van Defensie en van SZW;

  • - in de week van 2 december: de begrotingen van VW en voor WWI;

  • - in de week van 9 december: de begrotingen van LNV en van OCW.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Op verzoek van de SP-fractie benoem ik:

  • - in de algemene commissie voor Jeugd en Gezin het lid Gerkens tot lid in plaats van het lid Kant en het lid Kant tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Gerkens.

Op verzoek van de CDA-fractie benoem ik:

  • - in de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport het lid Smilde tot lid in plaats van het lid Ferrier en het lid Ferrier tot plaatsvervangend lid in plaats van het lid Smilde;

  • - in de vaste commissie voor Europese Zaken het lid Van de Camp tot lid in plaats van het lid Spies en het lid Spies tot plaatsvervangend lid in de bestaande vacature.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Voorzitter. Ik weet niet of het een punt van orde is of dat ik een vraag mag stellen over wat u net hebt voorgelezen. Anders doet u dat altijd maar voor niets; het leek mij dus goed om hier wat interactie te tonen.

De voorzitter:

Dat vind ik geweldig.

De heer Cramer (ChristenUnie):

U zegt dat de algemene financiële beschouwingen volgende week zijn. Ik neem aan dat u kunt preciseren of het dinsdag en woensdag of woensdag en donderdag wordt.

De voorzitter:

Het is woensdag en donderdag.

Op verzoek van enkele leden stel ik voor, het VAO reanimatiebeleid toe te voegen aan de agenda van volgende week en de sprekersvolgorde vast te stellen aan de hand van de grootte van de fracties. Ik doe dit voorstel zelf, omdat ik niet heb kunnen nagaan wie de eerste aanvrager van het VAO is.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Boekestijn.

De heer Boekestijn (VVD):

Mevrouw de voorzitter. De VVD-fractie heeft met ontzetting kennisgenomen van het interview van onze minister van Defensie in Vrij Nederland. Terwijl wij in een oorlog verwikkeld zijn in Afghanistan, waar wij gezagsgetrouwheid van onze eigen militairen eisen...

De voorzitter:

Uw verzoek is?

De heer Boekestijn (VVD):

...zegt de minister van Defensie dat hij zelf moeite met gezag heeft.

Ik wil graag zo spoedig mogelijk een brief van de minister van Defensie, de minister-president en de minister van Justitie, waarin antwoord wordt gegeven op de volgende vraag. Hoe is het mogelijk om de minister van Defensie verder te laten functioneren en gezag te laten eisen van militairen, terwijl hij er zelf weinig mee op zegt te hebben?

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik zou die brief voor het einde van de dag willen ontvangen. Ik steun het verzoek. Ik ben een beetje klaar met deze minister. Het gaat niet alleen om het feit dat deze minister problemen heeft met autoriteit doordat vanochtend twee bonden het vertrouwen in de minister hebben opgezegd.

Ik wil een uitbreiding van de brief, met name op het punt dat de minister van Defensie het homohuwelijk omschrijft, nog altijd, als de ontbinding van het familierecht. Dat is geen gevoelsargument, dat is een staatsrechtelijke uitspraak. Daar heb ik de minister van Justitie bij nodig. Ik wil van het kabinet horen hoe het daarover denkt. Dus wat mij betreft Defensie, Algemene Zaken en Justitie.

Wat Algemene Zaken betreft, wil ik ook een reactie op de opmerking dat het jammer is dat de premier indertijd de kwestie van de loslippigheid van de minister niet als een verspreking afdeed. Dat lijkt mij met het oog op het met één mond praten ook een probleem.

Op deze drie punten wil ik voor het eind van de dag een gedetailleerde brief. Minister Cramer gaf gisteren al aan hoe het moet.

De voorzitter:

Nee, nee.

De heer Pechtold (D66):

Dat was goed en ik zou het op die manier gewoon hoffelijk rechtgezet willen zien.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Als er dan toch een brief komt, wil ik graag antwoord op de volgende vraag: passen de uitspraken van de minister in de wervingscampagne van Defensie?

De heer Knops (CDA):

Voorzitter. Wij hebben geen bezwaar tegen een brief van de minister van Defensie over de uitspraken die hij gedaan heeft in Vrij Nederland.

Mevrouw Eijsink (PvdA):

Voorzitter. Ik steun de verzoeken om een brief, maar ik zou hier niet de minister-president bij betrekken. Ik zou het verzoek alleen willen doen aan de minister van Defensie.

De voorzitter:

Ik neem kennis van uw opmerking. Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet, met de tijdsbepaling erbij.

Het woord is opnieuw aan de heer Boekestijn.

De heer Boekestijn (VVD):

Voorzitter. Mede namens mijn collega Fred Teeven verzoek ik u, het verslag van het AO wettelijke maatregel tot plaatsing in een inrichting voor stelselmatige daders op de plenaire agenda te zetten.

De voorzitter:

Wij zullen dit toevoegen aan de agenda van een van de volgende weken.

Het woord is aan de heer Brinkman.

De heer Brinkman (PVV):

Voorzitter. Aan mij is een brief van de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties toegezegd over Milli Görüs. Ik wil daar nog een aantal zaken aan toevoegen. Ik wil graag de zwarte lijst van de Israëlische minister van Defensie waarop hij 36 organisaties heeft gezet in verband met terroristische banden met Hamas. Ik wil die lijst toegevoegd hebben en uitgedeeld hebben in de Tweede Kamer.

Ik wil daarbij dat van een van die organisaties, de Stichting Internationale Humanitaire Hulporganisatie Nederland, die in Amsterdam bij de Kamer van Koophandel is ingeschreven, het uittreksel van de KvK naar de Kamer gestuurd wordt. Ik wil daarbij aangeven dat een van de bestuursleden van deze terroristische organisatie, de heer Gündüz, voorzitter is van de Westermoskee, die een Milli Görüsorganisatie is. Daarvan wil ik ook het verenigingsregister hebben en tevens dat van de zojuist genoemde organisatie. Ik wil graag het commentaar op deze informatie hebben in de brief die ons al is toegezegd.

De voorzitter:

Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

Naar boven